Deel 7 - De gemeente van Jezus Christus (deel 2)

De manier waarop christenen als gemeente op aarde leven, zal niet altijd zo blijven. Het is Gods plan en Zijn verlangen dat wij op een dag bij Hém zullen zijn. We zullen Hem dan zien, en begrijpen Wie Hij is (Johannes 17:24). En ons lichaam zal lijken op het verheerlijkte lichaam van de Heere Jezus (Filippenzen 3:20-21).
Er komt een moment - en die dag weet de Vader alleen (Mattheüs 24:36) - dat God de Heere Jezus naar de aarde zendt om Zijn gemeente op te halen. We noemen dat moment de ‘opname van de gemeente’. Je kunt erover lezen in 1 Thessalonicenzen 4:14-17. In het overzicht kun je dit zien bij symbool nr. 10. Over de opname van de gemeente vertel ik later nog meer in een volgend deel.  

Op het moment dat de Heere Jezus ons ophaalt, zal ons lichaam in één ogenblik veranderd worden. Met het lichaam waarmee wij nu op aarde leven, kunnen we namelijk niet bij God komen. We hebben een nieuw lichaam nodig. Ons lichaam heeft nu nog allerlei gebreken en is niet perfect (1 Korinthe 15:51-54). Wanneer de Heere Jezus ons komt halen (en ook de gelovige mensen die dan al overleden zijn), zal Hij ons meenemen naar het Vaderhuis. Hij is op dit moment bezig om daar een plaats voor ons in orde te maken (Johannes 14:1-4). Als Hij ons ophaalt, mogen we voor altijd veilig zijn bij Hem.

Het is bemoedigend om te weten dat je, als je bij de gemeente hoort, nooit meer straf zult krijgen voor al je zonden en verkeerde dingen. De Heere Jezus heeft onze straf gedragen aan het kruis van Golgotha en dat betekent dat wij niet meer gestraft hoeven te worden.
De mensen die niet in de Heere Jezus geloven, zullen op aarde achterblijven en er zal voor hen een verschrikkelijke tijd aanbreken. Op dit moment ‘woont’ de Heilige Geest nog in christenen, maar wanneer de gemeente is opgenomen, zal de Heilige Geest ook niet meer op de aarde zijn (2 Thessalonicenzen 2:7). De mensen staan er dan dus helemaal alleen voor en er is niemand meer die hen zal helpen. Er komen na de opname van de gemeente allerlei verschrikkelijke rampen over de aarde. Deze tijd wordt de ‘grote verdrukking’ genoemd. Je ziet dit bij symbool nr. 11. Wat er allemaal zal gaan gebeuren tijdens deze verdrukking, kun je later lezen in volgende delen. Als gemeente van Jezus Christus hoeven we deze vreselijke tijd gelukkig niet mee te maken. Wij zullen hiervoor bewaard worden (Openbaring 3:10; 1 Thessalonicenzen 1:10 en 5:9). Wij mogen veilig zijn bij God.

In de Bijbel staan nog veel meer plannen beschreven die God met de gemeente heeft. In de delen die nog volgen - vanaf symbool nr. 10 - zal ik elke stap beschrijven. Uiteindelijk zal er een nieuwe aarde en een nieuwe hemel zijn (symbool nr. 17). Daar mogen wij tot in eeuwigheid - dus voor altijd - bij God wonen. Er zal geen verdriet, geen ziekte en geen oorlog meer zijn. Wat is het heerlijk om daar naar uit te kijken.

Wendy Born 

Vragen  

  1. Kijk jij uit naar het moment dat de Heere Jezus Zijn gemeente komt halen?
    Verwacht je dat jij daar ook bij zult zijn?

  2. Wat stel jij je voor bij een nieuw, verheerlijkt lichaam?

  3. Hoe denk je dat het Vaderhuis eruit zal zien?

  4. Waarom zal de Heilige Geest na de opname niet meer op aarde zijn?

  5. Waarom zul je, als je in de Heere Jezus gelooft, de ‘grote verdrukking’ niet hoeven mee te maken?