Polarisatie als bewijs van de geestelijke realiteit
Iets meer dan een week geleden zagen we een nieuw dieptepunt in de voortdurende opmars van het antisemitisme in ons land in de jodenjacht van Amsterdam. Het confronteert ons met de geestelijke, Bijbelse realiteit van de antisemitische eindtijd.
Wij van Het Zoeklicht hebben tot nog toe nauwelijks aandacht besteed aan de gebeurtenissen in Amsterdam. Reden was dat er voor ons gevoel al zoveel over werd gezegd en geschreven dat wij er niet direct wat aan toe te voegen hadden. Toch willen we aan het einde van deze week onze stem laten horen, want de gebeurtenissen en de reacties erop maken ons een ding duidelijk: er is toenemende en escalerende polarisatie rondom Israël.
Schokkend voorbeeld ervan was het optreden van Denk-voorman Stephan van Baarle. In een van de meest extreme voorbeelden van ‘ja maar’ ging hij in de kamer los. Hij sloot zich aan bij de grote groep verongelijkte pro-Palestina demonstranten die overal en altijd het slachtoffer zijn en het zelfbenoemde slachtoffer verdedigen. Ja, er was misschien antisemitisme, zo wist hij te melden, en dat keurde hij niet goed, maar… Er was eigenlijk geen sprake van een jodenjacht, maar van een arabierenjacht. Er was geen sprake van het bewust terroriseren van Joden en Israëliërs, maar van jongens die hun stad en hun cultuur verdedigden. Islamitische vrouwen waren lastiggevallen en zij kwamen voor deze zusters op. Amsterdamse taxi-chauffeurs waren aangepakt en in elkaar geslagen en dat moest ook gestopt worden. Het filmpje waarop deze bewering gebaseerd was bleek achteraf niet van een taxichauffeur te zijn die in elkaar werd geslagen door Israëlische voetbalsupporters, maar juist andersom, zo toonde nota bene het NRC aan. Ten diepste was het schandalig, zo oreerde Van Baarle ondertussen fel door in de Tweede kamer, dat dit niet door de Nederlandse bevolking, overheid en autoriteiten werd gezien. En ja, dat er dan wellicht een paar rotte appels tussenzaten, dat kun je de rest niet aanrekenen. Het was eigenlijk de schuld van de Israëliërs zelf dat het zo was gegaan. Zij hadden helemaal nooit in Amsterdam mogen zijn. De echte slachtoffers dat waren de moslims die wederom gediscrimineerd werden.
Van Baarle was niet de enige die dit soort gif injecteerde in het debat. Linkse radicalen - het zelfbenoemde verlichte en progressieve deel van de natie - wist ook de nuance te vinden: het ging niet over Joden, maar over anti-zionisme en het beleid van Netanyahu. Dat moest je niet verwarren. Een imam in een interview in een grote Nederlandse krant wist daarbij te vertellen dat het allemaal niet zo erg was en dat het allemaal schromelijk overdreven werd. Eigenlijk waren het allemaal lieve jongens uit zijn achterban. Ze luisterden goed en lieten zich makkelijk corrigeren.
Wat ons hierbij opvalt is dat we op een glijdende schaal zijn aangeland. Het is de glijdende schaal van de opmars van antisemitisme waardoor extremisme alleen maar toeneemt en toeneemt. De overheden grijpen daarbij niet echt in en laten het maar begaan. De meeste Nederlanders hadden zich niet kunnen indenken dat dit ooit nog zou kunnen na de gebeurtenissen van de Tweede Wereldoorlog. Maar het gebeurt: we zien het voor onze ogen voltrokken worden.
Dit alles is niet te begrijpen, tenzij je de huidige tijd daarbij geestelijke duidt. Het Joodse volk is namelijk Gods volk en daarom Zijn oogappel.
Deutronomium 32: 9 en 10:
‘Want het deel van de HEERE is Zijn volk,
Jakob is het gebied dat Zijn eigendom is.
Hij vond hem in een woestijngebied,
in een woeste, huilende wildernis.
Hij omringde hem, Hij onderwees hem,
Hij beschermde hem als Zijn oogappel.’
Zacharia 2: 8 zegt daarbij:
‘Want zo zegt de HEERE van de legermachten:
Nadat Hij heerlijkheid heeft beloofd,
heeft Hij Mij gezonden tot die heidenvolken die u beroven,
want wie u aanraakt,
raakt Zijn oogappel aan.’
Dit is een wetmatigheid van alle tijden, maar in de eindtijd speelt dit des te meer. Gods volk zal steeds verder in het nauw komen. Dat voorspelt de Heer Jezus zelf ook. In Zijn onderwijs over de laatste dingen voorzegt Hij dat de Joden door iedereen gehaat zullen worden. Jeremia spreekt in dit verband over de grote verdrukking als ‘Jakobs benauwdheid’ (Jeremia 30: 7).
Eerst echter zal er een valse vrede komen. Als het Joodse volk met de rug tegen de muur staat, dan komt haar ‘verlosser’ ten tonele. Het is de antichrist die zogenaamd vrede zal aanbieden en bewerken middels een verdrag. Met het tekenen van dit valse vredesverdrag begint de grote verdrukking, zo leert Gods Woord.
Wat we vandaag de dag zien, is kortom niet verbazend. Het maakt verdrietig en boos, zeker. Het doet ons beseffen dat we in duistere tijden leven waarin de demonische machten zich roeren, maar allemaal past het in Gods plan op weg naar het einde. We bevinden ons in deze geestelijke realiteit en die zullen wij als Het Zoeklicht blijven duiden, want de vijandigheid ten opzichte van Israël en Gods volk, is onderdeel van deze geestelijke realiteit. Antisemitisme is duivels en demonisch. Juist door zijn leugenachtigheid zal het steeds weer de kop opsteken. Het kent vele gedaanten en vele vormen. Vandaag bij ons - terwijl we op weg zijn naar het einde - kiest het deze.