De Iraanse kerk als voorbeeld
Een van de snelst groeiende kerken van vandaag de dag is de kerk in het streng islamitsiche Iran. Wat kunnen wij van deze broeders en zusters leren in het vrije en rijke Nederland?
Wat veldwerkers in Iran aangeven is dat er een bloeiende en levende gemeenschap van geloof is in het land, ondanks de repressie en vervolging door de overheden. Lana Silk, Iraanse en christen, geeft aan dat de gelovige gemeenschappen van Iran met elkaar leven zoals in Handelingen 2: de een tot steun van de ander door te delen en tot getuigen te zijn, ondanks de tegenwerking. De Heer opent daarbij wonderlijke deuren in getuigenissen, dromen en evangelisatie-mogelijkheden.
Voor de islamitische revolutie van 1979 waren er slechts enkele honderden christenen met een moslimachtergrond, nu is dat meer dan een miljoen! Het leugenachtige regime dat de macht heeft in Iran draagt hier zelf ook aan bij. Mensen zijn op zoek naar waarheid en vinden dan de Waarheid die Jezus is. Vaak gaat dit via online kanalen die mensen bewust opzoeken, omdat ze buiten het blikveld van het regime vallen. De Gemeente van Jezus is daarnaast ook concreet aanwezig in de samenleving. Zo werd er vanuit de overheid bijvoorbeeld aangegeven dat protestanten in de laatste opstand niet geholpen zouden worden in ziekenhuizen als ze gewond zouden raken tijdens demonstraties en acties. Daarop sprongen christenen in met zorg en medische hulp. Een krachtig getuigenis!
Geloven kan niet op halve kracht in Iran. Lauwe christenen tref je er dan ook niet. Christen zijn of worden is een keuze voor het leven in alles. Bekering betekent immers buitensluiting van je familie en sociale netwerk, vervolging door gevangenschap en soms zelfs geweld en het gevaar van de dood.
En dus hebben christenen elkaar nodig en vormen ze groepen die krachtig volharden. Daardoor ontstaat een netwerk van gelovigen en gemeenschappen die organisch groeien. Bewuste kerkplanting komt wel voor, maar meestal vindt het evangelie zijn eigen weg. Dit werkt vaak op deze manier: de Heer openbaart zich aan iemand in een wonder, visioen of teken, wat mensen eromheen aanzet tot verder onderzoek en studie. Deze groepen groeien niet zelden uit tot een nieuwe, plaatselijke kerkgemeenschap. Zo laat het evangelie zich niet tegenhouden, zelfs in Iran niet.
De kerk in Nederland
Het contrast met de Nederlandse kerk en gemeentes die daarbij horen, is in dit opzicht groot. Wij leven in een maatschappij waarin iedereen vrij is en vervolging zoals in Iran niet voorkomt. Dat maakt velen slap en lauw. Je kunt het geloof er ook een beetje bij doen, om het eens scherper te zeggen. Je kunt het erbij doen naast veel andere, ook leuke en goede zaken in het leven. Daarnaast hebben we veel om te verliezen: we zijn rijk en leven ook als gelovigen relatief in weelde en comfort. Dat is een zegen, maar eveneens een valkuil. Het comfortabele leven bindt ons aan zich, waardoor het steeds moeilijker wordt dit los te laten. Daarbij leven we in een welvaartsstaat waarin veel dingen van overheidswege geregeld zijn. Het zit niet meer in het DNA van vele geloofsgemeenschappen om zich daarom op dat terrein te begeven, zoals dat in Bijbelse tijden wel door de gemeentes werd gedaan (en nu dus ook in Iran nog). Bij ons is dit niet meer nodig, zo menen vele gelovigen.
Dit scherpe contrast met de bloeiende gemeenschappen in Iran, is scherp. Het is een van de redenen waarom de kerk in ons land tanende is en waarom bijbelvaste christenen als jij en ik, nog maar een kleine minderheid zijn. Het is een teken van de tijd. In 2 Tim. 3 staat over de laatste dagen dat mensen op zichzelf gericht zullen zijn, meer liefhebbers van God dan van genot, geldzuchtig, ondankbaar, onheilig, zonder liefde voor het goede. Ja, dat er zelfs sommige gelovige mensen hun oor zullen laten hangen naar de strelingen en kietelingen van demonen en hun onzuivere leringen (1 Tim. 4) en dat er een grote afval zal plaatsvinden (2 Tess. 2). De lauwheid en het gebrek aan toewijding van velen is daar zeker een onderdeel en een aanjager van.
Dat is dan ook wat we kunnen leren van de christenen in Iran. Als de lauwheid, het egoïsme en het hedonisme (het najagen van genot) in de laatste dagen zullen toenemen - ook onder christenen - komt het hierop aan. Als mensen meer zichzelf en hun comfortabele verworvenheden op de voorgrond zetten, zullen ze hun vertrouwen op de Heer verliezen. Ze gaan dan de afgoden dienen van hun materiële welvaart, van hun zekerheden en van hun rechten. Ze jagen vervulling na in het aardse in zaken als status, macht en seks. Het zijn de verleidingen van de wereld. Het is de valkuil van de gemeente van Laodicea (Opb. 3).
De lessen van de Iraanse kerk
Daarmee is het voorbeeld van de Iraanse gelovigen belangrijk. Het mag ons inspireren. Tot het moment dat Christus komt om ons thuis te halen, zijn wij hier geroepen om ons geloof vorm te geven als een licht in het duister. De wereld om ons heen wordt steeds duisterder en daarmee ook het contrast met het licht. Maar God wil niet dat er ook maar iemand verloren gaat, zoals we in 2 Petrus 3: 9 lezen: ‘De Heere vertraagt de belofte niet (zoals sommigen dat als traagheid beschouwen), maar Hij heeft geduld met ons en wil niet dat enigen verloren gaan, maar dat allen tot bekering komen.’
Juist het praktische voorbeeld van de gelovigen in dat verre land, mag dit voor ons concreet maken en het handen en voeten geven: een totale toewijding in overgave is onontbeerlijk! Dat betekent praktisch aanwezig zijn daar waar anderen (en de staat) dat niet (meer) doen. Daar waar armoede is, daar waar de dood heerst, daar waar mensen uitgekotst worden, of waar de Heer ons ook maar zal wijzen. Het delen van Gods goedheid en zijn genade in het evangelie in woord en daad, waar we ook komen. En dan elkaar ondersteunen, zodat een netwerk kan ontstaan en groeien van Christus in en door zijn volgelingen! Het is een uitdaging, ik weet het, maar wel een hele mooie. In mijn tijd als voorganger heb ik hier al mee mogen experimenteren en het was rijk en inspirerend. Het was zegenrijk voor ons en de wereld. Dat God ons zal inspireren en de mensen, bewegingen en organisaties zal geven om dit mogelijk te maken!
Roelof Ham
Bron: Christian Post