Zie Ik sta aan de deur en Ik klop

Feike ter Velde • 78 - 2002/03 • Uitgave: 10
In het laatste bijbelboek vinden we de zeven brieven aan de zeven gemeenten. De kerk van alle eeuwen passeert hier de revue en aan elke kerk afzonderlijk wordt door de levende Heiland een brief geschreven. Uit de inhoud blijkt de geestelijke gesteldheid van elke gemeente afzonderlijk. De laatste gemeente, Laodicéa, spant de kroon: de Here Jezus staat buiten de deur en het is nog maar zeer de vraag of die deur voor Hem opengaat. Toch klopt Hij… en wacht af.

Citaat Ds. W. Glashouwer 1973
"Alle echte leven van de Geest moet ook het leven in de kerken bevorderen, maar niet een versterking betekenen van kerkelijke tradities. Juist het traditionele en het structurele is vaak een belemmering van het echte leven van de Geest. Met name omdat menselijke hoogmoed, eigenwijsheid en eigengerechtigheid zichzelf handhaven in bepaalde tradities en structuren. Denk aan het conflict tussen Stephanus, vol van de Geest, en de geestelijke leiders van die tijd, die aantasting zagen van hun tradities en macht. Zijn verweer bereikt een hoogtepunt als hij uitroept:
"Gij wederstaat altijd de Heilige Geest..."
De kerk is niet te vernieuwen met nieuwe structuren, maar heeft reformatie en reveil nodig. Met minder kan zij niet toe".


Het was ergens midden jaren '60 toen ik de Hervormde predikant, ds. W Glashouwer, hoorde preken in een jeugddienst op zondagavond. De tekst was uit de brief aan Laodicéa: "Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop". Nooit eerder had ik zo'n indrukwekkende preek gehoord, zo indringend, zo appèllerend. Ik kreeg sterk het verlangen mezelf biddend te onderzoeken, me opnieuw aan de Here Jezus toe te wijden en alles van mijn leven aan Hem over te geven.

Het gaat hier in Laodicéa onmiskenbaar om de kerk van de eindtijd. Er is sprake van een grote geestelijke afval. Binnen, in de kerkdienst, lijkt het allemaal te draaien om Jezus Christus, terwijl de werkelijkheid is, dat Hij buiten staat. Wat een tragiek. Men zingt binnen de psalmen, de lofzangen en de geestelijke liederen, die over Hem spreken, maar de Hoofdpersoon zelf is er niet bij, hoewel Hij dat kennelijk graag zou willen. Zo ziet, zegt de Schrift, de kerk er in de eindtijd uit. Zien we deze contouren zich in onze dagen niet aftekenen?

Het is altijd moeilijk de dingen, die hiervan een duidelijk bewijs vormen, bij name te noemen. Dat is ook zo kenmerkend voor onze tijd. Predikanten ondervinden tegenwoordig vaak moeilijkheden als ze in de zondagse preek zonde bij de naam noemen. Dat kan niet meer, omdat we als christenen over alles onze eigen opvattingen hebben, verschillend denken, en ons denken niet meer eenduidig teruggaat op "Zo zegt de Here in Zijn Woord". Dan heeft iedereen zo zijn eigen mening. Die mening is legitiem, hebben we geleerd van de moderne psychologie, want jouw mening telt net zo goed als die van een ander. "Je moet voor jezelf opkomen" is het veel gehoorde advies. "Jij mag er ook zijn, jouw mening is belangrijk", zijn de bekende trefwoorden. Dat is natuurlijk ook waar, maar het probleem is dat we daardoor niet meer hóren wat de ander - en vooral dé Ander - zegt. Je kunt met elkaar praten over verschillende standpunten en opvattingen, maar altijd op basis van argumenten. Dat is binnen de kerk een moeilijke zaak geworden. Daarmee zitten we midden in een kritieke situatie.

Laodicéa is kerk van de mondige mens. Het volk heerst, want dat is democratisch, zo lijkt de naam Laodicéa uit te drukken. De stem van het volk, niet meer: "Zo zegt de Here". Wat wij ervan vinden, dat is het enige wat geldt. Wat de prediker zondags van de kansel zegt moet draagvlak hebben bij het kerkvolk, anders kan de prediker maar beter weggaan. Dit is het geheimenis van de wetteloosheid, dat sluipend onder de gelovigen is binnengekomen. Dat is Laodicéa.

De Here Jezus, Hoofd van Zijn Gemeente, heeft het met die kerk in haar geheel wel gezien. Hij heeft geen hoop meer voor haar. Wel voor een enkeling daarbinnen. Tot die enkeling richt Hij zijn Woord: "...indien iemand mijn stem hoort..." Dat is: mocht er nog iemand daarbinnen zijn....

Zo wordt het ook vandaag. Het komt er meer en meer op aan, dat een mens heel persoonlijk, en soms tegen de grote meerderheid in, keuzes maakt, die met het Woord van God overeenstemmen. Die keuzes hebben consequenties, soms grote consequenties, die ook samenhangen met verdrukking, met alleen durven staan, met uitgerangeerd worden, met aan de kant geschoven worden. Je moet het dan afleggen tegen de meerderheid. Maar als het ten diepste gaat om het Woord Gods en het getuigenis van Jezus dan is het wel pijnlijk, maar niet erg. "Zalig zijt gij", zegt de Here.

Feike ter Velde