Zeven Zevens (4): Zeven verborgenheden/geheimenissen
‘Laat ieder mens ons zó beschouwen, namelijk als dienaren van Christus en beheerders van de geheimenissen van God’
Vorige keer zagen we dat op het Pinksterfeest twee broden met zuurdesem werden gebakken. Een beeld van twee groepen gelovigen uit Jood en heiden, die samen het Lichaam van Christus vormen. Het zijn niet langer losse graanstengels meer, maar één homogeen geheel.
Paulus beschrijft zeven verborgenheden of geheimenissen die te maken hebben met dit Lichaam van Christus. Waarom verborgenheden? Moeten ze geheim blijven?
Verborgenheden Gods
Een verborgenheid is een plan of een bedoeling van God die Hem vanaf het begin bekend was, maar die Hij bewaard heeft tot Hij de tijd gekomen achtte om die aan de mens te openbaren. ‘Verborgenheden’ zijn waarheden die in het Oude Testament niet bekend gemaakt waren, maar pas in het Nieuwe Testament aan apostelen en profeten werden geopenbaard (Romeinen 16:25; Efeze 3:5). Wij mogen er iets van zien, maar dat wil nog niet zeggen dat we ze ten volle kunnen begrijpen en doorgronden! Het zijn tenslotte ‘verborgenheden Gods’. We dienen ze gehoorzaam te geloven! (Romeinen 16:26).
Zeven verborgenheden
Paulus mocht, door Gods Geest geïnspireerd, maar liefst zeven verborgenheden onthullen. Hij zegt: ‘Laat ieder mens ons zó beschouwen, namelijk als dienaren van Christus en beheerders van de geheimenissen van God’ (1 Korinthe 4:1). Hij noemt dit ‘het Evangelie dat ik u verkondigd heb’ of zelfs ‘mijn Evangelie’.
We zetten deze zeven verborgenheden eens op een rijtje.
1. God geopenbaard in het vlees
‘En buiten alle twijfel, groot is het geheimenis van de godsvrucht: God is geopenbaard in het vlees, is gerechtvaardigd in de Geest, is verschenen aan de engelen, is gepredikt onder de heidenen, is geloofd in de wereld, is opgenomen in heerlijkheid’ (1 Timotheüs 3:16).
Dat God Zich openbaart aan mensen was voor Israël geen geheim. Denk maar aan de geschiedenis van de wetgeving op de Sinaï. Maar dat God Zélf mens zou worden en dat Hij zonder toedoen van een man geboren zou worden uit een maagd en Zich zó aan de wereld zou openbaren, dát was een grote verborgenheid! God heeft dat gedaan in de persoon van Jezus Christus (Johannes 1:1-14).
2. De inwoning van Christus
‘Aan hen heeft God willen bekendmaken wat de rijkdom is van de heerlijkheid van dit geheimenis onder de heidenen: Christus onder u, de hoop op de heerlijkheid’ (Kolossenzen 1:27).
Bij de wedergeboorte komt Jezus Christus in ons wonen. Fysiek is Hij in de hemel, maar geestelijk is Hij in ons: ‘Christus leeft in mij’ (Galaten 2:20). Alle gelovigen samen vormen het Lichaam van Christus (1 Korinthe 12:12). Het is ‘het geheimenis, dat eeuwen en geslachten lang verborgen is geweest, maar nu geopenbaard is aan Zijn heiligen’
(Kolossenzen 1:26).
3. Vereniging van Joden en heidenen
‘…het geheimenis van Christus,… namelijk dat de heidenen mede-erfgenamen zijn en tot hetzelfde lichaam behoren en mededeelgenoten zijn van Zijn belofte in Christus, door het Evangelie’ (Efeze 3:4b, 6).
De Joden beschouwden de heidenen als honden en omgekeerd verachtten de heidenen de Joden. Maar Christus heeft die ‘tussenmuur, die scheiding maakte, afgebroken’ (Efeze 2:14). In Christus verdwijnen de verschillen. Jood en heiden mogen nu samen een nieuw Lichaam vormen en zijn beide deelgenoten van Zijn beloften. Samen zien ze uit naar de komst van hun Heere en Heiland.
4. De gemeente als bruid van Christus
‘Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zich aan zijn vrouw hechten, en die twee zullen tot één vlees zijn. Dit geheimenis is groot; maar ik spreek met het oog op Christus en de gemeente’ (Efeze 5:31-32).
Deze verborgenheid wordt afgebeeld als het huwelijk tussen man en vrouw. Zoals een man zijn vader en moeder verlaat om met zijn bruid samen te wonen en tot één vlees met haar te zijn, zo heeft Christus de hemel verlaten en is geestelijk één geworden met Zijn bruid, de gemeente. Na de opname trouwt Hij de gemeente als bruid en wordt de bruiloft van het Lam gevierd (Openbaring 19:7-9). Tot die tijd is de bruid van Christus nog ‘een reine maagd’ (2 Korinthe 11:2).
5. De opname van de gemeente
‘Zie, ik vertel u een geheimenis: Wij zullen wel niet allen ontslapen, maar wij zullen allen veranderd worden, in een ondeelbaar ogenblik, in een oogwenk, bij de laatste bazuin. Immers, de bazuin zal klinken en de doden zullen als onvergankelijke mensen opgewekt worden, en ook wij zullen veranderd worden’ (1 Korinthe 15:51-52).
De openbaring van deze verborgenheid laat ons zien dat een grote groep mensen in één ogenblik van deze aarde weggenomen zal worden naar een ontmoeting met Jezus Christus in de lucht, om daarna voor altijd met Hem te zijn (1 Thessalonicenzen 4:16-17). Helaas wordt dit in veel kerken en gemeenten niet (meer) geleerd en geloofd!
6. Het herstel van Israël
‘Want ik wil niet, broeders, dat u geen weet hebt van dit geheimenis (opdat u niet wijs zou zijn in eigen oog), dat er voor een deel verharding over Israël is gekomen, totdat de volheid van de heidenen is binnengegaan. En zo zal heel Israël zalig worden, zoals geschreven staat: De Verlosser zal uit Sion komen en zal de goddeloosheden afwenden van Jakob’ (Romeinen 11:25-26).
Israël heeft zich weliswaar verhard en is met blindheid geslagen, maar uit deze verborgenheid weten we dat God Zijn volk gaat herstellen in Zijn land! Als Jezus Christus terugkomt zal Israël Hem als haar Messias erkennen. Het moet wel door een grote verdrukking heen, de benauwdheid voor Jakob (Jeremia 30:7). Maar geheel Israël zal zalig worden! Laten we daarom nooit denken dat God klaar is met Israël. Of zelfs dat de kerk in de plaats van Israël is gekomen!
7. Verborgenheid der ongerechtigheid
‘Want het geheimenis van de wetteloosheid is al werkzaam. Alleen is er iemand die hem nu weerhoudt, totdat hij uit het midden verdwenen is’ (2 Thessalonicenzen 2:7). De ‘mens der zonde’, ‘de zoon des verderfs’ (vers 3) was al actief in Paulus’ dagen met zijn leer, ‘de verborgenheid der ongerechtigheid’. Hij moet uit het midden weggedaan worden.
De verborgenheid van ‘God geopenbaard in het vlees’ (Jezus Christus) staat lijnrecht tegenover deze verborgenheid der ongerechtigheid, dat is ‘satan geopenbaard in het vlees’ (de antichrist). Hij is te herkennen, want zijn getal is 666 (Openbaring 13:18).
Tenslotte
Wat een geweldige boodschap mag Paulus ontsluiten over de ‘verborgenheden Gods’. Hij is de mens geworden God, die in ons wonen wil en ons mededeelgenoten van Zijn beloften maakt. Die ons als Zijn bruid zal opnemen in Zijn heerlijkheid voor de bruiloft des Lams. Ziet u naar Hem uit? Hij ziet uit naar een verwachtende bruid! Aan die verwachting heeft Hij zelfs een kroon verbonden (2 Timotheüs 4:8).
Als 't bazuingeschal des Heeren wordt gehoord, zijt gij dan voor Zijn komst bereid?
Jules Hollebrandse
1. Niet te verwarren met de verborgenheden van het Koninkrijk der hemelen (naar Mattheüs 13:11).
2. Definitie van Clarence Larkin in zijn boek ‘Dispensational Truth’, blz. 151.
3. Romeinen 2:16; 16:25 en 2 Timotheüs 2:8.
4. Koor van lied 490, bundel Joh. de Heer
Vorige keer zagen we dat op het Pinksterfeest twee broden met zuurdesem werden gebakken. Een beeld van twee groepen gelovigen uit Jood en heiden, die samen het Lichaam van Christus vormen. Het zijn niet langer losse graanstengels meer, maar één homogeen geheel.
Paulus beschrijft zeven verborgenheden of geheimenissen die te maken hebben met dit Lichaam van Christus. Waarom verborgenheden? Moeten ze geheim blijven?
Verborgenheden Gods
Een verborgenheid is een plan of een bedoeling van God die Hem vanaf het begin bekend was, maar die Hij bewaard heeft tot Hij de tijd gekomen achtte om die aan de mens te openbaren. ‘Verborgenheden’ zijn waarheden die in het Oude Testament niet bekend gemaakt waren, maar pas in het Nieuwe Testament aan apostelen en profeten werden geopenbaard (Romeinen 16:25; Efeze 3:5). Wij mogen er iets van zien, maar dat wil nog niet zeggen dat we ze ten volle kunnen begrijpen en doorgronden! Het zijn tenslotte ‘verborgenheden Gods’. We dienen ze gehoorzaam te geloven! (Romeinen 16:26).
Zeven verborgenheden
Paulus mocht, door Gods Geest geïnspireerd, maar liefst zeven verborgenheden onthullen. Hij zegt: ‘Laat ieder mens ons zó beschouwen, namelijk als dienaren van Christus en beheerders van de geheimenissen van God’ (1 Korinthe 4:1). Hij noemt dit ‘het Evangelie dat ik u verkondigd heb’ of zelfs ‘mijn Evangelie’.
We zetten deze zeven verborgenheden eens op een rijtje.
1. God geopenbaard in het vlees
‘En buiten alle twijfel, groot is het geheimenis van de godsvrucht: God is geopenbaard in het vlees, is gerechtvaardigd in de Geest, is verschenen aan de engelen, is gepredikt onder de heidenen, is geloofd in de wereld, is opgenomen in heerlijkheid’ (1 Timotheüs 3:16).
Dat God Zich openbaart aan mensen was voor Israël geen geheim. Denk maar aan de geschiedenis van de wetgeving op de Sinaï. Maar dat God Zélf mens zou worden en dat Hij zonder toedoen van een man geboren zou worden uit een maagd en Zich zó aan de wereld zou openbaren, dát was een grote verborgenheid! God heeft dat gedaan in de persoon van Jezus Christus (Johannes 1:1-14).
2. De inwoning van Christus
‘Aan hen heeft God willen bekendmaken wat de rijkdom is van de heerlijkheid van dit geheimenis onder de heidenen: Christus onder u, de hoop op de heerlijkheid’ (Kolossenzen 1:27).
Bij de wedergeboorte komt Jezus Christus in ons wonen. Fysiek is Hij in de hemel, maar geestelijk is Hij in ons: ‘Christus leeft in mij’ (Galaten 2:20). Alle gelovigen samen vormen het Lichaam van Christus (1 Korinthe 12:12). Het is ‘het geheimenis, dat eeuwen en geslachten lang verborgen is geweest, maar nu geopenbaard is aan Zijn heiligen’
(Kolossenzen 1:26).
3. Vereniging van Joden en heidenen
‘…het geheimenis van Christus,… namelijk dat de heidenen mede-erfgenamen zijn en tot hetzelfde lichaam behoren en mededeelgenoten zijn van Zijn belofte in Christus, door het Evangelie’ (Efeze 3:4b, 6).
De Joden beschouwden de heidenen als honden en omgekeerd verachtten de heidenen de Joden. Maar Christus heeft die ‘tussenmuur, die scheiding maakte, afgebroken’ (Efeze 2:14). In Christus verdwijnen de verschillen. Jood en heiden mogen nu samen een nieuw Lichaam vormen en zijn beide deelgenoten van Zijn beloften. Samen zien ze uit naar de komst van hun Heere en Heiland.
4. De gemeente als bruid van Christus
‘Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zich aan zijn vrouw hechten, en die twee zullen tot één vlees zijn. Dit geheimenis is groot; maar ik spreek met het oog op Christus en de gemeente’ (Efeze 5:31-32).
Deze verborgenheid wordt afgebeeld als het huwelijk tussen man en vrouw. Zoals een man zijn vader en moeder verlaat om met zijn bruid samen te wonen en tot één vlees met haar te zijn, zo heeft Christus de hemel verlaten en is geestelijk één geworden met Zijn bruid, de gemeente. Na de opname trouwt Hij de gemeente als bruid en wordt de bruiloft van het Lam gevierd (Openbaring 19:7-9). Tot die tijd is de bruid van Christus nog ‘een reine maagd’ (2 Korinthe 11:2).
5. De opname van de gemeente
‘Zie, ik vertel u een geheimenis: Wij zullen wel niet allen ontslapen, maar wij zullen allen veranderd worden, in een ondeelbaar ogenblik, in een oogwenk, bij de laatste bazuin. Immers, de bazuin zal klinken en de doden zullen als onvergankelijke mensen opgewekt worden, en ook wij zullen veranderd worden’ (1 Korinthe 15:51-52).
De openbaring van deze verborgenheid laat ons zien dat een grote groep mensen in één ogenblik van deze aarde weggenomen zal worden naar een ontmoeting met Jezus Christus in de lucht, om daarna voor altijd met Hem te zijn (1 Thessalonicenzen 4:16-17). Helaas wordt dit in veel kerken en gemeenten niet (meer) geleerd en geloofd!
6. Het herstel van Israël
‘Want ik wil niet, broeders, dat u geen weet hebt van dit geheimenis (opdat u niet wijs zou zijn in eigen oog), dat er voor een deel verharding over Israël is gekomen, totdat de volheid van de heidenen is binnengegaan. En zo zal heel Israël zalig worden, zoals geschreven staat: De Verlosser zal uit Sion komen en zal de goddeloosheden afwenden van Jakob’ (Romeinen 11:25-26).
Israël heeft zich weliswaar verhard en is met blindheid geslagen, maar uit deze verborgenheid weten we dat God Zijn volk gaat herstellen in Zijn land! Als Jezus Christus terugkomt zal Israël Hem als haar Messias erkennen. Het moet wel door een grote verdrukking heen, de benauwdheid voor Jakob (Jeremia 30:7). Maar geheel Israël zal zalig worden! Laten we daarom nooit denken dat God klaar is met Israël. Of zelfs dat de kerk in de plaats van Israël is gekomen!
7. Verborgenheid der ongerechtigheid
‘Want het geheimenis van de wetteloosheid is al werkzaam. Alleen is er iemand die hem nu weerhoudt, totdat hij uit het midden verdwenen is’ (2 Thessalonicenzen 2:7). De ‘mens der zonde’, ‘de zoon des verderfs’ (vers 3) was al actief in Paulus’ dagen met zijn leer, ‘de verborgenheid der ongerechtigheid’. Hij moet uit het midden weggedaan worden.
De verborgenheid van ‘God geopenbaard in het vlees’ (Jezus Christus) staat lijnrecht tegenover deze verborgenheid der ongerechtigheid, dat is ‘satan geopenbaard in het vlees’ (de antichrist). Hij is te herkennen, want zijn getal is 666 (Openbaring 13:18).
Tenslotte
Wat een geweldige boodschap mag Paulus ontsluiten over de ‘verborgenheden Gods’. Hij is de mens geworden God, die in ons wonen wil en ons mededeelgenoten van Zijn beloften maakt. Die ons als Zijn bruid zal opnemen in Zijn heerlijkheid voor de bruiloft des Lams. Ziet u naar Hem uit? Hij ziet uit naar een verwachtende bruid! Aan die verwachting heeft Hij zelfs een kroon verbonden (2 Timotheüs 4:8).
Als 't bazuingeschal des Heeren wordt gehoord, zijt gij dan voor Zijn komst bereid?
Jules Hollebrandse
1. Niet te verwarren met de verborgenheden van het Koninkrijk der hemelen (naar Mattheüs 13:11).
2. Definitie van Clarence Larkin in zijn boek ‘Dispensational Truth’, blz. 151.
3. Romeinen 2:16; 16:25 en 2 Timotheüs 2:8.
4. Koor van lied 490, bundel Joh. de Heer