Zeven profetische aspecten
Al 55 jaar is men bezig met pogingen een Palestijnse staat te vestigen op het grondgebied dat God onder ede aan Israël heeft beloofd. Al die pogingen hebben gefaald. Presidenten en andere machthebbers zijn in grote problemen gekomen toen ze Israël onder druk zetten. Waarschuwende oordelen kwamen en komen hierdoor over de VS. Blijkbaar is het niet Gods wil dat in Zijn land een Palestijnse staat komt.
Op dit moment is de druk op Israël heel groot. De G4 (VN, VS, EU en Rusland = de hele wereld) willen in 2005 zo,n staat. De wereld zal het merken als men doorgaat Gods plannen te dwarsbomen! Maar er is nog meer gaande dat de toorn van de HERE opwekt. De wereld eist van Israël te doen wat zij zelf nooit zou doen. Israël wordt door bijna iedereen vals beschuldigd van zaken waaraan die volken zich in de loop van de geschiedenis zelf schuldig gemaakt hebben of nog steeds maken. Israël is niet alleen de toetssteen voor Gods zegen, maar zal in de nabije toekomst steeds meer de toetssteen voor Gods vloek en oordeel worden. Inmiddels staat Israël helemaal alleen in de volkerenfamilie. Wie de Bijbel kent, ziet dat alles zich volgens bijbelse patronen en wetten ontwikkelt. Richtingaanwijzers langs die patronen zijn profetieën. Zoals Bileam, de heidenprofeet, al zei: Zie, het volk zal alleen wonen en zal onder de naties niet gerekend worden (Num. 23:9). Alleen een kleine doorsnede van bijbelgetrouwe christenen blijft achter Israël staan. In deze Signalen willen we die groep bemoedigen door te wijzen op zeven profetische aspecten van onze steun aan Israël.
Gods plan met Israël
Israël is op weg naar Gods grote doel: De (weder)komst van de Messias en Zijn rijk. Elke tocht van Israël naar het Beloofde Land had een bijzonder geestelijk doel. De uittocht uit Egypte ging allereerst naar de Sinaï waar Israël, en door Israël de wereld, de Tien Geboden kreeg. (In de discussies over waarden en normen moest men daar wat meer rekening mee houden). De terugkeer uit de Babylonische ballingschap bracht de P komst van de Messias en de verzoening van de zonden. De terugkeer uit de ballingschap onder alle volken is een voorbereiding voor de 2e komst van de
Messias en de verlossing van de wereld. Bij al die drie tochten stonden en staan ook nu enorme wereldmachten klaar om Israël te vernietigen.
Maar er waren ook kleine groepen en soms wereldleiders die Israël steunden. In onze tijd zijn dat de bijbelgetrouwe christenen. U bent, met uw voorbede voor en steun aan Israël, ingeschakeld in Gods grote verlossingsplan voor Israël en voor de wereld. Vandaar dat u strijd en tegenstand ervaart.
Gehoorzaamheid aan het Woord
In de Bijbel komen heel wat vreemdelingen voor die Israël op weg naar Gods doel helpen. Denk aan de schoonvader van Mozes, Rehuël. Zijn zonen, de Kenieten leidden als gids Israël door de woestijn en werden toen Israël het land in bezit nam bij Juda ingelijfd (Richt. 1:16). Later komen zij weer voor in een belangrijke functie als schrijvers (1 Kr. 2:55). Vreemdelingen zullen de muren van Jeruzalem herbouwen (Jes. 60:10). Vreemdelingen helpen bij de landbouw (Jes. 61:5). Vreemdelingen zijn ingeschakeld bij de terugkeer van het Joodse volk (Jes. 66:20).
Een negatief voorbeeld is dat van de Ammonieten en Moabieten, die Israël niet hielpen (met brood en water tegemoet kwamen) tijdens hun tocht door de woestijn en daarvoor zwaar gestraft werden (zie Deut. 23:2). Zo wordt van ons verwacht Israël, dat op weg is naar Gods doel, zoveel mogelijk bij te staan.
Troost, troost mijn volk
Goede kennissen hadden Israëlische vrienden van hun dochter op visite. Seculiere, niet gelovige Joodse jonge mensen. Ze vroegen wat die kennissen toch met Israël hadden. De vrouw vertelde eenvoudig dat ze geloven in de God van Abraham, Izak en Jacob en dat ze het Joodse volk liefhebben. De reactie van die jonge Israëli's bestond uit tranen. Een niet-Joodse dame droeg een davidsster. In een winkel kwam een Joodse vrouw op haar af en vroeg: Bent u Joods? De dame legde uit dat wij vanuit de Bijbel van het Joodse volk houden en vertelde iets van wat haar gemeente voor Israël doet. Ook hier waren tranen van ontroering het antwoord. Troost, troost mijn volk (Jes. 40:1) draagt de HERE ons op. Israël staat alleen. Er is geen gezin dat niet treurt om een familielid dat slachtoffer is van de uitermate wrede terroristische aanslagen. Door wie zal Ik u troosten? (Jes. 51:19). Een vraag en tegelijk een opdracht van de HERE aan ons.
De edele olijfboom
Wij, de gemeente van Christus-uit-de-volken zijn als wilde takken op de edele olijf geënt. Wij zijn medeburgers van de heiligen (Efe. 2:19). De heidenen zijn medeleden en medegenoten van de belofte in Christus Jezus (Efe. 3:6). Paulus legt uitvoerig uit dat we bij Israël horen. Juist in deze tijd, nu het profetische woord zo duidelijk leert dat we leven in de tijd van het herstel van Israël, en dat de Messias Jezus op weg is naar Jeruzalem, horen wij met Israël mee te gaan. Alleen dan kan een herstel van de kerk van Christus gelijk opgaan met het herstel van Israël. Met Ruth, die symbolisch staat voor ons, gelovigen-uit-de-volken, zeggen wij: Uw volk is mijn volk en uw God is mijn God (Ruth 1:16).
Een geestelijke zegen
Het oude bijbelwoord "Ik zal zegenen wie u zegenen" (Gen. 12:3) is ook op onze gemeenten van toepassing. Maar er is meer. Als we vanuit de Bijbel inzien en erkennen dat ook Israël knecht van de HERE is en dat de HERE op weg is met Zijn volk, zullen ook andere bijbelse waarheden uit de Schrift gaan oplichten. Dat betreft niet alleen de opname van de gemeente, het vrederijk en de eschatologie. Maar ook zaken als doop, genezing, de bijbelse feesten enz. Dat zal een grote geestelijke rijkdom in onze gemeentes geven.
Opdrachten van Paulus
Paulus eindigt zijn uitleg over Israël in Rom. 9-11 met een opdracht: zo zijn ook dezen (het Joodse volk dat gedeeltelijk verhard is) nu ongehoorzaam geworden, opdat door de u betoonde ontferming ook zij thans ontferming zouden vinden (Rom. 11:30-32). Met die ontferming brengen wij Israël troost en bemoediging, steun en hulp.
De gelovige rest
De gelovige rest speelt een belangrijke rol in de Bijbel. Die rest komt voor bij koning Achab in Israël, bij de koningen Hizkia en Josia, in de tijd van de Eerste Gemeente en ook in de kerkgeschiedenis. De trouw van die rest bewerkt dikwijls uitstel van een oordeel en zegen. In een volgende Signalen van ons blad hoop ik hierop verder in te kunnen gaan.
drs. Jan van Barneveld
Op dit moment is de druk op Israël heel groot. De G4 (VN, VS, EU en Rusland = de hele wereld) willen in 2005 zo,n staat. De wereld zal het merken als men doorgaat Gods plannen te dwarsbomen! Maar er is nog meer gaande dat de toorn van de HERE opwekt. De wereld eist van Israël te doen wat zij zelf nooit zou doen. Israël wordt door bijna iedereen vals beschuldigd van zaken waaraan die volken zich in de loop van de geschiedenis zelf schuldig gemaakt hebben of nog steeds maken. Israël is niet alleen de toetssteen voor Gods zegen, maar zal in de nabije toekomst steeds meer de toetssteen voor Gods vloek en oordeel worden. Inmiddels staat Israël helemaal alleen in de volkerenfamilie. Wie de Bijbel kent, ziet dat alles zich volgens bijbelse patronen en wetten ontwikkelt. Richtingaanwijzers langs die patronen zijn profetieën. Zoals Bileam, de heidenprofeet, al zei: Zie, het volk zal alleen wonen en zal onder de naties niet gerekend worden (Num. 23:9). Alleen een kleine doorsnede van bijbelgetrouwe christenen blijft achter Israël staan. In deze Signalen willen we die groep bemoedigen door te wijzen op zeven profetische aspecten van onze steun aan Israël.
Gods plan met Israël
Israël is op weg naar Gods grote doel: De (weder)komst van de Messias en Zijn rijk. Elke tocht van Israël naar het Beloofde Land had een bijzonder geestelijk doel. De uittocht uit Egypte ging allereerst naar de Sinaï waar Israël, en door Israël de wereld, de Tien Geboden kreeg. (In de discussies over waarden en normen moest men daar wat meer rekening mee houden). De terugkeer uit de Babylonische ballingschap bracht de P komst van de Messias en de verzoening van de zonden. De terugkeer uit de ballingschap onder alle volken is een voorbereiding voor de 2e komst van de
Messias en de verlossing van de wereld. Bij al die drie tochten stonden en staan ook nu enorme wereldmachten klaar om Israël te vernietigen.
Maar er waren ook kleine groepen en soms wereldleiders die Israël steunden. In onze tijd zijn dat de bijbelgetrouwe christenen. U bent, met uw voorbede voor en steun aan Israël, ingeschakeld in Gods grote verlossingsplan voor Israël en voor de wereld. Vandaar dat u strijd en tegenstand ervaart.
Gehoorzaamheid aan het Woord
In de Bijbel komen heel wat vreemdelingen voor die Israël op weg naar Gods doel helpen. Denk aan de schoonvader van Mozes, Rehuël. Zijn zonen, de Kenieten leidden als gids Israël door de woestijn en werden toen Israël het land in bezit nam bij Juda ingelijfd (Richt. 1:16). Later komen zij weer voor in een belangrijke functie als schrijvers (1 Kr. 2:55). Vreemdelingen zullen de muren van Jeruzalem herbouwen (Jes. 60:10). Vreemdelingen helpen bij de landbouw (Jes. 61:5). Vreemdelingen zijn ingeschakeld bij de terugkeer van het Joodse volk (Jes. 66:20).
Een negatief voorbeeld is dat van de Ammonieten en Moabieten, die Israël niet hielpen (met brood en water tegemoet kwamen) tijdens hun tocht door de woestijn en daarvoor zwaar gestraft werden (zie Deut. 23:2). Zo wordt van ons verwacht Israël, dat op weg is naar Gods doel, zoveel mogelijk bij te staan.
Troost, troost mijn volk
Goede kennissen hadden Israëlische vrienden van hun dochter op visite. Seculiere, niet gelovige Joodse jonge mensen. Ze vroegen wat die kennissen toch met Israël hadden. De vrouw vertelde eenvoudig dat ze geloven in de God van Abraham, Izak en Jacob en dat ze het Joodse volk liefhebben. De reactie van die jonge Israëli's bestond uit tranen. Een niet-Joodse dame droeg een davidsster. In een winkel kwam een Joodse vrouw op haar af en vroeg: Bent u Joods? De dame legde uit dat wij vanuit de Bijbel van het Joodse volk houden en vertelde iets van wat haar gemeente voor Israël doet. Ook hier waren tranen van ontroering het antwoord. Troost, troost mijn volk (Jes. 40:1) draagt de HERE ons op. Israël staat alleen. Er is geen gezin dat niet treurt om een familielid dat slachtoffer is van de uitermate wrede terroristische aanslagen. Door wie zal Ik u troosten? (Jes. 51:19). Een vraag en tegelijk een opdracht van de HERE aan ons.
De edele olijfboom
Wij, de gemeente van Christus-uit-de-volken zijn als wilde takken op de edele olijf geënt. Wij zijn medeburgers van de heiligen (Efe. 2:19). De heidenen zijn medeleden en medegenoten van de belofte in Christus Jezus (Efe. 3:6). Paulus legt uitvoerig uit dat we bij Israël horen. Juist in deze tijd, nu het profetische woord zo duidelijk leert dat we leven in de tijd van het herstel van Israël, en dat de Messias Jezus op weg is naar Jeruzalem, horen wij met Israël mee te gaan. Alleen dan kan een herstel van de kerk van Christus gelijk opgaan met het herstel van Israël. Met Ruth, die symbolisch staat voor ons, gelovigen-uit-de-volken, zeggen wij: Uw volk is mijn volk en uw God is mijn God (Ruth 1:16).
Een geestelijke zegen
Het oude bijbelwoord "Ik zal zegenen wie u zegenen" (Gen. 12:3) is ook op onze gemeenten van toepassing. Maar er is meer. Als we vanuit de Bijbel inzien en erkennen dat ook Israël knecht van de HERE is en dat de HERE op weg is met Zijn volk, zullen ook andere bijbelse waarheden uit de Schrift gaan oplichten. Dat betreft niet alleen de opname van de gemeente, het vrederijk en de eschatologie. Maar ook zaken als doop, genezing, de bijbelse feesten enz. Dat zal een grote geestelijke rijkdom in onze gemeentes geven.
Opdrachten van Paulus
Paulus eindigt zijn uitleg over Israël in Rom. 9-11 met een opdracht: zo zijn ook dezen (het Joodse volk dat gedeeltelijk verhard is) nu ongehoorzaam geworden, opdat door de u betoonde ontferming ook zij thans ontferming zouden vinden (Rom. 11:30-32). Met die ontferming brengen wij Israël troost en bemoediging, steun en hulp.
De gelovige rest
De gelovige rest speelt een belangrijke rol in de Bijbel. Die rest komt voor bij koning Achab in Israël, bij de koningen Hizkia en Josia, in de tijd van de Eerste Gemeente en ook in de kerkgeschiedenis. De trouw van die rest bewerkt dikwijls uitstel van een oordeel en zegen. In een volgende Signalen van ons blad hoop ik hierop verder in te kunnen gaan.
drs. Jan van Barneveld