Yeshua, God van mijn heil

Gieneke van Veen-Vrolijk • 89 - 2013 • Uitgave: 19
‘U bent de God van mijn heil…’ (Psalm 25:5).

In eerdere besprekingen kwam het Hebreeuwse werkwoord ‘yasha’ aan de orde, waarvan de betekenis is: verlossen, redden, bevrijden, uithelpen. We zagen dat dit werkwoord ook de bijzondere inhoud ‘heil brengen’, ‘zalig maken’ kan hebben. We staan ditmaal stil bij het van dit werkwoord afgeleide woord ‘yeshua’, dat betekent: verlossing, redding, uitredding, bijstand; in veel gevallen kan dit woord ook met de geestelijke betekenis ‘heil’, ‘zaligheid’ worden weergegeven. Naast het woord ‘yeshua’/verlossing/heil komen ook de parallelle woorden ‘yesha’ en ‘teshua’ voor.1

‘Yeshua’ en ‘yesha’ in de Psalmen
In een gebed waarin David zijn vertrouwen en toewijding aan de Here uitdrukt, smeekt hij Hem om leiding en onderricht in zijn waarheid en belijdt daarbij: “want U bent de God van mijn ‘yesha’/heil…” (Psalm 25:5). Zo drukt hij ook zijn zekerheid en overgave aan zijn God uit en zingt: “De Here is mijn licht en mijn ‘yesha’/heil, voor wie zou ik vrezen?” (Psalm 27:1). Ook wij mogen de Here dankbaar loven vanwege de zegeningen waarmee Hij ons dagelijks overlaadt en erkennen: “die God is onze ‘yeshua’/verlossing” (Psalm 68:20).
In nood en in moeiten mogen we met de psalmist de Here aanroepen en belijden als “de God van ons ‘yesha’/heil” en Hem smeken Zijn genade te mogen zien en Zijn ‘yesha’/verlossing te mogen ontvangen (Psalm 85:5,8; 27:9).
Na verlossing uit de nood bezingt David zijn liefde voor de Here en erkent Hem als zijn sterkte, rots en toevlucht, waarbij hij Hem jubelend beschrijft als “mijn schild en de hoorn van mijn ‘yesha’/verlossing” (Psalm 18:3). In deze beeldspraak spreekt het schild van bescherming in de strijd - dat wordt de gelovige dus niet bespaard - waarbij tegelijkertijd de hoorn als symbool van kracht duidt op de macht en grootsheid van Gods redding uit de nood en ontvangen heil. Onze ziel, ons hele wezen, mag stil zijn voor God en belijden “van Hem is mijn ‘yeshua’/heil. Zeker, Hij is mijn rots en mijn ‘yeshua’/zaligheid… Hij is mijn veilige vesting, ik zal niet wankelen. In God is mij ‘yesha’/redding en mijn glorie…” (Psalm 62:2-3,7-8). Te midden van zware strijd, pijn en verdriet vinden wij troost in Zijn eeuwige heil en ondanks de vele onzekerheden die ons vaak overspoelen mogen we ons, zoals de psalmist, geborgen weten in Gods liefdevolle verlossing die zekerheid en houvast biedt.

Uitdrukking van geloof
Dat het heil van de Here is, komt ook naar voren in uitingen van geloof, zoals we die horen in Jakobs belijdenis ‘op Uw ‘yeshua’/heil’ wacht ik, HERE! (Genesis 49:18). Deze uitroep - hier op een opvallende plaats in het gedicht met zegeningen over zijn zonen - duidt op vertrouwend wachten op Gods uitredding en hoopvol uitzien naar Zijn eeuwige heil. Dat is wat de oude aartsvader hier aan het einde van zijn leven verwoordt.
Eeuwen later gebruikt de door God tegengehouden vluchtende profeet Jona ditzelfde woord ‘yeshua’/verlossing, wanneer hij in uiterste nood en grote benauwdheid tot de Here bidt, Hem beloften doet en belijdt: “‘yeshua’/het heil is van de Here” (Jona 2:9).
In angst en nood wil de Here de Zijnen Zijn ‘yeshua’/heil doen zien (Exodus 14:13; vgl. Jesaja 52:10; Psalm 98:3). Gods ‘yeshua’/uitredding en heil is echter ver van allen die de Here afwijzen (Psalm 119:155). Dit in tegenstelling tot de psalmist die met zijn hele wezen verlangt naar Gods ‘teshua’/heil (vers 81).

‘Yeshua’ en de naam ‘Jezus’
Vormen van de woorden ‘yesha’, ‘yeshua’ komen ook voor in eigennamen. Zo vinden we ‘yesha’/heil in de naam van de profeet Jesaja, die in het Hebreeuws luidt: ‘Yesha-yahu’ dat betekent ‘heil van de Here’, of ‘de Here is heil’.2
De bijzondere betekenis van ‘yeshua’/verlossing/heil klinkt heerlijk door in de naam van de Here Jezus, ‘Yeshua’: ‘de Here is heil/zaligheid’. Bij Zijn naamsaankondiging wordt van Godswege deze toelichting geboden: “u zult Hem de naam ‘Yeshua’/‘Jezus’ geven, want Hij zal Zijn volk zalig maken van hun zonden” (Matteüs 1:21). De Zoon van God die uit de Heilige Geest en door de overschaduwing van de ‘kracht van de Allerhoogste’ uit de maagd Maria zou worden geboren, zou/zal als eeuwige Koning heersen (Lucas 1:31-35). Maar als ‘Yeshua’/Verlosser zou Hij voor de verloren mens plaatsvervangend sterven. Deze naam houdt eeuwig leven en heil in voor ieder die in Hem gelooft.

“Ik zal mij verheugen in de God van mijn ‘yesha’/heil!” (Habakuk 3:18).

Dr. Gieneke van Veen-Vrolijk

1 Beide woorden zijn eveneens afgeleid van de stam ‘yasha’/verlossen en hebben allebei dezelfde betekenissen als ‘yeshua’. Deze drie synonieme Hebreeuwse woorden komen naast elkaar voor in de Bijbeltekst, hoewel het woord ‘yeshua’ tweemaal zo vaak voorkomt als de twee andere. De woorden ‘yeshua’ en ‘yesha’ komen vooral voor in poëtische boeken, bovenal Psalmen, en bij de profeten. Het woord ‘teshua’ komt duidelijk vaker voor in niet-poëtische teksten.
2 ‘Yahu’ is een vorm van de heilige Godsnaam JHWH, te vertalen met ‘HERE’. Bij een iets andere spelling kan de naam ook worden vertaald met: ‘de Here redt’.