Worsteling met de tijdgeest

Feike ter Velde • 90 - 2014 • Uitgave: 4
Zolang de Gemeente van Christus bestaat – en dat is sinds de Pinksterdag – kent zij de worsteling met de geest van de tijd, kortweg de tijdgeest. Als Jezus wijst op de verdrukking die de gelovigen zullen ontmoeten in deze wereld, dan doelt Hij ongetwijfeld daarop.
In de tijd van het Nieuwe Testament was dat bijvoorbeeld tegen de aanbidding van de keizer als een god, maar ook tegen de macht van de Griekse geest, die wij nu kennen als het humanisme.
Die Grieks-Romeinse cultuur is dominant als tijdgeest onder ons. Niet langer als goede buurman, maar nu als agressieve, opdringerige en binnendringende totalitaire macht.
De tijden zijn veranderd!


Over het algemeen bestaat er weinig zicht in de christelijke gemeente op de geest van de tijd. Echter wel op wat hij uitwerkt. De tijdgeest beheerst het denken en gevoelen van de hele cultuur in kerk en wereld. Het is juist aan de kerk om die tijdgeest te analyseren en vervolgens ontmaskeren. Zo alleen kan elke individuele christen leren om staande te blijven in weer en wind. Want dat weten we wel, dat de stormen van de secularisatie de laatste decennia verwoestend hebben huisgehouden in grote delen van de kerk.
Zoals Jeremia weende over de verwoesting van Jeruzalem, zo wenen wij – als we het zien tenminste(!) – over de kerk en het christendom in ons werelddeel. Maar zoals Jeremia alleen stond in zijn tijd, zo staan mensen die deze dingen vandaag zien en erover spreken ook vaak alleen. De ongeïnteresseerdheid bij het grote publiek is enorm. Dat maakt het mogelijk dat de tijdgeest ook in Bijbelgetrouwe gemeenten, zowel reformatorisch als evangelisch, kan binnendringen. Onze tieners zijn de eerste slachtoffers en vallen bij duizenden vandaag.

Vermanen helpt niet
Historicus en cultuurfilosoof Johan Huizinga (1872-1945) schreef in 1935(!) in zijn beroemde boek ‘In de schaduw van morgen’ dramatische waarschuwingen voor de dingen die hij zag gebeuren:
‘Het is een boze wereld. Het vuur van haat en geweld brandt hoog, het onrecht is machtig, de duivel dekt met zijn zwarte vlerken een duistere aarde. Spoedig wacht de mensheid het eind van alle dingen. Maar de mensheid bekeert zich niet; de Kerk strijdt, predikers en dichters klagen en vermanen vergeefs(!).
Wij leven in een bezeten wereld. En wij weten het. Het zou voor niemand onverwacht komen, als de waanzin eensklaps uitbrak in een razernij, waaruit deze arme Europese mensheid achterbleef in verstomping en verdwazing, de motoren nog draaiende en de vlaggen nog wapperende, maar de geest geweken.’

Niet lang daarna brak de Tweede Wereldoorlog uit en werden zes miljoen Europese Joden uitgeroeid in complete waanzin en demonische razernij.

Hoe komt het toch dat vermanen niet helpt? Heeft dat te maken met intellectuele achterstand van christenen? Is het waar wat men in de Amsterdamse grachtengordel beweert, dat christenen hun geloof nodig hebben omdat ze niet beter weten. Worden christenen daarom als dom terzijde van de samenleving geplaatst? Ik acht dat niet onmogelijk. We hebben zelf onze stem in de samenleving tot zwijgen gebracht.

Miskotte
De Amsterdamse hervormde theoloog en later Leidse hoogleraar Kornelis Heiko Miskotte (1894-1976) beschouwde de ongeïnteresseerdheid van het kerkvolk in zijn tijd als nihilisme, dat is de leer van het volstrekte niets als het gaat om waarden en normen in het bestaan en van het bestaan zelf. Het nazidom beschouwde hij als het nieuwe heidendom en waarschuwde voor alle gevaren van dien. Hij had zich actief ingezet in het verzet, Joden onderdak verschaft en het nieuwe heidendom van het nazisme als ‘volksreligie’ aangemerkt. Een religie die de mens bij de geboorte al meekrijgt: een natuurlijke religie.
Miskotte leed soms zichtbaar onder de desinteresse van het kerkvolk. Het nihilisme heeft geen boodschap meer aan God of aan Zijn Woord. De religieuze mens wil zich wel in zijn religie uitleven en uit zijn dak gaan desnoods, maar hij heeft geen relatie met de dienst aan de God van Israël en de Bijbel. Het voorziet slechts in de bevrediging van de eigen religieuze behoefte. Dit is de tijdgeest waaronder wij nu leven en die door Miskotte werd geanalyseerd en bestreden, zonder dat hij daarbij veel medestrijders heeft gekregen.

Godsverduistering
De Godsverduistering was een constatering van de Joodse geleerde Martin Buber (1878-1965). Onze tijd wordt bepaald door deze typering: God is weg uit de samenleving en er blijft religie over. De tijdgeest staat niet onsympathiek tegenover het hedendaagse christendom, omdat religie weer geheel terug is als acceptabel fenomeen. Maar als het gaat om de leer van de Bijbel en de levensveranderende kracht van het Evangelie, dan is de tijdgeest er onmiddellijk bij om dat met kracht af te wijzen en te bestrijden. Het Bijbelgetrouwe christelijk geloof wil echter niets weten van godsverduistering, maar zoekt de waarheid van Jezus Christus. En die bestaat niet bij de tijdgeest. Alle religies bij elkaar….prima! Maar een levensveranderende kracht van de levende God, die een mens niet laat wat hij is maar die een mens wil veranderen naar het beeld van Christus (Romeinen 8:29)… dat zij verre.

De mens als god
De tijdgeest is diep doorgedrongen in de wereld, maar ook in kerk en theologie. Dit is niet van vandaag of gisteren, maar het proces van deze tijdgeest is al lang geleden in gang gezet. Misschien moeten we een piketpaal plaatsen bij de Franse Revolutie: ‘Ni Dieu, ni Maître’ (Geen God en geen Meester). En dan moeten we letten op de toen ontstane antichristelijke politieke partijen van het socialisme/communisme – dat volgens het Zwartboek van het Communisme 94 miljoen mensenlevens gekost in de 20e eeuw; het Fascisme van de moord op 6 miljoen Joden en het Liberalisme dat de moord op het ongeboren kind op haar naam heeft staan: meer dan 40 miljoen per jaar wereldwijd.

Die sluipende tijdgeest die via het levensgevoel, de media, het onderwijs en via tal van andere wegen de menselijke geest binnenkomt, baant de weg voor een mens die de Antichrist heet. De Gemeente moet vreemdeling zijn in een oprukkende onchristelijke wereld, waarvan de Franse filosoof Maurice Merleau-Ponty (1908-1961) zei: “Er is gelukkig een evolutie op gang gekomen binnen het Christendom! Een bovennatuurlijk-religieus Christendom gaat ongemerkt over in een werelds Christendom waarbij God en het goddelijke zich allengs meer als mens openbaren. Dit proces houdt in dat binnen afzienbare tijd de mens de enige God is.”
De Bijbel zegt: ‘Ontwaak, gij die slaapt en sta op uit de doden en Christus zal over u lichten’ (Efeziërs 5:14).

Feike ter Velde