Wie waren de herders?

Henk Schouten • 86 - 2010 • Uitgave: 25/26
De herdertjes lagen bij nachte, ze lagen bij nacht in het veld
Ze hielden vol trouwe de wachte; ze hadden hun schaapjes geteld.
Daar hoorden zij d’ engelen zingen, hun liederen vloeiend en klaar;
De herders naar Bethlehem gingen ’t liep tegen het nieuwe jaar.

Een absolute kersthit

Generaties zijn ermee opgegroeid. Tientallen en misschien wel honderden koren hadden of hebben het lied op het repertoire staan. Solisten persten diep uit hun longen de woorden ‘zij hadden hun schaapjes geteld’. Duizenden herdertjes zullen het inmiddels wel geweest zijn, die rond geïmproviseerde kampvuren, samen met andere spelers, die de rol van schaap of os hadden toebedeeld gekregen, het kerstspel opvoerden. De romantiek viert tegen het einde van het jaar hoogtij.
De herdertjes liggen er rustig bij. Eén ding weten we alvast zeker, de Here Jezus kan niet met kerst zijn geboren. In dit jaargetijde liggen er geen herdertjes in het veld, ook niet in de velden van Efrata. Het liep dus ook niet tegen het nieuwe jaar. De 25e december heeft niets uit te staan met de geboortedatum van onze Heiland. Het is de kerk die uit bedenkelijke motieven deze datum op de kalender heeft gezet. Het zogenaamde zonnewendefeest is, net als de zondag, naar die heidense afgod ‘de zon’ genoemd, evenals alle dagen van de week genoemd zijn naar heidense goden. Ik hoop niet dat ik hiermee uw kerstgevoel beschadig en de romantiek te gronde heb gericht, maar Bijbels is de tekst van het geciteerde lied allerminst. Schaapjes tellen is doorgaans ook niet de bezigheid van herders. Herders waren ook niet zachtzinnig van aard, desnoods vochten ze met wilde dieren om de kuddes te beschermen.

Wat doen de herders in de Bijbel
De vraag dringt zich op, wat doen de herders in de Bijbel en hier in de geboorteaankondiging van Gods Zoon in het bijzonder? De vraag wordt indringender wanneer we beseffen dat het volgens de mishna1 verboden was om kleinvee te houden binnen de landsgrenzen van Israël. Hoe kan het nu gebeuren dat blijkbaar in de omgeving van Bethlehem toch herders met schapen werden aangetroffen? Dat is toch in strijd met de geldende regelgeving. Het geciteerde lied schijnt er niet van te weten en laat de engelen rustig doorzingen. Er bleek een bepaald gebied uitgezonderd te zijn van deze beperking ten aanzien van het houden van schapen en ander kleinvee. Dat gebied kennen we van de profeet Amos, inderdaad een schapenfokker! uit Tekoa.2

Tekoa
We komen deze plaats een paar keer tegen in de Bijbel. Zo komt er een vrouw uit Tekoa, zij bemiddelde tussen David en Absalom3, zij bewerkt met veel wijsheid verzoening tussen vader en zoon. Een opmerkelijke geschiedenis lezen we in 2 Kronieken 20:19-22. We lezen van de Kehatieten en de Korachieten, die met zeer krachtige stem, bijna als de engelen, God loven. Dat is vlak voordat ze de woestijn van Tekoa introkken. Vervolgens worden de inwoners van Juda en Jeruzalem opgeroepen in de Here God te geloven. De gelovigen zullen dan bevestigd worden en voorspoedig zijn. Daarop wordt er opnieuw gezongen en de Here wordt in heilige feestdos geloofd. De Here God geeft Zijn volk de overwinning in de strijd tegen de Moabieten en de Ammonieten.
Zit daar niet iets profetisch in? Nu geen Levieten die zingen, maar engelen. Nu zijn het herders die spreken en getuigen nadat ze het kind hebben mogen zien en hebben aanbeden. Nu worden door dit getuigenis de inwoners van Juda en Jeruzalem opnieuw opgeroepen de Here God te loven.
Ook Jeremia profeteert opmerkelijk over Tekoa, ‘blaast de bazuin in Tekoa’.4 Er dreigt ramspoed uit het noorden. We lezen in Jeremia 6:3 van herders die hun tenten opslaan en waarvan de kudden het gebied afweiden.

Amos
Het boekje van deze profeet begint met de woorden: ‘De woorden, die Amos, een van de schapenfokkers uit Tekoa, geschouwd heeft over Israël.’ De schapenfokkers uit die omgeving fokten schapen voor de tempeldienst. Het waren slachtschappen om geofferd te worden bij de grote feesten van Israël. Pelgrims kwamen uit het hele land om de offers te brengen. Het was niet altijd makkelijk om tijdens zo’n lange reis zelf offerdieren mee te brengen. Zo’n beest aan een touwtje, soms honderden kilometers over lang niet altijd gebaande wegen te leiden, viel niet mee. Daarom was het prettig dat men dichter bij de tempel in Jeruzalem een goed offerdier kon kopen. Zo konden de offeraars in het gebied Tekoa terecht om schapen voor het offerritueel te kopen.
Later komen we de Here Jezus tegen, de geschiedenis van de tempelreiniging spreekt ons aan. De handel in offerdieren had zich zelfs al naar de poorten van de tempel verplaatst. De naam Amos betekent ‘last’. De profeet had een last te dragen. Die last heeft betrekking op de profetie die hij moest brengen: oordelen over Gods volk. Amos heeft daaronder geleden. Zo moesten de schapen lijden onder de last offerdier te zijn. Zij droegen de zondelast van de offeraar. Het dier zou in plaats van de offeraar gedood worden en het bloed van het dier zou bedekking van de zonde brengen.

De herders
Tegen deze achtergrond krijgt het verhaal van de herders meer reliëf. Zij waren de mannen die in het geheel van de offerdienst een belangrijke taak volbrachten. Zij droegen zorg voor het fokken en onderhouden van de kudden met de offerdieren. Deze dieren werden door de offeraars gekocht om in de tempel geofferd te worden. Wanneer er een klant kwam die een dier kocht, dan wisten de herders: deze man doet schuldbelijdenis. Deze man kent de strijd en het conflict met de boze, maar deze man weet dat het offer zijn schuld bedekken zal. Feitelijk hadden de herders een prachtig werk, zij stonden in de lijn van de verzoening die mensen zochten en door de Here God genadig geschonken werd. Hoeveel offerdieren waren er de eeuwen door klaargemaakt om verzoening te doen, telkens weer vloeide het bloed van de dieren.
Deze mannen, deze herders ontvangen de schitterende boodschap: “U is heden de Heiland geboren, namelijk Christus, de Here, in de stad van David.”5 Het waren de herders die de offerdieren verzorgden en die nu als eersten naar Bethlehem mochten gaan. Daar zagen zij het Lam Gods dat de zonde der wereld wegneemt. Zijn bloed reinigt van alle zonde. Het ging nu niet alleen om de zonden van de offeraar, die na een lange reis, voor zich persoonlijk, uit hun kudde een geschikt offerdier uitzocht. Het ging nu om het Lam Gods, dat ook voor de herders zelf geofferd zou worden. Het ging om Jezus Christus, het Lam Gods dat de zonde der wereld wegneemt. Dat betekent dat Jezus Christus als Lam geslacht zou worden. Dat gebeurde op Golgotha, daar stierf de Heiland der wereld. Hij stierf daar voor herders en koningen, voor priesters en profeten. Hij gaf Zijn leven voor Joden en Grieken, voor mensen van toen en nu.
Weet u dat Jezus Christus ook voor uw en jouw zonden is gestorven? Dan is er alle reden om te zingen met de engelen en te aanbidden met de herders. “Ere zij God in de hoge en vrede op aarde bij mensen des welbehagens.” De gelovigen zullen dan bevestigd worden en voorspoedig zijn.

Ds. Henk Schouten

1 Mishna, dit is een mondelinge overlevering van de Joodse wet, die tot op Mozes terug zou gaan en pas veel later werd opgeschreven.
2 Amos 1:1
3 2 Samuël 14:2 v.v.
4 Jeremia 6:1
5 Lucas 2:11