Wees niet bang voor God
‘Het beginsel van wijsheid is de vreze des Heren’ (Spreuken 9:10a)
Ik was pas bij een vriendin. Zij vertelde dat haar moeder, als het onweerde, zei: “Nu is God heel boos.” Welk beeld krijgen kinderen op deze wijze van onze Heer? Is Hij de boeman, die je constant in de gaten houdt of je het wel goed doet? En o wee, als je het fout doet, dan ‘dondert’ Hij…?
De vreze des Heren is het centrale thema van het boek Spreuken. Maar wat houdt die eigenlijk in? Is het angst voor God omdat Hij zo groot en zo sterk is en de macht heeft ons te veroordelen? Dit soort angst heeft niets te maken met de vreze des Heren die het begin van wijsheid is. Zulke valse Godsvrees is niet het begin, maar het einde van wijsheid. En de ware vreze des Heren maakt een eind aan deze verkeerde angst.
De apostel Johannes zegt: ‘Er is in de liefde geen vrees, maar de volmaakte liefde drijft de vrees uit’ (1 Johannes 4:18). De angst voor God wordt uitgedreven als we Jezus, de volmaakte liefde, hebben leren kennen! Dan is de vreze des Heren niet een verschrikking, maar een verwondering. De heilige God buigt Zich in de Here Jezus Christus neer naar ons, zondige mensen. De hoogverheven God zond Zijn Zoon om heel onze straf op Zich te nemen.
En dat is nog niet alles! Daarbovenop neemt Hij ons ook nog aan als Zijn kinderen. Als dit alles goed tot ons doordringt, kan het niet anders dan dat we vervuld worden met een heilig ontzag en een liefdevolle eerbied voor onze hemelse Vader. Dan krijgen we een afkeer van de zonde omdat we weten dat we daardoor Gods hart breken.
Luther beschreef ‘de vreze des Heren’ als volgt:
“Het is respect hebben voor Gods gezag en een verlangen om zijn geboden te gehoorzamen, waardoor je alle vorm van kwaad gaat haten en vermijden.”
We moeten niet bang zijn voor God, maar wel voor de zonde! En deze hartsgesteldheid opent voor ons de weg tot rijke zegen. Ieder, ook de slechtste mens, mag daar beginnen om levenswijsheid te ontvangen.
Soms denkt men ten onrechte dat vrees voor de Heer een Oudtestamentisch begrip is. Maar ook in het Nieuwe Testament zien we dat de vreze Gods de gelovige stimuleert om heilig en rein te leven (zie bijvoorbeeld 2 Korintiërs 7:1). Dat is het kenmerk van een wijze levenswandel! U zult dan ook de ontdekking doen dat de heiligheid van God en Zijn liefde perfect bij elkaar passen. Daarover de volgende keer.
Els ter Welle
Ik was pas bij een vriendin. Zij vertelde dat haar moeder, als het onweerde, zei: “Nu is God heel boos.” Welk beeld krijgen kinderen op deze wijze van onze Heer? Is Hij de boeman, die je constant in de gaten houdt of je het wel goed doet? En o wee, als je het fout doet, dan ‘dondert’ Hij…?
De vreze des Heren is het centrale thema van het boek Spreuken. Maar wat houdt die eigenlijk in? Is het angst voor God omdat Hij zo groot en zo sterk is en de macht heeft ons te veroordelen? Dit soort angst heeft niets te maken met de vreze des Heren die het begin van wijsheid is. Zulke valse Godsvrees is niet het begin, maar het einde van wijsheid. En de ware vreze des Heren maakt een eind aan deze verkeerde angst.
De apostel Johannes zegt: ‘Er is in de liefde geen vrees, maar de volmaakte liefde drijft de vrees uit’ (1 Johannes 4:18). De angst voor God wordt uitgedreven als we Jezus, de volmaakte liefde, hebben leren kennen! Dan is de vreze des Heren niet een verschrikking, maar een verwondering. De heilige God buigt Zich in de Here Jezus Christus neer naar ons, zondige mensen. De hoogverheven God zond Zijn Zoon om heel onze straf op Zich te nemen.
En dat is nog niet alles! Daarbovenop neemt Hij ons ook nog aan als Zijn kinderen. Als dit alles goed tot ons doordringt, kan het niet anders dan dat we vervuld worden met een heilig ontzag en een liefdevolle eerbied voor onze hemelse Vader. Dan krijgen we een afkeer van de zonde omdat we weten dat we daardoor Gods hart breken.
Luther beschreef ‘de vreze des Heren’ als volgt:
“Het is respect hebben voor Gods gezag en een verlangen om zijn geboden te gehoorzamen, waardoor je alle vorm van kwaad gaat haten en vermijden.”
We moeten niet bang zijn voor God, maar wel voor de zonde! En deze hartsgesteldheid opent voor ons de weg tot rijke zegen. Ieder, ook de slechtste mens, mag daar beginnen om levenswijsheid te ontvangen.
Soms denkt men ten onrechte dat vrees voor de Heer een Oudtestamentisch begrip is. Maar ook in het Nieuwe Testament zien we dat de vreze Gods de gelovige stimuleert om heilig en rein te leven (zie bijvoorbeeld 2 Korintiërs 7:1). Dat is het kenmerk van een wijze levenswandel! U zult dan ook de ontdekking doen dat de heiligheid van God en Zijn liefde perfect bij elkaar passen. Daarover de volgende keer.
Els ter Welle