Wat is er tegen?

Nol & Helene Esmeijer • 75 - 1999/2000 • Uitgave: 16
Wat zijn er veel jongeren, die altijd een argument hebben om niet te gaan geloven of om niet meer te geloven. Het is verbazingwekkend dat wij altijd iets willen zeggen als wij het ergens niet mee eens zijn. Vandaag willen wij een dikke streep zetten onder het feit, dat het met geloven niet op de eerste plaats gaat om het ergens mee eens te zijn. Maar het gaat om de kardinale vraag of wij ons hart - de binnenkant van ons leven - willen laten spreken. En dat mogen wij best eens zeggen in dit reformatienummer van Het Zoeklicht. Er zijn nog steeds een heleboel jongeren, die het wel met alles eens zijn, maar die toch de blijde zekerheid missen dat zij van God zijn.

1. Ons hart, ogen en oren zijn tegen
Israël had niets aan deze ledematen. Lees maar wat de Bijbel zegt in Deuteronomium 29:4. Zij waren het er best mee eens, maar toch hadden zij geen hart om te verstaan, geen ogen om te zien en geen oren om te horen. Er is zoveel binnengekomen in de gemeente wat mechanisch is: ogen en oren zijn er toch om te zien en te horen? Jawel, maar achter deze woorden moeten diepere gedachten schuil gaan. Gedachten, die met de binnenkant van ons leven hebben te maken.

2. Omdat wij niets leerden zijn wij tegen
Hoe je naar allerlei dingen ook kijkt: zij hebben allemaal een geschiedenis. Zo ook met de gang van God in het leven. In Deuteronomium 29:2,5,6 kun je lezen dat Israël ontzaglijk veel heeft meegekregen, maar geen les leerde uit dat wat God in het verleden deed.
Dat is vandaag de dag ook vaak zo. God deed wel een heleboel dingen, maar uit het verleden trokken wij vaak geen conclusies. Dat is het grote mankement met het lezen van de Bijbel: het is alles geschiedenis en wij willen het allemaal actueel hebben, voor vandaag. En omdat wij geen lessen trokken uit het verleden, zijn wij vaak grote twijfelaars.

3. Omdat wij met iets anders bezig zijn, zijn wij tegen
Er staat in Jesaja 29:9: "Zij zijn dronken, maar niet van wijn; zij waggelen, maar niet van bedwelmende drank." Met andere dingen bezig zijn dan tot je Goddelijke takenpakket behoort. En dan maar klagen dat je geen zekerheid van je redding hebt. Het is nog altijd twijfelen. Waarom zijn wij niet bezig met dat wat God ons aanbeveelt. Hij maakt er geen geheim van of wij tot deze blijde zekerheid kunnen komen. Hij zegt: "En Ik zeg u: Bidt en u zal gegeven worden; zoekt en gij zult vinden; klopt en u zal opengedaan worden." - Lucas 11:9. De vraag is maar of wij met deze werkvoorden bezig zijn. Nee niet om ze te ontrafelen, maar om ze te doen. De grote vraag is: Waarop is onze energie gericht? Zijn wij met de juiste dingen bezig?

4. Omdat wij slapen zijn wij tegen
Wanneer we geen belangstelling tonen voor de zaak van God, zendt Hij vaak een diepe slaap Jes.29:10). Het is met Israël niet meteen zo gegaan, er is wel degelijk aan hun hart gewerkt door de Almachtige. Maar zij luisterden niet, en gingen graag hun eigen weg. Deden vaak wat zij zelf wilden: en dan stort God een diepe slaap over hen uit. Dat is ook vaak zo met ons. Wij denken dat wij slapende rijk worden in God. Maar zo is het niet. Wij moeten wakker zijn. Het is voor ons altijd heel bijzonder dat in de brief aan de gemeente van Efeze staat: Ontwaak gij die slaapt en sta op de doden - 5:14. Als dit artikel bij een aantal van jullie er eens voor zou zorgen dat jullie de slaap uit je ogen wreven! Geweldig zou dat zijn.

5. Omdat wij niet luisterden en nadachten zijn wij tegen
Ook deze opmerking komt uit Jesaja 29:10: "Hij heeft uw ogen, de profeten, toegesloten en uw hoofden, de zieners, omhuld." Onze God is er alles aan gelegen, dat wij het wel zullen horen (inzien) en dat wij wel zullen nadenken over onszelf. en over Hem. Dat was ook Gods opdracht aan Israël. Zij deden het geen van beiden en kwamen/komen in grote problemen. Er staat heel duidelijk dat er prof eten en zieners zijn gekomen. Zij wilden voor het volk kijken en nadenken. Wij leven. in een tijd, dat er veel valse profeten zijn en valse zieners. Het wordt in het algemeen maar gezegd: Waarover maak je je druk, het komt allemaal wel goed. Dat is niet waar; het is gelogen.
Er komt niets goed als wij op de goede profeten, die onze ogen willen zijn, geen acht slaan; en als wij naar de goede zieners, die onze hoofden willen zijn, niet luisteren. Vandaag de dag wordt het een klein aantal aan wie je het gezicht nog kunt toevertrouwen. En er zijn er maar zeer weinigen, die over het geziene willen nadenken en het aan jou bekend willen maken.

6. Omdat de Bijbel gesloten blijft zijn wij tegen
Allerlei kritiek is er op Gods Woord maar in vele gevallen is dit wonderlijke Boek, verzegeld, een gesloten Boek. Het klinkt in Daniël 12:4 en 9: "Maar gij Daniël, houd de woorden verborgen, en verzegel het boek tot de eindtijd; … Ga heen, Daniël, want deze dingen blijven verborgen en verzegeld tot de eindtijd." Maar Johannes krijgt over de Openbaring van Jezus Christus de opdracht (22:10): "Verzegel de woorden van de profetie van dit boek niet, want de tijd is nabij." Daarmee willen wij vandaag eindigen: Is de Bijbel een open of een gesloten Boek voor jou? In Gods Woord kun je lezen, van dit Woord kun je leren, dat God vóór jou is en wie of wat zal tegen jou zijn? Want Hij heeft zelfs Zijn eigen Zoon niet gespaard (Ram 8:31.32).

Helene en Nol Esmeijer