Wat dreef Johannes de Heer?
‘Nooit zag ‘k een Vriend die zo trouw was als Jezus, neen, nooit één! Neen, nooit één!’ Op de terugweg uit Wales is dit lied vertaald door Johannes de Heer. Door de opwekking in Wales (1904-1905) is Johannes de Heer op een bijzondere manier door de Heilige Geest aangeraakt.
Deze gebeurtenis heeft een opmerkelijke omslag in zijn leven gegeven en het was zijn verlangen om deze opwekkingszegen ook in Nederland te brengen. Mogen wij in onze tijd nog verlangen naar een geestelijke herleving in ons land?
De opwekking in Wales
Evan Roberts was de bekende evangelist ten tijde van de opwekking in Wales (1904). Hij was geen geweldige spreker en hij kwam ook niet met iets heel nieuws. Maar hij was een buitengewoon voorbeeld hoe een discipel van de Heere Jezus te zijn en hij liet zich op een wonderlijke wijze leiden door de Heilige Geest.
Johannes de Heer heeft een persoonlijke ontmoeting gehad met Evan Roberts en beschrijft hem als volgt: ‘Hij was een jonge mijnwerker, 26 jaar oud, de eenvoud zelf, met een gezicht dat straalde van blijdschap doch de sporen droeg van overspanning, hetgeen niet te verwonderen was. Hij hield samenkomsten tot diep in de nacht en was vaak ’s morgens vroeg weer op stap, eer de morgenploeg in de mijn afdaalde, om met zijn vroegere kameraden een bidstond te houden.’1 Een kenmerk van de opwekking in Wales was dat het niet ging om grote kennis en welbespraaktheid, maar om liefde en pure toewijding.
Johannes de Heer en de opwekkingsbeweging
In het vroege voorjaar van 1903 bij het Bijbellezen tijdens de maaltijd werd Johannes de Heer getroffen door de tekst uit 1 Koningen 5: ‘Ik zal het op vlotten over de zee doen voeren…, en gij zult het wegnemen; gij zult ook mijn wil doen, dat gij mijn huis spijze geeft’ (vers 9).
Tijdens de jaarlijkse conferentie van de Vrije Evangelische Gemeente in Goes besluit Johannes de Heer met enkele andere broeders, gedrongen door de nieuwsgierigheid die was ontstaan door de berichten over een opwekking, om ‘over zee’ te gaan. De reis begon op 17 februari 1905 en zou duren tot het einde van de volgende week. Tijdens de reis wordt elke mogelijkheid om het evangelie te verkondigen benut. Er wordt een tafelorgeltje meegenomen, zodat er overal (in de trein en op de boot) gezongen en gepredikt kan worden.
Op een avond woonde Johannes de Heer een samenkomst bij waar Evan Roberts zou spreken. Maar die liet weten door de Geest verhinderd te zijn. Op die avond heeft Johannes de Heer in het Engels zijn getuigenis gegeven en de wens uitgesproken dat ook Nederland in de opwekkingszegen zou mogen delen. Tijdens deze dienst zag hij dat voor hem op een witte muur in vlammende letters iets geschreven werd. Johannes de Heer leest wat er staat en tot zijn ontzetting ziet hij dezelfde tekst verschijnen die hem eens had aangespoord om naar Wales te vertrekken: ‘Ik zal het op vlotten over de zee doen voeren…, en gij zult het wegnemen; gij zult ook mijn wil doen, dat gij mijn huis spijze geeft.’
Johannes de Heer zegt hier later over: “Er bleef mij geen keus. Het bevel was duidelijk. Daarom bogen we onze knieën en spraken voor het aangezicht des Heren af, ons geheel en al door Zijn hand te laten leiden. Wat mij persoonlijk betrof, ik beloofde de Heer Zijn roepstem te volgen en zo nodig de aardse zaak los te laten, indien de hemelse zaken dit vragen zouden.”2
Deze gebeurtenis, hij is dan 39 jaar oud, zal een nieuwe periode in zijn leven inluiden. Vanaf die tijd begint Johannes de Heer zich geheel te wijden aan het evangelisatiewerk in woord en lied.
Herleving
Een mooie definitie van herleving is: ‘Herleving is een verse openbaring van God in Christus, door de Heilige Geest. Hierover schrijft Johannes de Heer: ’Wat voorop stond was altijd schuldbekentenis voor God, roepen tot Hem om genade, begeerte om te komen tot rust aan des Heilands voeten, door Hem te worden aangenomen, te kunnen spreken: “Hier ben ik Here, de Uwe tot in eeuwigheid,” vrede en blijdschap daarna. De vruchten des Geestes werden aanstonds openbaar: schuldbelijdenis voor mensen, vergiffenis vragen en schenken, verzoening onder elkaar, hartelijke liefde onderling, een geest des gebeds en der voorbidding.’2
Herleving is een tijd waarin Christus en Zijn werk vers en levendig geopenbaard worden aan mensen die samenkomen. Als je schuilt bij en rust op het volbrachte werk van de Heere Jezus aan het kruis, zul je Zijn heerlijkheid zien. Dit is de inhoud van herleving.
Mogen we daar ook niet vandaag de dag in onze gemeenten en in onze samenkomsten naar verlangen en om bidden? Mogen we als in de dagen van Johannes de Heer verlangen naar een opwekkingszegen in Nederland? Dat het in de gemeente van de Heere Jezus Christus weer zal gaan om Hem die alles voor ons volbracht heeft en dat we alleen daaruit willen leven. Dat deze zegen zijn uitwerking mag hebben in de gemeente maar ook dat vele zielen hierdoor gered mogen worden voor de eeuwigheid.
Heer, och zend de spade regen,
op ’t gezaaide door Uw hand;
stort een nieuwe, rijke zegen,
over ’t dorre Nederland.
Refrein: Zend een kool van ’t altaar neder,
vul ons met dat heilig vuur.
Heil’ge Geest, zo zacht en teder,
o! Daal neder in dit uur!
(Johannes de Heer 695)
Martin Penning
1 De opwekking in Wales, Rick Joyner
2 Johannes de Heer, Evangelist in het licht van de wederkomst, drs. Domus Elsman
Deze gebeurtenis heeft een opmerkelijke omslag in zijn leven gegeven en het was zijn verlangen om deze opwekkingszegen ook in Nederland te brengen. Mogen wij in onze tijd nog verlangen naar een geestelijke herleving in ons land?
De opwekking in Wales
Evan Roberts was de bekende evangelist ten tijde van de opwekking in Wales (1904). Hij was geen geweldige spreker en hij kwam ook niet met iets heel nieuws. Maar hij was een buitengewoon voorbeeld hoe een discipel van de Heere Jezus te zijn en hij liet zich op een wonderlijke wijze leiden door de Heilige Geest.
Johannes de Heer heeft een persoonlijke ontmoeting gehad met Evan Roberts en beschrijft hem als volgt: ‘Hij was een jonge mijnwerker, 26 jaar oud, de eenvoud zelf, met een gezicht dat straalde van blijdschap doch de sporen droeg van overspanning, hetgeen niet te verwonderen was. Hij hield samenkomsten tot diep in de nacht en was vaak ’s morgens vroeg weer op stap, eer de morgenploeg in de mijn afdaalde, om met zijn vroegere kameraden een bidstond te houden.’1 Een kenmerk van de opwekking in Wales was dat het niet ging om grote kennis en welbespraaktheid, maar om liefde en pure toewijding.
Johannes de Heer en de opwekkingsbeweging
In het vroege voorjaar van 1903 bij het Bijbellezen tijdens de maaltijd werd Johannes de Heer getroffen door de tekst uit 1 Koningen 5: ‘Ik zal het op vlotten over de zee doen voeren…, en gij zult het wegnemen; gij zult ook mijn wil doen, dat gij mijn huis spijze geeft’ (vers 9).
Tijdens de jaarlijkse conferentie van de Vrije Evangelische Gemeente in Goes besluit Johannes de Heer met enkele andere broeders, gedrongen door de nieuwsgierigheid die was ontstaan door de berichten over een opwekking, om ‘over zee’ te gaan. De reis begon op 17 februari 1905 en zou duren tot het einde van de volgende week. Tijdens de reis wordt elke mogelijkheid om het evangelie te verkondigen benut. Er wordt een tafelorgeltje meegenomen, zodat er overal (in de trein en op de boot) gezongen en gepredikt kan worden.
Op een avond woonde Johannes de Heer een samenkomst bij waar Evan Roberts zou spreken. Maar die liet weten door de Geest verhinderd te zijn. Op die avond heeft Johannes de Heer in het Engels zijn getuigenis gegeven en de wens uitgesproken dat ook Nederland in de opwekkingszegen zou mogen delen. Tijdens deze dienst zag hij dat voor hem op een witte muur in vlammende letters iets geschreven werd. Johannes de Heer leest wat er staat en tot zijn ontzetting ziet hij dezelfde tekst verschijnen die hem eens had aangespoord om naar Wales te vertrekken: ‘Ik zal het op vlotten over de zee doen voeren…, en gij zult het wegnemen; gij zult ook mijn wil doen, dat gij mijn huis spijze geeft.’
Johannes de Heer zegt hier later over: “Er bleef mij geen keus. Het bevel was duidelijk. Daarom bogen we onze knieën en spraken voor het aangezicht des Heren af, ons geheel en al door Zijn hand te laten leiden. Wat mij persoonlijk betrof, ik beloofde de Heer Zijn roepstem te volgen en zo nodig de aardse zaak los te laten, indien de hemelse zaken dit vragen zouden.”2
Deze gebeurtenis, hij is dan 39 jaar oud, zal een nieuwe periode in zijn leven inluiden. Vanaf die tijd begint Johannes de Heer zich geheel te wijden aan het evangelisatiewerk in woord en lied.
Herleving
Een mooie definitie van herleving is: ‘Herleving is een verse openbaring van God in Christus, door de Heilige Geest. Hierover schrijft Johannes de Heer: ’Wat voorop stond was altijd schuldbekentenis voor God, roepen tot Hem om genade, begeerte om te komen tot rust aan des Heilands voeten, door Hem te worden aangenomen, te kunnen spreken: “Hier ben ik Here, de Uwe tot in eeuwigheid,” vrede en blijdschap daarna. De vruchten des Geestes werden aanstonds openbaar: schuldbelijdenis voor mensen, vergiffenis vragen en schenken, verzoening onder elkaar, hartelijke liefde onderling, een geest des gebeds en der voorbidding.’2
Herleving is een tijd waarin Christus en Zijn werk vers en levendig geopenbaard worden aan mensen die samenkomen. Als je schuilt bij en rust op het volbrachte werk van de Heere Jezus aan het kruis, zul je Zijn heerlijkheid zien. Dit is de inhoud van herleving.
Mogen we daar ook niet vandaag de dag in onze gemeenten en in onze samenkomsten naar verlangen en om bidden? Mogen we als in de dagen van Johannes de Heer verlangen naar een opwekkingszegen in Nederland? Dat het in de gemeente van de Heere Jezus Christus weer zal gaan om Hem die alles voor ons volbracht heeft en dat we alleen daaruit willen leven. Dat deze zegen zijn uitwerking mag hebben in de gemeente maar ook dat vele zielen hierdoor gered mogen worden voor de eeuwigheid.
Heer, och zend de spade regen,
op ’t gezaaide door Uw hand;
stort een nieuwe, rijke zegen,
over ’t dorre Nederland.
Refrein: Zend een kool van ’t altaar neder,
vul ons met dat heilig vuur.
Heil’ge Geest, zo zacht en teder,
o! Daal neder in dit uur!
(Johannes de Heer 695)
Martin Penning
1 De opwekking in Wales, Rick Joyner
2 Johannes de Heer, Evangelist in het licht van de wederkomst, drs. Domus Elsman