Vrijgesproken

Nol & Helene Esmeijer • 75 - 1999/2000 • Uitgave: 12
Televisie en krant melden heel vaak iets over het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag. Wij weten hiervan veel te weinig om er een oordeel aan te verbinden. In het algemeen is het wel zo, dat hij/zij die over de grens van wat de wet stelt is heengegaan, straf krijgt van de rechter. Wij vinden dat billijk en rechtvaardig.
Bij God is het ook zo. Op dit moment zijn wij 's morgens in Jeremia aan het lezen. Wat zie je dan duidelijk, dat God niet kan dulden dat mensen over Zijn grens gaan. En wat daar over Israël staat geldt ook voor ons. Als wij niet luisteren zal het tribunaal de straf bepalen.

ER IS EEN RECHTER
Ook als wij jong zijn moeten wij daar niet omheen lopen! God is de Rechter. In de inleiding schreven wij het al: God kan het niet dulden dat mensen over Zijn grens gaan. Hij spreekt het oordeel uit! Uiteraard mogen wij van God als Redder weten, maar… Hij is ook de Rechter. Een rechter waakt over de route, over de weg. Als die krom is en vol bochten weet hij het ook niet. Over jouw weg zegt de Bijbel: "…maakt een recht spoor met uw voeten,…” (Hebreeën 12:13).
En daar wil God jou en ons aan houden. Daarmee heeft HIJ best geduld, maar dat is een keer op. En dan komt de straf, als wij dat rechte spoor niet maken. En jij: wil jij deze straf? Nee je moet er niet omheen draaien. Je moet alles in jouw leven eerlijk onder ogen zien. Althans, dat moet je proberen.

ER IS EEN VERDACHTE
Als het gaat zoals het behoort te gaan is er een rechtspraak wanneer het bewijs van de schuld van de verdachte vaststaat. Het is voor niemands rechtsgevoel een goede zaak, wanneer een rechter tot vrijspraak moet besluiten omdat er gebrek aan bewijs is. Als wij voor het Goddelijke tribunaal staan, kun je op het hier vlak boven staande niet rekenen. De heilige God weet wat Hij doet.
Wanneer wij verantwoording moeten afleggen is er geen gebrek aan bewijs. Voor niemand. De Bijbel zegt het heel duidelijk:
"Want allen hebben gezondigd en derven (= komen te kort aan) Gods heerlijkheid" (Romeinen 3:23).
Ook jij en wij staan schuldig voor het tribunaal van de Almachtige. En de straf, die de Rechter moet uitspreken is de doodstraf. Dat is heel erg; dat is definitief. Daaraan helpt niets, als de Rechter niets doet.

ER IS EEN AANKLAGER
Over hem moet je niet gering denken. Deze aanklager is een machtig figuur. Deze aanklager kon vroeger in de eeuwigheid proberen de stoel van de Rechter te beklimmen. Hij is er niet zomaar één.
Deze aanklager is de grote vijand van God. Hij heet Lucifer, satan, duivel. Hij was erg groot bij God; hij is nog groot. En in heel veel gevallen heeft hij voor het Goddelijke tribunaal ook nog gelijk. Heeft de aanklager geen gelijk als hij het over jou heeft?
Denk eens aan jezelf. Aan wat je deed, wat je niet moest doen. En aan wat je niet deed, terwijl je het wel moest doen. Laat jouw leven eens de revue passeren. Nee: wij vragen nooit om alles maar aan de grote klok te hangen. Maar wel vragen wij om t.o.v. jouzelf eerlijk te zijn. Deze aanklager heeft vaak gelijk. Hij wijst naar jou en ons.

ER IS EEN VERDEDIGER
Gelukkig maar dat er een advocaat is. Ook als men een advocaat niet kan betalen wordt er eentje aan de verdachte toegevoegd. Want men wil het eerlijk doen voor een tribunaal. Van Wie heeft men dit geleerd? Van de heilige God. Hij heeft er één toegevoegd. Dat deed Hij; Hij nam daarvoor het initiatief. Wij zouden nooit over deze dingen willen schrijven wanneer dit laatste niet zo was. Het is een hele vreemde Verdediger! Hij neemt de straf op Zich. De doodstraf! Als wij iets zeggen of schrijven over de Here Jezus is het altijd in ons hart wonderlijk te moede. Ons verstand staat erbij stil: wij kunnen het niet begrijpen. Maar… wij kunnen, wij mogen het wel grijpen. Wat is dat een geweldige zaak.

De Rechter heeft er iets aan gedaan. Hij is niet werkeloos blijven toekijken of jullie en wij het wel zouden redden! Wij allemaal zouden het niet redden. Maar Hij wel! God wel; de Here' Jezus wel. Wat een Verdediger. Hij praat ons leven niet goed; Hij zet Zijn leven in. Hij doet er wat aan. Hij is er altijd bij. Misschien zegt deze Heiland wel eens aan de aanklager: Je hebt gelijk maar Ik heb voor haar/hem betaald. Als wij de Here Jezus kennen, geloven, hebben aangenomen zijn wij Zijn eigendom. De vraag is of jij dat bent. Heb jij de Here Jezus aangenomen? Ben jij Zijn eigendom? Met zo'n Advocaat erbij is het niet erg om voor het tribunaal te verschijnen.

De advocaat én de rechter zeggen: "Vrijgesproken!"

Helene en Nol Esmeijer