Vredestichter of tweedrachtzaaier

Els ter Welle • 95 - 2019 • Uitgave: 11
‘Haat wekt twisten op, maar liefde bedekt alle overtredingen’ (Spreuken 10:12).

Salomo stelt haat en liefde tegenover elkaar. Door haat ontstaan er altijd problemen in relaties, terwijl liefde in staat is alle overtredingen te bedekken. Haat is de grote tweedrachtzaaier. Liefde de grote vredestichter.

Mensen die haten, zullen steeds weer conflicten veroorzaken en mensen tegen elkaar opzetten door geklets en geroddel. Matthew Henri zegt in zijn commentaar: “Zij doen vonken van twist opvliegen en blazen ze tot vlam aan, waaraan zij dan met een onverklaarbaar genoegen hun handen warmen.”
Haat haalt telkens oude onenigheden op, waardoor in plaats van vrede, de kloof tussen mensen steeds dieper wordt. Spreuken 11:13 zegt: ‘Wie al lasterend zijn weg gaat, openbaart geheimen, maar wie betrouwbaar van geest is, bedekt een zaak.’

Schuilhoeken van het hart
Je lastert dus niet alleen als je kwaad spreekt over iemand, maar ook als je geheimen, die aan jou persoonlijk zijn toevertrouwd, doorvertelt. Dan ben je niet betrouwbaar (zie ook Spreuken 10:18, 11:13, 25:9 en 25:23).
Helaas vinden lasterpraatjes gretig gehoor. Ze zijn als lekkernijen, zij glijden immers af naar de schuilhoeken van het hart (Spreuken 18:8). Maar wie liefhebben, zullen in plaats van het kwaad uit te bazuinen, de overtredingen zoveel mogelijk bedekken en verzachten. Liefde is uit op vrede en herstel van relaties.
‘Wie de overtreding toedekt, zoekt liefde, maar wie de zaak weer oprakelt, maakt scheiding tussen de beste vrienden’ (Spreuken 17:9).
Ook in het nieuwe Testament lezen we hierover: ’Maar heb voor alles vurige liefde voor elkaar, want de liefde zal een menigte van zonden bedekken’ (1 Petrus 4:8).

Vergevingsgezind
Vurige liefde is meer dan sympathie hebben of iemand accepteren. Alleen de liefde van God kan zulke liefde in ons bewerkstelligen. Dan kunnen we zonden bedekken, zoals God ook doet! ‘Welzalig is hij van wie de overtreding vergeven, van wie de zonde bedekt is’ (Psalm 32:1).
Zoals God vergevingsgezind is, zo mogen / moeten wij het ook zijn. Dan pas kunnen we immers zelf vergeven worden door God!

Houdt dit in dat we alle ongerechtigheid met de mantel van de liefde moeten bedekken? Daarover de volgende maand.

Els ter Welle