Vragen - jrg. 90-05 - Leven in de tijd van Elia

ds. Theo Niemeijer • 90 - 2014 • Uitgave: 5
In Maleachi 4:5 lezen we: ‘Zie, Ik zend u de profeet Elia, voordat de grote geduchte dag komt. Hij zal het hart der vaderen terugvoeren tot de kinderen en het hart van de kinderen tot hun vaderen, opdat ik niet kome en het land treffe met de ban.’ Ik dacht altijd dat dit vers in Openbaring 11 vervuld zal worden, wanneer Elia als één van de twee getuigen wederkomt om het Joodse volk voor te bereiden op de komst van de Messias. Maar de Here Jezus leert ons in Matteüs 11:14 en 17:10 dat Elia in Johannes de Doper al gekomen is. Hoe denkt u hierover? (W.H. te Z.)

Antwoord:
Het is heel bijzonder te zien dat het Oude Testament met de belofte van de komst van Elia eindigt, terwijl het Nieuwe Testament zo’n vierhonderd jaar later begint met de komst van Johannes de Doper. Zo zien we dat, hoewel er zo’n vierhonderd jaar tussen ligt, het Oude en het Nieuwe Testament naadloos op elkaar aansluiten.
Johannes de Doper wordt aangekondigd als de wegbereider van de Messias. In Lucas 1:17 lezen we dat hij in de geest en in de kracht van Elia zal uitgaan. Toen aan Johannes de Doper op de man af gevraagd werd of hij Elia was, antwoordde hij heel duidelijk met “nee”! (Johannes 1:21,25). Hij was Elia niet persoonlijk, maar was wel in de geest en in de kracht van Elia uitgegaan om het volk op de komst van de Messias voor te bereiden. Zoals de komst van de Here Jezus twee keer op aarde, waarbij Hij de eerste keer verworpen werd en de tweede keer aanvaard zal worden, zo zien we dit ook bij Elia. Bij zijn eerste komst kwam hij in de persoon van Johannes de Doper, die in de geest en de kracht van Elia zijn werk deed maar door de leiders van het Joodse volk verworpen werd. Straks zal Elia echter alsnog komen om het volk voor te bereiden op de wederkomst. Daarom zegt de Here Jezus in Matteüs 17:11 en 12: ‘Elia zal wel komen en alles herstellen, maar Ik zeg u, dat Elia reeds gekomen is en zij hebben hem niet erkend, maar met hem gedaan al wat zij wilden.’ Hier zien we dat de Here Jezus aan de ene kant zegt dat Elia zal komen en aan de andere kant, dat hij al gekomen is. In de geest en kracht was Elia aanwezig in de persoon van Johannes de Doper, maar Elia zal voor de wederkomst van de Messias ook nog persoonlijk naar de aarde wederkomen om Gods volk op Zijn komst voor te bereiden.
De tijd van Elia werd gekenmerkt door een grote afval onder het volk Israël. Het volk Israël was kort na Salomo in twee stukken uiteen gevallen: in het noordelijke rijk, de tien stammen onder leiding van Erfraïm, en het zuidelijke rijk, de overige twee stammen onder leiding van Juda. In de tijd van Achab, waaronder Elia werkte, was er een verlangen om weer als één volk op te trekken, vandaar dat Josafat, de koning van Juda zich verzwagerde met Achab! (u kunt hier over lezen in 2 Kronieken 18). Josafat wilde echter de profeten raadplegen, maar die praatten allemaal met de koningen mee, behalve de profeet Micha, die Gods oordeel over dit idee uitsprak. Micha profeteerde over een leugengeest waarmee de vele profeten in die tijd het hart van de koningen zou verleiden.
Deze tijd van Elia kunnen we vandaag één op één vergelijken met de situatie van de kerk in de eindtijd. Ook de kerk is uiteengevallen, net zoals Israël. Ook nu is er een verlangen naar eenheid en zien we de protestantse kerken, maar ook vele evangelische gemeenten en organisaties langzamerhand opschuiven naar Rome. De kreet ‘Wij willen één zijn’ staat ons nog vers in het geheugen! We zien niet dat de kerk van Rome opschuift naar de protestante kerk, maar een houding aanneemt waarin de protestante kerken welkom zijn om weer terug te keren in de schoot van de moederkerk Rome! De vierhonderd profeten die we ook in 2 Kronieken 18 tegenkomen bejubelen dit idee en zien dit als Gods leiding. Ze spreken echter niet Gods Woord, maar praten de mensen naar hun mond.
In de laatste dagen zullen er vele valse profeten opstaan die niet meer Gods Woord prediken maar hun eigen woorden. Zo schrijft ook Paulus in 2 Timoteüs 4:3-5 over een tijd, vlak voor de komst van Christus, dat de mensen de gezonde leer niet meer kunnen verdragen omdat hun gehoor verwend is en leraren bijeen halen waardoor hun oor zich van de waarheid af zal keren. Dit gebeurde letterlijk in de tijd van Elia. Micha bracht echter Gods Woord, maar daar wilde men niet naar luisteren. Dit was geen boodschap zoals zij wensten en al gauw werd Micha gevangen genomen en op water en brood gezet. Ook profeteerde Micha over een leugengeest die over de profeten uitgestort zou worden, waardoor ze de leugen gaan verkondigen. En ook deze profetie zien we in vervulling gaan in onze tijd, waarover Paulus in 2 Tessalonicenzen 2:11 schrijft: ‘Daarom zendt God hun een dwaling, die bewerkt dat zij de leugen gaan geloven, opdat allen worden geoordeeld.’
De tijd van Elia is vergelijkbaar met onze tijd. Dit betekent dat Elia zeer binnenkort zal wederkomen om het volk Israël weer terug te brengen in de relatie met zijn God. Als de zaken er zo bij staan, dat is de komst van de Here Jezus voor Zijn gemeente helemaal dichtbij! Na drieënhalf jaar droogte mocht Elia het volk naar de Karmel leiden, waar het volk zich tot de Here bekeerde. In het boek Openbaring wordt regelmatig over deze drieënhalf jaar gesproken, waarin de Here tot zijn doel met Zijn volk zal komen. We leven in bijzondere tijden, vergelijkbaar met de periode waarin Elia werkzaam was. Bent u voorbereid op de komst van de Here Jezus, of laat u zich verleiden door de vele valse profeten, die hun bronnen niet meer in Gods Woord zoeken maar in hun eigen hart en de wereldse verlangens?


In Het Zoeklicht nr. 2 schrijft u over Zacharia 6:1-6. U schrijft dat deze vier verschillende paarden en wagens vergeleken mogen worden met de vier wereldrijken: Babel, Perzië, Griekenland en Rome, die zich met hun vernietigende krachten over de aarde zullen verspreiden, vlak voor de wederkomst van Christus. In vers 5 lezen we dat ‘Deze’ uitgaan van de vier windstreken des hemels. Zouden dit niet de vier gevallen aartsengelen zijn? (J.v.T. te G)

Antwoord:
Zowel uit Zacharia 1:8-10 als Openbaring 6:1-7 mogen we afleiden dat het hier om de wereldrijken gaat, die in de eindtijd samen zullen smelten tot één groot rijk, het rijk van de antichrist. In Openbaring 7:1 wordt echter over de vier engelen in de vier hoeken der aarde gesproken die dit oordeel nog vasthouden. Zij zijn de engelen die de machten van deze wereldrijken nog gebonden houden tot de eindtijd. Dan zullen deze engelen deze wereldrijken loslaten, waarop zij de aarde in bezit zullen nemen met aan het hoofd de antichrist. We zien in dit vers heel duidelijk dat het oordeel nog steeds door deze vier engelen vastgehouden wordt. Voor de uitleg van de vier gevallen aartsengelen ontbreekt een Bijbelse grond.

Theo Niemeijer