Vragen - jrg. 90-01: Dagelijks contact met God
ds. Theo Niemeijer • 90 - 2014 • Uitgave: 1
In Hebreeën 12:14 staat: ‘Jaagt naar de vrede met allen en naar de heiliging, zonder welke niemand de Here zal zien.’ Hoe denkt u over dit vers? (D. K. te T.)
Antwoord:
Het lijkt er op dat in dit vers zowel de vrede met allen, als de heiliging bepalend zijn om de Here te kunnen zien en daardoor behouden te worden. Bedoelt de schrijver van deze brief hiermee dat we zonder ‘de vrede met allen’ en zonder ‘de heiliging’ niet in de hemel kunnen komen? Het lijkt me dat hier iets anders bedoeld wordt. In Hebreeën 10:10 kunnen we lezen dat we eens voor altijd geheiligd zijn door het offer van het lichaam van Jezus Christus. Aan deze heiliging kunnen wij niets afdoen of toevoegen. De volkomen heiliging wordt ons door het geloof in de Here Jezus geschonken en is bepalend voor onze eeuwige redding.
Goed is het om ons eerst eens te verdiepen in de betekenis van het woord heilig. De betekenis van het woord heilig is drievoudig. Allereerst heeft het te maken met het afzonderen, apart zetten van iets voor de Here. Zo kunnen we lezen dat de Here de zevende dag heiligde en apart zette van de andere dagen van de week. Verder heeft het woord heilig te maken met reinheid, zonder zonde en ten derde heeft heilig ook te maken met een aan Hem toegewijd leven.
Door het geloof in het offer van de Here Jezus aan het kruis zijn we afgezonderd, gereinigd en worden we opgeroepen om aan Hem toegewijd te leven. Wanneer we nu opgeroepen worden om naar de heiliging te jagen, dan gaat het er om dat al wat we in Christus ontvangen hebben, ook praktisch uitwerken in ons dagelijks leven, maar dan niet om daardoor behouden te worden, want dat zijn we al!
Wat wordt er dan bedoeld met het feit, dat we zonder deze heiliging de Here niet zullen zien? In Openbaring 1:7 staat namelijk dat elk oog Hem zal zien en dus niet alleen zij die zich naar de heiliging uitgestrekt hebben. Maar wat wordt hier dan wel bedoeld? ‘Hem zien’ heeft in dit verband niet met de toekomst te maken, maar met het heden. We mogen Hem nu zien en beleven in ons dagelijks leven. Zij die niet naar deze heiliging jagen, zien Hem niet en hebben geen dagelijks contact met Hem. Het gevaar is dat je als christen van Christus kunt vervreemden en als vreemden langs elkaar heen leeft. Wanneer we echter naar de vrede met allen en naar de heiliging jagen, mogen we Hem nu, reeds in dit leven, ‘zien’ en met Hem omgang hebben.
Hoe komt het dat Daniël, in het hoofdstuk waar de drie vrienden van Daniël in de vurige oven geworpen werden, geheel ontbreekt? We lezen in dit derde hoofdstuk niets over Daniël. (J.C. K. te S.)
Antwoord:
De meeste Bijbeluitleggers durven hier geen uitspraak over te doen. Het lijkt er op dat de alleen alle uitvoerende bestuurders door de koning bijeengeroepen werden en dat Daniël daar niet bij behoorde. Uit 2:48 en 49 blijkt dat Daniël, naar zijn positie, daarboven stond en daarbij niet aanwezig behoefde te zijn. De koning eiste van alle bestuurders blinde gehoorzaamheid, Daniël had zo’n relatie met de koning dat hij deze test niet af hoefde te leggen. Een andere verklaring voor zijn afwezigheid lijkt er niet te zijn.
In het zomernummer schreef u iets over de klimaatsveranderingen met betrekking tot de zondvloed. Graag wil ik u het één en ander onder uw aandacht brengen. (G. K. te @)
Van oorsprong was de aarde één continent. Wanneer je de continenten ruwweg in elkaar schuift dan ligt Israël in het centrum van de aarde.
Na de zondvloed verdeelde de Here God de aarde in de verschillende continenten, waardoor de grote zeestromingen ontstonden en het zeewater begon te circuleren. Zonder deze circulatie zou het water stil staan en dood zijn.
Bij Jozua stond de zon stil, dit kun je bereiken door de aarde te laten kantelen. Is hierdoor de ijstijd ontstaan? Bij Hizkia kantelde de aarde weer terug, waardoor de ijstijd eindigde.
Zou het toenemend aantal aardbevingen een voorbode zijn van het loskomen van de aardschollen, zodat bij de komst van Christus de verschillende continenten weer aan elkaar gevoegd zullen worden?
Zo maar wat gedachten, die ik onder uw aandacht wil brengen.
Jeruzalem wordt inderdaad de navel van de aarde genoemd en ligt op dit moment midden op het bruggenhoofd tussen Azië, Europa en Afrika. Wanneer de continenten, die waarschijnlijk als gevolg van de zondvloed uit elkaar gedreven zijn, aan elkaar gevoegd worden, zal Jeruzalem ook dan een centrale ligging hebben.
Hieruit blijkt dat de Here met de vernieuwing van de aarde in het hart van de aarde begint. Het gaat Hem om het hart van de wereld, maar ook om ons hart. Behoort ons hart Hem ook toe? Net zoals er nu zoveel gestreden wordt om het hart van de wereld, Jeruzalem, zo wordt er ook om ons hart gestreden! Zijn we bereid ons hart onder Zijn heerschappij te stellen?
De verbinding van de zon die een volle dag langer aan de hemel bleef staan (Jozua 10:13-14) en het begin van de ijstijd lijkt mij wel ver gezocht. We moeten er voor waken om dit Godswonder te willen verklaren vanuit de ons bekende wetenschap. Voor Hem, die op de vierde dag de sterren, zon en maan schiep is dit alles zondermeer mogelijk en behoeft voor ons geen uitleg. Het fenomeen van de ijstijden worden vaak gedateerd op vele miljoenen jaren geleden, dateringen die volgens de Bijbel niet kloppen. Misschien zal de wetenschap eens ontdekken dat deze ijstijden zich allemaal in de periode vanaf Adam, dus niet langer dan maximaal zesduizend jaar geleden, voltrokken zullen hebben op aarde! Nu belachelijk voor de wetenschap, maar straks zal de wetenschap deze dwaasheid als waarheid moeten erkennen! (lees hierover maar eens 1 Korintiërs 1:18-31)
Verder spreekt de Here Jezus over een toenemend aantal aardbevingen die Zijn komst aankondigen. Waartoe deze aardbevingen uiteindelijk zullen leiden zegt de Bijbel niet. Eén ding is zeker, Hij zal alle dingen nieuw maken wanneer deze eerste hemel en deze eerste aarde voorbijgegaan zullen zijn.
Ds. Theo Niemeijer
Antwoord:
Het lijkt er op dat in dit vers zowel de vrede met allen, als de heiliging bepalend zijn om de Here te kunnen zien en daardoor behouden te worden. Bedoelt de schrijver van deze brief hiermee dat we zonder ‘de vrede met allen’ en zonder ‘de heiliging’ niet in de hemel kunnen komen? Het lijkt me dat hier iets anders bedoeld wordt. In Hebreeën 10:10 kunnen we lezen dat we eens voor altijd geheiligd zijn door het offer van het lichaam van Jezus Christus. Aan deze heiliging kunnen wij niets afdoen of toevoegen. De volkomen heiliging wordt ons door het geloof in de Here Jezus geschonken en is bepalend voor onze eeuwige redding.
Goed is het om ons eerst eens te verdiepen in de betekenis van het woord heilig. De betekenis van het woord heilig is drievoudig. Allereerst heeft het te maken met het afzonderen, apart zetten van iets voor de Here. Zo kunnen we lezen dat de Here de zevende dag heiligde en apart zette van de andere dagen van de week. Verder heeft het woord heilig te maken met reinheid, zonder zonde en ten derde heeft heilig ook te maken met een aan Hem toegewijd leven.
Door het geloof in het offer van de Here Jezus aan het kruis zijn we afgezonderd, gereinigd en worden we opgeroepen om aan Hem toegewijd te leven. Wanneer we nu opgeroepen worden om naar de heiliging te jagen, dan gaat het er om dat al wat we in Christus ontvangen hebben, ook praktisch uitwerken in ons dagelijks leven, maar dan niet om daardoor behouden te worden, want dat zijn we al!
Wat wordt er dan bedoeld met het feit, dat we zonder deze heiliging de Here niet zullen zien? In Openbaring 1:7 staat namelijk dat elk oog Hem zal zien en dus niet alleen zij die zich naar de heiliging uitgestrekt hebben. Maar wat wordt hier dan wel bedoeld? ‘Hem zien’ heeft in dit verband niet met de toekomst te maken, maar met het heden. We mogen Hem nu zien en beleven in ons dagelijks leven. Zij die niet naar deze heiliging jagen, zien Hem niet en hebben geen dagelijks contact met Hem. Het gevaar is dat je als christen van Christus kunt vervreemden en als vreemden langs elkaar heen leeft. Wanneer we echter naar de vrede met allen en naar de heiliging jagen, mogen we Hem nu, reeds in dit leven, ‘zien’ en met Hem omgang hebben.
Hoe komt het dat Daniël, in het hoofdstuk waar de drie vrienden van Daniël in de vurige oven geworpen werden, geheel ontbreekt? We lezen in dit derde hoofdstuk niets over Daniël. (J.C. K. te S.)
Antwoord:
De meeste Bijbeluitleggers durven hier geen uitspraak over te doen. Het lijkt er op dat de alleen alle uitvoerende bestuurders door de koning bijeengeroepen werden en dat Daniël daar niet bij behoorde. Uit 2:48 en 49 blijkt dat Daniël, naar zijn positie, daarboven stond en daarbij niet aanwezig behoefde te zijn. De koning eiste van alle bestuurders blinde gehoorzaamheid, Daniël had zo’n relatie met de koning dat hij deze test niet af hoefde te leggen. Een andere verklaring voor zijn afwezigheid lijkt er niet te zijn.
In het zomernummer schreef u iets over de klimaatsveranderingen met betrekking tot de zondvloed. Graag wil ik u het één en ander onder uw aandacht brengen. (G. K. te @)
Van oorsprong was de aarde één continent. Wanneer je de continenten ruwweg in elkaar schuift dan ligt Israël in het centrum van de aarde.
Na de zondvloed verdeelde de Here God de aarde in de verschillende continenten, waardoor de grote zeestromingen ontstonden en het zeewater begon te circuleren. Zonder deze circulatie zou het water stil staan en dood zijn.
Bij Jozua stond de zon stil, dit kun je bereiken door de aarde te laten kantelen. Is hierdoor de ijstijd ontstaan? Bij Hizkia kantelde de aarde weer terug, waardoor de ijstijd eindigde.
Zou het toenemend aantal aardbevingen een voorbode zijn van het loskomen van de aardschollen, zodat bij de komst van Christus de verschillende continenten weer aan elkaar gevoegd zullen worden?
Zo maar wat gedachten, die ik onder uw aandacht wil brengen.
Jeruzalem wordt inderdaad de navel van de aarde genoemd en ligt op dit moment midden op het bruggenhoofd tussen Azië, Europa en Afrika. Wanneer de continenten, die waarschijnlijk als gevolg van de zondvloed uit elkaar gedreven zijn, aan elkaar gevoegd worden, zal Jeruzalem ook dan een centrale ligging hebben.
Hieruit blijkt dat de Here met de vernieuwing van de aarde in het hart van de aarde begint. Het gaat Hem om het hart van de wereld, maar ook om ons hart. Behoort ons hart Hem ook toe? Net zoals er nu zoveel gestreden wordt om het hart van de wereld, Jeruzalem, zo wordt er ook om ons hart gestreden! Zijn we bereid ons hart onder Zijn heerschappij te stellen?
De verbinding van de zon die een volle dag langer aan de hemel bleef staan (Jozua 10:13-14) en het begin van de ijstijd lijkt mij wel ver gezocht. We moeten er voor waken om dit Godswonder te willen verklaren vanuit de ons bekende wetenschap. Voor Hem, die op de vierde dag de sterren, zon en maan schiep is dit alles zondermeer mogelijk en behoeft voor ons geen uitleg. Het fenomeen van de ijstijden worden vaak gedateerd op vele miljoenen jaren geleden, dateringen die volgens de Bijbel niet kloppen. Misschien zal de wetenschap eens ontdekken dat deze ijstijden zich allemaal in de periode vanaf Adam, dus niet langer dan maximaal zesduizend jaar geleden, voltrokken zullen hebben op aarde! Nu belachelijk voor de wetenschap, maar straks zal de wetenschap deze dwaasheid als waarheid moeten erkennen! (lees hierover maar eens 1 Korintiërs 1:18-31)
Verder spreekt de Here Jezus over een toenemend aantal aardbevingen die Zijn komst aankondigen. Waartoe deze aardbevingen uiteindelijk zullen leiden zegt de Bijbel niet. Eén ding is zeker, Hij zal alle dingen nieuw maken wanneer deze eerste hemel en deze eerste aarde voorbijgegaan zullen zijn.
Ds. Theo Niemeijer
