Vragen - jrg. 78-08

ds. Theo Niemeijer • 78 - 2002/03 • Uitgave: 8
U schrijft in Het Zoeklicht dat de opname van de gemeente ieder moment plaats kan vinden. Volgens u behoeft er geen enkele profetie meer in vervulling te gaan.. .alles is klaar. Maar hoe zit het dan met de vele onbereikte volkeren, die het evangelie nog nooit gehoord hebben? Eerst zal toch aan iedereen het evangelie verkondigd moeten worden en pas, wanneer deze opdracht voltooid is, zal de Here Jezus zijn gemeente toch thuishalen? (l. S. te L.)

Antwoord:
We hebben hier te maken met een veel voorkomend misverstand dat op grond van Mattheus 24:14 bij velen ontstaat. Er staat in dit vers: "En dit evangelie van het koninkrijk zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volken, en dan zal het einde gekomen zijn". Er staat echter niet: "dan zal de gemeente opgenomen worden" of "dan zal Christus wederkomen", maar "dan zal het einde gekomen zijn", waarmee het vergaan van deze aarde bedoeld wordt. In Mattheus 24 beantwoordt de Here Jezus de drie vragen die we in vers 3 vinden:

1. Wanneer wordt de tempel verwoest?
2. Wat is het teken van uw komst?
3. Wat is het teken van de voleinding der wereld?


Nog geen veertig jaar later, in het jaar 70 n. Chr. werd de tempel volledig verwoest. De Here Jezus had de verwoesting van Jeruzalem en de tempel aangekondigd en liet de apostelen weten dat deze verwoesting binnen de toen levende generatie plaats zou vinden. Deze profetie is letterlijk vervuld. Verder spreekt de Here Jezus over het teken van zijn komst. In vers 2931 gaat Hij op deze vraag in: "Terstond na de verdrukking... dan zal het teken van de Zoon des Mensen verschijnen aan de hemel en dan zullen de stammen der aarde zich op de borst slaan en zij zullen de Zoon des Mensen zien komen op de wolken des hemels met grote macht en heerlijkheid". Het gaat hier niet om de opname van de gemeente maar om de zichtbare wederkomst van de Here Jezus op aarde.

De opname vindt vóór de grote verdrukking plaats, terwijl we hier lezen over de wederkomst van Christus ná de verdrukking.
De opname der gemeente zal in een oogwenk, onopgemerkt plaatsvinden, terwijl de wederkomst van Christus door alle volken opgemerkt zal worden. Bij de opname wordt de gemeente in een oogwenk weggevoerd, de Here tegemoet, terwijl de Here Jezus bij de zichtbare wederkomst op aarde zal komen.

Als derde geeft Hij ook antwoord op het teken van de voleinding der wereld. Het gaat hier om het vergaan van de eerste hemel en de eerste aarde, waarna er een nieuwe hemel en een nieuwe aarde zullen zijn. In vers 14 lezen we nu, dat dit evangelie van het koninkrijk wereldwijd gepredikt zal zijn waarna niet de opname, ook niet de wederkomst maar het einde gekomen zal zijn, het einde van de eerste hemel en de eerste aarde.

Er wordt hier uitdrukkelijk gesproken over de prediking van het koninkrijk, waarmee aangegeven wordt dat wereldwijd gepredikt zal worden dat de Here Jezus Koning op aarde is. Hij zal zijn koningschap aanvaarden bij zijn zichtbare wederkomst op aarde, waarna Hij vanuit Jeruzalem duizend jaar over de gehele aarde zal regeren. We hebben het hierbij over het Messiaanse vrederijk, waarin het Joodse volk een hoofdrol zal spelen. Over deze hoofdrol lezen we in Jesaja 2:1-5, Micha 4:1-5 en Zacharia 8, waar we kunnen lezen dat Israël een zegen voor alle volkeren zal worden en dat de Here dit volk gaat gebruiken om het "wetsonderricht" (verkondiging van Gods Woord) wereldwijd te voltooien. Gedurende het Messiaanse vrederijk zal dit evangelie wereldwijd verkondigd worden.. .niet om zijn komst voor te bereiden of, zoals sommige zendingsorganisaties zeggen te bespoedigen, maar als voorbereiding voor het vergaan van de aarde. Bij de "prediking van het koninkijk", waar Mattheus 24 over schrijft, gaat het dus duidelijk over de prediking, dat de Here Jezus reeds koning op aarde is. De prediking van het evangelie van nu is duidelijk anders dan de prediking van het Joodse volk tijdens het vrederijk.

We moeten hierbij dus onderscheid maken tussen de opname der gemeente, die ieder ogenblik plaats kan vinden, de zichtbare wederkomst van Christus, ingeleid door de vele tekenen die in Mattheus 24 beschreven staan die aan het einde van de grote verdrukking plaats zal vinden en het vergaan van de eerste hemel en de eerste aarde, nadat het Joodse volk alle volkeren met de prediking van het koninkrijk bereikt heeft.
Nogmaals, de opname kan ieder moment plaats vinden.. .geen profetie behoeft hier nog voor in vervulling te gaan! De zichtbare wederkomst van Christus op de wolken zal eerst dan plaats vinden, wanneer de antichrist zijn heerschappij op aarde uitoefent en de volkeren gezamenlijk op zullen trekken naar Harmageddon om tegen Israël te strijden. En pas na het Messiaanse vrederijk zal deze aarde en hemel plaats moeten maken voor een nieuwe hemel en een nieuwe aarde.


In Johannes 14:13-14 staat: "En wat gij ook vraagt in mijn naam, Ik zal het doen". Het klinkt erg gemakkelijk maar ik ervaar dit maar heel weinig. Zo heb ik wel eens aan de Here gevraagd of Hij dat vreselijke oorsuizen bij mij weg wil nemen, maar het is niet gebeurd. Ik vind het moeilijk te begrijpen. (P. T. te M.)

Antwoord:
In dit vers lezen we dat we moeten bidden "in zijn naam". In een ander gedeelte lezen we dat we moeten bidden "naar zijn wil". Er is hier dus geen sprake van het ongelimiteerd vragen van allerlei dingen aan de Here, maar het bidden, naar de wil én in de naam van de Here Jezus. Het gebedsleven wordt voorafgegaan door steeds meer te ontdekken, wat de wil van God is. Door de vertrouwelijke omgang met de Here leren we zijn doel in ons leven kennen. Dit gaat niet van vandaag op morgen. We hebben dan te maken met een groeiproces. En wat Hij vandaag met ons van plan is, dat hoeft morgen niet hetzelfde te zijn. U hebt gebeden of de Here het suizen van uw oor weg wil nemen. Het lijkt me vreselijk om dag en nacht door dit suizen gehinderd te worden. Zo lezen we in de Bijbel dat Paulus de Here drie keer gebeden heeft om de "doorn uit zijn vlees" te halen. De Here deed het echter niet en zei tegen Paulus dat Hij met deze "doorn in het vlees" een bedoeling had. Hij zei het zo: "Mijn genade is u genoeg, want de kracht openbaart zich eerst ten volle in zwakheid" (2 Corinthiërs 12:9). Misschien heeft Paulus het "waarom" vaak op zijn lippen gehad, maar nu kon hij zeggen: "Daarom is mij, opdat ik mij niet te zeer zal verheffen, een doorn in het vlees gegeven" (vs. 7). Het "waarom" werd door het ontdekken van Gods wil in zijn leven een "daarom".

Als christen kunnen we op drie manieren te maken krijgen met ziekten:

1. Als gevolg van de gebroken schepping. Christenen worden bij hun wedergeboorte niet immuun voor ziekten. We houden ook na de wedergeboorte een "aardse tent" die steeds verder afgebroken wordt, totdat we uiteindelijk het lichaam verlaten en bij de Here onze intrek zullen nemen. Wel is het zo, dat we genade en kracht van de Here ontvangen om dit afbreek proces te kunnen ondergaan. Ziekten zijn dus niet altijd rechtstreeks van de duivel, maar komen als gevolg van de gevallen schepping op ons af.

2. Als gevolg van Gods plan met ons leven. Hij kan er een bedoeling mee hebben, zoals we hierboven bij Paulus zagen. Hij kan ziekten ook toelaten als een beproeving van ons geloof met als doel, dat we sterker worden.

3. Als gevolg van zonden, waarbij de Here God de ziekten gebruikt als een middel van tuchtiging. We kunnen hierover lezen in 1 Corinthiërs 11:30 "Daarom (misbruik van het avondmaal) zijn er onder u velen zwak en ziekelijk en er ontslapen niet weinigen". Hier zien we, hoe het oordeel bij Gods huis begint (1 Petrus 4:17) om zijn gemeente te heiligen en te reinigen. Daar was Hij al mee begonnen bij het begin van de gemeente toen Ananias en Saffira de Here bedrogen en door Gods tuchtiging dood neervielen. Vanuit deze situatie werd Jakobus 5:12-20 geschreven met als samenvattende uitspraak: "Belijdt daarom elkander uw zonden en bidt voor elkander, opdat gij genezing ontvangt". We mogen Jakobus 5 nooit uit de pastorale context halen. Helaas gebeurt dit maar al te vaak! In ons gebed zullen we altijd rekening moeten houden met bovenstaande gegevens en proberen te ontdekken wat de wil van God is in ons leven of in het leven van de zieke. Het bidden "in zijn naam" houdt eigenlijk in, dat niet wij, maar de Here Jezus Zelf dit gebed tot zijn Vader opzendt. Dan zijn wij het niet meer die bidden, maar dan is het de Here Jezus Zelf die in en voor ons bidt. We hopen, dat u zo uw wensen aan onze hemels Vader bekend zult maken.

ds. Theo Niemeijer