Vragen - jrg. 77-19

ds. Theo Niemeijer • 77 - 2001/02 • Uitgave: 19
Al enige tijd geleden ontving ik van Dhr. H. J. A. van Geenen informatie over het Efraïm Genootschap waarin een boekje -Mensenkind" aanbevolen werd en ik uitgenodigd werd om "het allerhoogste te bereiken door bij de bruid van God te behoren". Ik stuur u hierbij de overige informatie (via internet ontvangen 26.03.01) met de vraag of u zou willen kijken wat hier mis mee is en om het bijbels gefundeerd te ontzenuwen. (R. d. H. te 's G.)

Antwoord:
De laatste tijd is het Efraïm Genootschap regelmatig in het nieuws gekomen vanwege het gedrag van enige ouders, die hun kinderen van school hielden. Anderen hebben hun werk opgezegd omdat volgens v. Geenen op 21 november de Bruid van God van deze aarde weggenomen zal worden. En om dit laatste is het binnen dit genootschap nu juist te doen. Van Geenen noemt zichzelf de profeet Elia die vanuit de tien verborgen stammen van Israël de bruid van God zal verzamelen. Elia wordt in het laatste bijbelboek aangekondigd als de profeet, "die het hart van de vaderen weer terug zal voeren tot de kinderen en het hart van de kinderen tot hun vaderen, opdat Hij niet zal komen en het land met de ban zal treffen" (Maleachi 4:6).

Elia is de enige, die weet waar deze verloren stammen zijn en hij heeft de opdracht om ze te roepen om bij de bruid van God gevoegd te worden.

Zo schrijft v. Geenen over zichzelf het volgende:
• Over het oproepen van de bruid van Christus heeft de Heilige Geest alleen mij alles geopenbaard.
• Het onnoemelijk aantal openbaringen over de geheimenissen van de tijden heeft de Heer alleen mij geopenbaard.
• Deze openbaringen zijn zo volkomen en onnavolgbaar dat niemand er een speld tussen kan krijgen.

In Mattheus 22:1-14 lezen we over de uitnodiging tot het bruiloftsmaal. De genodigden (volgens v. Geenen, de christenen) lieten het afweten en waren het niet waard. (vs. 8) Vervolgens zond hij zijn knechten naar de kruispunten der wegen met de opdracht om iedereen die ze tegenkwamen, zowel slechten als goeden, voor het bruiloftsmaal uit te nodigen. Van Geenen heeft dan ook niet veel op met de christenen die hij vergelijkt met de genodigden die de uitnodiging in de wind sloegen. Hij schrijft hierover: "Daarom moet ik u bekend maken, opdat u de grote verschillen kunt onderkennen tussen enerzijds:

hun (christenen) valse leringen en profetieën en evangelie, hoe mooi en lieflijk ze ook mogen lijken en anderzijds: de waarheid van God die Hij door mij openbaar laat worden.

Hij raadt de lezers aan, niet te rade te gaan bij de christenen maar persoonlijk de Bijbel te onderzoeken en de Heilige Geest te vragen om te helpen bij het verstaan van Gods Woord.

De "slechten en goeden" die nu tot het bruiloftsmaal uitgenodigd worden komen niet uit de kerken en gemeenten, maar van de kruispunten der wegen. Zij zullen een speciale maaltijd aangeboden krijgen... speciaal geestelijk voedsel dat alleen via v. Geenen verstrekt zal worden. Hij schrijft: "Dit speciaal geestelijk voedsel voor de bruid van zijn Zoon heeft Hij nu (alleen aan mij) geopenbaard". De officiële website van Elia (zo omschrijft v. Geenen deze website) eindigt met een oproep: "U zult al lezende en de openbaringen tot u nemende, zien dat alles door God op deze ene zaak is toegespitst, dat Hij Zich een bruid wenst. Zo is ook telkenmale de vraag van de Here Jezus: "Wilt u bij mijn bruid zijn?" Als u daarop "Ja" antwoordt, zult u het allerhoogste bereiken wat God met de mens wil en eeuwig in een onvoorstelbare heerlijkheid met Hem heersen. U kunt dat alleen bereiken door het te laten weten aan de profeet die God daarvoor heeft aangesteld (v Geenen) en door van hem het speciale voedsel te ontvangen dat God alleen aan hem heeft verstrekt. De anderen zullen er niet van proeven zegt de Heer in de Bijbel".

Wat mij in deze informatie van het Genootschap opvalt is het feit, dat v. Geenen het de ene keer heeft over de bruid van God en dan weer over de bruid van Christus, waarmee hij aangeeft het verschil tussen Israël en de gemeente niet te onderscheiden. Zo geloven wij dat volgens de profeet Hosea 2 het ontrouwe Israël bij het geestelijk herstel van Israël weer als de vrouw van God aangenomen zal worden. Uit Israël is de Here Jezus geboren en tussen Hem en zijn volk bestaat een "moeder - zoon" relatie. In Efeziërs 5 lezen we, dat Christus de gemeente liefheeft en Zich voor haar overgegeven en haar als bruid verworven heeft.

Het gedeelte uit Mattheus 22:1-14 laat ons zien hoe het volk Israël de uitnodiging tot de bruiloft afwijst. Tweemaal worden ze uitgenodigd, terwijl er bij de laatste keer aan toegevoegd wordt, dat "alles gereed is". Zo werd het Joodse volk door de Here Jezus Zelf uitgenodigd, maar ook later, toen alle dingen gereed waren, door Petrus op de Pinksterdag, maar beide uitnodigingen werden in de wind geslagen. We lezen dan ook dat, als gevolg van hun weigering, de stad in brand gestoken werd. (keizer Titus in 70 na Chr.) Zo lezen we in Romeinen 11:11, dat juist door hun weigering (val) het heil tot de heidenen gekomen is.

Op een wonderlijke manier wordt dit in deze gelijkenis van Mattheus 22 reeds van tevoren uitgelegd. De Here Jezus wist dat de stad, vanwege het verwerpen van de Messias, verwoest zou worden en heeft om Jeruzalem geweend.

Iets wat v. Geenen ook over het hoofd ziet is het feit, dat het in deze gelijkenis niet gaat om de uitnodiging van de bruid (deze wordt vanzelfsprekend niet uitgenodigd, ze hoort er gewoon bij), maar om de bruiloftsgasten. De Bruid (de gemeente) was tijdens het Oude Testament en de Evangeliën een verborgenheid, die pas later aan de apostel Paulus, na de verwerping van de Messias door het Joodse volk, geopenbaard werd (zie Efeziërs: 3:1-13). Zo weten we dat er rond de Bruidegom en de Bruid vele gasten uitgenodigd zullen worden. We denken hierbij aan alle mensen, die buiten de gemeente om (van Pinksteren tot de Opname) gered worden. Zo noemt Johannes de Doper (als vertegenwoordiger van de gelovigen uit Israël) zich de vriend van de Bruidegom (Johannes 3:29).

Verder noemt v. Geenen zich de profeet Elia, hoewel we in Openbaring 11:1-14 kunnen lezen over de verschijning van deze profeet, maar dan niet alleen. In dit gedeelte zien we Elia samen met, waarschijnlijk, Mozes wonderen doen om het volk Israël weer terug te brengen in een relatie met God. Ze krijgen drie en een half jaar de tijd om te profeteren, waarna ze door de antichrist gedood zullen worden. Hun dode lichamen zullen dan nog eens drie en een halve dag op straat blijven liggen, waarna ze opgewekt zullen worden en in de hemel opgenomen zullen worden. Als v. Geenen Elia is, waar is dan Mozes (of zoals sommigen zeggen Henoch)? Van Geenen gaat er niet van uit, dat hij in de straten van Jeruzalem zal sterven, maar op 21 november als de bruid opgenomen zal worden. De Bijbel leert ons dat Elia op zal treden in de tijd van de grote verdrukking, terwijl de antichrist het voor het zeggen heeft op aarde en er een tempel in Jeruzalem staat waar hij zich zal laten aanbidden. Zo ver is het nog niet en de periode dat v. Geenen als (valse) profeet werkzaam is, is reeds veel langer dan drie en een half jaar! Straks als 21 november voorbij is (ik schrijf dit op 12 november) zal v. Geenen zijn datum verder bij moeten stellen en waarschijnlijk zeggen, dat de Here nog wat uitstel gegeven heeft omdat de bruid nog niet compleet was!

Zo zien we dat de leer van v. Geenen afwijkt van de bijbelse leer en dat hij bezig is om argeloze mensen van de kerk en gemeente te isoleren om hen volkomen van hem afhankelijk te maken! Hoewel het Efraïm Genootschap in alle toonaarden ontkent een sekte te zijn, wil ik hier toch duidelijk stellen, dat ze alle kenmerken hiervan wel heeft!


C. M. te d. H., lid van de Vrij Evangelische Gemeente, wordt regelmatig door iemand bestookt met allerlei bijbelteksten en lectuur. Een bekende probeert hen te overtuigen, dat ze pas écht gedoopt zijn door de doop der onderdompeling en dat, zolang ze deze doop nog niet ondergaan hebben, niet goed als christenen kunnen functioneren. Tevens behoren ze hun bezittingen en geld aan de armen te geven.

Antwoord:
Het Zoeklicht wordt onafhankelijk van enige kerk of richting uitgegeven en dat heeft ons als redactie doen besluiten om niet over de verschillende doopvormen te schrijven. Gods Woord roept ons duidelijk op om aan de Bijbel gehoorzaam te zijn. En als de Here God u, via zijn Woord, duidelijk maakt dat u zich dient te laten dopen, dan moet u het ook doen. Het is echter niet zo, dat u door de doop behouden wordt, of een kind van God wordt, of dat de Here u beter kan gebruiken. Ik ken genoeg christenen, die zich door de doop der onderdompeling hebben laten dopen en toch onbruikbaar voor de Here zijn, terwijl ik ook vele christenen ken, die zich niet door deze doop hebben laten dopen en in zijn dienst bijzonder bruikbare instrumenten in Gods hand zijn. In Gods Woord lezen we wel over discipelen die verschillende keren gedoopt werden. Zo werden ze eerst gedoopt door Johannes de Doper, daarna door de discipelen van Jezus en na de uitstorting van de Heilige Geest op de Pinksterdag, door de apostelen, waardoor ze aan de gemeente toegevoegd werden.

Laat u onderwijzen door Gods Woord en niet door de kerktraditie en u zult het antwoord zeker vinden...maar houdt "drammers" op een afstand! Hetzelfde geldt voor onze financiële bijdrage. U schrijft, dat u de tienden aan de gemeente geeft...dan doet u al meer dan helaas vele christenen doen! Het is heel belangrijk, dat we met een liefdevol hart, niet omdat het moet of omdat iemand ons ertoe verplicht, van onze overvloed maar soms ook van onze armoede, aan de Here offeren.

ds. Theo Niemeijer