Vragen - jrg. 77-15
ds. Theo Niemeijer • 77 - 2001/02 • Uitgave: 15
In Marcus 3:29 wordt gesproken over de lastering tegen de Heilige Geest, waarvoor geen vergeving bestaat. Hebben de mensen die deze zonde begaan hebben een dwangmatige drang tot vloeken, zoals dat wel eens voorkomt? (H. B. te H.)
Antwoord:
De ziekte "Gilles de la Tourette" staat binnen de gezondheidszorg bekend als een psychische ziekte, waarschijnlijk door een hersenaandoening veroorzaakt, met als kenmerk: ongecontroleerde en dwangmatige neiging tot vloeken, schelden en andere verbale uitingen en lijkt me los te staan van het gevolg van lastering tegen de Heilige Geest.
Lastering tegen de Heilige Geest wordt een zonde genoemd, waarvoor geen vergeving bestaat. Johannes noemt deze zonde in 1 Johannes 5:16 de "zonde tot de dood", waarvoor geen vergeving bestaat. Deze zonde tegen de Heilige Geest is niet één enkele gebeurtenis, maar een levenshouding waarin men zich, tegen beter weten in, moedwillig verzet tegen de werking van Gods Geest. Deze houding leidt tot een verhardingsproces, waarin de mensen zo verhard worden, dat bekering niet meer mogelijk is. Zij die deze zonde begaan hebben, zullen zich van uit hun verharde situatie dan ook nooit afvragen af zij al dan niet deze zonde begaan hebben. Juist het feit, dat sommigen zich met angst en beven afvragen of zij deze zonde begaan hebben, vormt het bewijs, dat ze deze zonde juist niet begaan hebben, want anders zouden ze zich hier geen zorgen over maken!
In Openbaring 20:15 staat: "En wanneer iemand niet bevonden werd geschreven te zijn in het boek des levens, werd hij geworpen in de poel des vuurs". Betekent dit, dat wanneer een ongelovige in het boek des levens staat, deze niet in de poel des vuurs geworpen wordt? (H. B. te H.)
Antwoord:
Voor de witte troon verschijnen de doden uit de zee, de dood en het dodenrijk. Het gaat hier niet om gelovigen, want die zijn dan allang bij Christus, maar om de ongelovigen aller tijden. Zij zullen voor de troon geconfronteerd worden met het feit, dat hun namen in het boek des levens ontbreken omdat alleen de namen van gelovigen in het boek des levens opgetekend staan. Op grond hiervan zullen zij in de poel des vuurs (de hel) geworpen worden. Er worden ook nog andere boeken bij dit oordeel geopend, waarin bij gehouden is, wat deze ongelovigen tijdens hun leven voor zonden gedaan hebben. De uitkomst van deze boeken is bepalend voor de zwaarte van het oordeel. Zo lezen we dat de Here Jezus ons leert dat het voor Sodom, Gomorra, Tyrus en Sidon dragelijker zal zijn in het oordeel dan voor de mensen die het evangelie afwijzen (Mattheus 10:15.11:22).
Graag wil ik u een paar vragen over Hebreeën 10 stellen: Wat is een "hart dat door besprenging gezuiverd is van besef van kwaad"? (vs.22). Wat wordt bedoeld met het verzuimen van de eigen bijeenkomst? (vs. 25). Wat is het gevolg van "opzettelijk zondigen" (vs. 26)? Vooral dit laatste beangstigt me wel eens. (M. v. B. te B.)
Antwoord:
In het Oude Testament werd het volk met het bloed besprengd, een uiterlijke reiniging. In het Nieuwe Testament gaat het om een innerlijk reiniging door het bloed van de Here Jezus, waarmee ons hart besprengd en gereinigd wordt. Om toe te treden in de gemeenschap met God is het belangrijk, dat we ons hart volledig voor de reinigende werking van het bloed van de Here Jezus openen. Het bloed van Christus reinigt en vergeeft niet alleen, het verlost ons ook van slavernij en verkeerde gedachten en gewoonten. En zo mogen we ons hart voor Hem geheel openen zodat de besprenging alle uithoeken van ons hart kan bereiken en we ons aan Hem volkomen toe kunnen wijden.
Met de "eigen bijeenkomst" wordt onze verantwoordelijkheid voor de plaatselijke gemeente benadrukt. Het is niet de bedoeling, iedere week maar weer eens een andere gemeente of kerk uit te proberen. Het is heel belangrijk om aangesloten te zijn bij een plaatselijke gemeente en daar de verantwoordelijkheden te dragen. Mensen, die zich niet wensen aan te sluiten bij een gemeente gedragen zich "ongeregeld" en dienen, bijbels gezien, terechtgewezen te worden. In 1 Petrus 5:2 worden de oudsten van de plaatselijke gemeente opgedragen de "kudde Gods, die bij u is" te hoeden. De oudsten moeten wel weten wie er bij het "die bij u is" behoren. Wanneer we tot het geloof komen, worden we toegevoegd als schaap aan de kudde, als lid aan het lichaam van Christus en als levende steen, met andere stenen samengevoegd in het huis van God. Alleengaande schapen, loslopende ledematen en verspreid liggende stenen zijn in strijd met de boodschap van de Bijbel. Zorg dat u bij een plaatselijke kudde behoort en draag dan ook verantwoordelijkheid voor het wel en wee van de kudde!
Het opzettelijk zondigen, nadat je tot erkentenis der waarheid gekomen bent en waardoor er geen offer voor de zonde meer overblijft, heeft niets te maken met het zondigen na de wedergeboorte, maar na overtuigd te zijn van de waarheid van het evangelie, toch nog opzettelijk volhardt in de zonde en Christus blijft afwijzen. In deze situatie blijft er geen ander offer over, dan alleen het offer op Golgotha. Voor mensen 'ie het offer van de Here Jezus -afwijzen is er geen ander offer. Wanneer we tot het geloof gekomen zijn ontvangen we vergeving voor alle zonden, die we gedaan hebben en zelfs voor de zonden die we in de toekomst nog begaan. Ook na onze wedergeboorte zullen we nog regelmatig onze zonden moeten belijden om de gemeenschap met God, broeders en zusters weer te herstellen. Pas na de opname der gemeente zullen we van de aanwezigheid van de zonde verlost zijn. De zonden waar we nu als gelovigen nog steeds mee te maken hebben zijn lang niet altijd onbewuste zonden. We zouden onszelf voor de gek houden als we vrij zouden zijn van bewuste zonden, ook in ons wedergeboren leven. Niet voor niets schrijft Johannes in zijn eerste brief, dat we een Voorspraak bij de Vader hebben om ons vrij te pleiten. Het zijn juist de bewuste, opzettelijke zonden, die we mogen belijden (onbewuste zonden kun je namelijk niet belijden), waarvoor we vergeving ontvangen en door het bloed van Christus gereinigd worden.
In ons kerkkoor zaten we erg om mannenstemmen verlegen. Nu is er iemand die erg veel van zingen houdt maar helemaal niet gelooft lid geworden van ons koor. Hij heeft hele aria's uit de Mattheus Passion gezongen in de kerkdienst en dat alles zonder het zelf te geloven. Kan dit? (D. v. T. te P in De Filippijnen)
Antwoord:
Wanneer je als koor om b.v. mannenstemmen verlegen bent, ontstaat het gevaar om minder selectief te worden in het aannemen van nieuwe mannelijk leden… als in de nood maar voorzien wordt! Wanneer je als koor de opdracht hebt om het evangelie te verkondigen en God te verheerlijken dan kan het koor alleen bestaan uit toegewijde, gelovige leden. Wanneer het de doelstelling is om mensen met een goed stuk muziek te vermaken, ligt het anders. Ik denk echter, omdat het om een kerkkoor gaat, dat het de bedoeling is om als koor God te verheerlijken en de blijde boodschap uit te dragen. Het lijkt me dan ook erg vreemd en zeker niet goed om dit met mensen te doen, die de Here helemaal niet kennen en zelfs bewust afwijzen.
In Jesaja 65:17-25 lezen we over zondaren, die als honderdjarige sterven en mensen die de levensduur van de bomen bereiken. Betekent dit, dat de mensen ook in de nieuwe hemel en op de nieuwe aarde sterven? (S. B. te D.)
Antwoord:
Het gaat in dit gedeelte nog niet om de uiteindelijke nieuwe hemel en de nieuwe aarde. Hoewel dit gedeelte met de woorden 'Want zie Ik schep een nieuwe hemel en een nieuwe aarde' begint, betekent het nog niet dat we dan ook direct in het daaropvolgende gedeelte met deze toestand te maken hebben. Het gaat in dit gedeelte om het Vrederijk, dat hier op aarde zal zijn, terwijl de Here Jezus als koning vanuit Jeruzalem op aarde regeert. Dit Vrederijk zal op deze aarde gevestigd worden en vormt de inleiding tot de nieuwe hemel en de nieuwe aarde.
Toch zal aan dit vrederijk weer een einde komen en we lezen in Openbaring 20:7 dat aan het einde van dit vrederijk (na duizend jaar) satan nog weer voor een korte tijd losgelaten zal worden. Tijdens dit vrederijk zal de Here Jezus met een ijzeren roede regeren. De bewoners van de aarde zullen Hem moeten gehoorzamen. De natuur zal voor een groot gedeelte hersteld zijn maar nog niet volmaakt. De mensen zullen weer net zo oud worden als de periode voorafgaand aan de zondvloed. Pas na het vrederijk vindt de laatste volkerenopstand plaats en zal de satan met al zijn volgelingen in de poel des vuurs geworpen worden, waarna deze eerste hemel en deze eerste aarde zullen vergaan en er een nieuwe hemel en een nieuwe aarde zullen zijn en waar dan ook geen dood meer zal zijn.
ds. Theo Niemeijer
Antwoord:
De ziekte "Gilles de la Tourette" staat binnen de gezondheidszorg bekend als een psychische ziekte, waarschijnlijk door een hersenaandoening veroorzaakt, met als kenmerk: ongecontroleerde en dwangmatige neiging tot vloeken, schelden en andere verbale uitingen en lijkt me los te staan van het gevolg van lastering tegen de Heilige Geest.
Lastering tegen de Heilige Geest wordt een zonde genoemd, waarvoor geen vergeving bestaat. Johannes noemt deze zonde in 1 Johannes 5:16 de "zonde tot de dood", waarvoor geen vergeving bestaat. Deze zonde tegen de Heilige Geest is niet één enkele gebeurtenis, maar een levenshouding waarin men zich, tegen beter weten in, moedwillig verzet tegen de werking van Gods Geest. Deze houding leidt tot een verhardingsproces, waarin de mensen zo verhard worden, dat bekering niet meer mogelijk is. Zij die deze zonde begaan hebben, zullen zich van uit hun verharde situatie dan ook nooit afvragen af zij al dan niet deze zonde begaan hebben. Juist het feit, dat sommigen zich met angst en beven afvragen of zij deze zonde begaan hebben, vormt het bewijs, dat ze deze zonde juist niet begaan hebben, want anders zouden ze zich hier geen zorgen over maken!
In Openbaring 20:15 staat: "En wanneer iemand niet bevonden werd geschreven te zijn in het boek des levens, werd hij geworpen in de poel des vuurs". Betekent dit, dat wanneer een ongelovige in het boek des levens staat, deze niet in de poel des vuurs geworpen wordt? (H. B. te H.)
Antwoord:
Voor de witte troon verschijnen de doden uit de zee, de dood en het dodenrijk. Het gaat hier niet om gelovigen, want die zijn dan allang bij Christus, maar om de ongelovigen aller tijden. Zij zullen voor de troon geconfronteerd worden met het feit, dat hun namen in het boek des levens ontbreken omdat alleen de namen van gelovigen in het boek des levens opgetekend staan. Op grond hiervan zullen zij in de poel des vuurs (de hel) geworpen worden. Er worden ook nog andere boeken bij dit oordeel geopend, waarin bij gehouden is, wat deze ongelovigen tijdens hun leven voor zonden gedaan hebben. De uitkomst van deze boeken is bepalend voor de zwaarte van het oordeel. Zo lezen we dat de Here Jezus ons leert dat het voor Sodom, Gomorra, Tyrus en Sidon dragelijker zal zijn in het oordeel dan voor de mensen die het evangelie afwijzen (Mattheus 10:15.11:22).
Graag wil ik u een paar vragen over Hebreeën 10 stellen: Wat is een "hart dat door besprenging gezuiverd is van besef van kwaad"? (vs.22). Wat wordt bedoeld met het verzuimen van de eigen bijeenkomst? (vs. 25). Wat is het gevolg van "opzettelijk zondigen" (vs. 26)? Vooral dit laatste beangstigt me wel eens. (M. v. B. te B.)
Antwoord:
In het Oude Testament werd het volk met het bloed besprengd, een uiterlijke reiniging. In het Nieuwe Testament gaat het om een innerlijk reiniging door het bloed van de Here Jezus, waarmee ons hart besprengd en gereinigd wordt. Om toe te treden in de gemeenschap met God is het belangrijk, dat we ons hart volledig voor de reinigende werking van het bloed van de Here Jezus openen. Het bloed van Christus reinigt en vergeeft niet alleen, het verlost ons ook van slavernij en verkeerde gedachten en gewoonten. En zo mogen we ons hart voor Hem geheel openen zodat de besprenging alle uithoeken van ons hart kan bereiken en we ons aan Hem volkomen toe kunnen wijden.
Met de "eigen bijeenkomst" wordt onze verantwoordelijkheid voor de plaatselijke gemeente benadrukt. Het is niet de bedoeling, iedere week maar weer eens een andere gemeente of kerk uit te proberen. Het is heel belangrijk om aangesloten te zijn bij een plaatselijke gemeente en daar de verantwoordelijkheden te dragen. Mensen, die zich niet wensen aan te sluiten bij een gemeente gedragen zich "ongeregeld" en dienen, bijbels gezien, terechtgewezen te worden. In 1 Petrus 5:2 worden de oudsten van de plaatselijke gemeente opgedragen de "kudde Gods, die bij u is" te hoeden. De oudsten moeten wel weten wie er bij het "die bij u is" behoren. Wanneer we tot het geloof komen, worden we toegevoegd als schaap aan de kudde, als lid aan het lichaam van Christus en als levende steen, met andere stenen samengevoegd in het huis van God. Alleengaande schapen, loslopende ledematen en verspreid liggende stenen zijn in strijd met de boodschap van de Bijbel. Zorg dat u bij een plaatselijke kudde behoort en draag dan ook verantwoordelijkheid voor het wel en wee van de kudde!
Het opzettelijk zondigen, nadat je tot erkentenis der waarheid gekomen bent en waardoor er geen offer voor de zonde meer overblijft, heeft niets te maken met het zondigen na de wedergeboorte, maar na overtuigd te zijn van de waarheid van het evangelie, toch nog opzettelijk volhardt in de zonde en Christus blijft afwijzen. In deze situatie blijft er geen ander offer over, dan alleen het offer op Golgotha. Voor mensen 'ie het offer van de Here Jezus -afwijzen is er geen ander offer. Wanneer we tot het geloof gekomen zijn ontvangen we vergeving voor alle zonden, die we gedaan hebben en zelfs voor de zonden die we in de toekomst nog begaan. Ook na onze wedergeboorte zullen we nog regelmatig onze zonden moeten belijden om de gemeenschap met God, broeders en zusters weer te herstellen. Pas na de opname der gemeente zullen we van de aanwezigheid van de zonde verlost zijn. De zonden waar we nu als gelovigen nog steeds mee te maken hebben zijn lang niet altijd onbewuste zonden. We zouden onszelf voor de gek houden als we vrij zouden zijn van bewuste zonden, ook in ons wedergeboren leven. Niet voor niets schrijft Johannes in zijn eerste brief, dat we een Voorspraak bij de Vader hebben om ons vrij te pleiten. Het zijn juist de bewuste, opzettelijke zonden, die we mogen belijden (onbewuste zonden kun je namelijk niet belijden), waarvoor we vergeving ontvangen en door het bloed van Christus gereinigd worden.
In ons kerkkoor zaten we erg om mannenstemmen verlegen. Nu is er iemand die erg veel van zingen houdt maar helemaal niet gelooft lid geworden van ons koor. Hij heeft hele aria's uit de Mattheus Passion gezongen in de kerkdienst en dat alles zonder het zelf te geloven. Kan dit? (D. v. T. te P in De Filippijnen)
Antwoord:
Wanneer je als koor om b.v. mannenstemmen verlegen bent, ontstaat het gevaar om minder selectief te worden in het aannemen van nieuwe mannelijk leden… als in de nood maar voorzien wordt! Wanneer je als koor de opdracht hebt om het evangelie te verkondigen en God te verheerlijken dan kan het koor alleen bestaan uit toegewijde, gelovige leden. Wanneer het de doelstelling is om mensen met een goed stuk muziek te vermaken, ligt het anders. Ik denk echter, omdat het om een kerkkoor gaat, dat het de bedoeling is om als koor God te verheerlijken en de blijde boodschap uit te dragen. Het lijkt me dan ook erg vreemd en zeker niet goed om dit met mensen te doen, die de Here helemaal niet kennen en zelfs bewust afwijzen.
In Jesaja 65:17-25 lezen we over zondaren, die als honderdjarige sterven en mensen die de levensduur van de bomen bereiken. Betekent dit, dat de mensen ook in de nieuwe hemel en op de nieuwe aarde sterven? (S. B. te D.)
Antwoord:
Het gaat in dit gedeelte nog niet om de uiteindelijke nieuwe hemel en de nieuwe aarde. Hoewel dit gedeelte met de woorden 'Want zie Ik schep een nieuwe hemel en een nieuwe aarde' begint, betekent het nog niet dat we dan ook direct in het daaropvolgende gedeelte met deze toestand te maken hebben. Het gaat in dit gedeelte om het Vrederijk, dat hier op aarde zal zijn, terwijl de Here Jezus als koning vanuit Jeruzalem op aarde regeert. Dit Vrederijk zal op deze aarde gevestigd worden en vormt de inleiding tot de nieuwe hemel en de nieuwe aarde.
Toch zal aan dit vrederijk weer een einde komen en we lezen in Openbaring 20:7 dat aan het einde van dit vrederijk (na duizend jaar) satan nog weer voor een korte tijd losgelaten zal worden. Tijdens dit vrederijk zal de Here Jezus met een ijzeren roede regeren. De bewoners van de aarde zullen Hem moeten gehoorzamen. De natuur zal voor een groot gedeelte hersteld zijn maar nog niet volmaakt. De mensen zullen weer net zo oud worden als de periode voorafgaand aan de zondvloed. Pas na het vrederijk vindt de laatste volkerenopstand plaats en zal de satan met al zijn volgelingen in de poel des vuurs geworpen worden, waarna deze eerste hemel en deze eerste aarde zullen vergaan en er een nieuwe hemel en een nieuwe aarde zullen zijn en waar dan ook geen dood meer zal zijn.
ds. Theo Niemeijer
