Verlangen naar geestelijke herleving

Oscar Lohuis • 93 - 2017 • Uitgave: 20
‘Heere, Ik heb gehoord van Uw roem. Ik heb diep ontzag voor Uw daden, O Heer. Vernieuw deze in onze dagen, maak ze in onze tijd bekend. Denk in uw toorn aan ontferming’ (Habakuk 3:2).

In een lied van de Amerikaanse gospelgroep Casting Crowns komt een zinnetje voor dat mijn vrouw vaak heeft herhaald de afgelopen tijd: ‘To know You is to want to know You more’. ‘U kennen betekent een diep verlangen hebben om U beter te leren kennen.’ Het geestelijke leven van mensen die iets geproefd hebben van de goedheid van God en iets gezien hebben van Zijn heerlijkheid, wordt gekenmerkt door een verlangen. Toen de zoon van Korach de Psalm schreef waarin staat ‘Zoals een hert verlangt naar waterstromen, zo verlangt mijn ziel naar U’, leefde hij niet ver bij God vandaan, maar wandelde hij juist met God, ook al had hij het moeilijk.
Het is de Heilige Geest die ons vult met een verlangen naar meer van Christus in ons leven. De titel boven dit artikel is wellicht niet goed. Het gaat om de Heer zelf. Als wij mensen zijn die maar naar één ding verlangen, namelijk om God beter te leren kennen en Hem alleen te aanbidden, dan zullen we geestelijke herleving meemaken.

Tevreden?
Wat is er gebeurd waardoor dat verlangen soms zo ver weg lijkt te zijn in de christelijke gemeenschap? Zovelen lijken tevreden met de huidige toestand van de kerk. Alles gaat z’n gang, de programma’s draaien op volle toeren. Maar van opwekking is geen sprake. Een zin uit het boekje van A.W. Tozer, Verlangen naar God, schiet mij te binnen: ‘In grote delen van de kerk verstaat men de kunst van aanbidding niet meer, in plaats daarvan heeft men dat vreemde wat we noemen ‘programma’ binnengelaten.’ Veel samenkomsten vinden plaats en sommige evenementen trekken veel mensen. De vraag is of in dat alles God manifest aanwezig is. Daarmee bedoel ik dat de Heilige Geest zo werkt in de harten van de aanwezigen dat iedereen bemerkt dat er iets bijzonders gebeurt door de Heere vanuit een door genade geopende hemel.

Doe je best
God wacht erop totdat wij mensen Hem willen. ‘He is waiting to be wanted.’ Het is eigenlijk heel eenvoudig. Alles zal veranderen wanneer wij onze afgoden afleggen.
We denken misschien dat we geen afgoden hebben, want we zijn toch christenen? Maar zeggen dat je christen bent en elke zondag in de kerk zitten wil nog niet zeggen dat je Hem werkelijk aanbidt in waarheid en in geest.
Het eerste en grote gebod is: ‘Heb de Heere, uw God, dan lief met heel uw hart, met heel uw ziel en met geheel uw kracht’ (Deuteronomium 6:5). Dat laatste betekent dat je er moeite voor doet en je ervoor inspant, met alle kracht die je hebt, om Hem lief te hebben. Doe je uiterste best daarvoor en betaal de prijs die daarvoor nodig is.
God liefhebben en kennen is niet iets dat over sommigen komt en over anderen niet. Wij zijn te lijdelijk gaan denken over onze relatie met God. Alsof er niets aan te doen is dat ons geestelijke klimaat zo schraal is. We kunnen daar wel wat aan doen. Maar doen moeten we niet weer gaan vergaderen om weer nieuwe activiteiten te bedenken. Dan moeten we weer leren om aan de voeten van de Heere Jezus te zitten, veel in het Woord en in gebed te zijn.

Hier schort het aan
Vergeef ons onze leesloosheid en onze gebedsloosheid, o Heer. Als we ervoor kiezen om, koste wat het kost, de Heere meer te zoeken door tijd te nemen in Zijn Woord te lezen en gemeenschap met Hem te zoeken in gebed, zullen er veel dingen gaan veranderen. Hier schort het aan en dit is de reden dat er zo weinig vanuit de hemel gebeurt in onze kerken en gemeenten.
Hij zegt zo vaak in Zijn Woord dat Hij zich laat vinden door wie Hem zoeken met heel hun hart en dat Hij een Beloner is voor wie Hem ernstig zoeken. Aan de uitkomst van het afleggen van onze afgoden en het ons toewijden aan het liefhebben van God boven alles hoeven we niet te twijfelen. Dit heeft ook heel simpel te maken met het gebruik van onze tijd. Hoeveel tijd geven wij eigenlijk aan de Heer, als we eerlijk zijn? Aanbidden we Hem, of aanbidden we nog steeds onszelf met ons voortdurende streven en doen en laten? Er zijn stromen van levend water die Christus door Zijn Geest uit ons binnenste wil doen stromen, zodat we gaan overvloeien van blijdschap en vrede. Maar dan moeten we wel komen tot Hem die de Bron van levend water is en niet langer vertrouwen op onze eigen waterbakken die geen water kunnen vasthouden.

Stenen harten verbrijzeld
“Heere, Ik heb gehoord van Uw roem. Ik heb diep ontzag voor Uw daden.” Vanaf de eerste keer dat de Heilige Geest over de Joodse gelovigen in Jezus werd uitgestort heeft de Heere God dat in Zijn genade telkens weer gedaan. Later ook zelfs over de niet-Joden (Handelingen 10).
Terugdenkend aan de Reformatie van 500 jaar geleden staan wij in ontzag voor Gods machtige daden. Ook sindsdien is God elke keer weer met nieuwe golven van Zijn Geest over de gemeenten gekomen. Grote geestelijke opwekkingen heeft het Lichaam van Christus wereldwijd mogen meemaken.
Wie daar iets over gelezen heeft, weet wat er mogelijk is door de prediking van het evangelie. Hoe de grootste zondaars en de meest venijnige vijanden van de naam van Jezus en het Woord van God in een keer gegrepen worden door de Heer, zich binnen enkele minuten bekeren en voortaan Hem gaan dienen met heel hun hart. Hoe de Geest kan overtuigen van zonden en hoe de manifeste aanwezigheid van God stenen harten verbrijzelt en daar warme harten voor in de plaats geeft, die voortaan altijd branden voor Hem. Hoe hele dorpen en steden veranderen wat betreft het geestelijke klimaat, huwelijken en gezinnen veel gelukkiger worden en zelfs de misdaad en criminaliteit zo goed als verdwijnt, omdat mensen zich massaal, met elkaar, bewust worden van de Aanwezigheid van de Heilige Israëls in hun midden. “O Heer. Vernieuw deze (daden) in onze dagen, maak ze in onze tijd bekend. Denk in uw toorn aan ontferming.”

Niet voor de gek houden
Gebeurt er nog iets in ons midden? De Geest is niet weggenomen van de Gemeente in Nederland. De kandelaar is er nog. Maar het licht schijnt niet helder. Er zijn druppels van zegen, maar geen stromen. Op veel momenten kan ik niet anders dan denken Ikabod, de heerlijkheid is verdwenen.
Aiden Wilson Tozer heeft al in zijn tijd (hij stierf in 1963) op profetische wijze gezien waar het met de evangelische beweging naartoe aan het gaan was. Dingen die hij schreef zijn nu veel meer aan de orde dan in zijn eigen tijd. We staan er niet goed voor. We moeten niet onszelf voor de gek houden dat het wel goed gaat zo. Dan is dit het en dan blijft het hierbij. Dan zal er over vijftig jaar niet veel christendom in Nederland meer over zijn. Er is echter veel meer mogelijk! Dat zal de Heer geven als wij ernaar verlangen. Beter gezegd, als wij naar Hem gaan verlangen als nooit tevoren. He is waiting to be wanted.

Oscar Lohuis