Van de redactie - jrg. 77-26

Feike ter Velde • 77 - 2001/02 • Uitgave: 26
Op allerlei gebied zijn we weggeraakt van het Woord van God. Er blijkt steeds weer onder gelovigen een ernstig gebrek aan kennis van Gods Woord. Daarmee is tevens gezegd: een gebrek aan kennis van de Hoofdpersoon van dat Woord: onze Here Jezus Christus.

We zijn in de kerk allerlei kanten uitgeschoten, net waar onze voorkeuren lagen. Dat brengt verdeeldheid onder christenen en vervreemding van elkaar en vooral van het wonder van de Gemeente. De Gemeente van de Here Jezus is het grote geheimenis van het christelijk geloof. Als we elkaar oproepen terug te keren naar het Woord, dan zeggen we in feite: terug naar de Here Jezus Christus. Zegt de Bijbel niet dat 'in Hem al de volheid Gods woont'? Wat we willen weten van de levende God, leren we door de kennis van de Here Jezus Christus.

We leren Hem kennen door de Bijbel, de Evangeliën, de brieven van de apostelen, maar net zo goed door het Oude Testament. Hij is de Christus der Schriften - dat is met name het Oude Testament. In het Evangelie van Johannes wordt daar al direct op gewezen: "In den beginne was het Woord…" Het brengt ons terug naar Genesis 1: "In den beginne schiep God hemel en aarde…"

Johannes spreekt - door de Heilige Geest - over de Here Jezus, die van eeuwigheid af God is. Hij wordt ons gepresenteerd in de tijd… 'In den beginne'. Hij is het begin van alle dingen. Hij is van vóór de tijd en van vóór de schepping, maar Hij is ook 'in' het begin van alle dingen. Hij is het hart van alle dingen. Alles is 'in' Hem geschapen (Col.1:16). Heel de schepping is uit Hem voortgekomen en "Hij draagt alle dingen door het Woord zijner kracht" (Hebr.1:3). Onze Heiland en Redder is van eeuwigheid God. Hij is binnen de tijd en binnen onze werkelijkheid gekomen, om in menselijke gestalte, door Zijn lijden, sterven en opstanding, de wereld te verzoenen met de levende God.

Dit wordt vandaag geweldig aangevallen, maar Hij is het wezen van de Godsopenbaring: Jezus Christus, God de Zoon. Daarin liggen eeuwige diepten, die in onze beperkte logica niet zijn te bevatten. "Het Woord was God" - God heeft Zichzelf verstaanbaar gemaakt, tot uitdrukking gebracht, in gesproken taal. Zo kunnen we het zeggen, maar ten volle begrijpen kunnen we het niet. Dat Woord, God, werd vlees, werd mens. Vader, Zoon en Geest vinden we samen genoemd in de profetie. als Israëls Messias zegt: "En nu heeft de Here Here mij met Zijn Geest gezonden" (Jes. 48:16).

Er zijn steeds weer groepen in de kerkgeschiedenis geweest, die de onderscheiding Vader, Zoon en Heilige Geest ontkenden; zij worden 'unitariërs' genoemd. Dat is naar twee kanten mogelijk: de vrijzinnige kant, die de Godheid van Jezus loochent en de kant die de 'alleen - Jezus' - theologie huldigt, zoals dat vooral in sommige Amerikaanse charismatische stromingen wordt gevonden. De Roomskatholieke, de Reformatorische en de Evangelische positie is echter altijd bij de 'Drie-Eenheid' gebleven, en heeft Vader. Zoon en Geest als drie Personen onderscheiden in die Ene levende God van de Bijbel. Eén God en drie Personen, die op gelijke wijze volledig God zijn. Dat kunnen we niet verklaren, het is een geheimenis dat de Kerk meedraagt door de eeuwen heen.

Daaraan vasthouden, vasthouden aan de bijbelse openbaring, is de grootste opdracht van deze tijd. Gods Woord, dat ons de levende God openbaart in Vader. Zoon en Geest. In dit hele Woord, tot ons gericht, komt de Zoon Gods naar voren als de volle openbaring van Wie God is. Niet alleen in het Evangelie, daar ten volle, maar ook in de profetie: Want "het getuigenis van Jezus is de geest der profetie" (Openb. 19:10).

Mag ons spreken, ons getuigen en ons schrijven steeds vol zijn van het getuigenis van Jezus.

Namens de redactie
FtV