Tot volgend jaar in Jeruzalem (9)

Henk Schouten • 89 - 2013 • Uitgave: 1
Het gebed van Daniel, zijn vurige bede en schuldbelijdenis (Daniël 9), had de weg geopend voor hernieuwd handelen van God met het volk. Kores, de koning van de Meden en de Perzen, had uit politiek oogpunt de deur geopend voor repatriëring van het volk. Kores rekende op een bondgenoot aan de grens van zijn gebied. Dat deze wereldlijke machthebber daarmee Bijbelse profetie tot vervulling bracht zal hij nooit beseft hebben (Jeremia 25:11,12; 2 Kronieken 36:22).
Ook vandaag nemen we in de politieke wereldarena allerlei ontwikkelingen waar. Veel van die ontwikkelingen blijken vervulling te zijn van wat de Bijbel heeft voorzegt. De economische chaos zal leiden tot de komst van de antichrist die het financiële bestel zal omvormen tot dictatuur van de god Mammon. De wankele Europese eenheid is al tientallen jaren geleden door Bijbelonderzoekers aangekondigd. Het moderne Israël is niet een toevallige politieke gebeurtenis, maar een profetisch aangekondigde ontwikkeling. Datzelfde geldt voor de zogenaamde Arabische lente, de Here Jezus zelf had al geattendeerd op de gebeurtenissen die komen zouden: ‘Let op de Vijgenboom (Israël) en op al de bomen’ (de volken rondom het land). Helaas zijn velen net zo verblind en onwetend over de profetieën als Kores was.

Gesetteld of gehoorzaam
De weg naar het thuisland lag open. Het volk dat echter al zeventig jaar in Babel woonde, had zich daar gesetteld en verbonden met de cultuur van Babel. Slechts ongeveer 45.000 Joden trokken naar Juda terug. Daar liggen ernstige waarschuwingen, veel christenen vandaag hebben zich ook gesetteld. Ze genieten de zegeningen van de moderne cultuur, maar gaan voorbij aan het profetische woord. Het geloof is er wel, maar wordt als entertainment beleefd. De Bijbelse boodschap vormt ons niet tot andere mensen. We gaan niet de weg terug, net zoals die velen van Gods volk die in Babel bleven wonen. Maar zij die in de lijn van Daniël leefden en dachten en het profetisch woord kenden en daarnaar handelden, zagen de hand van de Here God, zij gingen op weg. In niets was de reis van toen vergelijkbaar met het reizen van nu, maar deze mensen gingen vol geloof, heimwee en gehoorzaamheid.

Verlangen en hoop
Aangekomen in het thuisland troffen ze een chaos en desolate toestand aan. Bovendien waren er andere bewoners die zeer vijandig waren en deze teruggekeerden bepaald niet goedgezind en blij ontvingen. Er moest opgebouwd worden, de steden lagen in puin, de tempel was totaal verwoest. Bovendien was er gevaar voor het leven, de vijandigheid was letterlijk moordend. Maar ze gingen op weg, er was één verlangen: ‘tot ziens in Jeruzalem’. Dat verlangen was hun hoop, hun geloof en had meer waarde dan leven en luxe. Te midden van dit volk werd Jezus Christus geboren. Helaas Hij werd niet gekend, niet gewaardeerd: ‘Wij willen niet dat deze koning over ons wordt’ (Lucas 19:14).

Vrede voor het volk
Geen politicus van wereldniveau beseft dat het vandaag opnieuw Gods hand is die werkzaam is in de ontwikkelingen in het Midden-Oosten en Europa. De teruggekeerden in onze tijd troffen een land aan dat bestond uit moerassen vol steekvliegen en muggen. De tempel was en is nog altijd verwoest en de vijandschap is ook vandaag letterlijk moordend. De nood zal groter worden dan ooit, ook al zal een korte periode van (schijn)vrede (valse) hoop geven. Spoedig zal die hoop totaal weggenomen worden en de boze zijn grootste en laatste offensief inzetten. Dan zal het volk roepen tot de Messias die er eerder al was. Zij zullen Hem zien die zij doorstoken hebben, maar dan roepen ze: ‘Wij willen dat deze koning over ons wordt!’ Jezus zal regeren, duizend jaar lang zal Zijn heerschappij garant staan voor de vrede voor het volk.
Maranatha, Jezus zal zeker komen.

Ds. Henk Schouten