Tijdcirkels in Gods wereldplan (2)
Emile Andre Vanbeckevoort & Arno Lamm • 92 - 2016 • Uitgave: 9
Valt de Wederkomst in een Jubeljaar?
Tijd verloopt niet alleen chronologisch, maar in Gods plan ook via cirkels van tijd. Kleine tijdcycli worden opgenomen in grotere tijdcirkels totdat de tijden vol zijn. We werken de tijdcirkel van zeven jaar uit die onder andere in het boek Openbaring wordt beschreven. Dit is immers niet zo maar een willekeurige periode van 7 jaar, maar een cyclus. Het is ook een periode met een boekrol met zeven zegels.
Uit de Bijbel kunnen we leren dat er voorafgaand aan de wederkomst van Jezus Christus een periode van zeven jaar van verdrukking op de hele aarde zal zijn. Zal dit een willekeurige periode van zeven jaren zijn, of heeft God ook deze tijdsperiode exact geplaatst binnen een groter geheel?
Jubeljaar
Als God de tijd voorafgaand aan de wederkomst van Jezus Christus vol maakt met een laatste periode van zeven jaar, dan moet dit wel een volledige sabbatsjaarcyclus zijn omdat deze cycli een onderdeel vormen van Gods plan en onze wereldtijd. Voor de ‘volledigheid’ zal dit dan een zevende sabbatsjaarcyclus zijn, die dan gevolgd zal worden door het Jubeljaar aan het begin waarvan de Messias als Koning zal terug komen om het Vrederijk te stichten en Zijn Koninkrijk op aarde te vestigen. Er is overigens aanleiding te veronderstellen dat de huidige kalenders de Jubeljaren niet juist hebben geplaatst in Zijn Tijden, dus we moeten voorzichtigheid betonen bij het gebruik van de huidige telling.
De Bijbel instrueert om elk 50e jaar1 tot een Jubeljaar uit te roepen (Leviticus 25:10-13). In dat jaar worden bezittingen teruggegeven en schulden kwijtgescholden. Het is het jaar waarin de vrijheid voor het land en zijn bewoners wordt afgekondigd. Handelingen verbindt de wederkomst van Christus uitdrukkelijk met ‘de tijden waarin alle dingen worden hersteld waarover God gesproken heeft bij monde van al Zijn heilige profeten door de eeuwen heen’ (Handelingen 3:21, HSV). Zou het jaar van de Wederkomst niet ook daarom vallen in een Jubeljaar, een jaar waarin God gebiedt dat juist alle dingen worden hersteld? Het is een vraag waard.
Grote Verzoendag
De Grote Verzoendag is de schaduw van de uiteindelijke Wederkomst van Jezus Christus, maar bij velen is er de overtuiging dat juist die Grote Verzoendag ook zal moeten samenvallen met de aanvang van een Jubeljaar2, omdat Jezus Christus zal komen om te herstellen en om de vrijheid voor het land af te kondigen en dit land terug te brengen naar zijn oorspronkelijke eigenaar. Niet toevallig zijn ook veel rabbijnen de mening toegedaan dat de Messias komt in een Jubeljaar en velen verwachten de Messias in onze tijd.
Het Jubeljaar werd altijd met de sjofar ingeluid aan het eind van de Grote Verzoendag, waardoor dit bijzondere jaar altijd met uitgerekend die dag verbonden is.3 Als deze veronderstelde hemelse combinatie juist is, dan zal die Wederkomst plaatsvinden op een Grote Verzoendag die een Jubeljaar inluidt4 en waarop dan de Grote Sjofar zal klinken.
Het moge duidelijk zijn dat de cyclus van Jubeljaren nagenoeg ten einde is en datzelfde geldt voor de periode van zes dagen van 1000 jaar én voor veel Oud- en Nieuwtestamentische profetieën.
Nu is er onder geleerden enige discussie over de vraag wanneer de sabbatsjaren en de jubeljaren precies op onze kalender plaatsvinden.5 In dit artikel gaat het niet om die discussie, maar vooral om het besef dat Gods tijden niet willekeurig zijn en het principe van die vaste tijden wordt overal – ook in deze 7-cirkels – duidelijk en is nergens in tegenspraak met het Bijbelse standpunt dat God ook soeverein is en Zelf de tijden bepaalt6, maar ook heeft bepaald.
777 in het boek Openbaring
Het boek Openbaring beschrijft een periode van verdrukking waarin zeven zegels van een boekrol worden verbroken, zeven bazuinen klinken en zeven schalen met plagen worden uitgegoten. Het getal 7 valt ons meestal wel op, maar vaak plakken we de gebeurtenissen van het boek Openbaring chronologisch – en dus op een rechte tijdslijn – achter elkaar. Maar het wordt pas echt inzichtelijk als we de tijdslijn ook in de beschreven tijdcirkels gaan plaatsen.
Je kunt immers het hele verhaal van Openbaring overbrengen naar deze cirkels. Op die manier worden meerdere 7-cirkels waarneembaar:
1) Een grote cirkel die is opgebouwd uit zeven cirkels die telkens overeenkomen met de zeven boekrolzegels die verbroken worden.
2) De middelste cirkel waarin het zevende zegel dan ook de zeven bazuinen omvat en daarmee verbonden is.7
3) De middelste cirkel van de binnencirkel is dan de zevende bazuin die weer bestaat uit zeven plagen die door schalen worden uitgegoten.8
4) De zevende en allerlaatste plaag wordt ingeluid met de woorden ‘het is geschied’ en daarmee valt het grote Babylon en is het Vrederijk in aantocht.
De cirkel is nog ‘666’
Het boek Openbaring is dus zichtbaar opgebouwd met een zeer mathematische structuur9 en de tijden en gebeurtenissen passen in deze 7-cirkels. Alles verloopt volgens het door God opgestelde plan en volgens Zijn orde. De gebeurtenissen grijpen als het ware in elkaar om uiteindelijk tot een volheid te komen. De grote buitenste cirkel van de 7-jarige Verdrukking omvat dus de hele periode van de zeven zegels, de zeven bazuinen en de zeven plagen en zo laat de Bijbel het ook zien. Maar als je goed naar deze cirkel kijkt dan mag er nog iets opvallen:
Binnen de grote cirkel worden in beginsel 6 kleinere cirkels helemaal afgerond. De zevende cirkel is de middelste, maar deze wordt niet direct afgerond omdat het zevende zegel pas vol is als de zeven bazuinen afgerond zijn. Maar de zevende bazuin wordt ook weer niet direct afgerond, omdat de zevende bazuin in Openbaring gelijk ook de eerste plaag inluidt en daar ook mee verbonden wordt.
Tot het moment dat alles dus volgens Gods plan is afgerond, zijn er zes grote, zes middelgrote en zes kleine cirkels afgerond. De tijden die gesteld zijn voor de Verdrukking zijn dan nog niet volbracht. Die cirkel is op dat moment eigenlijk nog ‘666’ en wacht dus nog op Gods volheid.
Dit artikel wordt vervolgd in Het Zoeklicht nr. 10. Daarin onder andere de weerstand van de tegenstander en de volmaking van het geheel van de Jubelcycli. Hoe eindigt ‘666’ uiteindelijk in ‘777’?
Emile-André Vanbeckevoort & Arno Lamm
Auteurs van Wake Up
1 Dit 50e jaar is tegelijkertijd het 1e jaar van de nieuwe cyclus.
2 Dat overigens altijd begint op een Grote Verzoendag op Tisjri 10 en niet op het Bazuinenfeest op Tisjri 1. Op die laatste Grote Verzoendag wordt de werkelijkheid in Christus vervuld als Hij als Hogepriester naar de orde van Melchisedek uit de hemelse Tempel komt en naar de aarde terugkeert (Hebreeën 9:28).
3 Gewone jaren beginnen op de civiele kalender op Tisjri 1, 10 dagen eerder.
4 Jom Kipoer is dus het Nieuwjaar voor de Jubeljaren.
5 Atchison heeft hierover een diepe studie gedaan. Zie 120jubilees.com
6 En zoals we zien in het verhaal van Jozua kon God de radertjes van tijd ook ‘pauzeren’. (Jozua 10).
7 Openbaring 8-11
8 Openbaring 15:5–16:21
9 Zie ook ‘The seventh circle in Bible Prophecy’, Wayne L. Atchison, 1995. Overigens betekent het citeren van deze en andere auteurs niet noodzakelijk dat wij het steeds in alles met hen eens zijn.
Tijd verloopt niet alleen chronologisch, maar in Gods plan ook via cirkels van tijd. Kleine tijdcycli worden opgenomen in grotere tijdcirkels totdat de tijden vol zijn. We werken de tijdcirkel van zeven jaar uit die onder andere in het boek Openbaring wordt beschreven. Dit is immers niet zo maar een willekeurige periode van 7 jaar, maar een cyclus. Het is ook een periode met een boekrol met zeven zegels.
Uit de Bijbel kunnen we leren dat er voorafgaand aan de wederkomst van Jezus Christus een periode van zeven jaar van verdrukking op de hele aarde zal zijn. Zal dit een willekeurige periode van zeven jaren zijn, of heeft God ook deze tijdsperiode exact geplaatst binnen een groter geheel?
Jubeljaar
Als God de tijd voorafgaand aan de wederkomst van Jezus Christus vol maakt met een laatste periode van zeven jaar, dan moet dit wel een volledige sabbatsjaarcyclus zijn omdat deze cycli een onderdeel vormen van Gods plan en onze wereldtijd. Voor de ‘volledigheid’ zal dit dan een zevende sabbatsjaarcyclus zijn, die dan gevolgd zal worden door het Jubeljaar aan het begin waarvan de Messias als Koning zal terug komen om het Vrederijk te stichten en Zijn Koninkrijk op aarde te vestigen. Er is overigens aanleiding te veronderstellen dat de huidige kalenders de Jubeljaren niet juist hebben geplaatst in Zijn Tijden, dus we moeten voorzichtigheid betonen bij het gebruik van de huidige telling.
De Bijbel instrueert om elk 50e jaar1 tot een Jubeljaar uit te roepen (Leviticus 25:10-13). In dat jaar worden bezittingen teruggegeven en schulden kwijtgescholden. Het is het jaar waarin de vrijheid voor het land en zijn bewoners wordt afgekondigd. Handelingen verbindt de wederkomst van Christus uitdrukkelijk met ‘de tijden waarin alle dingen worden hersteld waarover God gesproken heeft bij monde van al Zijn heilige profeten door de eeuwen heen’ (Handelingen 3:21, HSV). Zou het jaar van de Wederkomst niet ook daarom vallen in een Jubeljaar, een jaar waarin God gebiedt dat juist alle dingen worden hersteld? Het is een vraag waard.
Grote Verzoendag
De Grote Verzoendag is de schaduw van de uiteindelijke Wederkomst van Jezus Christus, maar bij velen is er de overtuiging dat juist die Grote Verzoendag ook zal moeten samenvallen met de aanvang van een Jubeljaar2, omdat Jezus Christus zal komen om te herstellen en om de vrijheid voor het land af te kondigen en dit land terug te brengen naar zijn oorspronkelijke eigenaar. Niet toevallig zijn ook veel rabbijnen de mening toegedaan dat de Messias komt in een Jubeljaar en velen verwachten de Messias in onze tijd.
Het Jubeljaar werd altijd met de sjofar ingeluid aan het eind van de Grote Verzoendag, waardoor dit bijzondere jaar altijd met uitgerekend die dag verbonden is.3 Als deze veronderstelde hemelse combinatie juist is, dan zal die Wederkomst plaatsvinden op een Grote Verzoendag die een Jubeljaar inluidt4 en waarop dan de Grote Sjofar zal klinken.
Het moge duidelijk zijn dat de cyclus van Jubeljaren nagenoeg ten einde is en datzelfde geldt voor de periode van zes dagen van 1000 jaar én voor veel Oud- en Nieuwtestamentische profetieën.
Nu is er onder geleerden enige discussie over de vraag wanneer de sabbatsjaren en de jubeljaren precies op onze kalender plaatsvinden.5 In dit artikel gaat het niet om die discussie, maar vooral om het besef dat Gods tijden niet willekeurig zijn en het principe van die vaste tijden wordt overal – ook in deze 7-cirkels – duidelijk en is nergens in tegenspraak met het Bijbelse standpunt dat God ook soeverein is en Zelf de tijden bepaalt6, maar ook heeft bepaald.
777 in het boek Openbaring
Het boek Openbaring beschrijft een periode van verdrukking waarin zeven zegels van een boekrol worden verbroken, zeven bazuinen klinken en zeven schalen met plagen worden uitgegoten. Het getal 7 valt ons meestal wel op, maar vaak plakken we de gebeurtenissen van het boek Openbaring chronologisch – en dus op een rechte tijdslijn – achter elkaar. Maar het wordt pas echt inzichtelijk als we de tijdslijn ook in de beschreven tijdcirkels gaan plaatsen.
Je kunt immers het hele verhaal van Openbaring overbrengen naar deze cirkels. Op die manier worden meerdere 7-cirkels waarneembaar:
1) Een grote cirkel die is opgebouwd uit zeven cirkels die telkens overeenkomen met de zeven boekrolzegels die verbroken worden.
2) De middelste cirkel waarin het zevende zegel dan ook de zeven bazuinen omvat en daarmee verbonden is.7
3) De middelste cirkel van de binnencirkel is dan de zevende bazuin die weer bestaat uit zeven plagen die door schalen worden uitgegoten.8
4) De zevende en allerlaatste plaag wordt ingeluid met de woorden ‘het is geschied’ en daarmee valt het grote Babylon en is het Vrederijk in aantocht.
De cirkel is nog ‘666’
Het boek Openbaring is dus zichtbaar opgebouwd met een zeer mathematische structuur9 en de tijden en gebeurtenissen passen in deze 7-cirkels. Alles verloopt volgens het door God opgestelde plan en volgens Zijn orde. De gebeurtenissen grijpen als het ware in elkaar om uiteindelijk tot een volheid te komen. De grote buitenste cirkel van de 7-jarige Verdrukking omvat dus de hele periode van de zeven zegels, de zeven bazuinen en de zeven plagen en zo laat de Bijbel het ook zien. Maar als je goed naar deze cirkel kijkt dan mag er nog iets opvallen:
Binnen de grote cirkel worden in beginsel 6 kleinere cirkels helemaal afgerond. De zevende cirkel is de middelste, maar deze wordt niet direct afgerond omdat het zevende zegel pas vol is als de zeven bazuinen afgerond zijn. Maar de zevende bazuin wordt ook weer niet direct afgerond, omdat de zevende bazuin in Openbaring gelijk ook de eerste plaag inluidt en daar ook mee verbonden wordt.
Tot het moment dat alles dus volgens Gods plan is afgerond, zijn er zes grote, zes middelgrote en zes kleine cirkels afgerond. De tijden die gesteld zijn voor de Verdrukking zijn dan nog niet volbracht. Die cirkel is op dat moment eigenlijk nog ‘666’ en wacht dus nog op Gods volheid.
Dit artikel wordt vervolgd in Het Zoeklicht nr. 10. Daarin onder andere de weerstand van de tegenstander en de volmaking van het geheel van de Jubelcycli. Hoe eindigt ‘666’ uiteindelijk in ‘777’?
Emile-André Vanbeckevoort & Arno Lamm
Auteurs van Wake Up
1 Dit 50e jaar is tegelijkertijd het 1e jaar van de nieuwe cyclus.
2 Dat overigens altijd begint op een Grote Verzoendag op Tisjri 10 en niet op het Bazuinenfeest op Tisjri 1. Op die laatste Grote Verzoendag wordt de werkelijkheid in Christus vervuld als Hij als Hogepriester naar de orde van Melchisedek uit de hemelse Tempel komt en naar de aarde terugkeert (Hebreeën 9:28).
3 Gewone jaren beginnen op de civiele kalender op Tisjri 1, 10 dagen eerder.
4 Jom Kipoer is dus het Nieuwjaar voor de Jubeljaren.
5 Atchison heeft hierover een diepe studie gedaan. Zie 120jubilees.com
6 En zoals we zien in het verhaal van Jozua kon God de radertjes van tijd ook ‘pauzeren’. (Jozua 10).
7 Openbaring 8-11
8 Openbaring 15:5–16:21
9 Zie ook ‘The seventh circle in Bible Prophecy’, Wayne L. Atchison, 1995. Overigens betekent het citeren van deze en andere auteurs niet noodzakelijk dat wij het steeds in alles met hen eens zijn.
