Spreuken 8:7 (6)

Els ter Welle • 89 - 2013 • Uitgave: 3
‘Want waarheid spreekt mijn gehemelte.’
Spreuken 8:7


De satan heeft meteen vanaf Pinksteren zijn zinnen erop gezet om de gemeente uit te roeien. Allereerst probeerde hij dat door geweld. Stefanus werd de eerste martelaar: hij werd gestenigd, maar de gemeente werd er sterker door. Later werden christenen voor de leeuwen gegooid, maar ze gingen zingend de dood in en de kerk groeide. Interne onenigheden zijn echter veel gevaarlijker voor de gemeente dan de wilde beesten. In de vierde eeuw1 maakte satan gebruik van dit dodelijke wapen. God gebruikte echter mensen om de gemeente van haar ondergang te redden. Eén ervan is Athanasius. Wat was er aan de hand?

De presbyter Arius kon vurig spreken en had daardoor een grote aanhang. Hij was een analytisch denker en vond dat het onmogelijk was dat de Zoon van God gelijk is aan de Vader. De Zoon is geschapen door de Vader, dus kan Hij niet als God zijn.
Athanasius zag dit als een gevaarlijke dwaling. Hij zei: “Als Jezus niet God is, dan is Zijn lijden en sterven waardeloos. Het hele Goddelijke verlossingsplan komt dan op losse schroeven te staan en heeft geen basis meer. Hoewel het ons menselijk verstand te boven gaat, geloven we wat Gods Woord hierover zegt.”
Het ging hier dus om een kardinaal punt. Hij noemt de leer van Arius dan ook ‘de ergste van alle ketterijen’.
God laat Zijn kerk echter nooit in de steek. Wat satan ten kwade had bedoeld is ten goede gekeerd: De kerk is gelouterd uit deze strijd gekomen. De Drie-eenheid is hierdoor eens en voor altijd helder geformuleerd: God is een in wezen, niet te scheiden, maar wel te onderscheiden in drie Personen. Zoals de Vader ongeschapen is, zo ook de Zoon en de Heilige Geest.

Athanasius was een vurig en standvastig strijder voor de waarheid. Hij stond onbevreesd tegenover bisschoppen en keizers. Maar zijn weg ging niet over rozen. Vijf keer werd hij verbannen, in totaal twintig jaar, waarbij hij als een opgejaagde zwierf in woestijnen en bossen. De Waarheid kent een prijs!

Els ter Welle

1 Trouwens alle eeuwen door, tot de dag van vandaag.