Spreuken 8:7 (14)

Els ter Welle • 89 - 2013 • Uitgave: 13
‘Want waarheid spreekt mijn gehemelte.’
Spreuken 8:7


Er hebben zich ruim zeshonderd geestelijke en wereldlijke leiders van de stad Zürich verzameld in de grote zaal van het stadhuis. Tegenover hen zit de Zwitserse reformator Zwingli alleen aan een tafel. Hij moet zich verantwoorden o.a. omdat hij verkondigt dat we uit genade behouden worden en niet uit goede werken. Hij opent het dispuut met de woorden: “Welaan dan, in Gods naam! Hier ben ik.”
Voor hem liggen Latijnse, Griekse en Hebreeuwse bijbels die hij gebruikt om de waarheid te verdedigen en de leugens die de kerk zijn binnen geslopen, te weerleggen. Hij laat tal van heikele onderwerpen de revue passeren. Eén onderwerp wil ik er voor u uitlichten: het celibaat. In zijn zinderende toespraak doet Zwingli de volgende opmerkelijke uitspraak:
“Allen die men geestelijk noemt, doen zonde, wanneer zij tot de innerlijke bewustheid zijn gekomen dat hun de gave van de seksuele onthouding niet door God geschonken is, zich niet in het huwelijk begeven.”

Zwingli slaat daarmee de spijker op de kop. Het celibaat voor ‘geestelijken’ heeft veel seksueel misbruik in de hand gewerkt. Er waren veel priesters en ook verschillende pausen die een gezin hadden. Zo had Paus Alexander de VI1 een beeldschone maîtresse met wie hij zeven kinderen kreeg. Van paus Johannes XII wordt verteld dat hij voortdurend achter de vrouwen aan zat. Paus Benedictus IX2 werd beschuldigd van verkrachting en overspel. Ook hier zien we weer dat een juiste leer en een juiste levenswijze onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.
Nergens in de Bijbel lezen we dat dienstknechten van God verplicht ongetrouwd moeten blijven. In 1 Korintiërs 7 beveelt Paulus het wel aan. Maar, zegt Paulus: ‘Als je niet zonder vrouw kunt leven is het beter te trouwen dan van begeerte te branden.’
De verkeerde leer van de kerk over dit onderwerp heeft tot de dag van vandaag verstrekkende gevolgen gehad. In de periode van 1945-1985 hebben tienduizenden minderjarigen te maken gehad met grensoverschrijdend seksueel gedrag van priesters. Wat een tragedie! En Zwingli benoemt dit al op die gedenkwaardige dag in 1523.

Na de confronterende toespraak van Zwingli blijft het angstvallig stil. Als niemand antwoordt, zegt deze dappere strijder voor de waarheid: “Verschillende van u hebben mij beschuldigd van ketterij en wilden mij laten verbranden. Kom op en weerleg mij.” Niemand meldt zich. Zwingli won het dispuut glansrijk en daarmee was de Reformatie in Zürich een feit!

Els ter Welle

1 Over Zwingli: P.A de Rover, De strijdende kerk, hoofdstuk 78, 79
2 Zie op internet: De ergste pausen uit de geschiedenis-scientas.nl / Wikipedia