Spreuken 8:30 - Dit is het werk van Mijn Vader
Els ter Welle • 91 - 2015 • Uitgave: 6
‘Ik was Zijn lieveling (troetelkind), een bron van vreugde, elke dag opnieuw. Ik was altijd verheugd in Zijn aanwezigheid’ (Spreuken 8:30).
Wat een volmaakte harmonie was er in de hemel en wat een hoge positie had de Here Jezus daar! Hij was gelijk aan God en gaf dit allemaal op, werd mens en maakte Zich zo onbelangrijk als een slaaf (Filippenzen 2:6,7). Maar… één ding blijft onveranderd: Zijn verbondenheid met de Vader. De eenheid en de perfecte samenwerking zoals die er in de eeuwigheid was, blijft voortbestaan.
De Zoon is ook op aarde aan het hart van Zijn Vader (Johannes 1:18). In Johannes 5 zegt de Here Jezus: ‘De Zoon kan niets uit zichzelf doen, Hij kan alleen doen wat Hij de Vader ziet doen; en wat de Vader doet, dat doet de Zoon op dezelfde manier. De Vader heeft de Zoon immers lief en laat Hem alles zien wat Hij doet’ (vers 19,20, NBV). Heeft u het opgemerkt? Hier wordt niet in de verleden tijd gesproken, maar in de tegenwoordige tijd. De Here Jezus kwam naar de aarde, maar Zijn hechte relatie met de Vader in de hemel bleef. En Hij kwam niet om Zijn wil te doen, maar de wil van Zijn Vader (Johannes 5:19, 6:38).
Dit alles betekent ontzettend veel! Het houdt in dat toen Jezus water in wijn veranderde, Hij dat deed omdat God het wilde. Toen Hij een bezetene bevrijdde, een zieke genas, Zich ontfermde over de overspelige vrouw, deed Hij wat Hij de Vader zag doen. Alles wat Jezus deed en zei, liet zien: ‘Dit is het werk van Mijn Vader. Dit is wie Hij is!’
De Farizeeën snapten er echter niets van. Zij ergerden zich en vonden het godslasterlijk wat de Here over Zichzelf zei. Dat was heel pijnlijk voor onze Heer. Maar ik denk dat het nog meer pijn deed dat ook de discipelen blind waren voor deze heerlijke werkelijkheid. Als Hij in Zijn afscheidswoorden tegen hen zegt: ‘Niemand komt tot de Vader dan door Mij,’ geeft Filippus de volgende ontstellende reactie: ‘Laat ons de Vader zien! Dat is voor ons voldoende.’ Heel verdrietig antwoordt Jezus hem dan: ‘Ben je al zolang bij Mij en ken je Mij nog niet? Als je Mij hebt gezien, heb je ook de Vader gezien’ (Johannes 14:6-9, BGT).
Hoe is dat met U? U kent misschien net als de discipelen de Here Jezus wel, maar weet u ook hoe uw hemelse Vader is? Als u dat wilt weten, kijk dan naar de Here Jezus. Hij is de menselijke belichaming van Hem!
Els ter Welle
Wat een volmaakte harmonie was er in de hemel en wat een hoge positie had de Here Jezus daar! Hij was gelijk aan God en gaf dit allemaal op, werd mens en maakte Zich zo onbelangrijk als een slaaf (Filippenzen 2:6,7). Maar… één ding blijft onveranderd: Zijn verbondenheid met de Vader. De eenheid en de perfecte samenwerking zoals die er in de eeuwigheid was, blijft voortbestaan.
De Zoon is ook op aarde aan het hart van Zijn Vader (Johannes 1:18). In Johannes 5 zegt de Here Jezus: ‘De Zoon kan niets uit zichzelf doen, Hij kan alleen doen wat Hij de Vader ziet doen; en wat de Vader doet, dat doet de Zoon op dezelfde manier. De Vader heeft de Zoon immers lief en laat Hem alles zien wat Hij doet’ (vers 19,20, NBV). Heeft u het opgemerkt? Hier wordt niet in de verleden tijd gesproken, maar in de tegenwoordige tijd. De Here Jezus kwam naar de aarde, maar Zijn hechte relatie met de Vader in de hemel bleef. En Hij kwam niet om Zijn wil te doen, maar de wil van Zijn Vader (Johannes 5:19, 6:38).
Dit alles betekent ontzettend veel! Het houdt in dat toen Jezus water in wijn veranderde, Hij dat deed omdat God het wilde. Toen Hij een bezetene bevrijdde, een zieke genas, Zich ontfermde over de overspelige vrouw, deed Hij wat Hij de Vader zag doen. Alles wat Jezus deed en zei, liet zien: ‘Dit is het werk van Mijn Vader. Dit is wie Hij is!’
De Farizeeën snapten er echter niets van. Zij ergerden zich en vonden het godslasterlijk wat de Here over Zichzelf zei. Dat was heel pijnlijk voor onze Heer. Maar ik denk dat het nog meer pijn deed dat ook de discipelen blind waren voor deze heerlijke werkelijkheid. Als Hij in Zijn afscheidswoorden tegen hen zegt: ‘Niemand komt tot de Vader dan door Mij,’ geeft Filippus de volgende ontstellende reactie: ‘Laat ons de Vader zien! Dat is voor ons voldoende.’ Heel verdrietig antwoordt Jezus hem dan: ‘Ben je al zolang bij Mij en ken je Mij nog niet? Als je Mij hebt gezien, heb je ook de Vader gezien’ (Johannes 14:6-9, BGT).
Hoe is dat met U? U kent misschien net als de discipelen de Here Jezus wel, maar weet u ook hoe uw hemelse Vader is? Als u dat wilt weten, kijk dan naar de Here Jezus. Hij is de menselijke belichaming van Hem!
Els ter Welle
