Spreuken 8:23 - Vader, Zoon en Geest:
Els ter Welle • 90 - 2014 • Uitgave: 21
gelijkwaardig en verschillend
‘De Wijsheid (de Zoon van God) is van eeuwigheid af gezalfd geweest, van den aanvang, van de oudheden der aarde’ (Spreuken 8:23, Statenvertaling).
Was Jezus ook in de eeuwigheid Gods Zoon? “Nee,” zeggen sommigen, “de Here Jezus was in de eeuwigheid gelijk aan God, dus toen kon Hij nooit de Zoon van God zijn geweest. Een zoon is immers altijd ondergeschikt aan de vader en dus zijn mindere.”
Dit is nu een typisch voorbeeld van modern denken over gelijkheid, waarin een ondergeschikte per definitie niet gelijkwaardig kan zijn. In de Bijbel gaat dit echter wél samen, in menselijke relaties, maar ook binnen de Godheid.
Paulus zegt zonder blikken of blozen in de Efeze-brief dat de vrouw onderdanig moet zijn aan haar man, terwijl hij in de brief aan de Galaten zegt: ‘In Christus is noch man, noch vrouw.’ Hij ziet daarin geen enkele tegenstrijdigheid. Het gaat bij het laatste namelijk over hoe de mens behouden kan worden. Voor alle mensen, of ze nu man of vrouw, Jood of Griek, slaaf of vrije zijn, geldt dat ze gered worden, niet door werken van de wet maar door geloof alleen. Alle mensen zijn gelijkwaardig voor God. Men noemt dit wel ‘verticale gelijkheid’.
Maar in relatie tot elkaar is er een ordening en dat noemt men ‘horizontale ongelijkheid’. Dit houdt absoluut niet in dat de ondergeschikte automatisch minder waard is!
Zo is de Here Jezus absoluut één met de Vader. Hij zegt: ‘Ik en de Vader zijn één. Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien.’ Toch is de Zoon ondergeschikt aan de Vader: ‘Het is Mijn voedsel de wil te doen van Hem die Mij gezonden heeft. Ik richt Mij niet op wat Ik zelf wil, maar op de wil van Hem die Mij gezonden heeft’ (Johannes 8:19, 10:30; 4:34; 5:30).
De Vader, de Zoon en ook de Heilige Geest zijn absoluut gelijkwaardig als Personen, toch is er ook een ordening. De Zoon verheerlijkt de Vader, de Heilige Geest verheerlijkt de Vader en de Zoon. En Ieder van hen heeft een verschillende taak.
In 1 Petrus 1:2 zien we prachtig in één enkel vers de drie verschillende functies van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Paulus begint zijn brief als volgt: ‘Aan de uitverkorenen overeenkomstig de voorkennis van God de Vader, door de heiliging van de Geest, tot gehoorzaamheid en besprenkeling door het bloed van de Here Jezus’ (HSV).
De Vader God, de Zoon God en de Geest God hebben altijd bestaan. Deze drie hadden en hebben nog steeds een eeuwige relatie met elkaar!
Els ter Welle
‘De Wijsheid (de Zoon van God) is van eeuwigheid af gezalfd geweest, van den aanvang, van de oudheden der aarde’ (Spreuken 8:23, Statenvertaling).
Was Jezus ook in de eeuwigheid Gods Zoon? “Nee,” zeggen sommigen, “de Here Jezus was in de eeuwigheid gelijk aan God, dus toen kon Hij nooit de Zoon van God zijn geweest. Een zoon is immers altijd ondergeschikt aan de vader en dus zijn mindere.”
Dit is nu een typisch voorbeeld van modern denken over gelijkheid, waarin een ondergeschikte per definitie niet gelijkwaardig kan zijn. In de Bijbel gaat dit echter wél samen, in menselijke relaties, maar ook binnen de Godheid.
Paulus zegt zonder blikken of blozen in de Efeze-brief dat de vrouw onderdanig moet zijn aan haar man, terwijl hij in de brief aan de Galaten zegt: ‘In Christus is noch man, noch vrouw.’ Hij ziet daarin geen enkele tegenstrijdigheid. Het gaat bij het laatste namelijk over hoe de mens behouden kan worden. Voor alle mensen, of ze nu man of vrouw, Jood of Griek, slaaf of vrije zijn, geldt dat ze gered worden, niet door werken van de wet maar door geloof alleen. Alle mensen zijn gelijkwaardig voor God. Men noemt dit wel ‘verticale gelijkheid’.
Maar in relatie tot elkaar is er een ordening en dat noemt men ‘horizontale ongelijkheid’. Dit houdt absoluut niet in dat de ondergeschikte automatisch minder waard is!
Zo is de Here Jezus absoluut één met de Vader. Hij zegt: ‘Ik en de Vader zijn één. Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien.’ Toch is de Zoon ondergeschikt aan de Vader: ‘Het is Mijn voedsel de wil te doen van Hem die Mij gezonden heeft. Ik richt Mij niet op wat Ik zelf wil, maar op de wil van Hem die Mij gezonden heeft’ (Johannes 8:19, 10:30; 4:34; 5:30).
De Vader, de Zoon en ook de Heilige Geest zijn absoluut gelijkwaardig als Personen, toch is er ook een ordening. De Zoon verheerlijkt de Vader, de Heilige Geest verheerlijkt de Vader en de Zoon. En Ieder van hen heeft een verschillende taak.
In 1 Petrus 1:2 zien we prachtig in één enkel vers de drie verschillende functies van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Paulus begint zijn brief als volgt: ‘Aan de uitverkorenen overeenkomstig de voorkennis van God de Vader, door de heiliging van de Geest, tot gehoorzaamheid en besprenkeling door het bloed van de Here Jezus’ (HSV).
De Vader God, de Zoon God en de Geest God hebben altijd bestaan. Deze drie hadden en hebben nog steeds een eeuwige relatie met elkaar!
Els ter Welle
