Scheppingskracht (4)
Daarom verliezen wij de moed niet, maar al vervalt ook onze uiterlijke mens, nochtans wordt de innerlijke van dag tot dag vernieuwd. 2 Korintiërs 4 vers 16
Moet alles nuttig zijn in het leven, of mag je ook spelen? In onze tijd waarin alles afgerekend wordt op efficiëntie zijn er mensen die het spelen totaal verleerd zijn. "Wat heb je daar nou an?" is zo'n dodelijk vraagje waarmee al heel wat spelplezier om zeep geholpen is. Veel christenen gaan mee in dit nuttigheidsdenken dat de tijdgeest ons opdringt. Ze denken dat ernst de hoogste gemoedsgesteldheid is en menen in de Bijbel (zwart van kaft) hun bevestiging te vinden. Het geloof is een serieuze zaak, dus houden we het ernstig. Alsof ernst een deugd is die het hele christenleven omvat. Niet dus. Want ernst is juist heel beperkt. Met ernst sluit je een heleboel dingen buiten het leven die de Here God wel degelijk aan ons wil geven. Zoals het plezier in spelen. De spelende mens ervaart meer van het leven dat God wil geven dan de ernstige mens. Het is meeromvattend, want ernst sluit het spel uit, maar spel sluit de ernst in. Je kunt in het spel zowel vreugde als ernst beleven.
God schiep de wereld spelenderwijs. Van de wijsheid waarmee God de wereld formeerde wordt in Spreuken 8 (SV) gezegd dat die als een troetelkind speelde voor Gods aangezicht en zich vermaakte met het scheppingsspel. We herkennen Jezus hierin, die zegt dat wij als kinderen moeten worden om het koninkrijk van God binnen te gaan. We zien Hem eten, drinken en feestvieren. Een creatieve, maar nutteloze(?) daad van Maria die kostbare parfum over zijn voeten giet wijst Hij niet af. Nee, Hij plaatst die juist in de schijnwerpers, terwijl Hij Judas niet z'n nutvraag terecht wijst.
Wijsheid en spel sluiten elkaar dus niet uit. Integendeel, misschien is het juist wel wijs om te kunnen spelen, om daarmee uit onze stressspiraal te ontsnappen. Zijn we al niet veel te veel slaven van ons economisch gewin? God heeft de zevende dag als rustdag ingesteld, als speldag, om nu eens even niet te hoeven presteren, maar eenvoudig op Hem te vertrouwen. Daarmee schept Hij ruimte voor kunst en creativiteit in ons leven, het plezier in scheppen en spelen. Die houding zou de boventoon moeten voeren in onze gezinnen en gemeenschappen, als ik Paulus goed begrijp. Waarom zegt hij anders: "Verblijdt u in de Here te allen tijde! Wederom zal ik zeggen: Verblijdt u!" Gods scheppingskracht brengt creativiteit en spelvreugde tevoorschijn.
Willem de Vink
Moet alles nuttig zijn in het leven, of mag je ook spelen? In onze tijd waarin alles afgerekend wordt op efficiëntie zijn er mensen die het spelen totaal verleerd zijn. "Wat heb je daar nou an?" is zo'n dodelijk vraagje waarmee al heel wat spelplezier om zeep geholpen is. Veel christenen gaan mee in dit nuttigheidsdenken dat de tijdgeest ons opdringt. Ze denken dat ernst de hoogste gemoedsgesteldheid is en menen in de Bijbel (zwart van kaft) hun bevestiging te vinden. Het geloof is een serieuze zaak, dus houden we het ernstig. Alsof ernst een deugd is die het hele christenleven omvat. Niet dus. Want ernst is juist heel beperkt. Met ernst sluit je een heleboel dingen buiten het leven die de Here God wel degelijk aan ons wil geven. Zoals het plezier in spelen. De spelende mens ervaart meer van het leven dat God wil geven dan de ernstige mens. Het is meeromvattend, want ernst sluit het spel uit, maar spel sluit de ernst in. Je kunt in het spel zowel vreugde als ernst beleven.
God schiep de wereld spelenderwijs. Van de wijsheid waarmee God de wereld formeerde wordt in Spreuken 8 (SV) gezegd dat die als een troetelkind speelde voor Gods aangezicht en zich vermaakte met het scheppingsspel. We herkennen Jezus hierin, die zegt dat wij als kinderen moeten worden om het koninkrijk van God binnen te gaan. We zien Hem eten, drinken en feestvieren. Een creatieve, maar nutteloze(?) daad van Maria die kostbare parfum over zijn voeten giet wijst Hij niet af. Nee, Hij plaatst die juist in de schijnwerpers, terwijl Hij Judas niet z'n nutvraag terecht wijst.
Wijsheid en spel sluiten elkaar dus niet uit. Integendeel, misschien is het juist wel wijs om te kunnen spelen, om daarmee uit onze stressspiraal te ontsnappen. Zijn we al niet veel te veel slaven van ons economisch gewin? God heeft de zevende dag als rustdag ingesteld, als speldag, om nu eens even niet te hoeven presteren, maar eenvoudig op Hem te vertrouwen. Daarmee schept Hij ruimte voor kunst en creativiteit in ons leven, het plezier in scheppen en spelen. Die houding zou de boventoon moeten voeren in onze gezinnen en gemeenschappen, als ik Paulus goed begrijp. Waarom zegt hij anders: "Verblijdt u in de Here te allen tijde! Wederom zal ik zeggen: Verblijdt u!" Gods scheppingskracht brengt creativiteit en spelvreugde tevoorschijn.
Willem de Vink