Respect, solidariteit, tolerantie
Zo lief heeft God de wereld gehad
Het verzoek was een artikel te schrijven over ‘Solidariteit, respect en tolerantie’, in verband met de woorden uit Johannes 3:16, ‘Alzo lief heeft God de wereld gehad…’ Het volgende waargebeurde en aangrijpende verhaal kwam mij toen in gedachten.
Een prediker stelde in z’n toespraak dat God iedereen wil redden en dat Hij niet wil dat iemand verloren gaat. Na afloop kwam er een ernstig zieke man naar hem toe. “Ik heb nog maar drie weken te leven en ben niet gered, want ik ken de Here Jezus niet,” was in het kort zijn reactie.
Dit raakte de prediker zo, dat hij zei: “Ik zeg al m’n afspraken af en blijf net zo lang hier totdat u tot geloof komt in de Here Jezus.”
Prediker op de knieën voor God
Een paar keer per dag zocht de prediker de zieke man op. Dan las hij gedeelten voor uit de Bijbel, zoals Johannes 3:16, ‘Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gezonden heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.’ Ook bad hij telkens met hem. De zieke man vond de boodschap mooi, maar het raakte hem niet. “Ik kan het niet pakken.”
De prediker worstelde om het geestelijk heil van deze man. Tussen de ontmoetingen door lag hij op z’n knieën voor God. “O, Here, red hem, open zijn ogen voor U, grijp in. Ontferm U Zich over deze man. Alleen U kunt hem redden.”
En toen op een morgen, toen ze weer samen spraken, uit de Bijbel lazen en tot God riepen om genade, las de prediker opnieuw Johannes 3:16, ‘Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft…’
“Stop!” riep de zieke man opeens. Tranen rolden over zijn wangen. “Nu zie ik het. Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder - ja, ook ik - die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.”
God had de gebeden van de trouwe prediker verhoord. Hij laat geen bidder staan. Groot was ook zijn blijdschap en dankbaarheid. De ernstig zieke man vond rust en vrede. Zijn angst voor de dood verdween. Straks zou hij voor eeuwig bij de Here zijn, verlost van zonde en pijn.
Kerstboodschap!
Wat een kerstboodschap! Wat vertoont deze prediker het beeld van de Here Jezus. Hij was met ontferming bewogen over deze zieke man. Hij verhief zich niet boven hem. Hij zei ook niet tegen hem: ‘Zo is de weg tot God, zo kun je Hem vinden, zoek het verder zelf maar uit of ga maar naar die kerk, daar helpen ze je wel…’
Nee, hij ging naast hem staan en offerde zijn eigen belangen op. Hij wist zich solidair met de zieke man en toonde zeer veel respect voor hem, maar leidde hem ondertussen wel tot de Here Jezus, omdat hij wist dat er voor de zieke man alleen maar eeuwige redding was door geloof in de Here Jezus.
Was de prediker tolerant? Dat is maar de vraag. Hij tolereerde het ongeloof van de zieke man waarachtig niet. Tegelijk zette hij hem ook niet het pistool op de borst met de woorden ‘Bekeer je of ik schiet’. Ook dwong hij hem niet tot het nabidden van een voorbeeldgebed, zoals dat nogal eens gebeurt, omdat de prediker wist dat tot geloof komen een bovennatuurlijk werk van God is.
Respect
En wat is de boodschap voor ons? Met name toegespitst op de begrippen respect, solidariteit en tolerantie.
Allereerst ‘respect’. Ik denk aan het gebeuren in het paradijs. God had de mens ernstig gewaarschuwd om niet te eten van de vrucht van de boom van kennis van goed en kwaad (Genesis 2:17). Maar de mens mocht zelf beslissen en koos ervoor de satan meer gehoorzaam te zijn dan God en wel van de boom te eten. God respecteerde die keuze en stuurde ook geen vuur uit de hemel om het te verhinderen, maar liet het er - met eerbied gezegd - niet bij zitten. Dan al is er de verwijzing naar het kerstgebeuren, in de moederbelofte, dat ‘haar zaad de kop van de slang zal vermorzelen’ (Genesis 3:15).
Verder ben ik terughoudend met de stelling dat God altijd de keus van de mens respecteert. In Handelingen 13:48 lees ik namelijk: ‘…en allen, die bestemd waren ten eeuwigen leven, kwamen tot geloof.’ Zo is het ook! Wanneer God iemand wil redden, dan doet Hij dat.
Solidariteit
Dan solidariteit. Is God solidair met ons mensen? In zekere zin kun je dat wel zeggen. De Here Jezus kwam namelijk naar deze aarde om mens te worden. Ook dat is Kerst! Hij kwam om ons in alles gelijk te worden. En toch ook weer niet, namelijk, uitgenomen de zonde. Wij worden in zonden ontvangen en geboren, zoals een oud formulier het zegt. Hij was de volstrekt Zondeloze.
Hij leefde als wij, werd verzocht zoals wij en droeg de straf voor onze zonden in een menselijk lichaam. Hij, de Zoon des Mensen. Daarom weet Hij wat het is om mens te zijn.
En het wonder is dat Hij onze zonden wil wegnemen, zodat we mogen worden als Hij. Hier op aarde kleven de zonden ons nog aan en is het alles nog onvolkomen, maar als we Hem mogen kennen, noemt Hij ons al heiligen. Een eenmaal zullen we volmaakt en zonder zonde voor Hem staan.
Tolerantie
En ten slotte tolerantie. Kun je zeggen dat God tolerant is? In ieder geval niet in de zin zoals wij tolerant opvatten. Hij kan onze zonden niet tolereren. En tegelijk toch ook weer wel, als we Hem hebben mogen leren kennen. Dan ziet Hij ons als heiligen. Lees de aanhef van de verschillende Nieuwtestamentische brieven maar eens. ‘Geliefde heiligen…’ Wij zouden verbaasd opkijken wanneer de predikant of voorganger ons in de dienst zo zou aanspreken. Maar laat dit een aansporing zijn tot een heilig en rein leven. ‘Weest heilig, want Ik ben heilig’ (1 Petrus 1:16).
Houdt dit in dat we er dan maar op los kunnen leven? Wie zo denkt en leeft, bewijst er nog niet veel van begrepen te hebben. Zo iemand mag zich wel ernstig afvragen of het geestelijk wel in orde is in zijn of haar leven.
Ook al mogen we door genade weten dat God ons heeft aangenomen als Zijn kind, dan nog blijft het zo dat Hij de zonden in ons leven niet kan tolereren. En als we geestelijk ‘op onze plaats’ zijn, zullen we ze zelf ook niet tolereren, maar ertegen strijden. ‘Strijd de goede strijd des geloofs’ (1 Timoteüs 6:12). En als we in zonden vallen, dan zegt 1 Johannes 1:9 ‘Indien we onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, om ons de zonden te vergeven en ons te reinigen van alle ongerechtigheid.’ Wat een geweldige boodschap!
Dirk van Genderen
Het verzoek was een artikel te schrijven over ‘Solidariteit, respect en tolerantie’, in verband met de woorden uit Johannes 3:16, ‘Alzo lief heeft God de wereld gehad…’ Het volgende waargebeurde en aangrijpende verhaal kwam mij toen in gedachten.
Een prediker stelde in z’n toespraak dat God iedereen wil redden en dat Hij niet wil dat iemand verloren gaat. Na afloop kwam er een ernstig zieke man naar hem toe. “Ik heb nog maar drie weken te leven en ben niet gered, want ik ken de Here Jezus niet,” was in het kort zijn reactie.
Dit raakte de prediker zo, dat hij zei: “Ik zeg al m’n afspraken af en blijf net zo lang hier totdat u tot geloof komt in de Here Jezus.”
Prediker op de knieën voor God
Een paar keer per dag zocht de prediker de zieke man op. Dan las hij gedeelten voor uit de Bijbel, zoals Johannes 3:16, ‘Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gezonden heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.’ Ook bad hij telkens met hem. De zieke man vond de boodschap mooi, maar het raakte hem niet. “Ik kan het niet pakken.”
De prediker worstelde om het geestelijk heil van deze man. Tussen de ontmoetingen door lag hij op z’n knieën voor God. “O, Here, red hem, open zijn ogen voor U, grijp in. Ontferm U Zich over deze man. Alleen U kunt hem redden.”
En toen op een morgen, toen ze weer samen spraken, uit de Bijbel lazen en tot God riepen om genade, las de prediker opnieuw Johannes 3:16, ‘Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft…’
“Stop!” riep de zieke man opeens. Tranen rolden over zijn wangen. “Nu zie ik het. Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder - ja, ook ik - die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.”
God had de gebeden van de trouwe prediker verhoord. Hij laat geen bidder staan. Groot was ook zijn blijdschap en dankbaarheid. De ernstig zieke man vond rust en vrede. Zijn angst voor de dood verdween. Straks zou hij voor eeuwig bij de Here zijn, verlost van zonde en pijn.
Kerstboodschap!
Wat een kerstboodschap! Wat vertoont deze prediker het beeld van de Here Jezus. Hij was met ontferming bewogen over deze zieke man. Hij verhief zich niet boven hem. Hij zei ook niet tegen hem: ‘Zo is de weg tot God, zo kun je Hem vinden, zoek het verder zelf maar uit of ga maar naar die kerk, daar helpen ze je wel…’
Nee, hij ging naast hem staan en offerde zijn eigen belangen op. Hij wist zich solidair met de zieke man en toonde zeer veel respect voor hem, maar leidde hem ondertussen wel tot de Here Jezus, omdat hij wist dat er voor de zieke man alleen maar eeuwige redding was door geloof in de Here Jezus.
Was de prediker tolerant? Dat is maar de vraag. Hij tolereerde het ongeloof van de zieke man waarachtig niet. Tegelijk zette hij hem ook niet het pistool op de borst met de woorden ‘Bekeer je of ik schiet’. Ook dwong hij hem niet tot het nabidden van een voorbeeldgebed, zoals dat nogal eens gebeurt, omdat de prediker wist dat tot geloof komen een bovennatuurlijk werk van God is.
Respect
En wat is de boodschap voor ons? Met name toegespitst op de begrippen respect, solidariteit en tolerantie.
Allereerst ‘respect’. Ik denk aan het gebeuren in het paradijs. God had de mens ernstig gewaarschuwd om niet te eten van de vrucht van de boom van kennis van goed en kwaad (Genesis 2:17). Maar de mens mocht zelf beslissen en koos ervoor de satan meer gehoorzaam te zijn dan God en wel van de boom te eten. God respecteerde die keuze en stuurde ook geen vuur uit de hemel om het te verhinderen, maar liet het er - met eerbied gezegd - niet bij zitten. Dan al is er de verwijzing naar het kerstgebeuren, in de moederbelofte, dat ‘haar zaad de kop van de slang zal vermorzelen’ (Genesis 3:15).
Verder ben ik terughoudend met de stelling dat God altijd de keus van de mens respecteert. In Handelingen 13:48 lees ik namelijk: ‘…en allen, die bestemd waren ten eeuwigen leven, kwamen tot geloof.’ Zo is het ook! Wanneer God iemand wil redden, dan doet Hij dat.
Solidariteit
Dan solidariteit. Is God solidair met ons mensen? In zekere zin kun je dat wel zeggen. De Here Jezus kwam namelijk naar deze aarde om mens te worden. Ook dat is Kerst! Hij kwam om ons in alles gelijk te worden. En toch ook weer niet, namelijk, uitgenomen de zonde. Wij worden in zonden ontvangen en geboren, zoals een oud formulier het zegt. Hij was de volstrekt Zondeloze.
Hij leefde als wij, werd verzocht zoals wij en droeg de straf voor onze zonden in een menselijk lichaam. Hij, de Zoon des Mensen. Daarom weet Hij wat het is om mens te zijn.
En het wonder is dat Hij onze zonden wil wegnemen, zodat we mogen worden als Hij. Hier op aarde kleven de zonden ons nog aan en is het alles nog onvolkomen, maar als we Hem mogen kennen, noemt Hij ons al heiligen. Een eenmaal zullen we volmaakt en zonder zonde voor Hem staan.
Tolerantie
En ten slotte tolerantie. Kun je zeggen dat God tolerant is? In ieder geval niet in de zin zoals wij tolerant opvatten. Hij kan onze zonden niet tolereren. En tegelijk toch ook weer wel, als we Hem hebben mogen leren kennen. Dan ziet Hij ons als heiligen. Lees de aanhef van de verschillende Nieuwtestamentische brieven maar eens. ‘Geliefde heiligen…’ Wij zouden verbaasd opkijken wanneer de predikant of voorganger ons in de dienst zo zou aanspreken. Maar laat dit een aansporing zijn tot een heilig en rein leven. ‘Weest heilig, want Ik ben heilig’ (1 Petrus 1:16).
Houdt dit in dat we er dan maar op los kunnen leven? Wie zo denkt en leeft, bewijst er nog niet veel van begrepen te hebben. Zo iemand mag zich wel ernstig afvragen of het geestelijk wel in orde is in zijn of haar leven.
Ook al mogen we door genade weten dat God ons heeft aangenomen als Zijn kind, dan nog blijft het zo dat Hij de zonden in ons leven niet kan tolereren. En als we geestelijk ‘op onze plaats’ zijn, zullen we ze zelf ook niet tolereren, maar ertegen strijden. ‘Strijd de goede strijd des geloofs’ (1 Timoteüs 6:12). En als we in zonden vallen, dan zegt 1 Johannes 1:9 ‘Indien we onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, om ons de zonden te vergeven en ons te reinigen van alle ongerechtigheid.’ Wat een geweldige boodschap!
Dirk van Genderen