Profeten spreken

ds. Jac. Schouten • 77 - 2001/02 • Uitgave: 13
Voortgaande openbaring

In ons vorig nummer hebben we de artikelenreeks over de eerste zes hoofdstukken van het boek Daniël afgesloten. In die eerste hoofdstukken komen we een samengaan tegen van geschiedenis en profetie. In veel van deze eerste zes hoofdstukken gaat het over het machtige rijk Babel, maar het is vooral het volk Israël dat hier centraal staat. In het eerste hoofdstuk lezen wij van de wegvoering van het tweestammenrijk naar Babel. In het zesde hoofdstuk zien wij de inleiding tot de grote profetieën van Daniël, waarbij Daniël nu zelf wordt aangepakt door het rijk der duisternis. Hij komt terecht in de leeuwenkuil, maar de Here verlost hem daaruit, door de muilen van de hongerige leeuwen toe te sluiten. Daniël wordt bewaard omdat de Here een bijzonder plan heeft met zijn leven. Dat plan komt in de volgende hoofdstukken tot werkelijkheid.

De trouwe dienstknecht van God wordt ingewijd in Gods plan met deze wereld in een viertal grote en ingrijpende gezichten, waarbij Daniël bijna bezwijkt vanwege de zwaarte van de dingen die hij zien mag. Het zijn alle 'gedateerde' gezichten. Het is bekend wanneer Daniël dit alles heeft gezien. Dat maakt ons duidelijk dat Daniël dit alles zelf heeft geschreven en dat het boek niet van later tijd is.

ISRAËL CENTRAAL
De reikwijdte van de gezichten van Daniël gaat nu veel meer omvatten dan Babel en zijn machthebbers. Het gaat nu om de hele toenmaals en ook later bekende wereld. Grootse en soms schrikaanjagende zaken worden hier geopenbaard van de wereldrijken, die achtereenvolgens zullen verschijnen. Toch valt het op dat de hier genoemde rijken en machten op een of andere wijze een aanrakingsvlak met Israël hebben. Bij een diepere bestudering van de profetieën, ook van de andere profeten en eveneens in de boeken van het Nieuwe Testament, wordt het duidelijk dat het bij het grote en komende herstel om de hele schepping gaat, maar dat het volk Israël een heel belangrijke rol zal spelen in het komende millennium, als de Here Jezus vrede en recht zal brengen op deze aarde. Daarom heeft God hen losgemaakt van de andere volken en hen apart gezet. Heel duidelijk wordt dit als er in hoofdstuk 7 wordt gesproken van het volk van de heiligen des Allerhoogsten. In hoofdstuk 9 is Daniël in gebed, gericht op de bevrijding van Israël.

DE OPKOMST VAN DE MACHTEN
In het gezicht in het zevende hoofdstuk ziet Daniël vanuit de grote zee achtereenvolgens vier dieren verschijnen. De grote zee is in de Bijbel altijd de Middellandse zee, in tegenstelling tot de kleine zeeën, het meer van Galilea en de Dode Zee. Toch kan hier ook de volkerenzee zijn bedoeld. In Ps. 65 vs.8 en in Jesaja 17 vs.12 lezen we van de volken die rumoer maken als de rumoerige zeeën. In Openbaring 13 vs.l komt het beest op uit de zee. Hier blijkt dat de profetie zich uitbreidt naar de volken der aarde. Met Babel zijn immers "de tijden der heidenen" aangebroken, waarvan de Here Jezus in Lucas 21 vs.24 spreekt. Het lijkt erop dat Israël op een zijspoor wordt gezet. Maar juist het bezig zijn van God met de volken dezer wereld, wijst erop dat Hij, temidden van al die volken, het volk Israël bewaart en voert naar de grote voleinding. In de loop der eeuwen is dat helaas niet gezien door kerk en theologie, tot schade voor het volk Israël, maar ook voor de kerk. De kerk heeft een grote zegen gemist door niet op Israël te letten. Nog steeds zijn er kerken die aan deze verkeerde leer vast blijven houden.

De volken echter, zijn met al hun macht, hun zonde en ongerechtigheden, toch gehouden aan de grenzen door God gesteld. In dit gezicht zien we het ene dier na het andere verrijzen uit de volkerenzee. We hebben deze volken en hun machthebbers al eerder ontmoet bij het droombeeld van Nebukadnezar. We zien hier Babel, daarna het rijk van Meden en Perzen, en het Griekse rijk. Nu worden ze ons getoond in de gedaante van dieren. Babel is een leeuw met adelaarsvleugels, het rijk van Meden en Perzen wordt ons getoond als een beer. Het Griekse rijk zien we als een panter, met vier vleugels en vier koppen. De geschiedenis laat ons zien hoe dit laatste rijk, na het sterven van de jonge machthebber, Alexander de Grote, in vier gedeelten uiteen valt. Dat deze rijken hier in gedaanten van dieren verschijnen, laat ons hun werkelijke achtergrond zien. Ze zijn beestachtig in hun optreden. Maar vanuit die vier rijken, waarin dat laatste rijk uiteen valt, zien we een nieuw groot rijk verschijnen.

HET VIERDE DIER
Dat vierde dier heeft echter geen gelijkenis met een bestaand dier, zoals de andere. Het is geen leeuw, geen beer en geen panter. Het heeft echter in zijn openbaring een verschijning van alle vorige. Dit dier is gewoon dier zonder een verdere toevoeging, gewoon beest. Maar zoals het hier verschijnt is het vreselijk, schrikwekkend en sterk. Van dit vierde rijk is veel te zeggen omdat het zich uitstrekt over vele eeuwen. En de eindfase van dit vierde rijk moet nog komen. Het is een rijk van ijzer. Hier zien we de macht en de kracht van het Romeinse imperium. Dit rijk werd al gegrond in 754 voor Christus, maar het heeft zich altijd kunnen handhaven. In 30 v. Christus is het min of meer gekomen op het toppunt van zijn macht. Dat het een rijk van ijzer wordt genoemd laat het kenmerk van dit rijk zien. Het is bijzonder wreed in zijn optreden. Wat het niet met zijn tanden vermaalt, vertrapt het met zijn poten.

Toch is er iets bijzonders. Dit rijk heeft tien horens. Dat getal tien komen we op meer plaatsen tegen. In dit gezicht wordt reeds duidelijk dat dit rijk zal blijven tot aan de wederkomst van Christus. In vers 8 van hoofdstuk 7 zien we hoe de eindfase van het rijk is aangebroken en direct daarna zien we het machtige tafereel van het komen van de Mensenzoon, de Here Jezus Christus, de Messias-Koning van Israël.

HET KARAKTER VAN DIT RIJK
De profetie vertelt ons dat dit laatste dier, dit laatste rijk, het belangrijkste is van de vier. Daniël ziet het als iets dat vreselijk, schrikwekkend en sterk is. Hoewel dit rijk vele honderden jaren geleden te dateren is, is het toch op allerlei manieren gebleven om straks in alle macht en vreselijkheid weer te verschijnen om onder te gaan bij de komst van de Here Jezus Christus. Het Romeinse rijk is nooit verslagen zoals de andere rijken. Er is in feite nooit een opvolger gekomen van dit rijk. Maar de rijken die in de loop der tijden zijn geweest tot en met het rijk van Hitler, waren ten diepste allemaal voortzettingen van het Romeinse rijk. Op dit moment is dit rijk wellicht wat slapend aanwezig in de wereld, maar het is hard bezig zich te herstellen in Europa. Want volgens de profetische gegevens gaat het naar het herstel van het Romeinse rijk. Uiteraard in een moderne vorm, met het vaandel van democratie, maar de dictatuur zal spoedig verschijnen. En dat herstelde rijk zal het rijk zijn van de laatste grote tegenstander, de antichrist. Dat deze macht alles zal verorberen en wat overblijft zal vertrappen met zijn poten, duidt niet alleen op militaire en politieke machtsuitbreiding. In vs. 25 lezen we hoe hij woorden zal spreken tegen de Allerhoogste en hij zal de heiligen des Allerhoogsten te gronde richten. Hij zal ingrijpen in de godsdienst en ieder die hem niet wil dienen, zal hij vervolgen en vernietigen. Dit dier heeft tien horens. We schreven hierboven al dat we dit getal tien herhaaldelijk tegenkomen in verband met dat laatste rijk, het rijk van de antichrist.

Bij het beeld van Nebukadnezar zijn het tien tenen. Op verschillende plaatsen in het boek Openbaring is er sprake van tien horens. Horens zijn in de Bijbel het beeld van kracht. Maar het is ook het beeld van macht, zelfs van wereldmacht, zo zien we in Zacharia 1 vers 18-21. In vs. 24 van Daniël 7 zien we dat de tien horens tien koningen voorstellen. Dat zien we ook in Openbaring 17 vs. 12-14. Deze koningen voeren oorlog, onder leiding van de antichrist, tegen het Lam van God, maar het Lam zal hen overwinnen. We lezen ook nog dat er een andere kleine horen opkomt tussen de tien. Deze is de elfde. Maar om hem te laten komen worden er drie andere horens uitgerukt. Dit gebeurt door diezelfde kleine horen. Daarmee vecht hij zich naar de top. Het blijkt ook nog dat deze figuur ogen heeft als mensenogen. Bijbels gezien komt in de ogen de totale mens tot uitdrukking. Ogen zijn de spiegels der ziel. Ook heeft hij een mond vol grootspraak. Hetzelfde zien we in hoofdstuk 11 vs. 36 en in Openb. 13 vs. 5 en 6. In de loop van onze tijd hebben we vele keren de grootspraak van de machthebbers gehoord. Hier is het de antichrist. Hij zal grote dingen tegen God spreken. Hij zal God lasteren.

Maar reeds worden de tronen opgesteld. Het oordeel nadert. Het oordeel over deze laatste machthebber. Daarover gaat het volgende artikel waar we de Koning der koningen, de Here der heren, de Zoon des Mensen, zien verschijnen. Hij is de grote Overwinnaar.

ds. Jac. Schouten