Prins van de Vrede
Prins van de Vrede
Bij het overlijden van prins Berhard kort geleden zal ik niet de enige zijn geweest die moest denken aan zijn rol tijdens de Tweede Wereldoorlog. In mijn jeugd kon ik altijd genieten van de spannende verhalen van ouders en grootouders over de jaren 40-45. Vooral omdat mijn grootouders in het verzet hadden gezeten. Hun rol daarin was dat op het land van hun boerderij wapens werden gedropt uit de Engelse vliegtuigen.
Dat dit bepaald niet zonder risico was bleek wel daaruit, vertelde mijn grootmoeder eens, dat er op een avond een vrachtwagen vol zwaar bewapende Duitse soldaten op het erf stond. Zij waren getipt over de op hand zijnde dropping. Gelukkig had mijn grootvader die avond hier een voorgevoel van gehad, het teken dat alles veilig was niet laten geven aan het overvliegende transportvliegtuig en iedereen naar huis gestuurd.
Of de mensen van het verzet helden waren weet ik niet, wat ik wel denk is dat ze allemaal vast geloofden dat hun eigen koning terug zou komen en dat ze bereid waren grote persoonlijke risicos te nemen om er hun steentje aan bij te dragen om het de vijand zo moeilijk mogelijk te maken.
Toen mijn grootvader al ruim tien jaar was overleden, is hij hier nog voor geëerd met een Verzetsherdenkingskruis. Omdat ik naar hem ben vernoemd vond mijn oma het aardig om mij deze en nog wat dingen uit die tijd te laten erven. Zo bezit ik dus behalve dit kruis ook nog een persoonlijk, met de hand geschreven, bedankbriefje uit 1945 van prins Bernhard geadresseerd aan mijn opa.
De Bijbel leert ons dat wij ook een strijd hebben te voeren tegen een vreemde mogendheid. Dit is geen strijd tegen vlees en bloed (mensen) maar tegen een ander soort tegenstander. In zeker opzicht ben je wel beter af met een vijand die je kunt zien, ook al is deze nog zo wreed. De tegenstander waar wij mee te maken hebben neemt geen genoegen met minder dan de ziel van de mens(heid). Alles maakt hij ondergeschikt aan zijn doel. Elk middel wendt hij aan om te slopen en te bedriegen. Dit gaat hem gemakkelijk af omdat alles in de onzichtbare wereld plaatsvindt. Wat kunnen we hier mee, of liever tegen doen?
Een poosje geleden las ik een column van een onderwijzer op een christelijke middelbare school die het had over de armbandjes waar verschillende scholieren op zijn school mee rondliepen om zich door te laten inspireren in hun dagelijks geloof. Misschien ken je ze wel WWJD staat erop. Deze afkorting staat voor What Would Jesus Do (Wat Zou Jezus Doen). "Tja" schreef hij. "Wat zou Jezus doen staat zo ver van mij af. Jezus zou zieken genezen, doden opwekken en demonen uitdrijven. Ik laat mij dan liever inspireren door de profeten, door Mozes en Elia. Jezus is wel erg hoog gegrepen." Ik was hierdoor wel even van mijn stuk gebracht, al was het maar omdat ik zelf ook ooit (zeer kort) zon bandje heb omgehad dat ik eens cadeau kreeg.
Maar wat kunnen we dan doen aan de schaamteloze aanvallen van de duisternis op ons leven, het leven van de onzen of van de wereld om ons heen? Als ik met deze zaken bezig ben voel ik mij in de tang genomen. Ik voel helemaal mee met de leraar die in Jezus een te hoog gegrepen voorbeeld ziet, wat overigens ook geldt voor de geloofshelden van het Oude Testament. Maar ik voel het tot in mijn botten dat we in elk opzicht met minder dan Jezus als voorbeeld geen genoegen mogen nemen.
Waar plaatst dat jou en mij in de strijd? Is die op voorhand verloren? Ik denk het niet. We moeten ogen hebben voor de bezetter en mogen hem niet eren en dienen met onze zonde en zwakheden. Wij horen niet in zijn koninkrijk en zullen pas weer opgelucht adem halen als de Koning van de koningen, de Vredevorst of, zoals ze het in het Engels zo mooi zeggen, Prince of Peace zijn plaats weer heeft ingenomen in Jeruzalem.
Of wij allemaal helden moeten zijn weet ik niet. Maar als we er eens mee zouden beginnen om s nachts in gebed onze nek uit te steken en omhoog te kijken naar de hemel, om daar de wonderen vandaan te verwachten die het de vijand zo moeilijk mogelijk maken. We zullen het kruis, waar Jezus het ultieme verzet op pleegde, er mee eren.
Kees Middelbeek
Bij het overlijden van prins Berhard kort geleden zal ik niet de enige zijn geweest die moest denken aan zijn rol tijdens de Tweede Wereldoorlog. In mijn jeugd kon ik altijd genieten van de spannende verhalen van ouders en grootouders over de jaren 40-45. Vooral omdat mijn grootouders in het verzet hadden gezeten. Hun rol daarin was dat op het land van hun boerderij wapens werden gedropt uit de Engelse vliegtuigen.
Dat dit bepaald niet zonder risico was bleek wel daaruit, vertelde mijn grootmoeder eens, dat er op een avond een vrachtwagen vol zwaar bewapende Duitse soldaten op het erf stond. Zij waren getipt over de op hand zijnde dropping. Gelukkig had mijn grootvader die avond hier een voorgevoel van gehad, het teken dat alles veilig was niet laten geven aan het overvliegende transportvliegtuig en iedereen naar huis gestuurd.
Of de mensen van het verzet helden waren weet ik niet, wat ik wel denk is dat ze allemaal vast geloofden dat hun eigen koning terug zou komen en dat ze bereid waren grote persoonlijke risicos te nemen om er hun steentje aan bij te dragen om het de vijand zo moeilijk mogelijk te maken.
Toen mijn grootvader al ruim tien jaar was overleden, is hij hier nog voor geëerd met een Verzetsherdenkingskruis. Omdat ik naar hem ben vernoemd vond mijn oma het aardig om mij deze en nog wat dingen uit die tijd te laten erven. Zo bezit ik dus behalve dit kruis ook nog een persoonlijk, met de hand geschreven, bedankbriefje uit 1945 van prins Bernhard geadresseerd aan mijn opa.
De Bijbel leert ons dat wij ook een strijd hebben te voeren tegen een vreemde mogendheid. Dit is geen strijd tegen vlees en bloed (mensen) maar tegen een ander soort tegenstander. In zeker opzicht ben je wel beter af met een vijand die je kunt zien, ook al is deze nog zo wreed. De tegenstander waar wij mee te maken hebben neemt geen genoegen met minder dan de ziel van de mens(heid). Alles maakt hij ondergeschikt aan zijn doel. Elk middel wendt hij aan om te slopen en te bedriegen. Dit gaat hem gemakkelijk af omdat alles in de onzichtbare wereld plaatsvindt. Wat kunnen we hier mee, of liever tegen doen?
Een poosje geleden las ik een column van een onderwijzer op een christelijke middelbare school die het had over de armbandjes waar verschillende scholieren op zijn school mee rondliepen om zich door te laten inspireren in hun dagelijks geloof. Misschien ken je ze wel WWJD staat erop. Deze afkorting staat voor What Would Jesus Do (Wat Zou Jezus Doen). "Tja" schreef hij. "Wat zou Jezus doen staat zo ver van mij af. Jezus zou zieken genezen, doden opwekken en demonen uitdrijven. Ik laat mij dan liever inspireren door de profeten, door Mozes en Elia. Jezus is wel erg hoog gegrepen." Ik was hierdoor wel even van mijn stuk gebracht, al was het maar omdat ik zelf ook ooit (zeer kort) zon bandje heb omgehad dat ik eens cadeau kreeg.
Maar wat kunnen we dan doen aan de schaamteloze aanvallen van de duisternis op ons leven, het leven van de onzen of van de wereld om ons heen? Als ik met deze zaken bezig ben voel ik mij in de tang genomen. Ik voel helemaal mee met de leraar die in Jezus een te hoog gegrepen voorbeeld ziet, wat overigens ook geldt voor de geloofshelden van het Oude Testament. Maar ik voel het tot in mijn botten dat we in elk opzicht met minder dan Jezus als voorbeeld geen genoegen mogen nemen.
Waar plaatst dat jou en mij in de strijd? Is die op voorhand verloren? Ik denk het niet. We moeten ogen hebben voor de bezetter en mogen hem niet eren en dienen met onze zonde en zwakheden. Wij horen niet in zijn koninkrijk en zullen pas weer opgelucht adem halen als de Koning van de koningen, de Vredevorst of, zoals ze het in het Engels zo mooi zeggen, Prince of Peace zijn plaats weer heeft ingenomen in Jeruzalem.
Of wij allemaal helden moeten zijn weet ik niet. Maar als we er eens mee zouden beginnen om s nachts in gebed onze nek uit te steken en omhoog te kijken naar de hemel, om daar de wonderen vandaan te verwachten die het de vijand zo moeilijk mogelijk maken. We zullen het kruis, waar Jezus het ultieme verzet op pleegde, er mee eren.
Kees Middelbeek