Palestijnse christenen: niet zo verzoenend als ze zich voordoen
Verzoening, gerechtigheid en geweldloosheid. Deze woorden klinken veelvuldig bij het luisteren naar Palestijns christelijke theologen. ‘Roep om verzoening’, zo luidt de titel van het boek van de meest vooraanstaande Palestijns christelijke theoloog Naim Ateek. Hun theologie van geweldloosheid klinkt als een verademing. Palestijnse christenen worden dan ook hartelijk ondersteund door kerken in Nederland, zowel moreel als ook financieel. Bij het lezen van hun literatuur blijkt echter dat er achter die mooie woorden een bizarre en weerzinwekkende theologie schuilgaat.
Zo vervalt bij de meeste Palestijns christelijke theologen het gezag van het Oude Testament. Naim Ateek noemt de meeste Oudtestamentische Bijbelboeken ‘bekrompen, nationalistisch, xenofoob en racistisch.’1 Over Ezechiël zegt hij ‘dat zijn theologie zeer bekrompen kan zijn.’ Bij Ezra en Nehemia is volgens hem sprake van ‘conservatisme, exclusiviteit en xenofobie.’ De Thora, de eerste vijf boeken van het Oude Testament, is voor hem het hart van het bekrompen en nationalistische denken. Het Oude Testament is slechts geschiedschrijving over hoe Joden in de geschiedenis een volstrekt verkeerd en bekrompen beeld hadden van God.
Alle teksten in het Oude Testament die spreken van een verbond met Israël, verkiezing of landbelofte zijn volgens veel Palestijnse christenen uitdrukking van een volstrekt verkeerd begrijpen van God. Jona is dan ook het enige boek in het Oude Testament waarin ‘sporen zichtbaar worden van een nieuwe manier van denken.’ Daarin wordt niet gesproken over Israël, maar daar heeft God de wereld op het oog. Jona wordt dan ook de ‘eerste Palestijnse bevrijdingstheoloog’ genoemd. Jona zou het ware gezicht van God laten zien.
Dezioniseren
Palestijns christelijke theologen menen dan ook dat de Bijbel gedezioniseerd moet worden.
Alles wat duidt op Israël als land en volk, op Joden en jodendom, alsmede op het zionisme als joods verlangen naar het land van hun vaderen, is volgens veel Palestijnse christenen een verkeerd begrijpen van God en hoort niet in de Bijbel thuis. Het grootste deel van het Oude Testament moet hierdoor verwijderd worden.
Maar ook het Nieuwe Testament moet gereinigd worden door deze methode van dezionisering. Zo noemt Naim Ateek de geslachtsregisters in Matteüs en Lucas als voorbeelden. Ook het aanspreken van Jezus als ‘Zoon van David’ door Bartimeus en de Kanaänitische vrouw is een foute aanduiding. Dit zou een ‘messiaanse titel zijn die duidde op een koninklijk voorouderschap.’ Dat moet volgens hem wel leiden tot het ‘vormen van een leger met militaire macht.’ Want David was volgens hem een terrorist.
Dit proces van zuiveren van de Bijbel hebben Palestijnse christenen niet zelf bedacht. We zagen dit al eerder bij de Deutsche Christen in de jaren ’30 in nazi-Duitsland. Duitse Lutherse theologen die achter het naziregime stonden, pleitten toen ook al voor een zuivering van de Bijbel om specifiek joodse elementen en zienswijzen te verwijderen. Zij noemden dit niet dezioniseren, maar ontjoodsen van de Bijbel.2 Ds. Siegfried Leffler, voorman van deze kerkbeweging, zei dat het Oude Testament wel betekenis heeft voor de kennis van de religiegeschiedenis, maar dat het ‘voor het religieuze leven voor nietig verklaard kan worden. Joodse geschiedenis is niet goed voor de Duitse kinderziel.’3
Bestudering van Palestijns christelijke literatuur en literatuur van de Deutsche Christen uit de jaren ’30 en ’40 brengt nog veel meer schokkende overeenkomsten aan het licht.
Jood en Jodendom
Theologen van de Deutsche Christen noemden de Joden gevaarlijk, ontaard, gecorrumpeerd en machtswellustig. Ook Palestijnse christenen menen dat de Joden, die zij als Zionisten aanduiden, en het jodendom de bron van alle problemen zijn. Zowel politiek in het Midden-Oosten als ook in de theologie. Velen menen dan ook dat Jezus geen Jood kon zijn. Ateek noemt Jezus ‘een Palestijn die onder bezetting leefde.’ Ook stelt hij ‘dat Israël terreur nodig heeft om zijn wezenlijke immoraliteit te verbergen.’ Alles wat joods is, dat is dus ten diepste in zichzelf immoreel.
De Palestijns christelijke theoloog Mitri Raheb schrijft dat het joodse volk eigenlijk nooit bestaan heeft. De bevolking van het land Palestina zou in Bijbelse tijden al een bonte mengeling van stammen van diverse afkomst zijn geweest. De huidige Palestijnen zouden de afstammelingen zijn van de eeuwenoude bevolking uit Bijbelse tijden. De gedachte dat zij, die zich vandaag Joden noemen, op een lijn zouden staan met de bevolking van Palestina uit Bijbelse tijden noemt hij een ‘christen-zionistische mythe’.4 Hij spreekt dan ook van een DNA-match tussen David, Jezus en de huidige Palestijnen en níet met Netanyahu.
De Evangelicale Palestijns christelijke theoloog Yohanna Katanacho stelt ook dat er nooit een demografisch volk Israël bestaan heeft. De Jood bestaat in feite niet en wie zich toch een Jood noemt ‘behoort tot de synagoge des satans, van hen die zeggen dat zij Joden zijn en het niet zijn, maar liegen.’5 Hij stelt dat de ware Bijbelse betekenis van het woord Jood duidt op hen die door het geloof in Jezus horen bij de christelijke kerk. ‘Wie zich tegen de christelijke kerk verzet, is niet waardig een Jood genoemd te worden, want zij staan tegenover Christus.’ Hij zegt ook dat de bezetting van Palestina niet is begonnen in 1967 of in 1948, maar al bij de komst van Abraham. Hij was de eerste bezetter.
Een andere opvallende overeenkomst met de Deutsche Christen is dat in beide theologieën nergens wordt opgeroepen tot geweld jegens Joden. Men beperkt zich tot theologie. Het is echter wel een bizarre theologie waarin de Jood, het jodendom en Israël volledig worden gedelegitimeerd en er geen enkele betekenis of waarde meer van overblijft. De geschiedenis heeft geleerd dat met dit soort denken wel een basis wordt gelegd waar anderen op voortbouwen die het geweld niet schuwen. Het valt zeer te betwijfelen of dat anders zal zijn in het Israël zoals Palestijnse christenen zich dat ten doel stellen.
ds. Kees Kant
Auteur van het boek Van Eisenach naar Bethlehem’, Uitgeverij Toetssteen, € 14,95 (verkrijgbaar bij Het Zoeklicht)
1 Naim Ateek, ‘Roep om verzoening’, Boekencentrum 2012
2 Walter Grundmann, ‘Die Entjudung des religi?sen Lebens’, Weimar 1939
3 Siegfried Leffler, ‘Christus im dritten Reich der Deutschen’, Weimar 1935
4 Mitri Raheb, ‘The Biblical Tekst in the Context of Occupation’, Betlehem 2012
5 Yohanna Katanacho, ‘The Land of Christ, A Palestinian Cry’, Betlehem 2012
Zo vervalt bij de meeste Palestijns christelijke theologen het gezag van het Oude Testament. Naim Ateek noemt de meeste Oudtestamentische Bijbelboeken ‘bekrompen, nationalistisch, xenofoob en racistisch.’1 Over Ezechiël zegt hij ‘dat zijn theologie zeer bekrompen kan zijn.’ Bij Ezra en Nehemia is volgens hem sprake van ‘conservatisme, exclusiviteit en xenofobie.’ De Thora, de eerste vijf boeken van het Oude Testament, is voor hem het hart van het bekrompen en nationalistische denken. Het Oude Testament is slechts geschiedschrijving over hoe Joden in de geschiedenis een volstrekt verkeerd en bekrompen beeld hadden van God.
Alle teksten in het Oude Testament die spreken van een verbond met Israël, verkiezing of landbelofte zijn volgens veel Palestijnse christenen uitdrukking van een volstrekt verkeerd begrijpen van God. Jona is dan ook het enige boek in het Oude Testament waarin ‘sporen zichtbaar worden van een nieuwe manier van denken.’ Daarin wordt niet gesproken over Israël, maar daar heeft God de wereld op het oog. Jona wordt dan ook de ‘eerste Palestijnse bevrijdingstheoloog’ genoemd. Jona zou het ware gezicht van God laten zien.
Dezioniseren
Palestijns christelijke theologen menen dan ook dat de Bijbel gedezioniseerd moet worden.
Alles wat duidt op Israël als land en volk, op Joden en jodendom, alsmede op het zionisme als joods verlangen naar het land van hun vaderen, is volgens veel Palestijnse christenen een verkeerd begrijpen van God en hoort niet in de Bijbel thuis. Het grootste deel van het Oude Testament moet hierdoor verwijderd worden.
Maar ook het Nieuwe Testament moet gereinigd worden door deze methode van dezionisering. Zo noemt Naim Ateek de geslachtsregisters in Matteüs en Lucas als voorbeelden. Ook het aanspreken van Jezus als ‘Zoon van David’ door Bartimeus en de Kanaänitische vrouw is een foute aanduiding. Dit zou een ‘messiaanse titel zijn die duidde op een koninklijk voorouderschap.’ Dat moet volgens hem wel leiden tot het ‘vormen van een leger met militaire macht.’ Want David was volgens hem een terrorist.
Dit proces van zuiveren van de Bijbel hebben Palestijnse christenen niet zelf bedacht. We zagen dit al eerder bij de Deutsche Christen in de jaren ’30 in nazi-Duitsland. Duitse Lutherse theologen die achter het naziregime stonden, pleitten toen ook al voor een zuivering van de Bijbel om specifiek joodse elementen en zienswijzen te verwijderen. Zij noemden dit niet dezioniseren, maar ontjoodsen van de Bijbel.2 Ds. Siegfried Leffler, voorman van deze kerkbeweging, zei dat het Oude Testament wel betekenis heeft voor de kennis van de religiegeschiedenis, maar dat het ‘voor het religieuze leven voor nietig verklaard kan worden. Joodse geschiedenis is niet goed voor de Duitse kinderziel.’3
Bestudering van Palestijns christelijke literatuur en literatuur van de Deutsche Christen uit de jaren ’30 en ’40 brengt nog veel meer schokkende overeenkomsten aan het licht.
Jood en Jodendom
Theologen van de Deutsche Christen noemden de Joden gevaarlijk, ontaard, gecorrumpeerd en machtswellustig. Ook Palestijnse christenen menen dat de Joden, die zij als Zionisten aanduiden, en het jodendom de bron van alle problemen zijn. Zowel politiek in het Midden-Oosten als ook in de theologie. Velen menen dan ook dat Jezus geen Jood kon zijn. Ateek noemt Jezus ‘een Palestijn die onder bezetting leefde.’ Ook stelt hij ‘dat Israël terreur nodig heeft om zijn wezenlijke immoraliteit te verbergen.’ Alles wat joods is, dat is dus ten diepste in zichzelf immoreel.
De Palestijns christelijke theoloog Mitri Raheb schrijft dat het joodse volk eigenlijk nooit bestaan heeft. De bevolking van het land Palestina zou in Bijbelse tijden al een bonte mengeling van stammen van diverse afkomst zijn geweest. De huidige Palestijnen zouden de afstammelingen zijn van de eeuwenoude bevolking uit Bijbelse tijden. De gedachte dat zij, die zich vandaag Joden noemen, op een lijn zouden staan met de bevolking van Palestina uit Bijbelse tijden noemt hij een ‘christen-zionistische mythe’.4 Hij spreekt dan ook van een DNA-match tussen David, Jezus en de huidige Palestijnen en níet met Netanyahu.
De Evangelicale Palestijns christelijke theoloog Yohanna Katanacho stelt ook dat er nooit een demografisch volk Israël bestaan heeft. De Jood bestaat in feite niet en wie zich toch een Jood noemt ‘behoort tot de synagoge des satans, van hen die zeggen dat zij Joden zijn en het niet zijn, maar liegen.’5 Hij stelt dat de ware Bijbelse betekenis van het woord Jood duidt op hen die door het geloof in Jezus horen bij de christelijke kerk. ‘Wie zich tegen de christelijke kerk verzet, is niet waardig een Jood genoemd te worden, want zij staan tegenover Christus.’ Hij zegt ook dat de bezetting van Palestina niet is begonnen in 1967 of in 1948, maar al bij de komst van Abraham. Hij was de eerste bezetter.
Een andere opvallende overeenkomst met de Deutsche Christen is dat in beide theologieën nergens wordt opgeroepen tot geweld jegens Joden. Men beperkt zich tot theologie. Het is echter wel een bizarre theologie waarin de Jood, het jodendom en Israël volledig worden gedelegitimeerd en er geen enkele betekenis of waarde meer van overblijft. De geschiedenis heeft geleerd dat met dit soort denken wel een basis wordt gelegd waar anderen op voortbouwen die het geweld niet schuwen. Het valt zeer te betwijfelen of dat anders zal zijn in het Israël zoals Palestijnse christenen zich dat ten doel stellen.
ds. Kees Kant
Auteur van het boek Van Eisenach naar Bethlehem’, Uitgeverij Toetssteen, € 14,95 (verkrijgbaar bij Het Zoeklicht)
1 Naim Ateek, ‘Roep om verzoening’, Boekencentrum 2012
2 Walter Grundmann, ‘Die Entjudung des religi?sen Lebens’, Weimar 1939
3 Siegfried Leffler, ‘Christus im dritten Reich der Deutschen’, Weimar 1935
4 Mitri Raheb, ‘The Biblical Tekst in the Context of Occupation’, Betlehem 2012
5 Yohanna Katanacho, ‘The Land of Christ, A Palestinian Cry’, Betlehem 2012