Oude kleren uittrekken!

Nol & Helene Esmeijer • 75 - 1999/2000 • Uitgave: 13
Je kunt je niet voorstellen dat een meisje of jongen nieuwe kleren aantrekt over oude heen. Nog afgezien van het feit dat die nieuwe kleren niet passen of veel te groot zijn, krijg je iets oneerlijks: want het lijkt aan de buitenkant best wat, maar… je moet niet dieper/verder kijken. Want daar wordt het oud en versleten. Zo zijn er heel velen t.o.v. God en van elkaar. Zij hebben vaak in geestelijke zin zondagse kledij en trekken die uit als de zondag voorbij is en onder hun uitgetrokken zondagse kleding zit de oude. Ook jongelui! Jonge mensen doen zich ook vaak anders voor dan ze in werkelijkheid zijn. Zeker als het aankomt op de zaken van God. HIJ werkt van binnen naar buiten, wij vaak net andersom van buiten naar binnen.

HET GODDELIJK PROGRAMMA
Kort en bondig zegt onze God in 1 Thessalonicenzen 1: 9 en 10 dat wij:
- ons van de afgoden tot God zullen bekeren;
- Hem als levende en waarachtige God zullen dienen;
- uit de hemelen Zijn Zoon zullen verwachten.

Ons artikel gaat o.a. over het eerste: wij zullen ons van de afgoden tot God bekeren.

Het is onmogelijk om eerlijk te zijn t.o.v. God en anderen wanneer wij alleen maar een mix willen maken van oud en nieuw. Het staat hier zo duidelijk: dat wij ons moeten bekeren van de afgoden tot God. De vraag is in dit artikel: wat zijn de afgoden vandaag de dag? Het zijn geen beelden, maar vat zijn het dan? Wat hou jij vast al is het niet van God? Waarop vertrouw jij naast Hem? Wat moet ook een beetje meedoen? Is het dat wat jouw body streelt, wat jouw gedachten bevredigt of jouw voorstellingsvermogen? Er zijn zaken, die een groot aantal gelovigen helemaal niet zien als oude kleren - o.a. nicotine - en er maar mee doorgaan om ze te dienen. God zegt in Zacharia 3:4:
“Doet hem de vuile kleren uit,…, Ik trek u feestkleren aan”.

Dat, bekering van de afgoden, is het eerste van Gods programma! Ben jij al bij het begin begonnen?

ONZE AFSCHEIDING
In 2 Corinthiërs 5:17 citeert Paulus uit Jesaja 52:11. In de tweede Corinthe-brief is het afscheiding van het kwade. In Jesaja is dat "vertrekken". Vertrekken vinden wij heel mooi om te snappen. Vertrekken is op reis gaan, is achter je laten, is afscheid nemen, is gaan naar een andere bestemming. Op reis gaan en zijn is iets wat Gods land moet doen. Het is niet een hobby, zoiets van de één gaat wel op reis en de ander niet. Het is hier voor ieder kind van God aan de orde. Wij zijn op reis. En … als je dat nog niet bent: ga dan nu op reis! Achter zich laten is ook iets wat al Gods kinderen zouden moeten doen. Het komt veel te vaak voor, dat een gelovige nog altijd maar bezig is om het eerste achter zich te laten. Vertrekken is ook: achter ons laten. Sommigen keren er naar terug. Vergeet dan nooit wat Petrus zegt over deze lui: een hond die teruggekeerd is naar zijn uitbraaksel (2 Petrus 2:22). Iedereen moet hiervoor oppassen. Wij moeten ons voor een deel niet zo bemoeien met anderen - wij hebben vaak genoeg aan onszelf. Laat jij al iets achter?

AFSCHEID NEMEN
Als wij onze vuile, oude kleren uitdoen om nieuwe aan te kunnen doen, dan doen wij iets wat bij bekering behoort. En God maakte ons duidelijk dat Hij ons op het oog heeft. Dat betekent dat wij van allen die ons verleiden, om een mengeling aan te gaan van oud en nieuw, afscheid nemen. Dat betekent niet dat wij dat moeten doen met boze ogen, met harde woorden. Weten zij veel? Van hen nemen wij netjes en beleefd afscheid. Wij zeggen in ons hart ook niet: laat ze maar in hun sop gaar koken. Wij hebben hen lief, wij bidden voor hen, maar wij nemen afscheid. Dat stukje van ons leven, leven wij niet meer. Aan dat leven zijn wij gestorven, toen wij tot de Here Jezus kwamen, die voor ons is gestorven. Van dat leven met al die mensen nemen wij afscheid. Heb je dan geen ongelovige vrienden meer? Natuurlijk wel! Maar hij/zij die de Heiland kent zal niet met alles meedoen waar zij hen voor inviteren. Gods kind zal een grens trekken. Heb jij afscheid genomen of druk je ze nog aan je hart (soms letterlijk)?

NAAR EEN ANDERE BESTEMMING
Op reis zijn wij. Met een doel, een bestemming! Er is vandaag de dag zoveel onzekerheid over de toekomst. Velen steken de kop maar in het zand, want zij weten niet wat morgen zal brengen. Jongelui gaan uit hun dak, feesten en vrijen maar raak want morgen zijn ze er misschien niet meer. Het Zoeklicht wil ook aan jonge mensen het derde punt van Gods programma steeds maar weer vertellen: - en uit de hemelen Zijn Zoon te verwachten. Al Gods kinderen verwachten de Here Jezus, Die hen tot Zich zal nemen. Het is niet gering wat Johannes zegt in 1 Johannes 3:3:
"En een ieder, die deze hoop op Hem heeft, reinigt zich, gelijk Hij rein is." Wij hopen en bidden voor jullie allemaal, dat je je oude kleren zult uittrekken en dan de nieuwe aandoet. Bij dat uittrekken en aandoen behoort ook het op reis zijn naar een andere bestemming.

Wat is jouw doel? Wat is jouw bestemming, het adres waarheen je gaat?

Helene en Nol Esmeijer