Openbaring 11:1-14 - De derde tempel en de twee getuigen
In Openbaring 11 zag Johannes in het midden van de Laatste Jaarweek een profetische terugblik en een profetische vooruitblik op de eindtijd. Dat de heilige stad 42 maanden lang vertreden zal worden, betreft de tweede helft van de Jaarweek. Het 1260 dagen lange optreden van de twee getuigen is de eerste helft van de Jaarweek.
In Openbaring 10 moest Johannes in actie komen om uit de hand van een engel een boekrolletje te nemen en dat op te eten, om wederom te profeteren. Nu krijgt hij in Openbaring 11 de opdracht om de tempel Gods op te meten. Duidelijk is dat Johannes zich hier als tijdreiziger duizenden jaren later in Jeruzalem bevindt. De tweede tempel was toen immers al in het jaar 70 n.Chr. verwoest. De tempel die Johannes in Openbaring 11 opmeet betreft daarom niet de tweede tempel en ook niet de geestelijke tempel die nu de Gemeente is (1 Petrus 2:5; Efeziërs 2:21-22).
Nee, de ziener is hier op het tempelplein, met een riet en een staf, om de toekomstige derde tempel op te meten (vers 1-2). Voor de bouw daarvan zijn nu reeds geruime tijd de tekeningen en materialen aanwezig. Maar hij moet ook een geestelijke maatstaf aanleggen, en het aantal mensen tellen die daarin aanbidden. Ook de vierde tempel in het Vrederijk en het Nieuwe Jeruzalem in de hemel zijn beide opgemeten en daarom geen fictie (Ezechiël 42:15; Openbaring 21:15).
De heilige stad 42 maanden vertreden
Op de helft van de Laatste Jaarweek zal de antichrist Jeruzalem en de tempel publiekelijk in bezit nemen voor een periode van 42 maanden. Dan zal hij zich in de tempel door alle volken op aarde als een god laten aanbidden (2 Tessalonicenzen 2:4; Openbaring 13:8). Als hij zijn ware gezicht toont, zal hij ook een ‘gruwel der verwoesting’ oprichten, want ook zijn beeld zal dan aanbeden moeten worden (Matteüs 24:15; Openbaring 13:15).
Tijdens Jakobs Benauwdheid zal voor het getrouwe overblijfsel uit Israël duidelijk worden dat er alleen door de beloofde Messias werkelijk vrede komt (Matteüs 23:39). En dat de vrede van de antichrist een oordeel van God was, want Israël kan niet zonder de Here Jezus deel krijgen aan Abrams beloften aangaande het toekomstige Vrederijk (Genesis 12:1-3; Romeinen 11:36). Hij is hun Vredevorst! Tot die tijd blijven het roerige tijden voor Israël (Lucas 21:24).
De twee getuigen
De twee getuigen zullen de eerste helft van de Laatste Jaarweek profeteren, dus voor een periode van 1260 dagen. Ik acht het heel goed mogelijk dat zij in Israël een opwekking teweegbrengen, waardoor er 144.000 geestvervulde Paulussen en Petrussen zullen uitgaan over de gehele aarde. Zij zullen prediken dat Gods Koninkrijk nabij is gekomen, waardoor er nog een ontelbare schare behouden zal worden uit alle volken. De Here Jezus en Zijn discipelen predikten niet het Evangelie van genade, maar van het Koninkrijk (Matteüs 4:23; 10:5-8). De wonderen en tekenen waren daar een bevestiging van (Jesaja 35:5-6; 65:20). Dan is het Koninkrijk aanstaande!
De Here Jezus met de twee getuigen>
Het Koninkrijk van God werd al even zichtbaar op de berg der verheerlijking. De Here Jezus verscheen daar in Zijn Goddelijkheid aan Petrus, Johannes en Jakobus. Zij mochten Hem tevens aanschouwen zoals Hij bij de Vader was, voordat Hij Mens werd (Filippenzen 2:6-7). Opmerkelijk is dat ook Mozes en Elia erbij waren en dat er een stem van God de Vader uit de hemel klonk: ‘Deze is Mijn Zoon, de Geliefde, in Wie Ik Mijn welbehagen heb; hoort naar Hem!’ (Matteüs 17:5). De glorie van Zijn Koninkrijk was toen even zichtbaar en voelbaar op de berg, als een profetische vooruitblik en proclamatie van Christus’ Koningschap!
Mozes en Elia
De twee getuigen zullen de weg bereiden voor de komende Messias-Koning: ‘Dit zijn de twee olijfbomen en de twee kandelaren, die voor het aangezicht van de Here der aarde staan’ (vers 4, vgl. Zacharia 4:1-14). Waarschijnlijk zijn dit Mozes en Elia, omdat zij ook tijdens de verheerlijking op de berg aan de drie discipelen verschenen (Matteüs 17:3-4). Ongetwijfeld zullen de twee getuigen over Christus spreken, maar hun optreden zal voor de ongelovigen op aarde vreselijk zijn! Hun vijanden zullen de dood vinden: ‘En indien iemand hun schade wil toebrengen, komt er vuur uit hun mond en het verslindt hun vijanden; en indien iemand hun schade wil toebrengen, moet hij zó de dood vinden’ (vers 5).
Sommigen denken aan de komst van Henoch i.p.v. Mozes. Opmerkelijk is dat de gerichten van de twee getuigen overeenkomen met die van Mozes en Elia. De twee eindtijd-profeten hebben namelijk macht om de hemel te sluiten, zodat er geen regen valt en macht om water in bloed te veranderen en de aarde te slaan met allerlei plagen (Exodus 7:19; 1 Koningen 17:1). De Joden verwachten niet alleen de komst van Elia (Maleachi 4:5), maar ook nog een tweede profeet (Johannes 1:25). Zo was Johannes de Doper de wegbereider van Christus’ eerste komst (Jesaja 40:3; Lucas 1:17). En de twee getuigen zijn dat van Zijn wederkomst.
De opname van de twee getuigen
Als zij klaar zijn met hun getuigenis, dan zal het beest uit de afgrond oorlog met hen voeren, hen overwinnen en doden. Hieruit blijkt wel dat de antichrist een ongekend sterke man zal zijn die grote bovennatuurlijke krachten zal bezitten.
De mensen op aarde zullen elkaar uit blijdschap geschenken geven, omdat de twee profeten hen plaagden met gerichten. Het zal werkelijk feest zijn in de straten van Jeruzalem. En niemand zal hun lijken mogen begraven. Die zullen drieënhalve dag op straat liggen in Jeruzalem (geestelijk Sodom en Egypte), ten aanschouwen van de gehele wereld. Maar de Here zal hen na drieënhalve dag opwekken en hen opnemen in de hemel in een wolk. Dan zal er grote vrees op ieder komen die dit van dichtbij heeft gezien.
Een aardbeving in Jeruzalem
Na de opname van de twee profeten zal er een grote aardbeving in Jeruzalem plaatsvinden, waardoor een tiende deel van de stad zal instorten. Zevenduizend mensen zullen omkomen, waarschijnlijk mensen van naam zoals dat staat aangegeven in de grondtekst (vers 13, HSV). We kunnen ons wel voorstellen dat de dood van de twee getuigen belangrijke mensen vanuit de gehele wereld naar Jeruzalem zal trekken.
De overigen die na de aardbeving nog leven, zullen in hun angst niet weten waar ze het moeten zoeken en daardoor God eer betuigen. Het tweede ‘wee’ is dan voorbijgegaan (vers 14), dat is dus na de dood en hemelvaart van de twee getuigen. Daarna komt het derde ‘wee’ (de laatste drieënhalfjaar, dat is de zevende bazuin).
Wij zijn ook lichtdragers
De twee getuigen zijn gezalfde boodschappers en lichtdragers in de laatste dagen. Nu is het nog genadetijd. De Here wil ook door jouw getuigenis en levenswandel Zijn licht laten schijnen in deze duistere wereld, totdat Hij Zijn Gemeente opneemt in heerlijkheid. Ben jij al een lichtdrager van Hem?
Jeep van der Schoot
In Openbaring 10 moest Johannes in actie komen om uit de hand van een engel een boekrolletje te nemen en dat op te eten, om wederom te profeteren. Nu krijgt hij in Openbaring 11 de opdracht om de tempel Gods op te meten. Duidelijk is dat Johannes zich hier als tijdreiziger duizenden jaren later in Jeruzalem bevindt. De tweede tempel was toen immers al in het jaar 70 n.Chr. verwoest. De tempel die Johannes in Openbaring 11 opmeet betreft daarom niet de tweede tempel en ook niet de geestelijke tempel die nu de Gemeente is (1 Petrus 2:5; Efeziërs 2:21-22).
Nee, de ziener is hier op het tempelplein, met een riet en een staf, om de toekomstige derde tempel op te meten (vers 1-2). Voor de bouw daarvan zijn nu reeds geruime tijd de tekeningen en materialen aanwezig. Maar hij moet ook een geestelijke maatstaf aanleggen, en het aantal mensen tellen die daarin aanbidden. Ook de vierde tempel in het Vrederijk en het Nieuwe Jeruzalem in de hemel zijn beide opgemeten en daarom geen fictie (Ezechiël 42:15; Openbaring 21:15).
De heilige stad 42 maanden vertreden
Op de helft van de Laatste Jaarweek zal de antichrist Jeruzalem en de tempel publiekelijk in bezit nemen voor een periode van 42 maanden. Dan zal hij zich in de tempel door alle volken op aarde als een god laten aanbidden (2 Tessalonicenzen 2:4; Openbaring 13:8). Als hij zijn ware gezicht toont, zal hij ook een ‘gruwel der verwoesting’ oprichten, want ook zijn beeld zal dan aanbeden moeten worden (Matteüs 24:15; Openbaring 13:15).
Tijdens Jakobs Benauwdheid zal voor het getrouwe overblijfsel uit Israël duidelijk worden dat er alleen door de beloofde Messias werkelijk vrede komt (Matteüs 23:39). En dat de vrede van de antichrist een oordeel van God was, want Israël kan niet zonder de Here Jezus deel krijgen aan Abrams beloften aangaande het toekomstige Vrederijk (Genesis 12:1-3; Romeinen 11:36). Hij is hun Vredevorst! Tot die tijd blijven het roerige tijden voor Israël (Lucas 21:24).
De twee getuigen
De twee getuigen zullen de eerste helft van de Laatste Jaarweek profeteren, dus voor een periode van 1260 dagen. Ik acht het heel goed mogelijk dat zij in Israël een opwekking teweegbrengen, waardoor er 144.000 geestvervulde Paulussen en Petrussen zullen uitgaan over de gehele aarde. Zij zullen prediken dat Gods Koninkrijk nabij is gekomen, waardoor er nog een ontelbare schare behouden zal worden uit alle volken. De Here Jezus en Zijn discipelen predikten niet het Evangelie van genade, maar van het Koninkrijk (Matteüs 4:23; 10:5-8). De wonderen en tekenen waren daar een bevestiging van (Jesaja 35:5-6; 65:20). Dan is het Koninkrijk aanstaande!
De Here Jezus met de twee getuigen>
Het Koninkrijk van God werd al even zichtbaar op de berg der verheerlijking. De Here Jezus verscheen daar in Zijn Goddelijkheid aan Petrus, Johannes en Jakobus. Zij mochten Hem tevens aanschouwen zoals Hij bij de Vader was, voordat Hij Mens werd (Filippenzen 2:6-7). Opmerkelijk is dat ook Mozes en Elia erbij waren en dat er een stem van God de Vader uit de hemel klonk: ‘Deze is Mijn Zoon, de Geliefde, in Wie Ik Mijn welbehagen heb; hoort naar Hem!’ (Matteüs 17:5). De glorie van Zijn Koninkrijk was toen even zichtbaar en voelbaar op de berg, als een profetische vooruitblik en proclamatie van Christus’ Koningschap!
Mozes en Elia
De twee getuigen zullen de weg bereiden voor de komende Messias-Koning: ‘Dit zijn de twee olijfbomen en de twee kandelaren, die voor het aangezicht van de Here der aarde staan’ (vers 4, vgl. Zacharia 4:1-14). Waarschijnlijk zijn dit Mozes en Elia, omdat zij ook tijdens de verheerlijking op de berg aan de drie discipelen verschenen (Matteüs 17:3-4). Ongetwijfeld zullen de twee getuigen over Christus spreken, maar hun optreden zal voor de ongelovigen op aarde vreselijk zijn! Hun vijanden zullen de dood vinden: ‘En indien iemand hun schade wil toebrengen, komt er vuur uit hun mond en het verslindt hun vijanden; en indien iemand hun schade wil toebrengen, moet hij zó de dood vinden’ (vers 5).
Sommigen denken aan de komst van Henoch i.p.v. Mozes. Opmerkelijk is dat de gerichten van de twee getuigen overeenkomen met die van Mozes en Elia. De twee eindtijd-profeten hebben namelijk macht om de hemel te sluiten, zodat er geen regen valt en macht om water in bloed te veranderen en de aarde te slaan met allerlei plagen (Exodus 7:19; 1 Koningen 17:1). De Joden verwachten niet alleen de komst van Elia (Maleachi 4:5), maar ook nog een tweede profeet (Johannes 1:25). Zo was Johannes de Doper de wegbereider van Christus’ eerste komst (Jesaja 40:3; Lucas 1:17). En de twee getuigen zijn dat van Zijn wederkomst.
De opname van de twee getuigen
Als zij klaar zijn met hun getuigenis, dan zal het beest uit de afgrond oorlog met hen voeren, hen overwinnen en doden. Hieruit blijkt wel dat de antichrist een ongekend sterke man zal zijn die grote bovennatuurlijke krachten zal bezitten.
De mensen op aarde zullen elkaar uit blijdschap geschenken geven, omdat de twee profeten hen plaagden met gerichten. Het zal werkelijk feest zijn in de straten van Jeruzalem. En niemand zal hun lijken mogen begraven. Die zullen drieënhalve dag op straat liggen in Jeruzalem (geestelijk Sodom en Egypte), ten aanschouwen van de gehele wereld. Maar de Here zal hen na drieënhalve dag opwekken en hen opnemen in de hemel in een wolk. Dan zal er grote vrees op ieder komen die dit van dichtbij heeft gezien.
Een aardbeving in Jeruzalem
Na de opname van de twee profeten zal er een grote aardbeving in Jeruzalem plaatsvinden, waardoor een tiende deel van de stad zal instorten. Zevenduizend mensen zullen omkomen, waarschijnlijk mensen van naam zoals dat staat aangegeven in de grondtekst (vers 13, HSV). We kunnen ons wel voorstellen dat de dood van de twee getuigen belangrijke mensen vanuit de gehele wereld naar Jeruzalem zal trekken.
De overigen die na de aardbeving nog leven, zullen in hun angst niet weten waar ze het moeten zoeken en daardoor God eer betuigen. Het tweede ‘wee’ is dan voorbijgegaan (vers 14), dat is dus na de dood en hemelvaart van de twee getuigen. Daarna komt het derde ‘wee’ (de laatste drieënhalfjaar, dat is de zevende bazuin).
Wij zijn ook lichtdragers
De twee getuigen zijn gezalfde boodschappers en lichtdragers in de laatste dagen. Nu is het nog genadetijd. De Here wil ook door jouw getuigenis en levenswandel Zijn licht laten schijnen in deze duistere wereld, totdat Hij Zijn Gemeente opneemt in heerlijkheid. Ben jij al een lichtdrager van Hem?
Jeep van der Schoot