Op weg naar voltooiing

Joop Schotanus • 75 - 1999/2000 • Uitgave: 17
Deze keer geen controversieel artikel onder opinie, maar meer iets van hart tot hart. Bij een bezoek aan een broeder in een bejaardenhuis werd ik getroffen door wat hij met me deelde. Zijn leven lang de Here gediend en nog niet zo lang geleden als een soort testament een boek geschreven over geloven. Nu vanwege zijn lichamelijke toestand moe en toch ook wel eenzaam. Nooit de tijd gehad om echte vriendschappen te ontwikkelen. Te druk in het werk van de Here. Als rondtrekkend bijbelleraar heel veel geloofsgemeenschappen, Brandpuntbijbelscholen e.d. gediend met het Woord. Nu bij het aftellen deelt hij mee, dat na dit alles voor hem nog één ding belangrijk is. Hij weet dat het voor hem in alles moet gaan om de Here Jezus zelf en om Hem alleen.

HENOCH WANDELDE MET GOD
Wij weten dat Henoch één van de twee mensen uit de Bijbel is die niet gestorven is. Hij leefde in een door en door zondige tijd. Alleen nog een kwestie van aftellen. De mensen maakten zichzelf rijp voor het oordeel van de zondvloed (Judas :14,15). Door woord en wandel zal hij de mensen opgeroepen hebben om zich tot God te bekeren. Hij zal zich ook eenzaam gevoeld hebben temidden van al deze afvalligen. Vanuit Hebreeën 11 weten we dat hij zijn kracht mocht ontlenen aan zijn onwankelbaar geloof in God, waar tot driemaal toe van hem gezegd wordt dat hij weggenomen werd. Hij hield zich vast aan het aan hem mondeling overgeleverde getuigenis. Hij is niet gestorven, maar weggerukt uit zijn zondige omgeving. Wat een heerlijk beeld van de Opname van de Gemeente. De dan levenden, die Christus toebehoren, zullen zonder de dood gezien te hebben, weggevoerd worden 'de Here tegemoet in de lucht'. Voor de Gemeente is het aftellen reeds begonnen. Wij denken misschien allemaal vel : Wat zou het heerlijk zijn als we op deze manier als een Henoch thuis gehaald zouden worden, zonder te moeten sterven.

ALS DE HERE VERTOEFT
Ondertussen zijn er zeer velen, die met deze hoop geleefd hebben, toch een natuurlijke dood gestorven. Ook zij die deze boodschap met vuur uitgedragen hebben en ons zijn voorgegaan. In die spanning hebben vele christenen geleefd. De spanning te moeten sterven of de hemelvaart aller gelovigen te mogen meemaken. Maar ook als de Here vertoeft te komen om ons bij zich te nemen, dan weten we dat ons na ons sterven de voltooiing nog te wachten staat. Als er dan eerst nog gezaaid wordt in vergankelijkheid; daarna wordt er opgewekt in heerlijkheid; als er dan eerst nog wordt gezaaid in zwakheid daarna wordt er opgewekt in kracht. Er wordt eerst een natuurlijk lichaam gezaaid en daarna een geestelijk lichaam opgewekt (1 Cor. 15:42-44). Het graf is dan de dodenakker, waarin het lichaam als een zaadkorrel slaapt tot de dag van de Opname.

NOG IN HET VOLLE LEVEN
Op de Toogdag was de vraag: 'Gelooft u dat de Here Jezus vandaag terug kan komen?' Bijna alle vingers gingen omhoog. De reactie was anders bij de vraag: 'Wilt u graag dat de Here Jezus vandaag terug komt?' Voor de wereld is het grote aftellen begonnen naar het volgende millennium. Er zijn allerlei verwachtingen uitgesproken over die toekomst die reeds begonnen is. Als christenen mogen we wel even tot bezinning komen in deze wereld van zeer indrukwekkende technologische ontwikkelingen. Tegelijkertijd maken we ons grote zorgen over het moreel verval. We mogen uit de voorbeelden van de Bijbel en de geschiedenis weten dat het zo niet door kan gaan. Er komt een periode van grote zuivering, alvorens het Millennium van de Christus - regering kan aanvangen. De Here laat ons nog in de wereld om te redden wat er nog te redden valt. Naarmate de duisternis toeneemt, mogen wij het licht laten schijnen. Allereerst dat steeds dat licht de duisternis in ons eigen leven mag overwinnen, maar tegelijkertijd ook nog een positieve invloed mag hebben op onze omgeving. We mogen nog openbaring zijn van God zelf, als we wandelen in het licht met Jezus.

DE MORGENSTOND KOMT
Misschien bent u op een leeftijd gekomen dat u nog weinig van dit leven te verwachten hebt. De kaars is aan het afbranden. U bent aan het aftellen en uw lichaam is aan het aftakelen. Ondertussen onzeker over wat u nog te wachten staat aan lichaamsnarigheid. Het gehoor en het gezichtsvermogen nemen langzamerhand of in versnelde mate af. Het geheugen wordt minder. Om u heen verdwijnen mensen, die veel voor u betekend hebben. Het wordt steeds leger. Of u ging er veel op uit en nu dit niet meer kan komt er toch haast niemand meer bij u. U leest Het Zoeklicht, maar om de echte details zult u zich niet meer druk maken, want u hebt nog maar één verlangen: 'Voor altijd bij de Here te zijn'. Maar ook al vervalt onze uiterlijke mens, de innerlijke wordt van dag tot dag vernieuwd. Wij zijn op weg naar de voltooiing. Bij ons christenen mag zich die hoop versterken. De momenten van slapeloosheid worden momenten van gebed en overdenking. Vanuit de volkomen overgave aan de Here, gaan zich psalmen, gezangen, geestelijke liederen aan ons opdringen.

Namen van kinderen en kleinkinderen, van buren en kennissen of van medebewoners in het bejaardenhuis komen in de gedachten. Alles vanuit de levende hoop, omdat wij een levende Heiland hebben. In kinderlijk geloof klemmen we ons vast aan die vaste hoop. De zalige hoop en de heerlijke verschijning van onze Here Jezus Christus. Op weg naar de voltooiing. De morgenstond komt. Heer, mijn God, ik zal U loven, heffen 't ganse hart naar boven, 'k zal uw Naam en Majesteit eren tot in eeuwigheid.

Joop Schotanus