Onderweg bloemen uitdelen - Spr. 9:8

Els ter Welle • 93 - 2017 • Uitgave: 14/15
‘Wijs een spotter niet terecht, anders zal hij u haten. Wijs een wijze terecht en hij zal u liefhebben’ (Spreuken 9:8).

Wat maakt een vakantie met elkaar mooi? Is dat niet vooral dat we het samen goed hebben? Maar omdat we vaak moe op reis gaan en constant dicht op elkaar zitten, komen we elkaar nog wel eens tegen. We ergeren ons aan de ander of leveren ongenuanceerde kritiek. Onze tong speelt daarin een grote rol.

Jakobus 3 zegt: ‘De tong is een klein lid en voert een hoge toon’ (vers 5, NBG). In vers 5 wordt ze ook vergeleken met een vuur dat heel veel schade kan aanrichten. Maar als we onze tong goed gebruiken, kan zij oneindig veel goeds brengen. En daar gaan we voor!
Spreuken 15 zegt: ‘Een zacht antwoord keert woede af, maar een krenkend woord wekt toorn op’ (vers 1).
Ik moet dan meteen denken aan mijn oma. Zij was een heel wijze en zachtmoedige vrouw. Mijn opa echter was een driftkop, maar zij wist daar op de juiste wijze mee om te gaan. Mijn moeder vertelde me eens het volgende daarover: “’s Avonds zaten we allemaal in de kleine huiskamer, moeder had dan warme chocolademelk voor ons gemaakt en was meestal sokken aan het stoppen terwijl mijn vader de schoenen lapte (deed hij zelf). Dat gaf een heel gezellige sfeer. Maar soms was mijn vader met het verkeerde been uit bed gestapt. Ik herinner me dat hij een keer heel boos naar buiten liep. Hij smeet de deur achter zich dicht. Pas een uur later kwam hij terug. Toen hij binnenkwam, wilde ik hem wel ik weet niet wat doen, maar mijn moeder zei: “Wil je een kopje koffie, Egbert?” En dat was het. Ze pakte de draad gewoon weer op alsof er niets was gebeurd.” Mijn oma gooide geen olie op het vuur, maar bluste het met het water van haar zachte woorden.
In vers 4 van hetzelfde hoofdstuk staat: ‘Het medicijn van de tong is een boom des levens.’

Prachtig! De Bijbel in Gewone Taal zegt het zo: ‘Vriendelijke woorden geven mensen kracht om te leven.’
Spreuken 12 zegt: ‘De tong van de wijzen betekent genezing’ (vers 18). Spreuken 16: ‘Lieflijke woorden zijn een honingraat, zoet voor de ziel en genezing voor de beenderen’

(vers 24). Spreuken 12: ‘Een goed woord verblijdt het hart’ (vers 25).

Wat een uitdaging voor de vakantie! U mag als het ware met een grote mand vol bloemen op weg gaan en ze onderweg uitdelen aan ieder die God op uw weg brengt!

Els ter Welle