Offers gevraagd: een leven voor de HERE

Jan van Barneveld • 75 - 1999/2000 • Uitgave: 2
Op 25 januari vond in India de begrafenis van de Australische zendeling Graham Staines en zijn twee zoontjes Philip (10) en Timothy (7) plaats. Waarschijnlijk hebt u in de krant gelezen hoe zij door een opgehitste bende in hun auto werden gejaagd. Daarna werd de auto in brand gestoken en zijn ze levend verbrand. Zendeling Staines werkte al sinds 1965 in India. Hij stichtte gemeentes en had een bijzondere bediening voor melaatsen en armen. Het meest ontroerende moment tijdens de begrafenis was toen zijn weduwe Gladys Staines en hun dochter Esther (13) een lied zongen. Terwijl de drie kisten met hun overleden gezinsleden voor hen stonden zongen zij samen het bekende koortje: 'Omdat Hij leeft, ben ik niet bang voor morgen… Wat een getuigenis! Wat een lofoffer voor de Heer! Dit is wat de Bijbel zegt in Psalm 50:14 en in Hebr. 13:15. 'Offer Gode lof' en 'Laten wij dan door Hem Gode voortdurend een lofoffer brengen'. Brengt u wel eens een offer aan de Heer?

TOENEMENDE VERVOLGINGEN
Niet alleen in India, maar wereldwijd nemen de vervolgingen van onze mede-christenen toe. Leiders van de niet geregistreerde huisgemeenten in China worden systematisch gearresteerd. De druk op de kerken in Indonesië wordt groter en explodeert steeds vaker in gewelddaden. Christenen in de oerwouden van Zuid Amerika, in Zuid Soedan, in Moslimlanden, in Rusland en een aantal Aziatische landen staan onder grote druk en.....zij brengen hun offers tot eer van de Here Jezus! In één van z’n recente publicaties voorspelt Hal Lindsey een grote toename van de christenvervolgingen. 'Maar', troost hij zijn lezers: 'God belooft dat hij Zijn kudde uit deze wereld zal opnemen, voordat deze vervolgingen ondraaglijk zullen worden'. Gode zij dank is er inderdaad een 'Opname van de Gemeente' (1 Thess. 4:15-17). Er is ook een andere kant aan deze zaak. Paul Marshal merkt in zijn boek over de christen-vervolgingen een beetje cynisch op dat die troost van Hal Lindsey blijkbaar alleen voor de Amerikaanse christenen geldt. Immers de gekruisigde gelovigen uit Soedan, de gevangenen in China, Vietnam en Pakistan, de broeders en zusters die tijdens de anti-christelijke rellen omkomen hebben de hoogste prijs voor hun geloof al betaald. Welk offer brengen wij voor ons geloof? Ook voor ons gelden de waarschuwingen van Paulus in 2 Tim. 3:1 en 12: 'Weet wel dat er in de laatste dagen zware tijden zullen komen'. En: '…Allen, die in Christus Jezus godvruchtig willen leven zullen vervolgd worden'.

EEN VERGETEN BOEK
In feite gaat het om veel meer dan de vervolgingen die ons te wachten staan. Er is veel meer aan de hand dan bijvoorbeeld de waarschuwing van rabbijn Evers: 'Paars is een straf voor religieuzen'. Wij, christenen in de Westerse wereld zijn vergeten wat het betekent een offer te brengen. Vervolgingen brengen offers met zich mee. Maar offeren houdt veel meer in dan vervolgingen. In zo goed als elk boek van de Bijbel wordt over offers en offeren gesproken: Vanaf Genesis 4, de offers van Kaïn en Abel, tot Openbaring waar de engel de gebeden van de heiligen met wierook op het altaar voor God brengt! Een heel boek van de Torah, Leviticus, is hieraan gewijd. Opvallend is hoe vaak een offer een 'lieflijke reuk voor de Here' wordt genoemd. Van de lofoffers en de dankoffers kunnen we ons daar wel iets bij voorstellen. Wij vinden het ook fijn als we zien dat onze kinderen iets voor ons over hebben. Maar de Here verheugde Zich ook over de zondoffers en schuldoffers die Israël bracht. Het 'vergeten boek' Leviticus geeft zeer veel details over die offers. Details, die een diepe geestelijke betekenis hebben. De Hebreeën-brief gaat hier op in. Eén van de redenen waarom het zo slecht gaat met de kerken, groepen, gemeentes en christelijke organisaties in ons land is dat we vergeten zijn wat het offer betekent voor en in de Gemeente van Christus.

IK OFFER, DUS IK BEN…
Rabbijn Riskin schrijft elke week een meditatie in de Jerusalem Post. In de Post van de 19e maart gaat hij diep in op de universeel-menselijke betekenis van het offer. Hij wijst op Lev. 1:2, waar staat: 'Indien iemand onder u de Here een offergave brengen wil…'. Twee woorden lijken overbodig. Gaat u maar na: Als u 'iemand onder' weglaat, loopt de zin prima en blijft de betekenis recht overeind. Maar in de Schrift, het heilig Woord van God, is niets overbodig. Waarom dan dat 'iemand onder' erbij? In het Hebreeuws staat daar 'adam', het Hebreeuwse woord voor 'mens'. Hier wordt de wijde en diepe algemeen menselijke betekenis van het begrip 'offeren' in de Bijbel aangegeven. Offeren hoort blijkbaar bij het mens-zijn. Rabbijn Riskin stelt 'dan de oude vraag: 'Wat is een mens?' Een sociaal wezen? Of het eindpunt van de evolutie? Of, zoals Descartes zei: 'Ik denk, dus ik ben'. Hij suggereert dat we zouden kunnen zeggen: 'Ik offer, dus ik ben (een mens)'. Ook het N.T. geeft aanwijzingen dat rabbijn Riskin ons hier op het spoor zet van een heel diepe geestelijke waarheid. Wat offeren wij en aan wie?

VIJFTIENMILJOEN AFGODEN
Natuurlijk zijn de offers, ook onze 'tienden' bestemd voor de Heer. Hem komt toe al ons eerbetoon, al onze lofoffers en onze aanbidding. Ook brengen wij onze lichamen als een levend, heilig en Gode welgevallig offer' (Rom.12:1). Tenminste, als het goed is… Er wordt namelijk ook veel aan afgoden geofferd. Hoe meer de eindtijd nadert, des te meer zal dat het geval zijn. Immers dan zullen de mensen boze geesten (occultisme) en afgoden van goud en zilver aanbidden (Openb.9:20). Maar nu, in dit ego-tijdperk, offeren de meeste mensen voornamelijk aan zichzelf. Alles voor onze dure vakanties, alles voor ons eigen welzijn, alles draait om ons eigen-ik. Onze kinderen worden getraind om voor zichzelf op te komen. Iedereen wil 'aan z'n recht komen'. Zoveel mogelijk rechten en helemaal geen plichten. Alles voor 'ik', want 'ik' moet lekker in m'n vel zitten'. Zo leven we in een samenleving van vijftienmiljoen afgoden. Alles wordt ervoor opgeofferd. Van het milieu tot ongeboren baby's, van de arme landen tot de armen in onze samenleving, van het 'samen van onze samenleving tot hulpeloze bejaarden! Men beseft niet dat we niets kunnen meenemen. Alleen wat we offeren voor de Heer en voor anderen blijft bewaard en heeft eeuwigheidswaarde. Alleen van wat we geven kunnen we houden. Al die ego-afgoden van onze tijd groeien in een snel tempo naar de 'mens van de eindtijd', zoals deze in Openbaring 9:20 en 21 wordt beschreven. Immers het dienen van en het offeren aan de afgod van het IK betekent een grote stap naar het occultisme.

ONS PAASLAM IS GESLACHT
'Geven en 'offeren' is iets heiligs, iets van God. Immers Hij is de Gever van alle goede gaven. Ten slotte gaf Hij Zijn eniggeboren Zoon voor onze zonden. Zo bracht Hij het grootste offer van alle tijden. Het leven van de Here Jezus was ook één Offer. Hij gaf Zijn hemelse heerlijkheid op voor ons. Hij gaf Zijn eer, Zijn waardigheid, Zijn rechten en uiteindelijk Zijn leven op voor ons. Hij heeft ons lief en 'heeft Zich voor ons overgegeven als offergave en slachtoffer, tot een lieflijke geur voor God' (Efe.5:2). Offeren is dus van God. Het zal u dus niet verbazen dat wij opgeroepen worden om 'geestelijke offers te brengen, die Gode welgevallig zijn door Jezus Christus' (1 Petrus 2:5). Het feit dat wij, in de kerk van het Westen de bediening van het offeren vergeten zijn is één van de oorzaken van de grote afval!

DE ZONEN VAN GOD
We gaan hier nu niet weer een pleidooi voeren voor een 'eenvoudige levensstijl'. Nu deze welvaartssamenleving op een eind loopt zullen we wel gedwongen worden een paar stappen terug te zetten. Maar wij, gelovigen in Jezus Messias, hadden al lang een voorbeeld moeten geven van een samenleving (=Gemeente) die krachtig getuigt tegen de geest van het grote 'hebben' van deze tijd. Nee, we gaan nu een stap verder. Laten we nog meer offers brengen.

* Mannen, leer eens uw gelijk te offeren op het altaar van de liefde.
* Broeders en zusters, leer uw visie, uw theologie, uw geestelijke verworvenheden, eens te offeren op het altaar van de eenheid van het Lichaam van Christus. Dan zullen er heel wat minder scheuringen in de gemeentes voorkomen.
* Laten we ons eergevoel, het feit dat wij gepasseerd worden, onze gekwetstheden en gevoeligheden offeren op de altaren van de nederigheid en zachtmoedigheid van de Here Jezus.
* Leiders, oudsten, voorgangers, kom eens van uw stoel af en leert van Mij, want Ik ben zachtmoedig en nederig van hart'. Dan zullen er vat minder leden uit uw gemeente weglopen.

Zo valt er nog wel meer op te sommen. Maar alleen zo kunnen we Gemeente zijn. Alleen zo wordende 'zonen van God openbaar'. Daar wacht de hele schepping op, daar wacht ook ons land op. Maar dat 'openbaar worden gaat wel langs de weg van het offer, dat een 'lieflijke geur' voor de Here is en waardoor er misschien nog een stukje opwekking kan komen.

drs. Jan van Barneveld