O Heer, onsteek een vuur
Adriaan Kousemaker • 77 - 2001/02 • Uitgave: 19
Er heerst een grote dorheid, een dorheid van de geest, zoals er in geen tijden te vinden is geweest.
Er heerst een grote matheid; de mensen zijn zo moe en velen vraqen angstig: Waar moet het toch naar toe?
Waar zijn, o Heer, de dienaars die brengen 't goede Woord? Waar wordt hel Evangelie in volheid nog gehoord?
De prediking is dikwijls zo zoutloos en zonder kracht, en o betoon des Geestes wordt tevergeefs gewacht.
't Ontbreekt in onze dagen bij velen aan geloof, gebed en aan vertrouwen; de Geest is uitgedoofd.
Als Jezus straks zal komen, wie is er dan gereed? Wie heeft gevulde lampen, Wie draagt een bruiloftskleed?
O Heer ontsteek een vuur en maak het tot een brand, die niet geblust kan worden in heel ons vaderland.
Stort uit Uw Geest in stromen op allen, groot en klein. Laat jongeren en ouden door U gezegend zijn.
Adriaan Kousemaker
Er heerst een grote matheid; de mensen zijn zo moe en velen vraqen angstig: Waar moet het toch naar toe?
Waar zijn, o Heer, de dienaars die brengen 't goede Woord? Waar wordt hel Evangelie in volheid nog gehoord?
De prediking is dikwijls zo zoutloos en zonder kracht, en o betoon des Geestes wordt tevergeefs gewacht.
't Ontbreekt in onze dagen bij velen aan geloof, gebed en aan vertrouwen; de Geest is uitgedoofd.
Als Jezus straks zal komen, wie is er dan gereed? Wie heeft gevulde lampen, Wie draagt een bruiloftskleed?
O Heer ontsteek een vuur en maak het tot een brand, die niet geblust kan worden in heel ons vaderland.
Stort uit Uw Geest in stromen op allen, groot en klein. Laat jongeren en ouden door U gezegend zijn.
Adriaan Kousemaker
