Nog eens nieuw

Nol & Helene Esmeijer • 75 - 1999/2000 • Uitgave: 10
Wij kwamen er niet mee klaar de vorige keer. Het mag nog wel even - want het is heel erg actueel voor jullie jongelui. Is de boodschap van de Bijbel alleen maar ouderwets en niet voor jongeren. Jongeren, die nog geschiedenis moeten maken. Lui, die er nog niet zijn.
Wij vinden het nog altijd een fantastische mededeling dat God ons liefheeft. En het is een geweldige kans om jullie daarvan op de hoogte te brengen. Jullie moeten niet vergeten om op zaterdag 28 augustus a.s. naar de Veluwehal in Barneveld te komen. Daar zal 's morgens Johan Schep uit Eilat (Israël) jullie ook veel vertellen over de liefde van God.
Nee de oude boodschap is iedere dag nog nieuw.

EEN NIEUWE SCHEPPING
Dat begint al goed. Wij hebben al genoeg problemen met de oude schepping. Het wordt ons alsmaar voorgehouden dat wij moeten denken aan "evolutie'. De grote bang heeft alles op gang gebracht. Moeten wij nu weer over schepping gaan denken? Dat stadium is toch voorbij?
Wat gelooft de christen van de schepping?
Hij /zij gelooft dat er niets was en dat het er toch kwam.
En Degene, die ervoor zorgde dat alles er kwam - op Zijn woord - is God.
En deze God zorgde ook voor een nieuwe schepping.
Die was er ook niet - maar God zorgde ervoor. Hij gaf Zijn Zoon en iedereen die deze Zoon accepteert wordt een nieuwe schepping. (2 Corinthiërs 5:17)
Door alle dingen, die wij denken te kunnen doen om zoiets nieuws te worden, haalt God een streep. "Besneden zijn of onbesneden zijn betekent niets, maar of men een nieuwe schepping is." (Galaten 6:15). God doet het.
Hoe is het met jou?
Om jou gaat het ook! Om alle mensen. Er zou geen schepping zijn geweest wanneer die niet zou zijn geëindigd met de schepping van … de mens. En zo is het ook met de nieuwe schepping. Die draait om de mens, om jou en ons.

EEN NIEUW MENS
Eén van de kenmerken van mensen is het feit dat zij een lichaam hebben. Er is door Paulus geschreven in Efeziërs 2:15 en 16: …de twee tot één nieuwe mens te scheppen, en de twee, tot één lichaam verbonden, weer met God te verzoenen… Wie zijn die "twee"?

Die twee zijn Israël en de Gemeente.

Als Israëlieten in hun Messias gaan geloven behoren zij tot het Lichaam van Hem.
Als er mensen uit de heidenen zijn die in de Here Jezus gaan geloven dan behoren zij tot hetzelfde Lichaam. Zo heeft de God van Abraham, Izaak en Jakob het gewild. Eén Lichaam: de nieuwe mens.
Dat is wat God wil. Wij moeten nooit Israël buiten de poort houden. In Efeziërs 2 gaat Paulus hierover aardig tekeer: Uitgesloten van het burgerrecht van Israël (vers 12). Er wordt een nieuwe mens geschapen. Die mens, dat Lichaam is er (nog) niet, gedeeltelijk wel, maar 't wordt compleet.
Wij willen ook jongelui oproepen om veel aan Israël te denken, voor dit volk te bidden en hen de beminnen. Aan dit volk hebben wij – menselijk gesproken - het goede nieuws te danken. Wij mogen ook, moeten ook (als wij gelovig zijn) de nieuwe mens aandoen (Ef.4:24).
Daarmee komt Paulus eigenlijk weer terug op wat wij hierboven schreven over de nieuwe schepping. Geschapen zijn/worden is Gods werk. Aandoen van de nieuwe mens = je aankleden met de juiste kleding. Da's jouw verantwoordelijkheid.

EN NIEUWE ZAKEN
Er staat in de Bijbel:
"…men doet jonge wijn in nieuwe zakken… (Mattheus 9:17).
Jonge wijn heeft alle kracht, die jij je nog maar kunt denken.
Die wijn gaat nog gisten en die wijn zet uit en krijgt zijn goede smaak. En daarvoor zijn nieuwe zakken nodig. Jonge wijn behoort daarin. Die zakken moeten sterk zijn en tegen een stootje kunnen. Heb je het hele stukje gelezen uit Mattheus 9? Vers 15 is van het all grootste belang: "Kunnen soms bruiloftsgasten treuren, zolang de bruidegom bij hen is?
Er zullen echter dagen komen, dat de bruidegom van hen is weggenomen en dan zullen zij vasten". De Bruidegom is er vandaag nog niet. Maar Hij komt heel gauw. En jij bent jong. Ook jong in je geloof? Bruist het? Doe dan jouw vreugde in nieuwe zakken en bewaar het daar tot de dag dat je de Bruidegom ziet. Hij komt er aan!
Stil maar, wacht maar alles wordt nieuw.

Helene en Nol Esmeijer