Moedige liefde

Jef de Vriese • 89 - 2013 • Uitgave: 11
Wie Mij liefheeft (wie in Mij de hoogste bron van vreugde vindt), zal Mijn geboden bewaren (zal natuurlijkerwijze vol verlangen zijn om te zijn en te leven zoals Ik ben). Dan is het volgen van de geboden geen last, maar een lust.
Als je Zijn geboden niet bewaart, bewijs je daarmee dat je niet liefhebt. Waar het hart vol van is, loopt de mond van over. Waar het hart vol van is, is ook de actie.
We praten gemakkelijk over vertrouwelijke omgang met God en onze liefde voor Jezus. Als het van onze liederen afhangt, gaan we voor God door een vuur. Dat doe je best niet zoals Petrus: ‘Al zouden alleen aanstoot aan U nemen, ik nooit.’ Totdat het pijnlijk moment komt dat de haan driemaal kraait en Jezus Petrus recht in de ogen kijkt en vraagt: ‘Hebt gij mij waarlijk lief?’ (Johannes 21:15-22).
Petrus heeft Hem lief, maar niet volmaakt. Even later vraagt hij zich af wat er met die andere discipel gebeurt. Zijn oog is niet op Jezus alleen. Het valt niet mee om los te laten en te aanvaarden dat je in je navolging van Jezus op een plaats komt waar je zelf niets meer kunt kiezen.
Als je dat aanvaardt, heb je moedige liefde. Moedige liefde heeft geen kracht om zelf te beheersen. Moedige liefde bloedt aan een kruis. Het gaat om overgave aan Jezus, Hem volgen, tot in je eigen kruisiging. Dat heb je alleen als je buiten Hem niets begeert en je geen houvast zoekt op de aarde. Goede moed!

Jef De Vriese