Mensbeeld of Gods beeld?

Abraham de Zwart • 89 - 2013 • Uitgave: 11
De maatschappij, de samenleving waarvan we deel uit maken, komt tot ons via ons werk, de school, de literatuur en de media in een variatie van allerlei indringende beelden. Welke beelden selecteren we en blijven bij ons hangen? Welke beelden zijn dominant sturend of juist intens verwarrend? Waardoor worden we sterk beïnvloed en welke invloed oefenen we zelf uit op onze samenleving?

Als volgelingen van Jezus Christus zijn we niet van de wereld, maar we staan wel in de wereld. Zijn we nog in staat dit verschil blijvend te onderkennen, of raken we oververmoeid door een wereld waarin de verandering zelf nog de enige constante lijkt te zijn? Hoe weerbaar zijn onze kinderen, maar ook wijzelf om op Bijbels verantwoorde wijze met die veranderingen om te gaan?
Christenen zijn eeuwenlang beïnvloed geworden door toonaangevende, meestal hedonistische manieren van denken. In dat opzicht houdt de beschreven geschiedenis van aardse koninkrijken van Israël ook ons een spiegel voor. De koninkrijken Israël (tien stammen) en Juda (twee stammen) werden ook telkens beïnvloed door heersende en op heidense godsdiensten gebaseerde denkbeelden. Hierdoor wendden ze zich van God af. Herkennen we vandaag niet dezelfde tendensen? Welke dominante denkbeelden verminken onze Bijbelse levensvisie en/of betwisten de actuele waarde daarvan? Wat is onze wapenrusting?
In iedere tijd, ook in de onze, worden we als volgelingen van Jezus Christus soms openlijk, maar vaak op sluwe en sluipende wijze misleid, verleid of in verwarring gebracht door heersende, vaak populair gemaakte denkbeelden, gedachten, overtuigingen en uitdrukkingen. De moderne media fungeren bijna als een soort collectief geweten door frequente herhalingen. Soms is de acceptatie in onze directe omgeving zo groot, dat we als het ware worden meegezogen in de maalstroom van de tijdgeest.

Verlichtingsdenken
Hoe zijn bekende populaire denkbeelden verworden tot normen van onze samenleving? Een voorbeeld.
De ‘verlichting’ uit de 17e en 18e eeuw had als overtuiging ‘dat de mensheid slechts door rede kennis en geluk kon vinden.’ Denkbeelden van de verlichting werken tot de dag van vandaag door, met name in het liberaal-humanistisch of atheïstisch-libertijns denken: Ik denk, dus ik bepaal; ik betaal, dus ik bepaal; ik voel, dus ik ben! Het ‘ik-denken’ is alom tot norm verheven.
De betrouwbaarheid en de objectiviteit van de wetenschap van vandaag wordt bijna dagelijks ter discussie gesteld nu er steeds vaker ‘valse’ wetenschappers komen die zich niet aan de ethiek van de wetenschap houden, maar slechts hun eigen gelijk nastreven door het verrichten van aantoonbare onbetrouwbare onderzoeken. Met alle gevolgen van dien. De eens zo prestigieuze wetenschap is ook in zonde gevallen!

De menselijke behoeften, een theorie?
In de huidige wetenschap wordt – zonder dat klip en klaar aan te geven – uitgegaan van een humanistisch mensbeeld alsof dat universeel bewezen zou zijn. Een mensbeeld dat volledig indruist tegen het mensbeeld dat in de Bijbel wordt geduid.
Vanaf 1958 wordt in veel studieboeken (gedragswetenschappen, economie, organisatiekunde en management) zowel bij het wetenschappelijk als het hoger beroepsonderwijs, bijvoorbeeld de ‘theorie over de hiërarchie van menselijke behoeften’ genoemd. Daarna wordt deze theorie bijna klakkeloos overgenomen. Over het op zich concreet benoemen van verschillende menselijke behoeften bestaat overigens geen verschil van mening, wel over de veronderstelde hiërarchie.
De humanistische psycholoog Abraham Herold Maslow (1907-1970) bedacht in 1943 de ‘behoeftepiramide van Maslow’. Een door hem gepubliceerde hiërarchische ordening van behoeften. Dit model wordt nu als wetenschappelijke waarheid aangereikt! Deze theorie is overigens tot op vandaag nooit wetenschappelijk bewezen. Er is sindsdien wel heel veel aan gesleuteld om deze theorie alsnog passend te krijgen, maar alle varianten blijven even gebrekkig.


Basismodel behoeftepiramide van Maslow
--- Zelfontplooiing ---
--- Behoefte aan waardering/erkenning ---
--- Behoefte aan sociaal contact ---
--- Behoefte aan veiligheid en zekerheid ---
--- primaire fysieke behoeften ---



De onderste laag van de piramide (= beeld van een graftombe!) met behoeften aan eten, drinken vormt de basis (=lichaam). De gedachte is, dat wanneer volledig in deze eerste behoeften is voorzien de volgende laag aan behoeften actueel wordt, enzovoort. Uiteindelijk vormt de hoogste behoefte aan zelfontplooiing het meest nastrevenswaardige ideaal (=ziel). In dit denkmodel staat het “ik” centraal. De bijna dwingende norm van vandaag, ‘voelt het goed dan is het goed’, is hiervan direct afgeleid. Deze super ik-gerichte norm sluit perfect aan bij denkbeelden over humanisme, liberalisme en libertijns-atheïsme. Dichter Willem Kloos (1859- 1938) verwoordde deze huidige tijdgeest al:

‘Ik ben een God in ’t diepst van mijn gedachten,
En zit in ’t binnenst van mijn ziel ten troon
Over mij zelf en ’t al, naar rijksgeboôn
Van eigen strijd en zege, uit eigen krachten.’


De invloed van het libertijnse denken zal nog sterker worden en zal zelfs leiden tot godsverduistering!
Deze visie wordt vanuit het Bijbelse denken zonder meer betwist, omdat ze gebaseerd is op de veronderstelde subjectieve en vooringenomen humanistische gedachte, dat de mens goed is.

Binnen de schepping is de mens uniek
‘En God schiep de mens naar zijn beeld; naar Gods beeld schiep Hij hem; man en vrouw schiep hij hen’ (Genesis 1:27). Er is maar één God, maar binnen de Godheid bestaan drie ‘personen’: God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest. De mens is in wezen een afspiegeling van deze drie-eenheid van God. In de eerste brief aan de Tessalonicenzen 5:19-24 lezen we: ‘Dooft de Geest niet uit, veracht de profetieën niet, maar toetst alles en behoudt het goede. Onthoudt u van alle soorten kwaad. En Hij, de God des vredes, heilige u geheel en al, en geheel uw geest, ziel en lichaam moge bij de komst van onze Here Jezus Christus blijken in alle dele onberispelijk bewaard te blijven. Die u roept, is getrouw; Hij zal het ook doen.’
De invloed van de humanistische denkbeelden van Maslow moet niet worden onderschat. De list van de satan tot de zondeval: ‘De slang echter zei tot de vrouw: “Gij zult geenszins sterven, maar God weet, dat ten dage, dat gij daarvan eet, uw ogen geopend zullen worden, en gij als God zult zijn, kennende goed en kwaad”’ (Genesis 3:4,5).
Zonde is altijd rebellie tegen God: de mens eist in feite zelfbeschikkingsrecht op. Een dergelijk zelfbeschikkingsrecht (Maslows hoogste behoefte) heeft geleid tot wettelijk erkende abortus (baas(?) in eigen buik); recht op euthanasie (baas over eigen leven), recht op emancipatie (baas over ongelijkheid).
Maar Jezus zegt: ‘Niet alleen van brood zal de mens leven, maar van alle woord, dat uit de mond Gods uitgaat’ (Matteüs 4:4).

Abraham de Zwart