Lezers in de pen - jrg. 75-06

Joop Schotanus • 75 - 1999/2000 • Uitgave: 6
J.L.R te R is een zuster op hoge leeftijd, die inhaakt op het redactionele artikel van nummer 1 van de huidige jaargang. Broeder Jac. Schouten brengt daar het verleden van het Zoeklicht en de Zoeklicht voormannen in herinnering. Zij heeft hen allen gekend. Zij was ongeveer tien jaar toen het eerste Zoeklicht uit kwam. Haar ouders kochten het voor één dubbeltje. Zaterdagsavonds paste zij op haar jongere broertje, terwijl haar ouders in de Noordmolenstraat Zoeklichten gingen verkopen en kwamen dan verrukt terug omdat ze 100 nrs. verkocht hadden. Die glorietijd van samenkomsten en conferenties en hoe velen zich aan de Here gaven, staat haar nog levendig voor de geest. De bijbelstudiegroep van buren en kennissen bij hen thuis was gericht op het biddend onderzoeken van de Zoeklichtboodschap. In dat geestelijke klimaat heeft zij haar leven als dertienjarige aan de Heer gegeven en Hij heeft haar ondanks ruwe stormen geleid tot nu ze negentig is. Veel is veranderd, maar het Woord van God niet. Vanwege haar afnemend gezichtsvermogen vindt ze het voor zichzelf en de andere ouderen, aan wie ze Het Zoeklicht in het Verzorgingshuis doorgeeft, verschrikkelijk jammer dat er steeds meer gedrukt wordt op gekleurd papier. Wat zou het jammer zijn dat ze na al die fijne jaren daarom geen abonnee zou kunnen blijven.

Redactie:
Uw brief is ontroerend. Mijn eigen levensweg loopt hieraan een klein beetje parallel, ook al ben ik ruim twintig jaar jonger. Wat een indrukwekkend getuigenis in een zo duidelijk en fijn handschrift. Om jaloers op te zijn. Hopelijk kan er wat meer rekening gehouden worden met uw wensen. In ieder geval dat er nog veel pagina's op gewoon zwart/wit mogen overblijven. Soms moeten we een beetje laveren tussen verschillende tegengestelde wensen.


M.J.B te V is grootmoeder en maakt zich zorgen over de geestelijke onverschilligheid van haar kinderen, maar neemt wel haar kleinzoon mee naar de kerk. Bij haar kleinzoon op school gaat iemand van de Apostolische kerk. Wat is dat eigenlijk? Door het groot aantal scheuringen is het niet zo gemakkelijk de apostolischen eenduidig te kenmerken. In 1832 werd via een profetie een eerste apostel aangewezen en in de jaren daarop werd het getal van twaalf vol gemaakt. Deze 12 vormden het hoofd van de kerk. Men beschouwde de erkenning van de apostelen als de enige mogelijkheid tot het geestelijk herstel van de kerk.
In de liturgie zijn veel parallellen met de Oudtestamentische traditie, vergelijkbaar met de katholieke kerk. Uw opmerking om ons door kritiek niet van de wijs te laten brengen, nemen we ter harte.


H.S.te P verdiept zich graag in de kerkgeschiedenis van de eerste eeuwen van het christendom, vandaar zijn bijzondere belangstelling voor het artikel over de Sabbat en de Zondag. Hij wil via een kaartje zijn waardering daarvoor uiten. Dat het alles mag dienen tot zegen en onderling begrip.

Redactie:
Heel hartelijk dank voor uw bemoediging!
Een slotopmerking: Van verschillende kanten kregen we een verzoek om een Zoeklicht uit te geven dat uitvoerig in zou gaan op de leer omtrent de Here Jezus als Zoon van God, redder en verlosser, zodat het gebruikt zou kunnen worden om op grote schaal te verspreiden onder kerkmensen, die met dwaalleringen omtrent Christus geconfronteerd worden. Wij gaan er van uit dat het Toogdagnummer in augustus daar heel goed voor gebruikt kan worden.


Joop Schotanus