Leven door de Geest!
Pinksteren, dat is: de Geest van de opgestane Here Jezus komt van de hemel naar de aarde. Het herdenken van die dag door de Kerk zou als doel moeten hebben, dat we leren wat leven door de Geest is. Want de Geest kwam op de Pinksterdag om Zichzelf aan de gelovigen mee te delen. De Bijbel spreekt over de gave (Hand. 2:38) en de gaven (o.a. 1Kor. 12:4) van de Geest. Dat zijn verschillende woorden. Rond de Pinksterdagen zeker de moeite waard om ze te bestuderen en te zien. We moeten vooral zien dat het gaat om “de Geest die Jezus uit de doden heeft opgewekt” (Rom. 8:11).
Jezus zegt: “Gij zult kracht ontvangen wanneer de Heilige Geest over u komt” (Hand. 1:8). Kracht komt van het woord ‘dunamis’ - waarvan ons woord dynamiet komt. Vaak is de Persoon of het werk van de Heilige Geest onder gelovigen dynamiet voor een conflict. Dat zou niet zo moeten zijn. Het dynamiet van de Geest moet erop gericht zijn dat we getuigen van de opgestane Jezus in deze wereld. Van dat dynamiet is vaak niet veel te merken. In mijn boekje Leven door de Geest - Wat is dat? * schreef ik destijds o.a. dit:
Daarom is het in onze tijd niet makkelijk over de Heilige Geest te spreken. Zijn Persoon en Zijn werk staan breeduit in de belangstelling, dat wel. Er wordt waarschijnlijk veel meer over dit onderwerp geschreven en gepreekt dan vroeger. Met name de ‘gaven van de Geest’, de ‘charismata’, waarover het Nieuwe Testament spreekt krijgen veel aandacht. We spreken zelfs over charismatische gemeenten en kerken, charismatische bedieningen, charismatisch pastoraat en dergelijke, kennelijk bedoeld ter onderscheiding van andere gemeenten en kerken en andere bedieningen. Wat hierin echter voor de één een aanbeveling is, is voor de ander soms het tegenovergestelde. Het werk van de Geest is kennelijk controversieel geworden onder ons. Uit angst om niet voor ‘charismatisch’ of ‘pinksterachtig’ te worden versleten, zijn er voorgangers en predikers die zelfs het noemen van de Naam van de Heilige Geest zoveel mogelijk vermijden. Er zijn in onze tijd ook mannen en vrouwen die als experts worden gezien - door zichzelf en/of anderen - inzake de Persoon en het werk van de Geest. Over de hele wereld worden er conferenties aan gewijd, die over het algemeen geen gebrek aan belangstelling hebben. Iedere ‘specialist’ weer zijn eigen specialiteiten. Vele duizenden bevolken grote congreshallen of stadions, om daar deelgenoot te zijn van wat wordt gezegd en gedaan en om mee te doen aan wat er te beleven is. Grote genezingscampagnes trekken wel de meeste aandacht. Gaven en krachten worden tentoongespreid en allerlei ‘manifestaties van de Geest’ worden geclaimd. Mensen ‘vallen in de Geest’ en komen in een soort trance, die ook wel ‘rusten in de Geest’ wordt genoemd. Mensen vertellen genezen te zijn van allerlei ziekten en kwalen. Er wordt geprofeteerd en in ‘nieuwe tongen’ gesproken, boze geesten worden uitgedreven en mensen ontvangen nieuwe dingen van God. Het aantal boeken over deze onderwerpen, vooral uit Amerika, groeit met de dag.
Er zijn ook weer anderen, die zich sterk tegen deze dingen keren en de gevaren van dwalingen en ontsporingen in het vizier hebben. Conflicten genoeg dus als het gaat om de Persoon en het werk van de Heilige Geest. Dit zo zijnde: het is nu niet het onderwerp. Wij willen hier nadenken over enkele facetten van Zijn werk in ons. In diep ontzag voor de levende God, voor Zijn Woord en Zijn wil, willen we leren van Hem, zittend aan de voeten van de Here Jezus. Hij heeft zo indrukwekkend gesproken over de Persoon en het werk van de Geest, met name in het evangelie van Johannes. We moeten leren wie de Heilige Geest is en wat Hij in ons leven kan en wil doen.
Woord en Geest
Het is ook moeilijk om over de Heilige Geest te spreken, omdat Hij de grote Onzichtbare is. Hoe moeten we Hem ons voorstellen? Hij is onzichtbaar en onvoorstelbaar. Anders dan de Vader en de Zoon, van Wie we ons enigermate iets kunnen voorstellen. Bij een vaderfiguur kunnen we denken aan onze eigen aardse vader. Bij de Zoon stellen we ons Hem voor ogen, over Wie de Bijbel schrijft als mens van vlees en bloed. Maar bij de Heilige Geest is dat heel wat moeilijker. Misschien ook daarom is er in de vroege kerk niet altijd even helder gesproken over de Geest, als Derde Persoon van de goddelijke Drievuldigheid. Ook in de Reformatie werd er niet veel aan toegevoegd, behalve dat Johannes Calvijn sterk de nadruk heeft gelegd op het gezag van de Bijbel, welks Auteur niemand minder was dan de Heilige Geest. Daarnaast onderstreept Calvijn duidelijk het innerlijk getuigenis van de Geest ter bevestiging en inwerking van dat Woord in het hart van de mens. Woord en Geest horen onlosmakelijk bij elkaar. Calvijn wordt wel de ‘theoloog van de Heilige Geest’ genoemd. Van hem hebben wij vooral die nadrukkelijke verwijzing naar de eenheid van Woord en Geest. De Geest maakt het Woord levend, past het toe in ons hart en werkt het uit in ons leven. Anders zou de Bijbel niets anders zijn dan een boek met woorden en letters. Door de Heilige Geest is het echter het levende Woord van God geworden. Iemand heeft wel eens gezegd: “Alleen het Woord en je droogt op; alleen de Geest en je brandt op; maar Woord en Geest samen en je groeit op.”
Drie gaven
Toch moeten we het Woord en de Geest ook onderscheiden. God gaf ons in Zijn grote genade drie rijke gaven: Zijn Woord, Zijn Zoon en de Geest. Alle drie gaven vragen om onze bijzondere aandacht, vanuit het onderwijs van de Bijbel. We mogen deze drie gaven van God in hun eigen werkzaamheid onderscheiden en leren kennen. De Vader vindt het goed als we onze aandacht helemaal richten op de Zoon. De Zoon is niet jaloers als we een bijzondere belangstelling hebben voor de Heilige Geest. Zij zijn immers geheel Eén! Als we spreken over de Heilige Geest, dan spreken we ook over de Vader en de Zoon.
De Persoon en het werk van de Geest vinden we door de hele Schrift heen. Het begint al direct bij de schepping, op de eerste pagina van de Bijbel. Het werk van de Geest is zo veelomvattend. In heel het reddend handelen van God - in Christus(!) - vinden we ook de bijzondere werkzaamheid van de Heilige Geest. We moeten denken aan de bekering en de wedergeboorte, de levensheiliging en het gebedsleven. Als we hier over de Geest spreken, dan gaat het vooral om de Geest en de mens. Het gaat daarbij over ons, over u en mij en… over de Geest. Maar spreken over de Heilige Geest is niet los te denken van Christus en de Bijbel. In de beproevingen leren we pas zien of de Geest in ons woont en ons beheerst en leidt!
Beproevingen
Er komt soms harde kritiek op je af. Terechte kritiek en dat is nog het meest pijnlijk. Kritiek, terechte en onterechte, corrigerende en kritische bejegeningen. Je ontdekt bij jezelf, dat je - zelfs na alle rijke ervaringen met God - niet wezenlijk bent veranderd. Je kunt die kritiek niet hebben. Je voelt je gekwetst, benadeeld, beledigd, gedeprimeerd. Maar na verloop van tijd kom je erachter, dat je de proef niet hebt doorstaan! Je bent gezakt. Je moet opnieuw - na zoveel jaar van christenleven achter je - leren zien, dat je de Here Jezus nodig hebt. Méér dan je ooit daarvoor had gezien. Je moet erkennen, dat je zelfs in de meest simpele situaties niet zonder de hulp van Zijn Geest kunt. Je moet toegeven, dat heel diep van binnen die trotse, hoogmoedige mens woont, die er alleen maar op uit is zichzelf te zoeken en z’n eigen eer bevestigd te zien; iemand die geniet van complimentjes en schouderklopjes en die voortdurend zelfbevestiging zoekt. Maar zodra er ook maar enige kritiek of vermaning komt, dan ben je iemand die gekwetst is en beledigd. Die ontdekking te doen - en steeds weer te doen - brengt je tot een dieper inzicht in het feit, dat “in mij geen goed woont” (Rom. 7:18). Op het moment van de beproeving kan het huilen je nader staan dan het lachen. Je voelt je verongelijkt en niet zelden komen er gevoelens van zelfmedelijden. Je schroomt ook niet om jezelf het grootste gelijk van de wereld te geven en de ander met bittere gevoelens te bekijken. Ook zoek je je gelijk bij anderen. Je hangt een verhaal op om jezelf zo gunstig mogelijk voor te stellen en de kritiek zoveel mogelijk als onredelijk en kwetsend af te schilderen. Als die anderen je dan helemaal gelijk geven en je ook slachtoffer vinden van onredelijkheid en oneerlijkheid, dan pas voel je je getroost en bemoedigd. Maar je bent je er niet eens van bewust, dat je die anderen manipuleerde met je mooie verhalen. Je ziet niet, dat je maar op één ding uit bent: die ander voor je karretje te spannen. Zo misleid je jezelf en die anderen. Maar de werkelijkheid is achter een masker van vroomheid, braafheid en onschuld verborgen: een ongebroken zondaar!
Pinksteren betekent: de Geest die Jezus uit de doden opwekte, wil mij veranderen… naar Zijn beeld! Door opstandingskracht (Fil. 3:10)!
Feike ter Velde
* (laatste druk 2000 - Het Zoeklicht, maar uitverkocht. Complete tekst verkrijgbaar per e-mail: fftv@wxs.nl)
Jezus zegt: “Gij zult kracht ontvangen wanneer de Heilige Geest over u komt” (Hand. 1:8). Kracht komt van het woord ‘dunamis’ - waarvan ons woord dynamiet komt. Vaak is de Persoon of het werk van de Heilige Geest onder gelovigen dynamiet voor een conflict. Dat zou niet zo moeten zijn. Het dynamiet van de Geest moet erop gericht zijn dat we getuigen van de opgestane Jezus in deze wereld. Van dat dynamiet is vaak niet veel te merken. In mijn boekje Leven door de Geest - Wat is dat? * schreef ik destijds o.a. dit:
Daarom is het in onze tijd niet makkelijk over de Heilige Geest te spreken. Zijn Persoon en Zijn werk staan breeduit in de belangstelling, dat wel. Er wordt waarschijnlijk veel meer over dit onderwerp geschreven en gepreekt dan vroeger. Met name de ‘gaven van de Geest’, de ‘charismata’, waarover het Nieuwe Testament spreekt krijgen veel aandacht. We spreken zelfs over charismatische gemeenten en kerken, charismatische bedieningen, charismatisch pastoraat en dergelijke, kennelijk bedoeld ter onderscheiding van andere gemeenten en kerken en andere bedieningen. Wat hierin echter voor de één een aanbeveling is, is voor de ander soms het tegenovergestelde. Het werk van de Geest is kennelijk controversieel geworden onder ons. Uit angst om niet voor ‘charismatisch’ of ‘pinksterachtig’ te worden versleten, zijn er voorgangers en predikers die zelfs het noemen van de Naam van de Heilige Geest zoveel mogelijk vermijden. Er zijn in onze tijd ook mannen en vrouwen die als experts worden gezien - door zichzelf en/of anderen - inzake de Persoon en het werk van de Geest. Over de hele wereld worden er conferenties aan gewijd, die over het algemeen geen gebrek aan belangstelling hebben. Iedere ‘specialist’ weer zijn eigen specialiteiten. Vele duizenden bevolken grote congreshallen of stadions, om daar deelgenoot te zijn van wat wordt gezegd en gedaan en om mee te doen aan wat er te beleven is. Grote genezingscampagnes trekken wel de meeste aandacht. Gaven en krachten worden tentoongespreid en allerlei ‘manifestaties van de Geest’ worden geclaimd. Mensen ‘vallen in de Geest’ en komen in een soort trance, die ook wel ‘rusten in de Geest’ wordt genoemd. Mensen vertellen genezen te zijn van allerlei ziekten en kwalen. Er wordt geprofeteerd en in ‘nieuwe tongen’ gesproken, boze geesten worden uitgedreven en mensen ontvangen nieuwe dingen van God. Het aantal boeken over deze onderwerpen, vooral uit Amerika, groeit met de dag.
Er zijn ook weer anderen, die zich sterk tegen deze dingen keren en de gevaren van dwalingen en ontsporingen in het vizier hebben. Conflicten genoeg dus als het gaat om de Persoon en het werk van de Heilige Geest. Dit zo zijnde: het is nu niet het onderwerp. Wij willen hier nadenken over enkele facetten van Zijn werk in ons. In diep ontzag voor de levende God, voor Zijn Woord en Zijn wil, willen we leren van Hem, zittend aan de voeten van de Here Jezus. Hij heeft zo indrukwekkend gesproken over de Persoon en het werk van de Geest, met name in het evangelie van Johannes. We moeten leren wie de Heilige Geest is en wat Hij in ons leven kan en wil doen.
Woord en Geest
Het is ook moeilijk om over de Heilige Geest te spreken, omdat Hij de grote Onzichtbare is. Hoe moeten we Hem ons voorstellen? Hij is onzichtbaar en onvoorstelbaar. Anders dan de Vader en de Zoon, van Wie we ons enigermate iets kunnen voorstellen. Bij een vaderfiguur kunnen we denken aan onze eigen aardse vader. Bij de Zoon stellen we ons Hem voor ogen, over Wie de Bijbel schrijft als mens van vlees en bloed. Maar bij de Heilige Geest is dat heel wat moeilijker. Misschien ook daarom is er in de vroege kerk niet altijd even helder gesproken over de Geest, als Derde Persoon van de goddelijke Drievuldigheid. Ook in de Reformatie werd er niet veel aan toegevoegd, behalve dat Johannes Calvijn sterk de nadruk heeft gelegd op het gezag van de Bijbel, welks Auteur niemand minder was dan de Heilige Geest. Daarnaast onderstreept Calvijn duidelijk het innerlijk getuigenis van de Geest ter bevestiging en inwerking van dat Woord in het hart van de mens. Woord en Geest horen onlosmakelijk bij elkaar. Calvijn wordt wel de ‘theoloog van de Heilige Geest’ genoemd. Van hem hebben wij vooral die nadrukkelijke verwijzing naar de eenheid van Woord en Geest. De Geest maakt het Woord levend, past het toe in ons hart en werkt het uit in ons leven. Anders zou de Bijbel niets anders zijn dan een boek met woorden en letters. Door de Heilige Geest is het echter het levende Woord van God geworden. Iemand heeft wel eens gezegd: “Alleen het Woord en je droogt op; alleen de Geest en je brandt op; maar Woord en Geest samen en je groeit op.”
Drie gaven
Toch moeten we het Woord en de Geest ook onderscheiden. God gaf ons in Zijn grote genade drie rijke gaven: Zijn Woord, Zijn Zoon en de Geest. Alle drie gaven vragen om onze bijzondere aandacht, vanuit het onderwijs van de Bijbel. We mogen deze drie gaven van God in hun eigen werkzaamheid onderscheiden en leren kennen. De Vader vindt het goed als we onze aandacht helemaal richten op de Zoon. De Zoon is niet jaloers als we een bijzondere belangstelling hebben voor de Heilige Geest. Zij zijn immers geheel Eén! Als we spreken over de Heilige Geest, dan spreken we ook over de Vader en de Zoon.
De Persoon en het werk van de Geest vinden we door de hele Schrift heen. Het begint al direct bij de schepping, op de eerste pagina van de Bijbel. Het werk van de Geest is zo veelomvattend. In heel het reddend handelen van God - in Christus(!) - vinden we ook de bijzondere werkzaamheid van de Heilige Geest. We moeten denken aan de bekering en de wedergeboorte, de levensheiliging en het gebedsleven. Als we hier over de Geest spreken, dan gaat het vooral om de Geest en de mens. Het gaat daarbij over ons, over u en mij en… over de Geest. Maar spreken over de Heilige Geest is niet los te denken van Christus en de Bijbel. In de beproevingen leren we pas zien of de Geest in ons woont en ons beheerst en leidt!
Beproevingen
Er komt soms harde kritiek op je af. Terechte kritiek en dat is nog het meest pijnlijk. Kritiek, terechte en onterechte, corrigerende en kritische bejegeningen. Je ontdekt bij jezelf, dat je - zelfs na alle rijke ervaringen met God - niet wezenlijk bent veranderd. Je kunt die kritiek niet hebben. Je voelt je gekwetst, benadeeld, beledigd, gedeprimeerd. Maar na verloop van tijd kom je erachter, dat je de proef niet hebt doorstaan! Je bent gezakt. Je moet opnieuw - na zoveel jaar van christenleven achter je - leren zien, dat je de Here Jezus nodig hebt. Méér dan je ooit daarvoor had gezien. Je moet erkennen, dat je zelfs in de meest simpele situaties niet zonder de hulp van Zijn Geest kunt. Je moet toegeven, dat heel diep van binnen die trotse, hoogmoedige mens woont, die er alleen maar op uit is zichzelf te zoeken en z’n eigen eer bevestigd te zien; iemand die geniet van complimentjes en schouderklopjes en die voortdurend zelfbevestiging zoekt. Maar zodra er ook maar enige kritiek of vermaning komt, dan ben je iemand die gekwetst is en beledigd. Die ontdekking te doen - en steeds weer te doen - brengt je tot een dieper inzicht in het feit, dat “in mij geen goed woont” (Rom. 7:18). Op het moment van de beproeving kan het huilen je nader staan dan het lachen. Je voelt je verongelijkt en niet zelden komen er gevoelens van zelfmedelijden. Je schroomt ook niet om jezelf het grootste gelijk van de wereld te geven en de ander met bittere gevoelens te bekijken. Ook zoek je je gelijk bij anderen. Je hangt een verhaal op om jezelf zo gunstig mogelijk voor te stellen en de kritiek zoveel mogelijk als onredelijk en kwetsend af te schilderen. Als die anderen je dan helemaal gelijk geven en je ook slachtoffer vinden van onredelijkheid en oneerlijkheid, dan pas voel je je getroost en bemoedigd. Maar je bent je er niet eens van bewust, dat je die anderen manipuleerde met je mooie verhalen. Je ziet niet, dat je maar op één ding uit bent: die ander voor je karretje te spannen. Zo misleid je jezelf en die anderen. Maar de werkelijkheid is achter een masker van vroomheid, braafheid en onschuld verborgen: een ongebroken zondaar!
Pinksteren betekent: de Geest die Jezus uit de doden opwekte, wil mij veranderen… naar Zijn beeld! Door opstandingskracht (Fil. 3:10)!
Feike ter Velde
* (laatste druk 2000 - Het Zoeklicht, maar uitverkocht. Complete tekst verkrijgbaar per e-mail: fftv@wxs.nl)