Laatste oproep voor de rest van 7000

Jan van Barneveld • 77 - 2001/02 • Uitgave: 1
Volgens het onderzoek van het blad Readers Digest vindt nog maar 39% van de Nederlanders de kerk een betrouwbaar instituut. In het rijtje, waarin radio en tv op de tweede plaats staat, komt de kerk pas op de negende plaats. Het is schokkend, pijnlijk en schrikaanjagend te moeten constateren dat de boodschappen van radio en tv blijkbaar veel betrouwbaarder overkomen als de Boodschap van de Kerk. Dat ligt niet aan de Boodschap. Het Evangelie blijft een kracht van God voor iedereen die gelooft. Maar de boodschapper heeft blijkbaar afgedaan. Het oordeel over het huis van God in ons land heeft zich blijkbaar al voltrokken. Veel van het goede wat er nog is overgebleven in 'het huis van God' wordt verslonden of vernietigd door machtsspelletjes, woordenkramerij, onrecht, scheuringen en ruzies. De situatie is in feite nog veel ernstiger, want de apostel Petrus profeteerde: 'Als het (oordeel) bij ons begint, wat zal het einde zijn van hen die ongehoorzaam blijven aan het Evangelie van God?' We zijn al zo vaak gewaarschuwd. Zou dit de laatste waarschuwing zijn? Heeft de Heilige Geest Zich nu echt teruggetrokken uit de kerk van Nederland, zoals de 'Heerlijkheid van de Here' in de tijd van de profeet Ezechiël Zich eerst uit de Tempel en daarna uit Jeruzalem terugtrok?

GOEDE ZAKEN
Veel lezers zullen nu zuchtend afhaken. Waarom steeds dat gemopper? Waarom niet meer positieve geluiden laten horen? Er gebeurt toch nog zoveel goeds? Er komen nog mensen tot geloof in de Here Jezus! Begin maart waren wij er zelf getuige van dat in een evangelisatie-dienst meer dan 50 mensen hun leven aan de Here God wilden geven. Het was diep ontroerend te horen hoe al die mensen luid en duidelijk de Here Jezus Christus als hun Heer en Verlosser aanvaardden! Er is nog veel liefde en gebed voor Israël, Gods uitverkoren volk. Seminars over de eindtijd, over Israël en het profetische Woord worden druk bezocht. Inderdaad, het zijn de gunstbewijzen en de genade van de Here, dat er nog veel goede zaken van het geestelijk erf zijn te melden. Maar de neerwaartse spiraal is nog lang niet omgebogen. Kardinaal Simonis klaagde erover dat 'zelfs bij ethisch getinte onderwerpen als de zorg en de wetgeving rond euthanasie en het homohuwelijk de regering de kerk niets vraagt'. De kerk wordt volkomen gemarginaliseerd. Ds. Plaisier, de algemeen secretaris van de SoW-kerken, is het helemaal met kardinaal Simonis eens en voegt hieraan toe: 'De kerk wordt gezien als iets achterlijks, een onderdrukkende gemeenschap'. Premier Kok neemt niet eens meer de moeite te reageren op boodschappen van de kerken en oud-minister Wijers doet schouderophalend over achthonderdduizend(!) handtekeningen van de kerken tegen de 24-uurseconomie.

De les is duidelijk. De profetie van de Here Jezus is vervuld: 'Het (zout=de kerk) deugt nergens meer toe dan weggeworpen en door de mensen vertreden te worden' (Matt. 5:13). Onze geestelijke leiders hebben niet eens in de gaten wat er gaande is. Sommigen zeggen dat de 'Heer Zijn kerk nooit zal laten vallen'. Maar het helpt niets om van de kerk te zeggen: 'Des Heren tempel, des Heren tempel, des Heren tempel is dit!' (Jer. 7:4). Het heilige Huis van de Heer in Jeruzalem werd vernietigd. Zelfs twee keer. Zeker, Israël bleef bestaan. Zo zullen er ook steeds christenen in kleine (huis)gemeentes blijven. Maar het oordeel over de kerk heeft zich al voltrokken. We zitten als Jeremia te treuren op de puinhopen. Onze kinderen en veel serieus zoekende (jonge)mensen zijn het slachtoffer van het feit dat de kerk, waar ook wij bij horen, haar geloofwaardigheid te grabbel heeft gegooid.

DE HOLOCAUST EN DE MAMMON
Hoe is het toch gekomen? Wat is de diepere oorzaak van de geestelijke ramp die zich over Europa heeft voltrokken? Een misschien wat te algemene uitspraak van rabbijn Berkovits kan ons op het spoor brengen van de oorzaak van de 'christelijke puinhoop waarop we soms krampachtig ons geloof trachten vast te houden. Hij is van mening dat de objectieve houding en het zwijgen van de meeste kerken tijdens de holocaust voor de kerken leidde tot een 'volkomen_ verlies van elke aanspraak op geestelijk en moreel leiderschap'. Een andere rabbijn, Rubenstein, doet hier nog een schepje bovenop als hij beweert dat de nazi's in hun antisemitische campagnes 'gebruik maakten van de door de eeuwen heen al aanwezige Jodenhaat, die gevoed was door de christelijke kerk'. Het verval is dus begonnen in de 2e Wereldoorlog, met de holocaust. In dit opzicht blijkt dat Berkovits in zekere zin gelijk heeft als hij zegt dat 'de holocaust meer een christelijke dan een Joodse catastrofe is'. Er waren gelukkig veel zeer positieve uitzonderingen; gelovigen die ten koste van hun leven zich ingezet hebben voor het Joodse volk.

Er was een 'gelovige rest'. De opmerkingen van Berkovits hebben een veel wijdere strekking. Hij zegt verder dat 'de holocaust de laatste fase inluidde van de morele desintegratie van de westerse beschaving'. Eenvoudig gezegd: De holocaust is het begin van het einde van de westerse beschaving. Wat is er daarna gebeurd? De Schepper heeft het Westen, onze samenleving toen overgegeven aan een gevaarlijke afgod, de god van de welvaart, de Mammon. Aan deze afgod zijn bijna alle oude beschavingen te gronde gegaan. Onze overheid gaat uit van het marktdenken. We dienen dus de Mammon. Welvaart op zich is geen zonde en kan zelfs een zegen zijn. Als we die welvaart tenminste eerlijk delen en zorgvuldig en volgens bijbelse normen gebruiken. De beschaving van Sodom is ook aan de Mammon te gronde gegaan: 'Zie dit was de ongerechtigheid van uw zuster Sodom: in trots, overdaad en zorgeloze rust leefde zij met haar dochters, zonder de ellendige en de arme te ondersteunen' (Eze. 16:49). Toelichting op deze profetie is niet nodig. Elk woord van deze Godsspraak is letterlijk van toepassing op onze samenleving en helaas op grote delen van de kerk.

'MISLUKTE' ELIA'S
In de tijd van Elia diende Israël Baäl en de God van Israël. Nu gaat het om de Mammon en de Here Jezus Christus. De moedige profeet Elia nam het op tegen 450 profeten van Baal. Het Karmelgericht werd een grote triomf voor de God van Israël (zie 1 Kon. 18). Maar de teleurstelling voor Elia was groot. De Baäldienst werd niet afgeschaft en koning Achab nodigde hem niet uit om de reformatie door te zetten. De Karmel-opwekking doofde uit. Zijn leven werd bedreigd door de boze koningin Izebel. Diep teleurgesteld ging de grote profeet Elia op de vlucht en bad zelfs: 'Neem Here mijn leven…

Ook in onze tijd zijn er veel broeders en zusters die zeer bezorgd zijn over de geestelijke toestand in ons land. Jaren bidden sommigen al om een doorbraak, een opwekking. In 1984 was er al een diepe verootmoedigingsbijeenkomst in de Geertekerk in Utrecht. Er zijn waarschuwende profetieën en visioenen van de Heer geweest. Er was Boete 99. Sommigen zagen en zien soms hier en daar die bemoedigende tekens. Maar nu weer een duidelijke slag: De kerk heeft een veel lagere betrouwbaarheidsgraad dan de schone schijn en leugens van radio en t.v. Niemand luistert naar de kerk!

De Elia's van deze tijd, de (gebeds)strijders voor de zaak van de Heer, krijgen net als Elia de neiging om naar de woestijn te vluchten en daar in te slapen onder een bremstruik (zie 1 Kon. 19:1-8).

EEN ANTWOORD VOOR ONS?
Net als Elia zien wij het soms niet meer zitten. De toestand lijkt hopeloos en er is geen uitweg te zien. Wat zei de Heer tegen Zijn knecht Elia? Wat zegt Hij tegen ons? In de eerste plaats valt het op dat God niet ingaat op de klacht van Elia. Jammer voor u en voor mij! Hij zegt: 'Elia, keer op je schreden terug'. Ofwel: Ga terug naar je roeping, naar je taak, naar je oude geestelijke staat. Blijf niet in die depressie want er is werk te doen zolang het dag is. Dan krijgt Elia nieuwe opdrachten van zijn Heer. Zo zien wij, ook u en ik weer op naar onze Heer. 'Wat wilt U dat we doen zullen?, vragen we. Er is werk. Voor onze gezinnen! Voor de zending! Voor Israël!

Elia kreeg kracht van de Heer. Zo mogen wij iedere morgen putten uit die oneindige krachtbron die in en bij onze Here Jezus Christus is. Elke dag 'eten' we manna; net genoeg voor die dag.

DE 'CLUB VAN DE 7000'
Maar de HERE maakte nog een zeer belangrijke opmerking tegen Elia. Toen de grote godsman klaagde dat 'hij alleen was overgebleven', zei God tegen hem: 'Ik zal in Israël zevenduizend overlaten, alle knieën die zich niet gebogen hebben voor Baal'. Wie waren die zevenduizend? Niemand kende hen; zelfs Elia niet. Vermoedelijk wisten ze zelf niet eens dat ze bij die rest van gelovigen hoorden. Zij waren het die onbewust Israël door die goddeloze tijd heendroegen. Zij waren voor die tijd het 'zout van Israël' voor de Here God! Zijn er in ons land ook nog zevenduizend die hun knieën niet hebben gebogen voor de afgod van onze samenleving, voor de Mammon?

Die 'gelovige rest' is belangrijk in heel de bijbelse boodschap. In Sodom zocht de Here God naar een 'gelovige rest' van maar tien rechtvaardige mensen (zie Gen.18:16-33). In Romeinen 11:4 ziet Paulus de Messiaanse Joden als de gelovige rest, de 'club van zevenduizend', waardoor Israël door kon gaan. In de tijd van de terugkeer uit de Babylonische ballingschap waren het de gelovige Joden die met Ezra en Nehemia meewerkten aan de bouw van de Tempel. Zo zijn er nog heel wat voorbeelden uit bijbelse en in moderne tijden van een 'gelovige rest', waardoor Israël behouden bleef, een kerk een opwekking beleefde en een land uitstel van het oordeel kreeg. Wie zijn dan 'lid' van die 'club van zevenduizend'?

Mensen die hun knieën niet hebben gebogen voor de goden van deze tijd en eerbiedig, vol vertrouwen en biddend achter de God van Israël en Zijn Messias, de Here Jezus aangaan.

drs. Jan van Barneveld