Kerstmisverstanden
De wereld zit vol misverstanden. Het is soms verbazingwekkend hoe wij aan die misverstanden komen en ze ook voor waar houden. Er zijn soms heel veel dingen die we onszelf op de mouw gespeld hebben. Onze hersenen lijken meer op een rommelzolder vol met verstofte feiten en vastgeroeste meningen, met nooit weerlegde onzin en nimmer getoetste geruchten.
Dat geldt ook in meer of mindere mate voor al de feiten rond het kerstfeest. Daar zijn ook legio misverstanden, moet u weten. Er is in de loop van de tijd een geweldige mystificatie ontstaan van de ware toedracht van de gebeurtenissen rond de geboorte van Jezus. Er zijn heel veel aannames die niet stroken met de weergave van de evangelisten, maar voortkomen uit de vrome fantasie van mensen door de eeuwen heen.
Drie wijzen
Om maar gelijk met het eerste voorbeeld voor de dag te komen. Volgens de traditie moeten er drie wijzen uit het Oosten zijn geweest, die de namen droegen van Baltasar, Melchior en Caspar. Het is allemaal compleet verzonnen, want Matteüs 2 vermeldt alleen maar dat er wijzen uit het Oosten kwamen. Het aantal is onbekend. Het kunnen er zes geweest zijn of negen of twaalf of een ander getal. Het aantal van drie is waarschijnlijk ontleend aan de drie geschenken van goud, wierook en mirre. Ergens wel begrijpelijk. Maar het Bijbelverhaal noemt nu eenmaal geen drie wijzen!
Wat in de kerstvertellingen heel vaak gebeurt, is dat de herders nog maar net de stal verlaten hebben of de wijzen uit het Oosten treden de stal al binnen. Toen de wijzen hun opwachting in Bethlehem kwamen maken, woonden Jozef en Maria al lang niet meer in een stal, maar in een huis. Uit het feit dat Herodes later alle jongetjes van twee jaar en jonger om liet brengen, concludeert men dat de wijzen niet in de kerstnacht gearriveerd zijn bij het kind Jezus, maar dat er toch een behoorlijk stuk tijd overheen is gegaan.
De herders
In de kerstnacht zongen de engelen het Ere zij God. Was dat op de bij ons zeer bekende melodie, die we in de kerstdiensten bij voorkeur tot besluit zingen? Nee, dat is ook weer zo’n kerstmisverstand. De engelen zongen helemaal niet, ‘ze prezen God en zeiden’. Ze spraken. Ze riepen het uit! Ze scandeerden de lofprijzing en volgens de overlevering zweefden ze daarbij door het luchtruim. Ook dát is kerstromantiek. Ze stonden met hun voeten op de aarde, net zoals de engel des Heren bij de herders stond om hen de boodschap van de geboren Heiland door te geven. Ze hingen dus niet in de lucht, maar stonden midden tussen de schapen in God te loven en te prijzen.
En die herders? Waren ze daarvoor nog aan het koukleumen bij een vuur? ‘Midden in de winternacht, ging de hemel open’. Dat zingen we altijd. Dan zien we die herders in gedachten zich warmen bij dat vuur terwijl ze zich hullen in dikke mantels en zich in de handen blazen. De werkelijkheid is dat ze de schapen niet op stal hebben, zoals dat in de winter gebruikelijk was, maar in de velden van Efrata rond laten lopen. Het is waarschijnlijk lente geweest en het was geen onguur klimaat voor de pasgeboren lammeren.
Sfeerbedervend: de theologische winter
Ach, het is allemaal niet erg, al die kerstmisverstanden. Je kunt er een beetje om glimlachen. Die romantiek is niet rampzalig, als het maar niet afleidt van de hoofdzaak. Die hoofdzaak is dat God mens werd. Dat is het onvoorstelbare wonder van de kerstnacht. Dat God zich opnieuw weer verbond aan Zijn schepping! Dat God de draad weer oppakte, die door de zonde door midden was gebroken! Midden in de winternacht is geen meteorologische opmerking, maar een theologische. Het slaat niet op weersomstandigheden en het is geen beschrijving van een bepaald seizoen van het jaar, maar heeft betrekking op de duisternis en de kou die het gevolg zijn van de winter van de zonde.
A jakkes, moeten we het daar weer over hebben? Over de zonde? Kan het in de kerk over niets anders gaan? Moeten we onze kerstsfeer weer laten bederven? Kunnen we het niet hebben over de liefde? Dat God Zich in eindeloze ontferming over Zijn schepping heen buigt? Dat Hij die wereld vanuit onpeilbare liefde weer opzoekt? Ja, maar die zonde maakte het komen van God in de wereld zo noodzakelijk. De vleeswording van het Woord is bittere noodzaak geworden.
Het valt telkens weer op in de kerstverhalen uit de Schrift dat het grote motief van God is om Zijn volk te redden van hun zonden. Dat zegt de engel tegen Jozef, die in ontreddering is als blijkt dat Maria al zwanger is. Het kind dat Maria al bij zich draagt is de Redder der wereld. Het gaat om niets meer en niets minder. Dat alles staat op het spel. Daarom moest het Woord vlees worden. Een voor mij bekend theoloog (O. Noordmans) heeft eens geschreven: ‘Toen de zonde in de wereld kwam, dacht God, dan kom Ik ook.’ En dat heeft Hij toen gedaan. In die winternacht van zonde, ongerechtigheid en verlorenheid. Die theologische winter, die door de zonde was ingevallen.
Akelig principieel
Het grootste kerstmisverstand waar we het over moeten hebben is dat we van het kerstfeest een ander feest gemaakt hebben. Het is het feest geworden van de winterse gezelligheid met veel eten en drinken. Het is het feest geworden waarbij de middenstand nog probeert een grote financiële klapper te maken voor het einde van het jaar. Ik vertel u niets nieuws als ik zeg dat kerst onderhand volledig kapot gecommercialiseerd is en dat we er een waanzinnige hoeveelheid valse romantiek aan opgehangen hebben.
Nu is dat een typische domineesreflex. Altijd weer schieten predikanten en theologen in wat ik zou willen noemen een kerstkramp. Dan worden ze akelig principieel. Dan doen ze misprijzend over de gezelligheid, de lichtjes, de commercie en de warme chocolademelk die je overal kunt drinken. Het liefst openen ze ook nog een kruistocht tegen de kerstboom, dat die uit de huizen van de christenen verwijderd moeten worden. Want, zeggen ze fier en ferm: “Dat doet afbreuk aan waar het werkelijk om gaat.” “Het leidt af van de kern van de zaak.”
Je hoort het die dominees allemaal weer zeggen: “We vieren het feest van de geboorte van Jezus en die geboorte heeft niets met gezelligheid te maken. Het was in die koude stal niet gezellig. De komst van Gods Zoon in de wereld is het begin van een strijd op leven en dood.” Nee, we zullen altijd weer die Bijbel ter hand nemen om ons te laten onderwijzen in de ware aard van het kerstfeest. Een keer heeft de hoogbejaarde evangelist Billy Graham gezegd dat wij nooit moeten vergeten dat ‘Christ is the reason for the season’.
Geen enkel misverstand
Dit artikel ging over misverstanden. Heel veel in de Bijbel kan soms wel eens aanleiding zijn voor misverstanden. Dat zeg ik in alle eerlijkheid. Maar er kan geen enkel misverstand bestaan over Gods diepste bedoelingen met Kerst. God heeft uw geluk en uw welzijn op het oog. De engelen zeiden daarover: “God heeft in mensen een welbehagen!” Zeg dat eens tegen uzelf: “God heeft in mij een welbehagen!” Daarover geen misverstand.
Yme Horjus
Dat geldt ook in meer of mindere mate voor al de feiten rond het kerstfeest. Daar zijn ook legio misverstanden, moet u weten. Er is in de loop van de tijd een geweldige mystificatie ontstaan van de ware toedracht van de gebeurtenissen rond de geboorte van Jezus. Er zijn heel veel aannames die niet stroken met de weergave van de evangelisten, maar voortkomen uit de vrome fantasie van mensen door de eeuwen heen.
Drie wijzen
Om maar gelijk met het eerste voorbeeld voor de dag te komen. Volgens de traditie moeten er drie wijzen uit het Oosten zijn geweest, die de namen droegen van Baltasar, Melchior en Caspar. Het is allemaal compleet verzonnen, want Matteüs 2 vermeldt alleen maar dat er wijzen uit het Oosten kwamen. Het aantal is onbekend. Het kunnen er zes geweest zijn of negen of twaalf of een ander getal. Het aantal van drie is waarschijnlijk ontleend aan de drie geschenken van goud, wierook en mirre. Ergens wel begrijpelijk. Maar het Bijbelverhaal noemt nu eenmaal geen drie wijzen!
Wat in de kerstvertellingen heel vaak gebeurt, is dat de herders nog maar net de stal verlaten hebben of de wijzen uit het Oosten treden de stal al binnen. Toen de wijzen hun opwachting in Bethlehem kwamen maken, woonden Jozef en Maria al lang niet meer in een stal, maar in een huis. Uit het feit dat Herodes later alle jongetjes van twee jaar en jonger om liet brengen, concludeert men dat de wijzen niet in de kerstnacht gearriveerd zijn bij het kind Jezus, maar dat er toch een behoorlijk stuk tijd overheen is gegaan.
De herders
In de kerstnacht zongen de engelen het Ere zij God. Was dat op de bij ons zeer bekende melodie, die we in de kerstdiensten bij voorkeur tot besluit zingen? Nee, dat is ook weer zo’n kerstmisverstand. De engelen zongen helemaal niet, ‘ze prezen God en zeiden’. Ze spraken. Ze riepen het uit! Ze scandeerden de lofprijzing en volgens de overlevering zweefden ze daarbij door het luchtruim. Ook dát is kerstromantiek. Ze stonden met hun voeten op de aarde, net zoals de engel des Heren bij de herders stond om hen de boodschap van de geboren Heiland door te geven. Ze hingen dus niet in de lucht, maar stonden midden tussen de schapen in God te loven en te prijzen.
En die herders? Waren ze daarvoor nog aan het koukleumen bij een vuur? ‘Midden in de winternacht, ging de hemel open’. Dat zingen we altijd. Dan zien we die herders in gedachten zich warmen bij dat vuur terwijl ze zich hullen in dikke mantels en zich in de handen blazen. De werkelijkheid is dat ze de schapen niet op stal hebben, zoals dat in de winter gebruikelijk was, maar in de velden van Efrata rond laten lopen. Het is waarschijnlijk lente geweest en het was geen onguur klimaat voor de pasgeboren lammeren.
Sfeerbedervend: de theologische winter
Ach, het is allemaal niet erg, al die kerstmisverstanden. Je kunt er een beetje om glimlachen. Die romantiek is niet rampzalig, als het maar niet afleidt van de hoofdzaak. Die hoofdzaak is dat God mens werd. Dat is het onvoorstelbare wonder van de kerstnacht. Dat God zich opnieuw weer verbond aan Zijn schepping! Dat God de draad weer oppakte, die door de zonde door midden was gebroken! Midden in de winternacht is geen meteorologische opmerking, maar een theologische. Het slaat niet op weersomstandigheden en het is geen beschrijving van een bepaald seizoen van het jaar, maar heeft betrekking op de duisternis en de kou die het gevolg zijn van de winter van de zonde.
A jakkes, moeten we het daar weer over hebben? Over de zonde? Kan het in de kerk over niets anders gaan? Moeten we onze kerstsfeer weer laten bederven? Kunnen we het niet hebben over de liefde? Dat God Zich in eindeloze ontferming over Zijn schepping heen buigt? Dat Hij die wereld vanuit onpeilbare liefde weer opzoekt? Ja, maar die zonde maakte het komen van God in de wereld zo noodzakelijk. De vleeswording van het Woord is bittere noodzaak geworden.
Het valt telkens weer op in de kerstverhalen uit de Schrift dat het grote motief van God is om Zijn volk te redden van hun zonden. Dat zegt de engel tegen Jozef, die in ontreddering is als blijkt dat Maria al zwanger is. Het kind dat Maria al bij zich draagt is de Redder der wereld. Het gaat om niets meer en niets minder. Dat alles staat op het spel. Daarom moest het Woord vlees worden. Een voor mij bekend theoloog (O. Noordmans) heeft eens geschreven: ‘Toen de zonde in de wereld kwam, dacht God, dan kom Ik ook.’ En dat heeft Hij toen gedaan. In die winternacht van zonde, ongerechtigheid en verlorenheid. Die theologische winter, die door de zonde was ingevallen.
Akelig principieel
Het grootste kerstmisverstand waar we het over moeten hebben is dat we van het kerstfeest een ander feest gemaakt hebben. Het is het feest geworden van de winterse gezelligheid met veel eten en drinken. Het is het feest geworden waarbij de middenstand nog probeert een grote financiële klapper te maken voor het einde van het jaar. Ik vertel u niets nieuws als ik zeg dat kerst onderhand volledig kapot gecommercialiseerd is en dat we er een waanzinnige hoeveelheid valse romantiek aan opgehangen hebben.
Nu is dat een typische domineesreflex. Altijd weer schieten predikanten en theologen in wat ik zou willen noemen een kerstkramp. Dan worden ze akelig principieel. Dan doen ze misprijzend over de gezelligheid, de lichtjes, de commercie en de warme chocolademelk die je overal kunt drinken. Het liefst openen ze ook nog een kruistocht tegen de kerstboom, dat die uit de huizen van de christenen verwijderd moeten worden. Want, zeggen ze fier en ferm: “Dat doet afbreuk aan waar het werkelijk om gaat.” “Het leidt af van de kern van de zaak.”
Je hoort het die dominees allemaal weer zeggen: “We vieren het feest van de geboorte van Jezus en die geboorte heeft niets met gezelligheid te maken. Het was in die koude stal niet gezellig. De komst van Gods Zoon in de wereld is het begin van een strijd op leven en dood.” Nee, we zullen altijd weer die Bijbel ter hand nemen om ons te laten onderwijzen in de ware aard van het kerstfeest. Een keer heeft de hoogbejaarde evangelist Billy Graham gezegd dat wij nooit moeten vergeten dat ‘Christ is the reason for the season’.
Geen enkel misverstand
Dit artikel ging over misverstanden. Heel veel in de Bijbel kan soms wel eens aanleiding zijn voor misverstanden. Dat zeg ik in alle eerlijkheid. Maar er kan geen enkel misverstand bestaan over Gods diepste bedoelingen met Kerst. God heeft uw geluk en uw welzijn op het oog. De engelen zeiden daarover: “God heeft in mensen een welbehagen!” Zeg dat eens tegen uzelf: “God heeft in mij een welbehagen!” Daarover geen misverstand.
Yme Horjus