Kan satan mijn gedachten lezen?
Theo Niemeijer • 96 - 2020 • Uitgave: 2
Hoe kan het dat er in de hemel waar God woont en waar het goed is, een engel is die als God wilde zijn. Satan dus. Waar komt dat kwaad vandaan? God heeft hem met zijn trawanten uit de hemel gegooid. Als er nu een nieuwe hemel komt, kan dan niet weer hetzelfde gebeuren? Waarom heeft God in den beginne niet gelijk de satan vernietigd, dan hadden we de ellende op de wereld ook niet gehad. Waarom vernietigt God de satan pas na het duizendjarig vrederijk? (M. T. te S.)
Antwoord:
In Deuteronomium lezen we: ‘De verborgen dingen zijn voor de Here onze God, maar de geopenbaarde zijn voor ons en onze kinderen voor altijd, opdat wij al de woorden dezer wet volbrengen’ (29:29). De Here God openbaarde Zich aan ons mensen door middel van de schepping en de prachtige natuur, in ons geweten, door Zijn heilshandelen ten aanzien van Israël, door het geschreven Woord van God en als laatste in Zijn Zoon, de Here Jezus Christus.
Mozes kwam bijna dagelijks bij de Here God op audiëntie en sprak met Hem als een vriend van aangezicht tot aangezicht! Mozes mocht de woorden van de Here God uit Zijn mond opschrijven en zo ontstonden de eerste vijf boeken van de Bijbel. Nu aan het einde van zijn leven vertelde Mozes aan het volk, dat de geopenbaarde dingen in deze vijf boeken opgeschreven zijn en daarmee moeten we het doen, maar dat de verborgen dingen alleen bij God bekend zijn. Wanneer we over de schepping in Genesis 1 lezen zouden we nog zoveel meer willen weten, maar wij dienen ons te houden aan dat wat er over geschreven is en daarbij eerbiedig afstand te houden van die dingen die de Here God ons niet geopenbaard heeft. Velen proberen de niet-geopenbaarde dingen zelf in te vullen en dan ontstaan, inderdaad, allerlei varianten op de schepping!
Zo laat de Bijbel ons aan het slot weten: ‘En er zal geen nacht meer zijn en zij hebben geen licht van een lamp of licht van de zon van node, want de Here God zal hen verlichten en zij zullen als koningen heersen tot in alle eeuwigheden’. Dit zijn de laatste woorden van de Bijbel, vóór Johannes het slotwoord aan het laatste Bijbelboek de Openbaring toevoegt.
Deze laatste woorden: ‘tot in alle eeuwigheden’ zijn duidelijk, hier komt nooit meer een einde aan! De opstand van satan en de zondeval van de mensheid zullen zich nooit meer herhalen. We hebben hier te maken met Gods belofte en daar mogen we op vertrouwen!
Waarom dan eerst nog een Messiaans vrederijk, waarna satan nog een korte tijd losgelaten wordt om alsnog veel mensen te verleiden? Het vrederijk is de vervulling van Gods beloften aan Zijn verbondsvolk Israël. Velen beloften uit het Oude Testament gaan over dit Messiaanse vrederijk, waarin Israël tot zegen zal zijn voor de gehele wereld en Hij vanuit Jeruzalem op de troon van David zal regeren. Dit vrederijk vindt plaats op deze aarde en in deze wereld. Er zal vrede zijn, omdat Hij met een ijzeren roede regeert. Iedere knie zal zich voor Hem moeten buigen en elke tong zal Hem moeten belijden als Heer! Satan krijgt dan niet de gelegenheid om de mensen op aarde te verleiden omdat hij in de afgrond opgesloten zit. Er zullen nog mensen geboren worden en soms ook nog mensen sterven, weliswaar heel oud (zie Jesaja 65:20-22)! Toch behoort dit Messiaans vrederijk nog tot de eerste hemel en de eerste aarde. Pas aan het einde van dit vrederijk, waarbij satan nog voor een korte tijd losgelaten wordt om de mensen alsnog te verleiden, komt de laatste opstand en het laatste oordeel en zullen deze eerste aarde en deze eerste hemel plaats moeten maken voor de nieuwe hemel en de nieuwe aarde. Tijdens het vrederijk zullen de mensen Hem moeten gehoorzamen, maar met een gedwongen gehoorzaamheid komen deze mensen niet in de eeuwige heerlijkheid. Ze krijgen dus aan het einde van dit vrederijk alsnog de mogelijkheid om zelf de beslissing te nemen die dan ook bepalend wordt voor de eeuwigheid!
Kan satan mijn (een wedergeboren christen) gedachten lezen? De impact hiervan is groot en ik begrijp dan ook niet, dat er zo weinig over geschreven is. Ik ben heel benieuwd naar uw antwoord. (T. C. te @)
Antwoord:
Satan wordt in Jesaja 14:12-15 vergeleken met de ‘morgenster’, die zich aan de ‘Allerhoogste’ gelijk wilde stellen, waarna hij vanuit de hemel neergeworpen werd.
In Ezechiël 28:13-17 wordt hij met een ‘beschuttende cherub’ vergeleken waarin onrecht gevonden werd en van de ‘berg der goden’ verbannen werd.
Zowel uit Jesaja als uit Ezechiël kunnen we leren dat satan oorspronkelijk een engel is, die met vele andere opstandige engelen veroordeeld werd en tot het laatste oordeel bewaard wordt (zie 2 Petrus 2:4 en Judas vers 6).
Er zijn enkele Bijbelteksten die ons wat informatie geven over de eigenschappen van engelen. Zo lezen we in Hebreeën 1 dat engelen ‘dienende geesten zijn, die uitgezonden worden ten dienste van hen, die het heil beërven’ (vers 14). Het gaat hier om de engelen die aan God trouw gebleven zijn en als dienaren uitgezonden worden. In 1 Petrus 1:12 wordt ons geleerd dat engelen ‘begeren een blik te slaan in het evangelie dat de profeten ons verkondigd hebben’. In Mattheüs 24:36 lezen we over de engelen die de dag noch het ure weten waarop de Zoon des Mensen zal wederkomen en in 1 Korinthe 6:3 lezen we zelfs dat wij, gelovigen over de engelen zullen oordelen.
Al met al zien we hier dat de engelen en dus ook de satan die ook tot de engelen behoort, beperkt in doen en laten zijn, ja zelfs beneden de mens geplaatst zijn en alleen onder de heerschappij van de Here God kunnen handelen.
Zo lezen we in Job 1:12 en 2:6 dat de Here God Job aan het handelen van satan overgeeft, maar daarbij wel duidelijk de grenzen hiervoor bepaald: ‘Alleen tegen hemzelf zult gij uw hand niet uitstrekken’ en ‘Zie hij is in uw macht; alleen, spaar zijn leven’. Ook in Openbaring 12:12 zien we dat de Here God satan de ‘bewegingsruimte geeft: ‘Wee de aarde en de zee, want de duivel is tot u nedergedaald in grote grimmigheid, wetende, dat hij weinig tijd heeft’. De Here God bepaalt dus voor satan: ‘hoever hij mag gaan’ en ‘hoeveel tijd hij heeft’.
Alleen de Allerhoogste is in staat om onze gedachten te kennen, al had satan zich graag aan Hem gelijkgesteld! Zo lezen we in Psalm 139 ‘Gij verstaat van verre mijn gedachten’ (vers 2) en dit is alleen aan de Here God toegeschreven! Tot Hem mogen we bidden: ‘Doorgrond mij, o God, en ken mijn hart, toets mij en ken mijn gedachten…’ (Psalm 139:23).
Ook in Psalm 94 lezen we hierover: ‘De Here kent de gedachten der mensen’ en in Jesaja 66 lezen we: ‘Ik ken hun werken en hun gedachten’ (vers 18). Alleen de Here God heeft deze eigenschap, omdat Hij, ja Hij alleen, alwetend is, een eigenschap die satan maar al te graag had willen hebben! Ook in het Nieuwe Testament zien we deze unieke eigenschap terugkomen in de Here Jezus. Zo lezen we in Mattheüs 9:4; 12:25 en in Lukas 11:17, dat de Here Jezus de gedachten van zijn omstanders kende!
De Bijbel leert ons juist, dat wij de gedachten van satan kennen! In 2 Korinthe 2:11 lezen we dat Paulus de Korinthiërs vergeven heeft ‘Opdat de satan op ons geen voordeel mocht behalen. Want zijn gedachten zijn ons niet onbekend’!
In onze geestelijke groei leren we steeds meer de tactiek van satan kennen en weten we dat hij ons geen dag met rust zal laten. Via zijn bondgenoten, die in 1 Johannes 2:16 genoemd worden: ‘de begeerte des vlezes, de begeerte der ogen en een hovaardig leven’ probeert hij dagelijks onze gedachten te beïnvloeden en ons te laten zondigen. Maar in Filippenzen 4 lezen we Goddank: ‘en de vrede Gods, die alle verstand te boven gaat, zal uw harten en gedachten behoeden in Christus Jezus’ (vers 7). Zo mogen we ons aan Hem overgeven die van verre onze gedachten kent, maar ook onze gedachten wil behoeden. Gedachten die volgens 1 Johannes 2:16 door vleselijke begeerten, hebzucht en hoogmoed beïnvloed worden, maar als ‘krijgsgevangenen onder de gehoorzaamheid van Christus gebracht moeten worden’ (2 Korinthe 10:5)!
Theo Niemeijer
Antwoord:
In Deuteronomium lezen we: ‘De verborgen dingen zijn voor de Here onze God, maar de geopenbaarde zijn voor ons en onze kinderen voor altijd, opdat wij al de woorden dezer wet volbrengen’ (29:29). De Here God openbaarde Zich aan ons mensen door middel van de schepping en de prachtige natuur, in ons geweten, door Zijn heilshandelen ten aanzien van Israël, door het geschreven Woord van God en als laatste in Zijn Zoon, de Here Jezus Christus.
Mozes kwam bijna dagelijks bij de Here God op audiëntie en sprak met Hem als een vriend van aangezicht tot aangezicht! Mozes mocht de woorden van de Here God uit Zijn mond opschrijven en zo ontstonden de eerste vijf boeken van de Bijbel. Nu aan het einde van zijn leven vertelde Mozes aan het volk, dat de geopenbaarde dingen in deze vijf boeken opgeschreven zijn en daarmee moeten we het doen, maar dat de verborgen dingen alleen bij God bekend zijn. Wanneer we over de schepping in Genesis 1 lezen zouden we nog zoveel meer willen weten, maar wij dienen ons te houden aan dat wat er over geschreven is en daarbij eerbiedig afstand te houden van die dingen die de Here God ons niet geopenbaard heeft. Velen proberen de niet-geopenbaarde dingen zelf in te vullen en dan ontstaan, inderdaad, allerlei varianten op de schepping!
Zo laat de Bijbel ons aan het slot weten: ‘En er zal geen nacht meer zijn en zij hebben geen licht van een lamp of licht van de zon van node, want de Here God zal hen verlichten en zij zullen als koningen heersen tot in alle eeuwigheden’. Dit zijn de laatste woorden van de Bijbel, vóór Johannes het slotwoord aan het laatste Bijbelboek de Openbaring toevoegt.
Deze laatste woorden: ‘tot in alle eeuwigheden’ zijn duidelijk, hier komt nooit meer een einde aan! De opstand van satan en de zondeval van de mensheid zullen zich nooit meer herhalen. We hebben hier te maken met Gods belofte en daar mogen we op vertrouwen!
Waarom dan eerst nog een Messiaans vrederijk, waarna satan nog een korte tijd losgelaten wordt om alsnog veel mensen te verleiden? Het vrederijk is de vervulling van Gods beloften aan Zijn verbondsvolk Israël. Velen beloften uit het Oude Testament gaan over dit Messiaanse vrederijk, waarin Israël tot zegen zal zijn voor de gehele wereld en Hij vanuit Jeruzalem op de troon van David zal regeren. Dit vrederijk vindt plaats op deze aarde en in deze wereld. Er zal vrede zijn, omdat Hij met een ijzeren roede regeert. Iedere knie zal zich voor Hem moeten buigen en elke tong zal Hem moeten belijden als Heer! Satan krijgt dan niet de gelegenheid om de mensen op aarde te verleiden omdat hij in de afgrond opgesloten zit. Er zullen nog mensen geboren worden en soms ook nog mensen sterven, weliswaar heel oud (zie Jesaja 65:20-22)! Toch behoort dit Messiaans vrederijk nog tot de eerste hemel en de eerste aarde. Pas aan het einde van dit vrederijk, waarbij satan nog voor een korte tijd losgelaten wordt om de mensen alsnog te verleiden, komt de laatste opstand en het laatste oordeel en zullen deze eerste aarde en deze eerste hemel plaats moeten maken voor de nieuwe hemel en de nieuwe aarde. Tijdens het vrederijk zullen de mensen Hem moeten gehoorzamen, maar met een gedwongen gehoorzaamheid komen deze mensen niet in de eeuwige heerlijkheid. Ze krijgen dus aan het einde van dit vrederijk alsnog de mogelijkheid om zelf de beslissing te nemen die dan ook bepalend wordt voor de eeuwigheid!
Kan satan mijn (een wedergeboren christen) gedachten lezen? De impact hiervan is groot en ik begrijp dan ook niet, dat er zo weinig over geschreven is. Ik ben heel benieuwd naar uw antwoord. (T. C. te @)
Antwoord:
Satan wordt in Jesaja 14:12-15 vergeleken met de ‘morgenster’, die zich aan de ‘Allerhoogste’ gelijk wilde stellen, waarna hij vanuit de hemel neergeworpen werd.
In Ezechiël 28:13-17 wordt hij met een ‘beschuttende cherub’ vergeleken waarin onrecht gevonden werd en van de ‘berg der goden’ verbannen werd.
Zowel uit Jesaja als uit Ezechiël kunnen we leren dat satan oorspronkelijk een engel is, die met vele andere opstandige engelen veroordeeld werd en tot het laatste oordeel bewaard wordt (zie 2 Petrus 2:4 en Judas vers 6).
Er zijn enkele Bijbelteksten die ons wat informatie geven over de eigenschappen van engelen. Zo lezen we in Hebreeën 1 dat engelen ‘dienende geesten zijn, die uitgezonden worden ten dienste van hen, die het heil beërven’ (vers 14). Het gaat hier om de engelen die aan God trouw gebleven zijn en als dienaren uitgezonden worden. In 1 Petrus 1:12 wordt ons geleerd dat engelen ‘begeren een blik te slaan in het evangelie dat de profeten ons verkondigd hebben’. In Mattheüs 24:36 lezen we over de engelen die de dag noch het ure weten waarop de Zoon des Mensen zal wederkomen en in 1 Korinthe 6:3 lezen we zelfs dat wij, gelovigen over de engelen zullen oordelen.
Al met al zien we hier dat de engelen en dus ook de satan die ook tot de engelen behoort, beperkt in doen en laten zijn, ja zelfs beneden de mens geplaatst zijn en alleen onder de heerschappij van de Here God kunnen handelen.
Zo lezen we in Job 1:12 en 2:6 dat de Here God Job aan het handelen van satan overgeeft, maar daarbij wel duidelijk de grenzen hiervoor bepaald: ‘Alleen tegen hemzelf zult gij uw hand niet uitstrekken’ en ‘Zie hij is in uw macht; alleen, spaar zijn leven’. Ook in Openbaring 12:12 zien we dat de Here God satan de ‘bewegingsruimte geeft: ‘Wee de aarde en de zee, want de duivel is tot u nedergedaald in grote grimmigheid, wetende, dat hij weinig tijd heeft’. De Here God bepaalt dus voor satan: ‘hoever hij mag gaan’ en ‘hoeveel tijd hij heeft’.
Alleen de Allerhoogste is in staat om onze gedachten te kennen, al had satan zich graag aan Hem gelijkgesteld! Zo lezen we in Psalm 139 ‘Gij verstaat van verre mijn gedachten’ (vers 2) en dit is alleen aan de Here God toegeschreven! Tot Hem mogen we bidden: ‘Doorgrond mij, o God, en ken mijn hart, toets mij en ken mijn gedachten…’ (Psalm 139:23).
Ook in Psalm 94 lezen we hierover: ‘De Here kent de gedachten der mensen’ en in Jesaja 66 lezen we: ‘Ik ken hun werken en hun gedachten’ (vers 18). Alleen de Here God heeft deze eigenschap, omdat Hij, ja Hij alleen, alwetend is, een eigenschap die satan maar al te graag had willen hebben! Ook in het Nieuwe Testament zien we deze unieke eigenschap terugkomen in de Here Jezus. Zo lezen we in Mattheüs 9:4; 12:25 en in Lukas 11:17, dat de Here Jezus de gedachten van zijn omstanders kende!
De Bijbel leert ons juist, dat wij de gedachten van satan kennen! In 2 Korinthe 2:11 lezen we dat Paulus de Korinthiërs vergeven heeft ‘Opdat de satan op ons geen voordeel mocht behalen. Want zijn gedachten zijn ons niet onbekend’!
In onze geestelijke groei leren we steeds meer de tactiek van satan kennen en weten we dat hij ons geen dag met rust zal laten. Via zijn bondgenoten, die in 1 Johannes 2:16 genoemd worden: ‘de begeerte des vlezes, de begeerte der ogen en een hovaardig leven’ probeert hij dagelijks onze gedachten te beïnvloeden en ons te laten zondigen. Maar in Filippenzen 4 lezen we Goddank: ‘en de vrede Gods, die alle verstand te boven gaat, zal uw harten en gedachten behoeden in Christus Jezus’ (vers 7). Zo mogen we ons aan Hem overgeven die van verre onze gedachten kent, maar ook onze gedachten wil behoeden. Gedachten die volgens 1 Johannes 2:16 door vleselijke begeerten, hebzucht en hoogmoed beïnvloed worden, maar als ‘krijgsgevangenen onder de gehoorzaamheid van Christus gebracht moeten worden’ (2 Korinthe 10:5)!
Theo Niemeijer
