Jeruzalem: de stad van God

Dirk van Genderen • 94 - 2018 • Uitgave: 1
Jeruzalem is de stad van God. Dat is oneindig veel belangrijker dan de officiële erkenning door Amerika van Jeruzalem als hoofdstad van Israël, hoe belangrijk dat ook is. Op termijn zal ook de Amerikaanse ambassade naar Jeruzalem worden verplaatst.

De rest van de wereld was er snel bij om de beslissing van Amerika te bekritiseren. Van Iran, Syrië, Hamas, Hezbollah en Rusland was wel kritiek te verwachten, maar ook de paus en Europa waren zeer kritisch. Halbe Zijlstra, de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken, sprak in uiterst negatieve bewoordingen over de keuze van Amerika. Dat raakte mij diep, te meer omdat regeringspartner de ChristenUnie zich voor 100 procent achter de Amerikaanse keuze stelt. Ik hoop en bid dat de dag spoedig komt dat ook Nederland Jeruzalem als hoofdstad van Israël zal erkennen.

Nepkritiek
De kritiek dat deze Amerikaanse beslissing slecht is voor het vredesproces, is in feite nepkritiek. De onderhandelingen tussen Israël en de Palestijnen duren immers al tientallen jaren en zicht op enig substantieel resultaat is er nog altijd niet.
Voor Israël zelf is heel Jeruzalem de eeuwige en ongedeelde hoofdstad van het land. Al ruim 3000 jaar. Nooit is het de hoofdstad geweest van een Arabisch land of van de Palestijnen.

Israël is Gods land
Waarom roept de Amerikaanse beslissing zoveel haat op, die zich overigens tegen Israël richt? De Bijbel heeft het voorzegd dat de wereld zich tegen Israël en Jeruzalem zal keren. Er woedt een geestelijke strijd om Israël. Bijna de hele wereld kiest voor een zelfstandige Palestijnse staat, op grote delen van het grondgebied van Judea, Samaria en Oost-Jeruzalem, gebied dat de Heere God aan Zijn volk Israël heeft gegeven.
Wat moeten we hiervan vinden? Wat de Bijbel hierover zegt, is uiteindelijk veel belangrijker dan wat de wereld ervan vindt, zelfs als het de machtigste leiders van de wereld betreft.
Israël is Gods land, inclusief Judea en Samaria, door de wereld de Westbank of de Palestijnse gebieden genoemd. Als de Heere God in de Bijbel spreekt over ‘Mijn land’, wordt daar altijd het hele land Israël mee bedoeld, inclusief de hele stad Jeruzalem.

Jeruzalem is Gods stad
Dit zegt de Bijbel over Jeruzalem, het Bijbelse Sion.
‘Want de HEERE heeft Sion verkozen, Hij heeft het begeerd tot Zijn woongebied. Dit is, zei Hij, Mijn rustplaats tot in eeuwigheid, hier zal Ik wonen, want naar haar heb Ik verlangd’ (Psalm 132:13-14).
‘In die tijd zal men Jeruzalem de Troon van de HEERE noemen. Alle heidenvolken zullen er samenstromen, tot de Naam van de HEERE, tot Jeruzalem. Zij zullen niet meer hun verharde, boosaardige hart achterna gaan’ (Jeremia 3:17).
‘Zo zegt de HEERE: Ik ben naar Sion teruggekeerd en Ik zal midden in Jeruzalem wonen. Jeruzalem zal ‘stad van de waarheid’ genoemd worden, de berg van de HEERE van de legermachten, de heilige berg’ (Zacharia 8:3).
‘Rechts en links zullen zij al de volken rondom verteren en Jeruzalem zal nog op zijn plaats blijven, in Jeruzalem’ (Zacharia 12:6b).

Voor of tegen
De Bijbel spreekt duidelijke taal: Het Joodse volk is Gods volk, Israël is Gods land en Jeruzalem is Gods stad. Omdat Jeruzalem Gods stad is, voor eeuwig, geloof ik ook dat Israël geen enkel deel van Jeruzalem mag afstaan.
Het staat voor mij vast dat alle volken moeten kiezen: voor of tegen Jeruzalem als blijvende hoofdstad van Israël. Leest u maar na in Zacharia 12:2 en 3: ‘Zie, Ik ga Jeruzalem maken tot een bedwelmende beker voor alle volken rondom, ja, ook tegen Juda zal het gaan bij de belegering van Jeruzalem. Op die dag zal het gebeuren dat Ik Jeruzalem zal maken tot een steen die moeilijk te tillen is voor al de volken. Allen die hem optillen, zullen zichzelf zeker diepe sneden toebrengen, en al de volken van de aarde zullen zich tegen haar verzamelen.’

Hierbij denk ik ook aan ons land. Nederland, Nederland, blijf met uw vingers af van Israël en van Jeruzalem. Zegen het volk, zegen en vervloek niet! Het zal juist Oost-Jeruzalem zijn waar vandaan eenmaal de Heere Jezus zal regeren over de hele wereld.

Dirk van Genderen