Je christelijk gedragen is niet genoeg
Je hebt christenen die actief meedoen in de gemeenten en hun talenten gebruiken, maar ook passieve christenen die, wanneer het hen uitkomt, af en toe de diensten bezoeken en hun talenten begraven. Vallen deze passieve christenen ‘buiten de genade’, of is hun bekering niet echt? De gelijkenis over de talenten en Jakobus 2:18-26 zijn hier heel duidelijk over. (A.D. te V.)
Antwoord:
Wij kunnen hier geen oordeel over geven, dat moeten we overlaten aan Hem die op de Rechterstoel alle gelovigen zal beoordelen op grond van datgene wat een ieder gedaan heeft, hetzij goed, hetzij kwaad (2 Korintiërs 5:10).
De Bijbel spreekt regelmatig over ‘vleselijke christenen’ die als ‘onveranderde mensen’ leven (1 Korintiërs 3:3). Het gaat hier om mensen die wel bekeerd en wedergeboren zijn, maar hun leven in het ‘vlees’ doorbrengen. Het zijn christenen die twee heren dienen en zowel bij de Here Jezus willen horen, maar ook bij de wereld! Ze kunnen de wereld niet los laten, maar het geloof vaarwel zeggen kunnen ze ook niet. Ze lijken op het volk Israël, dat in de tijd van Elia ‘aan beide zijden mank ging’ (1 Koningen 18:21).
Deze vleselijke christenen worden uiteindelijk wel behouden, ‘maar als door vuur heen’ (zie 1 Korintiërs 3:15). In 1 Johannes 2:28 lezen we dat deze vleselijke christenen bij de komst van de Here Jezus ‘beschaamd zullen staan’. In Galaten 6:8 lezen we dat ‘zij die op de akker van zijn vlees zaait, verderf zal oogsten’. Er zijn dus heel wat waarschuwingen voor hen die menen beter af te zijn door hun leven in het vlees door te brengen. Ze denken nu van de wereldse lusten te genieten en dan ook nog eens later van de hemelse heerlijkheid te genieten. Dit laatste zal hen dus zwaar vallen! Hoe? Dat weten we niet, maar de Bijbel waarschuwt ons er wel voor!
Daarnaast kan het zijn dat we met ‘christenen’ te maken hebben die helemaal niet opnieuw geboren zijn. Johannes de Doper roept hen toe: ‘Brengt dan vrucht voort die aan de bekering beantwoordt’ (Matteüs 3:8). De vrucht van de Heilige Geest kan alleen zichtbaar worden in iemands leven wanneer hij, net als de graankorrel, eerst in de aarde valt en sterft om vrucht te kunnen voortbrengen (Johannes 12:24). Wanneer men deze waarachtige bekering niet heeft meegemaakt, het doodsoordeel over het vlees, de oude mens, niet aanvaard heeft, kan er ook geen sprake zijn van wedergeboorte en een leven dat hiermee overeenstemt. Het komt regelmatig voor dat mensen hun vlees niet laten kruisigen, maar de oude zondige mens proberen te veranderen en te cultiveren tot het christelijke leven. Zo bestaat de kerk van heden ook uit veel mensen die zich christelijk voelen en gedragen, maar het in wezen helemaal niet zijn, omdat ze de bekering en wedergeboorte niet meegemaakt hebben! Het christelijke leven is niet een leefstijl, een cultuur, maar een leven vanuit de dood en de opstanding van de Here Jezus.
Ik heb een vraag over profetie en 'woorden van kennis'. Een broeder beweerde onlangs dat deze twee geestesgaven nog steeds bestaan en dat hij tijdens pastorale gesprekken wel eens een ‘beeld’ kreeg dat bevestigd werd en dat in het pastorale gesprek herkend werd. Hoe denkt u hierover? (A. M. te C.)
Antwoord:
In 1 Korintiërs 13:8 lezen we dat wanneer het volmaakte komt, profetieën en 'kennis' afgedaan zullen hebben en 'tongen' (vreemde talen) verstommen.
Het fundament van de gemeente werd door de apostelen en de profeten gelegd (Efeziërs 2:20). Deze fundamentlegging vond plaats in de periode vanaf de Pinksterdag in Jeruzalem, waarbij de Heilige Geest uitgestort werd, tot het moment waarop de apostel Johannes de laatste woorden van de Bijbel schreef. Vanaf dat moment was de Bijbel compleet en werd het apostolische gezag vervangen door het gezag van de Bijbel, waarmee 'het volmaakte gekomen was'.
Hebreeën 1:1 leert ons dat de Here God eerst vele malen en op vele verschillende manieren door de profeten gesproken heeft. In het laatst der dagen echter spreekt Hij tot ons in de Zoon, dus niet meer door de profeten. Alle profetieën hebben hun vervulling in de Here Jezus gekregen. De Here Jezus is het Woord, dat ‘vleesgeworden is’ (Johannes 1:14). Alles wat God mij wil zeggen vind ik in Gods Woord. We worden er voor gewaarschuwd om niets van Gods Woord af te halen, maar er ook niets aan toe te voegen (Openbaring 22:18-19), ook niet door hedendaagse profetieën!
Natuurlijk is het zo dat Gods Geest ons leidt in pastorale gesprekken. Hij geeft in ons hart wat we zullen zeggen en hoe we zullen reageren. Laten we dit toch niet ‘een woord van kennis’ noemen, maar gewoon de leiding van Gods Geest in leven en onze bediening.
Een ‘woord van kennis’ zoals deze uitdrukking vaak in charismatische kringen gebruikt wordt, ligt echter heel dicht tegen helderziendheid aan! Mensen die zich naar deze ‘gave’ uitstrekken, zouden wel eens in het occulte gebied van helderziendheid terecht kunnen komen! We dienen elkaar daarvoor te waarschuwen.
In Openbaring 12 wordt een vrouw beschreven die een kind baart. Is dit kind symbolisch de gemeente of Israël? (M. O. te @)
Antwoord:
De vrouw, met een krans van twaalf sterren op haar hoofd, die in Openbaring 12 beschreven wordt, is het verbondsvolk Israël. Het volk kende geen barensweeën bij de eerste komst van de Here Jezus op aarde (Jesaja 66:7). Zijn eerste komst werd door het volk Israël niet eens opgemerkt (Lucas 19:44). Maar bij de wederkomst van de Here Jezus op aarde zal het volk Israël alsnog vreselijke barensweeën moeten ondergaan (Jeremia 30:4-7). De twaalf sterren zijn een voorstelling van de twaalf stammen van Israël. Israël zal een belangrijke rol spelen bij de komst van de Messias op aarde. Het is niet de Europese Unie, die trouwens ook het symbool van de krans met twaalf sterren omarmt, waaruit de Messias zal voortkomen, maar Israël. De wereldleider die uit de Europese Unie zal voortkomen is de antichrist, maar vanuit Israël zal de langverwachte Messias, de Here Jezus voortkomen.
Natuurlijk zal de duivel de verschijning van de Messias proberen te voorkomen. De komst van de Messias betekent namelijk de uiteindelijke vernietiging en ondergang van de satan, de antichrist en de valse profeet.
Israël zal in de eindtijd betrokken raken in dit vreselijke gevecht, maar door de Here beschermd worden. De ‘Mannelijke Zoon, die alle heidenen zal hoeden met een ijzeren staf’, waaruit de onoverwinnelijke kracht van deze Zoon spreekt, zal voor de satan plotseling onbereikbaar worden. Het lijkt me voor de hand liggend, dat hiermee de Here Jezus, de Zoon van God bedoeld wordt. De gemeente is het lichaam van Christus, Hij is het hoofd van het lichaam. In de gemeente woont de Here Jezus op aarde. Plotseling zal de Here Jezus niet meer op aarde te vinden zijn, omdat de gemeente, onlosmakelijk verbonden met de Here Jezus, plotseling van de aarde weggenomen zal worden. Hierna zal satan zich, met behulp van de antichrist en de valse profeet, richten op de overigen van haar nageslacht, de Joden die wereldwijd verspreid wonen.
Hieruit blijkt dat een wereldwijde toename van het antisemitisme de voorbode is van de komst van de Here Jezus. Zo worden we opgeroepen om op de tekenen van de tijd te letten en Hem te blijven verwachten.
Theo Niemeijer
Antwoord:
Wij kunnen hier geen oordeel over geven, dat moeten we overlaten aan Hem die op de Rechterstoel alle gelovigen zal beoordelen op grond van datgene wat een ieder gedaan heeft, hetzij goed, hetzij kwaad (2 Korintiërs 5:10).
De Bijbel spreekt regelmatig over ‘vleselijke christenen’ die als ‘onveranderde mensen’ leven (1 Korintiërs 3:3). Het gaat hier om mensen die wel bekeerd en wedergeboren zijn, maar hun leven in het ‘vlees’ doorbrengen. Het zijn christenen die twee heren dienen en zowel bij de Here Jezus willen horen, maar ook bij de wereld! Ze kunnen de wereld niet los laten, maar het geloof vaarwel zeggen kunnen ze ook niet. Ze lijken op het volk Israël, dat in de tijd van Elia ‘aan beide zijden mank ging’ (1 Koningen 18:21).
Deze vleselijke christenen worden uiteindelijk wel behouden, ‘maar als door vuur heen’ (zie 1 Korintiërs 3:15). In 1 Johannes 2:28 lezen we dat deze vleselijke christenen bij de komst van de Here Jezus ‘beschaamd zullen staan’. In Galaten 6:8 lezen we dat ‘zij die op de akker van zijn vlees zaait, verderf zal oogsten’. Er zijn dus heel wat waarschuwingen voor hen die menen beter af te zijn door hun leven in het vlees door te brengen. Ze denken nu van de wereldse lusten te genieten en dan ook nog eens later van de hemelse heerlijkheid te genieten. Dit laatste zal hen dus zwaar vallen! Hoe? Dat weten we niet, maar de Bijbel waarschuwt ons er wel voor!
Daarnaast kan het zijn dat we met ‘christenen’ te maken hebben die helemaal niet opnieuw geboren zijn. Johannes de Doper roept hen toe: ‘Brengt dan vrucht voort die aan de bekering beantwoordt’ (Matteüs 3:8). De vrucht van de Heilige Geest kan alleen zichtbaar worden in iemands leven wanneer hij, net als de graankorrel, eerst in de aarde valt en sterft om vrucht te kunnen voortbrengen (Johannes 12:24). Wanneer men deze waarachtige bekering niet heeft meegemaakt, het doodsoordeel over het vlees, de oude mens, niet aanvaard heeft, kan er ook geen sprake zijn van wedergeboorte en een leven dat hiermee overeenstemt. Het komt regelmatig voor dat mensen hun vlees niet laten kruisigen, maar de oude zondige mens proberen te veranderen en te cultiveren tot het christelijke leven. Zo bestaat de kerk van heden ook uit veel mensen die zich christelijk voelen en gedragen, maar het in wezen helemaal niet zijn, omdat ze de bekering en wedergeboorte niet meegemaakt hebben! Het christelijke leven is niet een leefstijl, een cultuur, maar een leven vanuit de dood en de opstanding van de Here Jezus.
Ik heb een vraag over profetie en 'woorden van kennis'. Een broeder beweerde onlangs dat deze twee geestesgaven nog steeds bestaan en dat hij tijdens pastorale gesprekken wel eens een ‘beeld’ kreeg dat bevestigd werd en dat in het pastorale gesprek herkend werd. Hoe denkt u hierover? (A. M. te C.)
Antwoord:
In 1 Korintiërs 13:8 lezen we dat wanneer het volmaakte komt, profetieën en 'kennis' afgedaan zullen hebben en 'tongen' (vreemde talen) verstommen.
Het fundament van de gemeente werd door de apostelen en de profeten gelegd (Efeziërs 2:20). Deze fundamentlegging vond plaats in de periode vanaf de Pinksterdag in Jeruzalem, waarbij de Heilige Geest uitgestort werd, tot het moment waarop de apostel Johannes de laatste woorden van de Bijbel schreef. Vanaf dat moment was de Bijbel compleet en werd het apostolische gezag vervangen door het gezag van de Bijbel, waarmee 'het volmaakte gekomen was'.
Hebreeën 1:1 leert ons dat de Here God eerst vele malen en op vele verschillende manieren door de profeten gesproken heeft. In het laatst der dagen echter spreekt Hij tot ons in de Zoon, dus niet meer door de profeten. Alle profetieën hebben hun vervulling in de Here Jezus gekregen. De Here Jezus is het Woord, dat ‘vleesgeworden is’ (Johannes 1:14). Alles wat God mij wil zeggen vind ik in Gods Woord. We worden er voor gewaarschuwd om niets van Gods Woord af te halen, maar er ook niets aan toe te voegen (Openbaring 22:18-19), ook niet door hedendaagse profetieën!
Natuurlijk is het zo dat Gods Geest ons leidt in pastorale gesprekken. Hij geeft in ons hart wat we zullen zeggen en hoe we zullen reageren. Laten we dit toch niet ‘een woord van kennis’ noemen, maar gewoon de leiding van Gods Geest in leven en onze bediening.
Een ‘woord van kennis’ zoals deze uitdrukking vaak in charismatische kringen gebruikt wordt, ligt echter heel dicht tegen helderziendheid aan! Mensen die zich naar deze ‘gave’ uitstrekken, zouden wel eens in het occulte gebied van helderziendheid terecht kunnen komen! We dienen elkaar daarvoor te waarschuwen.
In Openbaring 12 wordt een vrouw beschreven die een kind baart. Is dit kind symbolisch de gemeente of Israël? (M. O. te @)
Antwoord:
De vrouw, met een krans van twaalf sterren op haar hoofd, die in Openbaring 12 beschreven wordt, is het verbondsvolk Israël. Het volk kende geen barensweeën bij de eerste komst van de Here Jezus op aarde (Jesaja 66:7). Zijn eerste komst werd door het volk Israël niet eens opgemerkt (Lucas 19:44). Maar bij de wederkomst van de Here Jezus op aarde zal het volk Israël alsnog vreselijke barensweeën moeten ondergaan (Jeremia 30:4-7). De twaalf sterren zijn een voorstelling van de twaalf stammen van Israël. Israël zal een belangrijke rol spelen bij de komst van de Messias op aarde. Het is niet de Europese Unie, die trouwens ook het symbool van de krans met twaalf sterren omarmt, waaruit de Messias zal voortkomen, maar Israël. De wereldleider die uit de Europese Unie zal voortkomen is de antichrist, maar vanuit Israël zal de langverwachte Messias, de Here Jezus voortkomen.
Natuurlijk zal de duivel de verschijning van de Messias proberen te voorkomen. De komst van de Messias betekent namelijk de uiteindelijke vernietiging en ondergang van de satan, de antichrist en de valse profeet.
Israël zal in de eindtijd betrokken raken in dit vreselijke gevecht, maar door de Here beschermd worden. De ‘Mannelijke Zoon, die alle heidenen zal hoeden met een ijzeren staf’, waaruit de onoverwinnelijke kracht van deze Zoon spreekt, zal voor de satan plotseling onbereikbaar worden. Het lijkt me voor de hand liggend, dat hiermee de Here Jezus, de Zoon van God bedoeld wordt. De gemeente is het lichaam van Christus, Hij is het hoofd van het lichaam. In de gemeente woont de Here Jezus op aarde. Plotseling zal de Here Jezus niet meer op aarde te vinden zijn, omdat de gemeente, onlosmakelijk verbonden met de Here Jezus, plotseling van de aarde weggenomen zal worden. Hierna zal satan zich, met behulp van de antichrist en de valse profeet, richten op de overigen van haar nageslacht, de Joden die wereldwijd verspreid wonen.
Hieruit blijkt dat een wereldwijde toename van het antisemitisme de voorbode is van de komst van de Here Jezus. Zo worden we opgeroepen om op de tekenen van de tijd te letten en Hem te blijven verwachten.
Theo Niemeijer