‘Islam is meer dan een godsdienst’
Studiedag over Europa en de islam
Een goedgevulde Brandpunt Kapel maakte duidelijk dat het onderwerp van de studiedag goed gekozen was: Europa en de islam. Gert-Jan Segers, Hubert Luns en Henk Schouten bedienden de aanwezigen met stevige lezingen over vrijheid, onderwerping en evangelisatie.
Vrijheid was het centrale onderwerp in het betoog van Gert-Jan Segers. “De islam heeft grote problemen met vrijheid,” zegt hij, verwijzend naar The clash of civilizations van Samuel Huntington. “De islam heeft bloedige grenzen. Dat zien we in onder andere in Afghanistan, Soedan en Nigeria. Dat komt doordat er in de moslimlanden geen gelijkwaardige positie is voor niet-moslims.” Dat heeft volgens Segers te maken met de aard van de islam. Hij legt uit: “Mohammed was niet alleen profeet, maar ook legeraanvoerder. De islam is gekomen om te heersen. Het is een hele ordening van de samenleving, dus meer dan een godsdienst. De islam is anders en dat zien we ook terug in 1300 jaar geschiedenis. Deze ging altijd gepaard met gewapende vrede en openlijke oorlog.” Hij wijst hier onder andere op de islamitische opmars tot aan Wenen en in Spanje.
Omdat de islam een meerderheidsgodsdienst is, eigenlijk een heel systeem dat de hele samenleving beheerst, zal het moeilijk worden om democratieën te vestigen. “De Arabische Lente dreigt een Arabische Winter te worden. Vanuit het Westen wordt gezegd: verkiezingen. Maar we moeten niet vergeten hoe de democratie zich in het Westen ontwikkelde. Pas honderd jaar geleden is het algemeen kiesrecht ingevoerd, maar dat was in een rechtsstaat die al ontwikkeld was. In het Midden-Oosten gaat het precies omgekeerd. Er kan geen democratie zijn, als er geen ruimte is voor een christelijke minderheid. Je houdt je hart vast.” Segers verwacht dat het de eerste tien tot vijftien jaar dan ook niet goed zal gaan met de democratie in deze landen.
“Het was lang ondenkbaar dat er veel moslims naar Europa kwamen. Traditioneel was het vestigen buiten het ‘huis van de islam’ onvoorstelbaar. Het wonen buiten bekend gebied is nieuw voor de islam, omdat het een meerderheidssysteem is.” Lang is het Westen volgens hem blind geweest voor het groeiende aantal moslims. “Het was volstrekte onverschilligheid. Dat komt door het doorhakken van de christelijke wortels. Je kunt zeggen: ‘Ik sta pal voor de Joods-christelijke cultuur’, maar zonder Christus is deze gedoemd te mislukken. Op dit moment is zo’n vijf procent van de Nederlanders moslim. Dat zou geen probleem hoeven zijn, als 95 procent christen was. Het probleem is niet de volle moskee, maar de lege kerk. Het is een cultuur die losgeraakt is van God.” Wat staat ons dan te doen? “Christus navolgen, het kruis opnemen, bidden voor het land en voor vrede. Dat is precies wat we terugzien in de kerkgeschiedenis. Steeds weer waren er mensen die de Bijbel open deden en God zochten.”
Het verdedigen van vrijheid is een politieke strijd, verduidelijkt Segers. “Vrijheid geven is misschien nog wel het moeilijkste, tegen je gevoel in ruimte geven aan geluiden die haaks op het Evangelie staan. Net als de vader die zijn zoon liet gaan in de gelijkenis van de verloren zoon, moeten wij die vrijheid geven. Net als dat er de vrijheid is om terug te keren. We zijn mensen van de Hoop, die geloven in de Levende God. We hebben er vertrouwen in dat Gods Woord werkt. Of islam en democratie samen kunnen, de komende tijd zal dat duidelijk worden. Ik ben niet optimistisch, maar ook geen pessimist, want wij zijn mensen van de Hoop.”
Twee onderwerpen kwamen prominent naar voren in de lezing van Hubert Luns: zending onder moslims en het verval van Nederland. “De velden staan wit om te oogsten! Momenteel zijn er twee tot drie miljoen islamieten in Nederland. Moslims moeten tegenover zich echte bidders vinden, áánbidders in geest en waarheid, die kunnen knielen zoals zij knielen. Als christen dragen we een historische verantwoordelijkheid voor onze broeders en zusters die in de islam zijn grootgebracht. Laten we deze niet ontlopen!”
Luns geeft aan dat de islam vooral een religie is van het doen, in plaats van het denken. Het is een allesoverheersende cultuur. “Kritiek hierop is helemaal niet nodig, want wij hebben de Blijde Boodschap in onze tas, een positieve boodschap van liefde. De lakmoesproef voor de ware christen is of hij anderen door zijn getuigenis aanspoort christen te worden. Ons christen-zijn is zouteloos en dat hebben Westerse bekeerlingen tot de islam aangevoeld. Wie durft een geïslamiseerde wijk binnen te gaan en op liefdevolle wijze te evangeliseren? Ik geloof dat we het zullen moeten hebben van de totohet christendom bekeerde islamieten, die hun oorspronkelijke cultuur en wijze van doen door en door kennen. Zou God Ismaël niet liefhebben? Het ultieme argument waarom wij onze medemens moeten liefhebben, is dat God die mens liefheeft.”
“We hebben kunnen vaststellen dat voor een islamiet zijn overstap naar het christendom niet alleen een stap is naar een ander geloof, maar ook naar een andere cultuur.” Daarom wilde Luns het ook hebben over de terugkeer van Nederland naar de vaste grond van haar behoud. Hij haalt hiervoor een aantal personen aan uit de Nederlandse kerkgeschiedenis, zoals Isaac da Costa, Kohlbrugge en Roscam Abbing. “De islamitische zelfmoordaanslagen op onschuldige burgers zijn afschuwelijk en in elk opzicht verwerpelijk. En de islamitische verheerlijking daarvan nog erger, maar de schandelijkheid van abortus slaat alles,” betoogt hij tegen de huidige cultuur. “Niet alleen de verschrikkelijke abortusplaag, maar ook de verloedering staat in het geding. Onderdeel van de algemene verloedering is de niet aflatende stroom vuiligheid die via het open riool in onze huiskamers stroomt.” Volgens Luns is er sprake van een collectieve schuld, waarvoor diep berouw nodig is. “Want kennis schept ook een zekere verantwoordelijkheid. Een verantwoordelijkheid die ik nu, mijn geëerd publiek, op uw schouders leg, waarbij gebed heel belangrijk is, want onze mogelijkheden om direct in te grijpen zijn gering.” Luns sluit hoopvol af: “Als eenmaal schoon schip is gemaakt, dan, ja dán zal God de evangelisatie onder onze islamitische broeders zegenen, die dan in groten getale tot het ware geloof komen. En met ons zullen gaan wedijveren in de verkondiging van het Evangelie!”
’s Middags was het woord aan Henk Schouten, die uitgebreid inging op de Abrahamitische oecumene, het idee dat de drie monotheïstische godsdiensten elkaar ontmoeten in Abraham. “We voelen allemaal de syncretische verleiding, welke vandaag over de aarde waait,” zegt Schouten als inleiding. Syncretisme is het idee of gevoel dat het in religie allemaal om dezelfde dingen gaat, dat God in alle culturen en religies tegenwoordig is, alleen met andere namen en rites. “Voor de moslim is het schijnbaar een uitgemaakte zaak dat Allah dezelfde is als de God van Abraham, Isaäk en Jakob. Helaas delen veel Joden en christenen deze mening.”
Schouten gaat in op hoe de islam is ontstaan. “Mohammed heeft uit de 360 goden die in Mekka werden aanbeden de god/Allah van zijn stam tot oppergod verheven. Mohammed verhief één uit de vele goden tot oppergod. Wat Mohammed gedaan heeft, moet dus wezenlijk onderscheiden worden van wat Paulus deed toen hij op de Areopagus de onbekende God introduceerde. Mohammed verhief een god uit het pantheon tot oppergod. Paulus verkondigde de onbekende als enige God.” Bekend is dat van Allah gesteld wordt dat hij geen zoon heeft. Het geloof in het Zoonschap van de Here Jezus wordt in de islam zelfs aangeduid als shirk, een onvergeeflijke zonde.
De islam kent het onderscheid tussen kerk en staat niet. “De staat wordt via de Hadith, de woorden van Mohammed, volledig gestuurd door de islam, waar de sharia uitdrukking van is. Zolang de wereld nog gebieden kent die niet aan de islam zijn onderworpen, bevinden de bewoners van die gebieden zich in het huis van oorlog, Dar al harb. Gebieden die al wel onderworpen zijn noemen ze het huis van vrede, Dar al Islam. Wanneer moslims van vrede spreken, bedoelen ze deze vrede: de praktische onderwerping van alle mensen aan de sharia en de islam. Helaas willen veel westerlingen dit niet zien. De Isa van de islam zal ieder doden die zich verzet tegen dit huis van vrede.” Het grote verschil tussen beide religies is het karakter van God. “Je moet Allah eerst liefhebben voordat hij jou liefheeft. Er is geen zekerheid voor de volgeling. In het christendom had God eerst de mens lief, die deze liefde mag beantwoorden.”
Henk Schouten sluit af met een aantal conclusies: “Is het mogelijk, nu we zulke brede verschillen gezien hebben, om ons te verheugen in een Abrahamitische oecumene? Ik meen van niet. Is het mogelijk te geloven dat Allah en JHWH, na de grote verschillen en tegenstellingen die we vastgesteld hebben, als één en dezelfde te beschouwen? Ik meen van niet. Is Jezus Christus de enige weg tot zaligheid, eerst voor de Jood en dan voor de Griek, dus ook voor de moslims? Ik meen van wel.”
Peter de Haan
Een goedgevulde Brandpunt Kapel maakte duidelijk dat het onderwerp van de studiedag goed gekozen was: Europa en de islam. Gert-Jan Segers, Hubert Luns en Henk Schouten bedienden de aanwezigen met stevige lezingen over vrijheid, onderwerping en evangelisatie.
Vrijheid was het centrale onderwerp in het betoog van Gert-Jan Segers. “De islam heeft grote problemen met vrijheid,” zegt hij, verwijzend naar The clash of civilizations van Samuel Huntington. “De islam heeft bloedige grenzen. Dat zien we in onder andere in Afghanistan, Soedan en Nigeria. Dat komt doordat er in de moslimlanden geen gelijkwaardige positie is voor niet-moslims.” Dat heeft volgens Segers te maken met de aard van de islam. Hij legt uit: “Mohammed was niet alleen profeet, maar ook legeraanvoerder. De islam is gekomen om te heersen. Het is een hele ordening van de samenleving, dus meer dan een godsdienst. De islam is anders en dat zien we ook terug in 1300 jaar geschiedenis. Deze ging altijd gepaard met gewapende vrede en openlijke oorlog.” Hij wijst hier onder andere op de islamitische opmars tot aan Wenen en in Spanje.
Omdat de islam een meerderheidsgodsdienst is, eigenlijk een heel systeem dat de hele samenleving beheerst, zal het moeilijk worden om democratieën te vestigen. “De Arabische Lente dreigt een Arabische Winter te worden. Vanuit het Westen wordt gezegd: verkiezingen. Maar we moeten niet vergeten hoe de democratie zich in het Westen ontwikkelde. Pas honderd jaar geleden is het algemeen kiesrecht ingevoerd, maar dat was in een rechtsstaat die al ontwikkeld was. In het Midden-Oosten gaat het precies omgekeerd. Er kan geen democratie zijn, als er geen ruimte is voor een christelijke minderheid. Je houdt je hart vast.” Segers verwacht dat het de eerste tien tot vijftien jaar dan ook niet goed zal gaan met de democratie in deze landen.
“Het was lang ondenkbaar dat er veel moslims naar Europa kwamen. Traditioneel was het vestigen buiten het ‘huis van de islam’ onvoorstelbaar. Het wonen buiten bekend gebied is nieuw voor de islam, omdat het een meerderheidssysteem is.” Lang is het Westen volgens hem blind geweest voor het groeiende aantal moslims. “Het was volstrekte onverschilligheid. Dat komt door het doorhakken van de christelijke wortels. Je kunt zeggen: ‘Ik sta pal voor de Joods-christelijke cultuur’, maar zonder Christus is deze gedoemd te mislukken. Op dit moment is zo’n vijf procent van de Nederlanders moslim. Dat zou geen probleem hoeven zijn, als 95 procent christen was. Het probleem is niet de volle moskee, maar de lege kerk. Het is een cultuur die losgeraakt is van God.” Wat staat ons dan te doen? “Christus navolgen, het kruis opnemen, bidden voor het land en voor vrede. Dat is precies wat we terugzien in de kerkgeschiedenis. Steeds weer waren er mensen die de Bijbel open deden en God zochten.”
Het verdedigen van vrijheid is een politieke strijd, verduidelijkt Segers. “Vrijheid geven is misschien nog wel het moeilijkste, tegen je gevoel in ruimte geven aan geluiden die haaks op het Evangelie staan. Net als de vader die zijn zoon liet gaan in de gelijkenis van de verloren zoon, moeten wij die vrijheid geven. Net als dat er de vrijheid is om terug te keren. We zijn mensen van de Hoop, die geloven in de Levende God. We hebben er vertrouwen in dat Gods Woord werkt. Of islam en democratie samen kunnen, de komende tijd zal dat duidelijk worden. Ik ben niet optimistisch, maar ook geen pessimist, want wij zijn mensen van de Hoop.”
Twee onderwerpen kwamen prominent naar voren in de lezing van Hubert Luns: zending onder moslims en het verval van Nederland. “De velden staan wit om te oogsten! Momenteel zijn er twee tot drie miljoen islamieten in Nederland. Moslims moeten tegenover zich echte bidders vinden, áánbidders in geest en waarheid, die kunnen knielen zoals zij knielen. Als christen dragen we een historische verantwoordelijkheid voor onze broeders en zusters die in de islam zijn grootgebracht. Laten we deze niet ontlopen!”
Luns geeft aan dat de islam vooral een religie is van het doen, in plaats van het denken. Het is een allesoverheersende cultuur. “Kritiek hierop is helemaal niet nodig, want wij hebben de Blijde Boodschap in onze tas, een positieve boodschap van liefde. De lakmoesproef voor de ware christen is of hij anderen door zijn getuigenis aanspoort christen te worden. Ons christen-zijn is zouteloos en dat hebben Westerse bekeerlingen tot de islam aangevoeld. Wie durft een geïslamiseerde wijk binnen te gaan en op liefdevolle wijze te evangeliseren? Ik geloof dat we het zullen moeten hebben van de totohet christendom bekeerde islamieten, die hun oorspronkelijke cultuur en wijze van doen door en door kennen. Zou God Ismaël niet liefhebben? Het ultieme argument waarom wij onze medemens moeten liefhebben, is dat God die mens liefheeft.”
“We hebben kunnen vaststellen dat voor een islamiet zijn overstap naar het christendom niet alleen een stap is naar een ander geloof, maar ook naar een andere cultuur.” Daarom wilde Luns het ook hebben over de terugkeer van Nederland naar de vaste grond van haar behoud. Hij haalt hiervoor een aantal personen aan uit de Nederlandse kerkgeschiedenis, zoals Isaac da Costa, Kohlbrugge en Roscam Abbing. “De islamitische zelfmoordaanslagen op onschuldige burgers zijn afschuwelijk en in elk opzicht verwerpelijk. En de islamitische verheerlijking daarvan nog erger, maar de schandelijkheid van abortus slaat alles,” betoogt hij tegen de huidige cultuur. “Niet alleen de verschrikkelijke abortusplaag, maar ook de verloedering staat in het geding. Onderdeel van de algemene verloedering is de niet aflatende stroom vuiligheid die via het open riool in onze huiskamers stroomt.” Volgens Luns is er sprake van een collectieve schuld, waarvoor diep berouw nodig is. “Want kennis schept ook een zekere verantwoordelijkheid. Een verantwoordelijkheid die ik nu, mijn geëerd publiek, op uw schouders leg, waarbij gebed heel belangrijk is, want onze mogelijkheden om direct in te grijpen zijn gering.” Luns sluit hoopvol af: “Als eenmaal schoon schip is gemaakt, dan, ja dán zal God de evangelisatie onder onze islamitische broeders zegenen, die dan in groten getale tot het ware geloof komen. En met ons zullen gaan wedijveren in de verkondiging van het Evangelie!”
’s Middags was het woord aan Henk Schouten, die uitgebreid inging op de Abrahamitische oecumene, het idee dat de drie monotheïstische godsdiensten elkaar ontmoeten in Abraham. “We voelen allemaal de syncretische verleiding, welke vandaag over de aarde waait,” zegt Schouten als inleiding. Syncretisme is het idee of gevoel dat het in religie allemaal om dezelfde dingen gaat, dat God in alle culturen en religies tegenwoordig is, alleen met andere namen en rites. “Voor de moslim is het schijnbaar een uitgemaakte zaak dat Allah dezelfde is als de God van Abraham, Isaäk en Jakob. Helaas delen veel Joden en christenen deze mening.”
Schouten gaat in op hoe de islam is ontstaan. “Mohammed heeft uit de 360 goden die in Mekka werden aanbeden de god/Allah van zijn stam tot oppergod verheven. Mohammed verhief één uit de vele goden tot oppergod. Wat Mohammed gedaan heeft, moet dus wezenlijk onderscheiden worden van wat Paulus deed toen hij op de Areopagus de onbekende God introduceerde. Mohammed verhief een god uit het pantheon tot oppergod. Paulus verkondigde de onbekende als enige God.” Bekend is dat van Allah gesteld wordt dat hij geen zoon heeft. Het geloof in het Zoonschap van de Here Jezus wordt in de islam zelfs aangeduid als shirk, een onvergeeflijke zonde.
De islam kent het onderscheid tussen kerk en staat niet. “De staat wordt via de Hadith, de woorden van Mohammed, volledig gestuurd door de islam, waar de sharia uitdrukking van is. Zolang de wereld nog gebieden kent die niet aan de islam zijn onderworpen, bevinden de bewoners van die gebieden zich in het huis van oorlog, Dar al harb. Gebieden die al wel onderworpen zijn noemen ze het huis van vrede, Dar al Islam. Wanneer moslims van vrede spreken, bedoelen ze deze vrede: de praktische onderwerping van alle mensen aan de sharia en de islam. Helaas willen veel westerlingen dit niet zien. De Isa van de islam zal ieder doden die zich verzet tegen dit huis van vrede.” Het grote verschil tussen beide religies is het karakter van God. “Je moet Allah eerst liefhebben voordat hij jou liefheeft. Er is geen zekerheid voor de volgeling. In het christendom had God eerst de mens lief, die deze liefde mag beantwoorden.”
Henk Schouten sluit af met een aantal conclusies: “Is het mogelijk, nu we zulke brede verschillen gezien hebben, om ons te verheugen in een Abrahamitische oecumene? Ik meen van niet. Is het mogelijk te geloven dat Allah en JHWH, na de grote verschillen en tegenstellingen die we vastgesteld hebben, als één en dezelfde te beschouwen? Ik meen van niet. Is Jezus Christus de enige weg tot zaligheid, eerst voor de Jood en dan voor de Griek, dus ook voor de moslims? Ik meen van wel.”
Peter de Haan