Is ons brein voorspelbaar?

Jaap Spaans • 90 - 2014 • Uitgave: 17
Onderzoek op het gebied van erfelijkheid, criminologie en forensische (gerechtelijke) psychiatrie levert nieuwe inzichten op. Afwijkend gedrag of criminaliteit kan volgens sommige deskundigen in de toekomst voorspelbaar zijn. Over een ontwikkeling die zich sneller voltrekt dan velen denken en ethische gevolgen die worden onderschat.

Wouter Buikhuisen was eind zeventiger jaren hoogleraar criminologie aan de Universiteit van Leiden. Criminologie is de wetenschap die zich richt op het wezen van de misdaad. In die tijd waren de trauma’s van de Tweede Wereldoorlog nog voelbaar bij veel Nederlanders. Negatieve ervaringen uit de oorlog met persoonsregistratie uitten zich in 1971 nog in fel verzet tegen de volkstelling. In dat maatschappelijke klimaat maakte Buikhuisen een inschattingsfout, met grote gevolgen voor zijn loopbaan. Hij stelde voor om biologisch en sociaal onderzoek te verrichten naar de mogelijke criminele aanleg van kinderen. Een golf van kritiek overspoelde hem, vooral vanuit de linkse media. Zijn ideeën werden in verband gebracht met de visie van nazi’s als de arts Joseph Mengele en criminoloog Franz Exner, die criminaliteit verbond aan ras en sociale omstandigheden. Buikhuisen kreeg te maken met doodsbedreigingen, werd ontslagen als hoogleraar en emigreerde gefrustreerd naar Spanje.
Rond 1990 kwam er een maatschappelijke kentering onder invloed van de medische vooruitgang, erfelijkheidsonderzoek en de massale toepassing van computertechnologie. Daardoor werd het mogelijk grote hoeveelheden gegevens te analyseren, verbanden te leggen en daderprofielen op te stellen. Kritiek op Buikhuisen maakte plaats voor begrip en erkenning. In 2009 verscheen er een publicatie in NRC-Handelsblad onder de kop ‘Buikhuisen heeft toch gelijk’. Het Leids universitair weekblad Mare publiceerde een artikel waarin Buikhuisen aangaf te hopen op verontschuldiging van de universiteit. De decaan van de rechtenfaculteit, die aantrad na de ‘affaire Buikhuisen’, verklaarde in 2009: “Het onderzoek dat hij toen voorstelde, is nu geaccepteerd. Er zijn kansen gemist.” Ik weet dat dit onderwerp gevoelig ligt. Toch kan het geen kwaad als christenen erover nadenken en zowel de positieve aspecten als de ethische dilemma’s belichten.

Afwijkend gedrag
Dat het erfelijkheidsonderzoek in een stroomversnelling is geraakt, valt niet te ontkennen. De centra voor klinische genetica zijn inmiddels niet meer weg te denken bij de universitaire medische centra. Van steeds meer lichamelijke en psychische aandoeningen wordt vastgesteld dat erfelijke aanleg een rol speelt. Dat geldt bijvoorbeeld voor bepaalde vormen van kanker, maar ook voor een aantal neuromusculaire aandoeningen (spierziekten), bepaalde vormen van autisme, de bipolaire stoornis etc. Binnen de vakgroep psychiatrie groeit het aantal aanhangers van de gedachte, dat psychiatrische aandoeningen het gevolg kunnen zijn van verstoorde biologische processen in de hersenen.
Dat geldt ook voor de forensische psychiatrie. Afwijkend gedrag of criminaliteit zouden dan mede te wijten zijn aan biologische processen, waardoor de invloed van menselijke keuzes, bijvoorbeeld ten aanzien van levenswijze en gedrag, naar de achtergrond wordt gedrongen.
Illustratief is het verzoek van een bekende strafpleiter begin juni 2014 bij de rechtbank Assen. Hij wilde neurobiologisch hersenonderzoek en genetisch onderzoek laten uitvoeren naar de Braziliaanse biologische ouders van twee (geadopteerde) personen uit Hoogeveen die worden verdacht van drie moorden in Drenthe. Dat ging de rechter te ver. Beide verdachten werden wel verwezen naar het Pieter Baan Centrum, om door observatie en diagnostiek inzicht te krijgen in hun toerekeningsvatbaarheid.

Gedwongen sterilisatie
Dat genetisch en biologisch onderzoek in dit verband nuttige informatie kan opleveren, is al langer bekend bij deskundigen. Het risico is echter aanwezig dat men doorslaat en daarom is het goed om enige ethische dilemma’s te benoemen. Onder de kop ‘Digitale gegevens als toekomstvoorspeller’ wordt in de Volkskrant van 15 maart 2014 gewaarschuwd voor misbruik van informatie en een toekomst waarin mensen worden veroordeeld om wat ze ‘wellicht kunnen gaan doen’. De neurocriminoloog Adrian Raine, auteur van het boek ‘Het gewelddadige brein’, vindt dat erfelijk belaste mensen verplicht in therapie moeten en noemt dat sociale interventie. Binnen de context van grote veranderingen in de zorgsector, waarbij marktwerking de maatstaf wordt, moet deze ontwikkeling kritisch worden gevolgd.
Prenatale diagnostiek kan al in een vroeg stadium uitwijzen welke risico’s de ongeboren vrucht loopt en mensen voor ingrijpende keuzes plaatsen. Regelmatig gaan er stemmen op om de financiële gevolgen van keuzes af te wentelen op degene die ze heeft gemaakt. In Zweden ontstond in 1997 grote ophef, nadat bekend werd dat in dat land grootschalige sterilisatieprogramma’s waren uitgevoerd. Tussen 1936 en 1996 zijn ruim 230 duizend personen gesteriliseerd, veelal gedwongen, om redenen van ‘sociale hygiëne’. Hetzelfde gebeurde overigens in andere Westerse landen. Zo moest worden voorkomen dat ‘minderwaardige mensen of van armoedige of gemengde sociale kwaliteit zich zouden voortplanten’.
Vanwege dergelijke excessen vervult de gedachte dat we afstevenen op een maakbare door computertechnologie gedomineerde samenleving mij met zorg en weerzin. De profeet Daniël voorzegt een tijd waarin de kennis zal toenemen (Daniël 12:4). We bevinden ons middenin die kennisexplosie. Onlangs las ik de stelling dat ons brein de meest complexe structuur is in het universum. Ondanks alle kennis en onderzoek weten we er nog weinig van. Ons brein is zo wonderlijk geschapen dat het niet voorspelbaar is. In afhankelijkheid van God mogen we ons op deze ingrijpende ontwikkelingen bezinnen en in een snel complexer wordende wereld trachten verantwoorde keuzes te maken.

Jaap Spaans